Page 113 of 384
Wanneer de armsteun is neergeklapt bevinden de be-
kerhouders zich in de hoofdsteun. De hoofdsteun kan
worden versteld om de bekerhouders een betere
plaats te geven. (afb. 78)
Laat kinderen nooit alleen achter in de auto terwijl de
sleutel in de contactschakelaar steekt.
Naast de bekerhouders kunnen sommige uitvoeringen
zijn voorzien van flessenhouders. De flessenhouders
bevinden zich in de portierpanelen. (afb. 79)
WAARSCHUWING!
Als er houders met hete vloeistof in de
f
lessenhouder worden geplaatst , kan de
vloeistof bij het sluiten van het portier overlopen
en brandwonden veroorzaken aan de inzitten-
den. Wees voorzichtig bij het sluiten van de por-
tieren om letsel te voorkomen.
(afb. 78) Bekerhouders armsteun
(afb. 79) Flessenhouder portier
107
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 114 of 384

ELEKTRISCH BEDIENBAAR
ZONNEDAK (voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
De schakelaar voor het elektrisch bedienbare zonne-
dak bevindt zich in de dakconsole tussen de zonneklep-
pen. (afb. 80)
WAARSCHUWING!
Laat
kinderen nooit alleen in de auto
achter terwijl de sleutel in de contact-
schakelaar zit (of met het contact in de stand
ACC of RUN bij voertuigen met Keyless Enter-N-
Go™). Inzittenden, en vooral kinderen zonder
toezicht , kunnen bekneld raken in de opening
van het elektrisch bedienbare zonnedak wanneer
ze de schakelaars voor het elektrisch bedienbare
zonnedak bedienen. Een dergelijke beknelling
kan ernstig of zelfs dodelijk letsel tot gevolg
hebben.
In geval van een aanrijding is het risico om uit
een voertuig geslingerd te worden groter wan-
neer het zonnedak geopend is. U kunt ernstig of
zelfs dodelijk gewond raken. Maak altijd uw au-
togordel op de juiste wijze vast en controleer of
alle passagiers dit ook gedaan hebben.
Sta niet toe dat kleine kinderen het zonnedak
bedienen. Steek nooit vingers, andere lichaams-
delen of voorwerpen door het zonnedak naar
buiten. Anders bestaat er kans op letsel.
(afb. 80) Schakelaar van elektrisch bedienbare zonnedak
108
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 115 of 384

ZONNEDAK OPENEN — SNEL
Als u de schakelaar naar achteren drukt en snel (binnen
een halve seconde) loslaat, wordt het zonnedak auto-
matisch vanuit iedere stand geopend. Het zonnedak
wordt volledig geopend en stopt automatisch. Dit is de
functie "Snel openen". De functie Snel openen zorgt
dat bij iedere beweging van de schakelaar het zonnedak
stopt.
ZONNEDAK OPENEN — HANDMATIG
Om het zonnedak te openen, drukt u de schakelaar
naar achteren en houdt u de schakelaar in deze stand.
Als u de schakelaar loslaat, stopt de beweging en blijft
het zonnedak gedeeltelijk geopend totdat de schake-
laar opnieuw naar achteren wordt gedrukt.
ZONNEDAK SLUITEN — SNEL
Als u de schakelaar naar voren drukt en snel (binnen
een halve seconde) loslaat, wordt het zonnedak auto-
matisch vanuit iedere stand gesloten. Het zonnedak
wordt volledig gesloten en stopt automatisch. Dit is de
functie "Snel sluiten". De functie Snel sluiten zorgt dat
bij iedere beweging van de schakelaar het zonnedak
stopt.
ZONNEDAK SLUITEN — HANDMATIG
Om het zonnedak te sluiten, drukt u de schakelaar naar
voren en houdt u de schakelaar in deze stand. Als u de
schakelaar loslaat, stopt de beweging en blijft het zon-nedak gedeeltelijk gesloten totdat de schakelaar op-
nieuw naar voren wordt gedrukt.
KLEMBEVEILIGING
Deze functie zorgt ervoor dat obstakels in de opening
van het zonnedak worden gedetecteerd bij gebruik van
de functie Snel sluiten. Als een obstakel in de baan van
het zonnedak wordt gedetecteerd, trekt het zonnedak
zich automatisch terug. Verwijder het obstakel als dit
gebeurt. Druk vervolgens de schakelaar kort naar vo-
ren om het zonnedak snel te sluiten.
OPMERKING:
Wanneer drie opeenvolgende po-
gingen om het zonnedak te sluiten zijn onderbroken
door de obstakeldetectie, wordt de vierde poging uit-
gevoerd als een handmatige sluiting met uitgeschakelde
klembeveiliging.
VENTILATIESTAND ZONNEDAK — SNEL
Als u kort op de knop "Vent" (Ventilatie) drukt, wordt
het zonnedak geopend tot aan de ventilatiestand. Dit is
de functie "Snel naar ventilatiestand", die werkt vanuit
elke stand van het zonnedak. De functie Snel naar
ventilatiestand zorgt dat bij iedere beweging van de
schakelaar het zonnedak stopt.
BEDIENING VAN ZONWERING
De zonwering kan handmatig worden geopend. De
zonwering wordt echter ook automatisch geopend
wanneer het zonnedak wordt geopend.
109
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 116 of 384

OPMERKING:U kunt de zonwering niet sluiten als
het zonnedak is geopend.
WINDGERUIS
Windgeruis kan worden beschreven als het gevoel van
druk op de oren, vergelijkbaar met het geluid van een
helikopter. U ervaart dit windgeruis mogelijk wanneer
de ramen zijn geopend of wanneer het zonnedak (voor
bepaalde uitvoeringen/landen) geheel of gedeeltelijk is
geopend. Dit is een normaal verschijnsel, dat tot een
minimum kan worden beperkt. Als u last heeft van
windgeruis bij geopende achterramen, open dan ook
de voorramen om het effect te verminderen. Wanneer
sprake is van windgeruis bij geopend zonnedak, verstel
dan de zonnedakopening of open een raam om het
effect tot een minimum te beperken.
ONDERHOUD VAN ZONNEDAK
Gebruik voor het reinigen van het glaspaneel uitslui-
tend niet-schurende schoonmaakmiddelen en een
zachte doek. WERKING BIJ UITGESCHAKELD CONTACT
Voor bepaalde uitvoeringen/landen, zonder
elektronisch voertuiginformatiecentrum
(EVIC)
De schakelaars voor elektrische raambediening blijven
nog 45 seconden actief nadat de contactschakelaar in
de stand LOCK is gezet. Door het openen van een
voorportier wordt deze functie uitgeschakeld.
Voor bepaalde uitvoeringen/landen, met EVIC
De schakelaars voor elektrische raambediening blijven
nog 10 minuten actief nadat de contactschakelaar in de
stand LOCK is gezet. Door het openen van een voor-
portier wordt deze functie uitgeschakeld.
OPMERKING:
Met het Uconnect Touch™ systeem
kan de vertragingstijd worden ingesteld. Raadpleeg
“Uconnect Touch™ instellingen” voor meer informa-
tie.
110
UW AUTO VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 117 of 384

PORTIERVERGRENDELING
HANDMATIGE PORTIERVERGRENDELING
Als u alle portieren wilt vergrendelen, drukt u de
portiervergrendelknop op ieder bekledingspaneel om-
laag. Als u de voorportieren wilt ontgrendelen, trekt u
de binnenhandgreep in de eerste klikstand. Als u de
achterportieren wilt ontgrendelen, trekt u de portier-
vergrendelknop op het bekledingspaneel omhoog.
(afb. 81)
Wanneer de vergrendelknop is ingedrukt als u het
portier sluit, wordt het portier vergrendeld. Contro-
leer daarom, voordat u het portier sluit, of de sleutel-
houder zich niet in de auto bevindt.OPMERKING:
De handmatige deursloten kunnen
de achterklep niet ontgrendelen of vergrendelen.
WAARSCHUWING!
V
oor uw veiligheid bij een aanrijding
dient u de portieren te vergrendelen
voordat u gaat rijden en wanneer u de auto
parkeert en verlaat .
Neem altijd de sleutelhouder mee uit de auto
wanneer u de portieren vergrendeld. Gebruik
zonder toezicht van de aanwezige uitrusting in de
auto kan ernstig of zelfs dodelijk letsel tot gevolg
hebben.
Laat nooit kinderen alleen in een auto achter
of in de buurt van een auto die niet is afgesloten.
Het achterlaten van kinderen zonder toezicht in
een auto is om verschillende redenen gevaarlijk.
Kinderen of derden lopen dan het risico op ern-
stig of zelfs dodelijk letsel. Waarschuw kinderen
dat ze niet aan de handrem, het rempedaal of de
schakelhendel mogen komen.
(Vervolgd)
(afb. 81)Handmatige portiervergrendelknop
111
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 118 of 384

(Vervolgd)
Laat de sleutelhouder niet achter in of in de
buurt van de auto en laat het contact van auto's
met Keyless Enter-N-Go™ niet in de stand ACC
of ON/RUN staan. Een kind zou de knoppen van
de elektrische raambediening of andere schake-
laars kunnen bedienen of de auto in beweging
kunnen zetten.
CENTRALE PORTIERVERGRENDELING
Op het bekledingspaneel van beide voorportieren be-
vindt zich u een schakelaar voor de centrale portier-
vergrendeling. Met deze schakelaar kunt u de portieren
en de achterklep elektrisch vergrendelen en ontgren-
delen. (afb. 82) De portieren worden niet vergrendeld als u de ver-
grendelknop indrukt terwijl de sleutelhouder zich in de
auto bevindt en een voorportier is geopend. Hierdoor
wordt voorkomen dat u per ongeluk de sleutelhouder
insluit in de auto. Na het verwijderen van de sleutel-
houder of het sluiten van het portier werken de sloten
weer zoals gebruikelijk. Als een portier is geopend en
het contactslot staat in de stand LOCK of ACC, klinkt
een gong om u eraan te herinneren de sleutelhouder te
verwijderen.
Automatische portiervergrendelingen
De automatische portiervergrendeling is standaard uit-
geschakeld. Wanneer deze ingeschakeld is, worden de
portieren automatisch vergrendeld zodra de rijsnel-
heid hoger is dan 24 km/u. De automatische portier-
vergrendeling kan door de erkende dealer in of buiten
werking worden gesteld op schriftelijk verzoek van de
klant. Bezoek uw erkende dealer voor service.
Automatisch portieren ontgrendelen bij
uitstappen
Bij auto's met centrale portiervergrendeling worden de
portieren automatisch ontgrendeld, wanneer:
1. de functie voor het automatische ontgrendelen van
de portieren bij uitstappen is ingeschakeld;
2. de auto in beweging was, waarna de rijsnelheid terugkeerde naar 0 km/u en de schakelhendel van de(afb. 82)Plaats van de schakelaar voor portiervergrendeling
112
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 119 of 384

versnellingsbak in de neutraalstand of PARK wordt
gezet;
3. het bestuurdersportier wordt geopend;
4. de portieren niet al eerder werden ontgrendeld;
Raadpleeg voor het veranderen van de huidige instel-
lingen "Uconnect Touch™ instellingen" in "Uw auto"
voor meer informatie.
OPMERKING: Gebruik de functie voor het auto-
matisch ontgrendelen van portieren in overeenstem-
ming met de plaatselijke geldende wettelijke voor-
schriften.
Programmeren van de functie automatisch
portieren ontgrendelen bij uitstappen
U kunt de functie voor het automatisch ontgrendelen
van de portieren bij uitstappen als volgt in- of uitscha-
kelen:
Raadpleeg voor voertuigen die zijn uitgerust met Uconnect Touch™ “Uconnect Touch™ instellingen”
in “Uw auto” voor meer informatie.
Ga bij voertuigen zonder Uconnect Touch™ als volgt te werk:
1. Ga in de auto zitten en sluit alle portieren.
2. Steek de sleutelhouder in de contactschakelaar. 3. Schakel het contact binnen 15 seconden viermaal
heen en weer tussen de standen LOCK en ON/
RUN en zet de schakelaar na de vierde keer in de
stand LOCK (start de motor niet). Start echter
niet de motor.
4. Druk binnen 30 seconden op de schakelaar voor centrale portiervergrendeling om de portieren te
ontgrendelen.
5. Een enkel geluidssignaal geeft aan dat het program- meren is voltooid.
OPMERKING: Als er geen geluidssignaal klinkt, be-
vindt het systeem zich niet in de programmeermodus
en moet u de procedure nogmaals uitvoeren.
6. Herhaal deze stappen als u de vorige instelling voor deze functie wilt herstellen.
OPMERKING: Gebruik de functie voor het auto-
matisch ontgrendelen van portieren in overeenstem-
ming met de plaatselijke geldende wettelijke voor-
schriften.
KINDERSLOT — ACHTERPORTIEREN
Voor de veiligheid van kleine kinderen die op de ach-
terste zitplaatsen meerijden, zijn de achterportieren
voorzien van een kinderslot.
113
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 120 of 384
Activeren van het kinderslot
1. Open het achterportier.
2. Steek de punt van de noodsleutel (of een soortgelijkvoorwerp) in het kinderslot en draai het slot naar de
stand LOCK.(afb. 83)(afb. 84)
3. Herhaal stappen 1 en 2 voor het andere achterpor- tier.
OPMERKING: Wanneer het kinderslot is geacti-
veerd, kan het portier alleen met de portiergreep van
buitenaf worden geopend, ook als de ontgrendelknop
aan de binnenzijde in de ontgrendelde stand staat.
WAARSCHUWING!
Voorkom dat bij een aanrijding mensen
in
de auto worden opgesloten. Vergeet
niet dat u de achterportieren uitsluitend vanaf
de buitenzijde kunt openen wanneer het kinder-
slot is geactiveerd. Als u deze waarschuwing niet
opvolgt , kan dit ernstig en zelfs dodelijk letsel tot
gevolg hebben.
(afb. 83) Plaats van het kinderslot
(afb. 84) Functie van kinderslot
114
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD