Page 337 of 384

Laat het onderhoud van uw auto over
aan een FIAT-dealer. Voor routine-
onderhoud en klein onderhoud dat u zelf
wilt uitvoeren, raden wij u aan om het juiste
gereedschap, originele reserveonderdelen van
FIAT en de vereiste vloeistoffen te gebruiken.Voer
geen onderhoud uit als u geen ervaring hebt .
Controle van koelvloeistof
Controleer de koelvloeistof (antivries) ieder jaar (bij
voorkeur voordat de vorst invalt). Als de koelvloeistof
vuil of roestig lijkt, laat dan het systeem aftappen,
spoelen en opnieuw vullen met nieuwe koelvloeistof.
Controleer of de voorzijde van de airco-condensor vrij
is van insectenresten, bladeren, enz. Spuit de voorzijde
van de condensor indien nodig voorzichtig verticaal
vanaf de bovenkant schoon met een tuinslang.
Controleer de slangen van het koelvloeistofreservoir
op broos rubber, barsten, scheuren, insnijdingen en
vloeistofdichte aansluiting aan reservoir- en radiateur-
zijde. Controleer het hele systeem op lekkage.
Koelsysteem – aftappen, spoelen en bijvullen
Raadpleeg het hoofdstuk "Onderhoudsschema" voor
de juiste onderhoudsintervallen.
Reinig het koelsysteem met een betrouwbaar reini-
gingsmiddel als de koelvloeistof vuil is of als er veel
bezinksel aanwezig is. Voer daarna een grondige spoel- beurt uit om alle afzettingen en chemicaliën te verwij-
deren. Voer afgewerkte koelvloeistof (antivries) op de
juiste wijze af.
Keuze van koelvloeistof - benzinemotor
Gebruik uitsluitend door de fabrikant aanbevolen koel-
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
Het mengen van koelvloeistof (anti-
vries) met andere dan de gespecificeerde
koelvloeistof (antivries) kan beschadi-
ging van de motor veroorzaken en de bescherming
tegen roest verminderen.Als u in een noodsituatie
een andere koelvloeistof (antivries) aan het koel-
systeem hebt toegevoegd dan wordt voorgeschre-
ven, is het verstandig deze zo snel mogelijk te
laten vervangen door de voorgeschreven koel-
vloeistof (antivries).
(Vervolgd)
331
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 338 of 384

(Vervolgd)
Gebruik geen gewoon water of koelvloeistof
(antivries) op basis van alcohol. Gebruik geen
roestremmers of andere anticorrosie-producten,
omdat deze mogelijk niet geschikt zijn voor de
gebruikte koelvloeistof (antivries) en verstopping
van de koelvloeistof kunnen veroorzaken.
Deze auto is niet ontworpen voor het gebruik
van motorkoelvloeistof (antivries) op basis van
propyleenglycol. Het gebruik van motorkoelvloei-
stof (antivries) op basis van propyleenglycol
wordt afgeraden.
Keuze van koelvloeistof – dieselmotor
Gebruik uitsluitend door de fabrikant aanbevolen koel-
vloeistof (antivries). Raadpleeg "Vloeistoffen, smeer-
middelen en originele onderdelen" in "Technische ge-
gevens" voor meer informatie.
Gebruik geen HOAT (Hybride Organi-
sche Additief Technologie) producten in
dieselmotoren.
Gebruik geen OAT-producten (Organische ad-
ditieventechnologie) die 2-EH (2–ethylhexanol)
bevatten.
(Vervolgd)(Vervolgd)
Gebruik niet gewoon water of een product op
basis van alcohol (antivries). Gebruik geen anti-
corrosieadditieven of andere corrosiewerende
middelen, omdat deze producten mogelijk niet
geschikt zijn voor de koelvloeistof en de radiator
kunnen verstoppen.
Deze auto is niet ontworpen voor gebruik met
koelvloeistoffen op basis van propyleenglycol. De
toepassing van koelvloeistof op propyleenglycol-
basis wordt afgeraden.
Koelvloeistof bijvullen – benzinemotor
Uw auto wordt af-fabriek geleverd met een verbeterde
koelvloeistof (antivries) die grotere onderhouds-
intervallen mogelijk maakt. Deze koelvloeistof (anti-
vries) kan maximaal tien jaar of 240.000 km worden
gebruikt voordat deze moet worden ververst. Om te
vermijden dat dit grotere onderhoudsinterval wordt
verkleind, moet u altijd dezelfde koelvloeistof gebrui-
ken.
Gebruik uitsluitend zeer zuiver water, zoals gedistil-
leerd of gedeïoniseerd water, voor het verdunnen van
de koelvloeistof (antivries). Water van lagere kwaliteit
kan de corrosiebescherming in het motorkoelsysteem
verminderen.
332
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 339 of 384

Het is de taak van de eigenaar van de auto om de
concentratie van de koelvloeistof aan te passen aan de
buitentemperatuur.
OPMERKING:Als verschillende koelvloeistoffen
worden gemengd, neemt de levensduur van de koel-
vloeistof (antivries) af en moet de koelvloeistof vaker
worden ververst.
Koelvloeistof bijvullen – dieselmotor
Uw auto wordt af-fabriek geleverd met een verbeterde
koelvloeistof (antivries) die grotere onderhouds-
intervallen mogelijk maakt. Om te vermijden dat dit
grotere onderhoudsinterval wordt verkleind, moet u
altijd dezelfde koelvloeistof gebruiken.
Het is de taak van de eigenaar van de auto om de
concentratie van de koelvloeistof aan te passen aan de
buitentemperatuur.
OPMERKING: Als verschillende koelvloeistoffen
worden gemengd, neemt de levensduur van de koel-
vloeistof (antivries) af en moet de koelvloeistof vaker
worden ververst.
Vuldop van het koelsysteem
Draai de vuldop goed vast, zodat wordt voorkomen dat
er koelvloeistof (antivries) wordt gemorst en de koel-
vloeistof (antivries) terugloopt naar de radiateur via
het koelvloeistofreservoir. Controleer de vuldop en reinig deze grondig wanneer
er afzettingen zichtbaar zijn op het sluitvlak.
WAARSCHUWING!
Als
waarschuwing is de tekst "DO
NOT OPEN HOT" (NIET OPENEN,
HEET) op de vuldop van het koelsysteem aange-
bracht .Vul nooit koelvloeistof (antivries) bij als de
motor oververhit is. Draai nooit de vuldop los om
een oververhitte motor te laten afkoelen. Door
de hitte komt het koelsysteem onder druk te
staan. Om brandwonden en ander letsel te voor-
komen, mag u nooit de vuldop verwijderen van
een koelcircuit dat heet is of onder druk staat .
Gebruik geen andere vuldop dan de voorge-
schreven vuldop voor uw auto. Dit kan leiden tot
persoonlijk letsel of motorschade.
Afvoeren van afgewerkte koelvloeistof
Gebruikte koelvloeistof met ethyleenglycol is een spe-
ciale afvalstof die volgens de voorschriften afgevoerd
moet worden. Raadpleeg de gemeentelijke instanties
over de juiste wijze van afvoeren. Om inslikken door
kinderen of dieren te voorkomen, dient u koelvloeistof
met ethyleenglycol nooit in open vaten of houders te
bewaren. Laat de vloeistof ook nooit in plassen op de
grond terechtkomen. Wanneer een kind koelvloeistof
333
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 340 of 384

binnenkrijgt, moet u onmiddellijk een arts raadplegen.
Verwijder gemorste vloeistof onmiddellijk.
Koelvloeistofpeil
De radiator is normaliter helemaal gevuld. Het is dus
niet nodig de radiatordop te openen, behalve om de
antivriesconcentratie te controleren of de koelvloei-
stof te verversen. Maak uw monteur hierop attent.
Zolang de bedrijfstemperatuur van de motor in orde is,
hoeft u het koelvloeistofreservoir slechts eenmaal per
maand te controleren. Wanneer u koelvloeistof moet
bijvullen, moet u dat doen via de vulopening van het
expansiereservoir. Vul nooit te veel vloeistof bij.
Belangrijk
OPMERKING:Wanneer u na enkele kilometers de
auto tot stilstand brengt, ziet u mogelijk waterdamp
opstijgen vanuit de voorzijde van het motorcomparti-
ment. Dat is gewoonlijk het gevolg van een hoge
luchtvochtigheid, of van regen of sneeuw die bij de
radiator is achtergebleven en die verdampt zodra de
thermostaatklep opengaat en hete koelvloeistof de
radiator binnenstroomt.
Wanneer bij een inspectie van het motorcomparti-
ment blijkt dat de radiateur en de slangen geen defec-
ten vertonen, kunt u gerust met de auto gaan rijden.
De damp zal snel verdwijnen. Vul niet te veel vloeistof bij in het koelvloeistofreser-
voir.
Controleer het antivriesgehalte in de radiator en het expansiereservoir. Als koelvloeistof moet worden
bijgevuld, moet ook de inhoud van het expansiere-
servoir tegen bevriezing worden beschermd.
Als u regelmatig koelvloeistof moet bijvullen of het peil in het expansiereservoir niet daalt zodra de
motor afkoelt, dient het koelsysteem via een druk-
test op lekkage te worden gecontroleerd.
Zorg ervoor dat de overloopslangen van de radiateur en het koelvloeistofreservoir niet geknikt of geblok-
keerd zijn.
Houd de voorzijde van de radiateur schoon. Als uw auto is uitgerust met airconditioning, houd dan de
voorzijde van de condensor schoon.
Vervang nooit de thermostaat door een zomer- of wintertype. Wanneer vervanging noodzakelijk is,
mag UITSLUITEND het voorgeschreven type ther-
mostaat worden ingebouwd. Andere modellen kun-
nen onvoldoende koelprestaties leveren en een ho-
ger brandstofverbruik en hogere emissiewaarden
teweegbrengen.
334
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 341 of 384

REMSYSTEEM
Om altijd optimale remprestaties te waarborgen, moe-
ten alle onderdelen van het remsysteem regelmatig
worden gecontroleerd. Raadpleeg het hoofdstuk "On-
derhoudsschema" voor de juiste onderhouds-
intervallen.
WAARSCHUWING!
Rijden met uw voet op het rempedaal is
g
evaarlijk en kan leiden tot ongevallen.
Rijden met uw voet op het rempedaal veroor-
zaakt abnormaal hoge remtemperaturen, ver-
hoogt de slijtage van de remvoering en kan leiden
tot schade aan het remsysteem. U beschikt dan in
noodgevallen niet over het volledige remvermo-
gen.Laat het onderhoud van uw auto over
aan een FIAT-dealer. Voor routine-
onderhoud en klein onderhoud dat u zelf
wilt uitvoeren, raden wij u aan om het juiste
gereedschap, originele reserveonderdelen van
FIAT en de vereiste vloeistoffen te gebruiken.Voer
geen onderhoud uit als u geen ervaring hebt . Hoofdremcilinder – controle van
remvloeistofpeil
Controleer onmiddellijk het vloeistofpeil in de hoofd-
remcilinder als het waarschuwingslampje van het rem-
systeem gaat branden.
Controleer het vloeistofpeil telkens wanneer u werk-
zaamheden onder de motorkap uitvoert.
Maak de bovenzijde van de hoofdremcilinder schoon
voordat u de dop verwijdert. Vul indien nodig vloeistof
bij tot aan het vereiste merkteken op het remoliereser-
voir.
Overvullen van remvloeistof moet worden voorko-
men, omdat de vloeistof dan naar het remsysteem kan
weglekken.
Het vloeistofpeil daalt naarmate de remblokken slijten.
Controleer het remvloeistofpeil wanneer de remblok-
ken worden vervangen. Een laag vloeistofpeil kan ech-
ter ook worden veroorzaakt door lekkage en controle
kan noodzakelijk zijn.
Gebruik uitsluitend door de fabrikant aanbevolen rem-
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
335
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 342 of 384

WAARSCHUWING!
G
ebruik uitsluitend door de fabrikant
aanbevolen remvloeistof. Raadpleeg
"Vloeistoffen, smeermiddelen en originele onder-
delen" in "Technische gegevens" voor meer infor-
matie. Gebruik van de verkeerde remvloeistof
kan ernstige schade veroorzaken aan uw remsys-
teem en/of de werking ervan nadelig beïnvloe-
den. Het juiste type remvloeistof wordt ook ver-
meld op het reservoir van de originele
hoofdremcilinder.
Om vervuiling te voorkomen door materiaal of
vocht van buitenaf, dient u uitsluitend nieuwe
remvloeistof te gebruiken, of remvloeistof uit een
hermetisch afgesloten reservoir. Zorg ervoor dat
de dop van het reservoir van de hoofdremcilinder
altijd is vastgedraaid. Remvloeistof in een open
reservoir neemt vocht op uit de lucht , waardoor
de remvloeistof een lager kookpunt krijgt . De
remvloeistof kan hierdoor gaan koken tijdens
stevig of langdurig remmen, waardoor de kans
bestaat dat de remmen plotseling niet meer wer-
ken. Dit kan leiden tot een ongeval.
(Vervolgd)(Vervolgd)
Het bijvullen van het vloeistofreservoir met te
veel remvloeistof kan leiden tot het morsen van
vloeistof op hete motoronderdelen, waardoor de
remvloeistof vlam kan vatten. Remvloeistof kan
ook schade toebrengen aan gelakte oppervlak-
ken en vinyl. Let er daarom op dat er geen
remvloeistof op deze oppervlakken terecht
komt .
Zorg dat er geen vloeistof op basis van aardolie
in de remvloeistof terechtkomt . De afdichtingen
van het remsysteem kunnen hierdoor worden
aangetast , waardoor de remmen hun werking
gedeeltelijk of geheel kunnen verliezen. Dit kan
leiden tot een ongeval.
AUTOMATISCHE VERSNELLINGSBAK (voor
bepaalde uitvoeringen/landen)
Keuze van smeermiddel
Voor optimale prestaties en levensduur van de versnel-
lingsbak is het belangrijk dat u de correcte transmissie-
vloeistof gebruikt. Gebruik alleen de door de fabrikant
aanbevolen transmissievloeistof. Raadpleeg "Vloeistof-
fen, smeermiddelen en originele onderdelen" in "Tech-
nische gegevens" voor meer informatie. Het is belang-
rijk dat de transmissievloeistof continu het vereiste peil
heeft en dat u de aanbevolen vloeistof gebruikt. Er
336
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 343 of 384

mogen geen chemicaliën door de versnellingsbak wor-
den gespoeld; uitsluitend het goedgekeurde smeermid-
del mag worden gebruikt.
Speciale additieven
De fabrikant raadt het gebruik van speciale additieven
in de transmissievloeistof ten zeerste af. Automatische
transmissievloeistof (ATF) is een geavanceerd en hoog-
waardig product waarvan de prestaties door additieven
nadelig kunnen worden beïnvloed. Daarom raden we u
aan geen additieven aan de transmissievloeistof toe te
voegen. De enige uitzondering op deze regel vormt het
toevoegen van speciale kleurstof om lekkage op te
sporen. Gebruik geen vloeibare afdichtmiddelen, aan-
gezien deze juist schade aan afdichtingen kunnen toe-
brengen.
Spoel de versnellingsbak niet met chemi-
caliën, omdat deze de versnellingsbak
kunnen beschadigen. Dergelijke schade
wordt niet gedekt door de standaardgarantie van
een nieuwe auto.
Vloeistofpeil controleren - Zestraps
automatische transmissie
De vloeistof is in de fabriek op het juiste peil gebracht
en vereist onder normale gebruiksomstandigheden
geen aanpassingen. Het is niet nodig om het vloeistof-
peil regelmatig te controleren, en om die reden is geen peilstok aanwezig. Uw erkende dealer kan het vloei-
stofpeil in uw automatische transmissie controleren
met behulp van een speciale peilstok. Als u merkt dat
er sprake is van vloeistoflekkage of een defect in de
versnellingsbak, neemt u onmiddellijk contact op met
een erkende dealer om het transmissievloeistofpeil te
laten controleren. Als het voertuig wordt gebruikt met
een verkeerd vloeistofpeil, kan ernstige schade aan de
automatische versnellingsbak worden toegebracht.
Laat het onderhoud van uw auto over
aan een FIAT-dealer. Voor routine-
onderhoud en klein onderhoud dat u zelf
wilt uitvoeren, raden wij u aan om het juiste
gereedschap, originele reserveonderdelen van
FIAT en de vereiste vloeistoffen te gebruiken.Voer
geen onderhoud uit als u geen ervaring hebt .
Vloeistof verversen en filter vervangen
Raadpleeg het hoofdstuk "Onderhoudsschema" voor
de juiste onderhoudsintervallen.
Ververs de vloeistof en vervang het filter ook als de
versnellingsbak om welke reden dan ook wordt gede-
monteerd.
337
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 344 of 384

HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK
(voor bepaalde uitvoeringen/landen)
Vloeistofpeil controleren
Inspecteer de handgeschakelde versnellingsbak op lek-
kage iedere keer wanneer de olie wordt ververst.
Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld tot aan
het juiste niveau.
Controleer het vloeistofpeil door de vuldop te verwij-
deren. Het vloeistofniveau moet liggen tussen de on-
derkant van de vulopening tot maximaal 4,7 mm daar-
onder.
Keuze van smeermiddel
Gebruik alleen transmissievloeistof goedgekeurd door
de fabrikant. Geen andere stoffen toevoegen (behalve
kleurstoffen om lekken op te sporen). Raadpleeg
"Vloeistoffen, smeermiddelen en originele onderdelen"
in "Technische gegevens" voor meer informatie.
Verversingsinterval vloeistoffen
Ververs de vloeistof van de handgeschakelde versnel-
lingsbak volgens de intervallen die staan vermeld in het
"Onderhoudsschema" in deze handleiding.ACHTERDIFFERENTIEEL (RDA) – ALLEEN
UITVOERINGEN MET AWD
Keuze van smeermiddel
Gebruik uitsluitend de door de fabrikant aanbevolen
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
Vloeistofpeil controleren
Controleer de unit visueel na iedere olieverversing op
lekkage. Indien u lekkage ziet, controleer dan het vloei-
stofniveau door de vuldop te verwijderen. Het vloei-
stofniveau moet gehandhaafd worden tussen de bodem
van de vulopening tot 4 mm onder de vulopening.
Indien nodig moet vloeistof worden bijgevuld tot aan
het juiste niveau.
Verversingsinterval vloeistoffen
Raadpleeg het hoofdstuk "Onderhoudsschema" voor
de juiste onderhoudsintervallen.
VERDEELBAK (PTU) – ALLEEN
UITVOERINGEN MET AWD
Keuze van smeermiddel
Gebruik uitsluitend de door de fabrikant aanbevolen
vloeistof. Raadpleeg "Vloeistoffen, smeermiddelen en
originele onderdelen" in "Technische gegevens" voor
meer informatie.
338
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD