Page 57 of 384

De zitting omhoog of omlaag kantelen
De hoek van de zitting kan in vier richtingen worden
versteld. Trek de voorzijde van de stoelschakelaar om-
hoog of druk de achterzijde van de stoelschakelaar
omlaag om het voorste of achterste gedeelte van de
zitting in de richting van de schakelaar te verstellen.
Laat de schakelaar los zodra de gewenste stand is
bereikt.
WAARSCHUWING!
H
et verstellen van een stoel tijdens
het rijden kan gevaarlijk zijn. Het ver-
stellen van een stoel tijdens het rijden kan ertoe
leiden dat u de macht over het stuur verliest en
een aanrijding met ernstig of zelfs dodelijk letsel
veroorzaakt .
Het verstellen van de stoelen moet plaatsvin-
den voordat de veiligheidsgordels zijn vastge-
gespt en terwijl de auto is geparkeerd. Een slecht
afgestelde veiligheidsgordel kan ernstig of dode-
lijk letsel tot gevolg hebben.
Rijd nooit met de rugleuning zo schuin inge-
steld dat de schoudergordel niet meer tegen uw
borstkas rust . Tijdens een botsing bestaat het
gevaar dat u onder de veiligheidsgordel door
schuift , waardoor ernstig of zelfs dodelijk letsel
kan ontstaan.
Plaats geen voorwerpen onder een elek-
trisch verstelbare stoel en zorg dat deze
altijd vrij kan bewegen. Anders kan de
stoelbediening beschadigd raken. De stoel kan
niet vrij bewegen als deze wordt gehinderd door
obstakels.
ELEKTRISCHE LENDENSTEUN
(voor bepaalde uitvoeringen/landen)
De schakelaar voor de elektrisch verstelbare lenden-
steun bevindt zich aan de buitenzijde van de bestuur-
dersstoel. Druk de schakelaar naar voren om meer
lendensteun in te stellen. Druk de schakelaar naar
achteren om minder lendensteun in te stellen. Druk de
schakelaar omhoog of omlaag om de positie van de
lendensteun te verhogen of te verlagen. (afb. 16)
STOELVERWARMING
(voor bepaalde uitvoeringen/landen)
Bij sommige modellen zijn de bestuurders- en voorpas-
sagiersstoel uitgerust met verwarmingselementen in
zowel de zittingen als de rugleuningen. De verwarm-
bare stoelen worden bediend m.b.v. het Uconnect
Touch™ systeem.
51
UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 58 of 384

WAARSCHUWING!
P
ersonen die geen pijn op de huid
kunnen voelen als gevolg van ouderdom,
chronische ziekte, diabetes, rugletsel, medicatie,
alcoholgebruik, uitputting of een andere licha-
melijke conditie, moeten voorzichtig zijn bij het
gebruik van de stoelverwarming. Deze kan zelfs
bij lage temperaturen brandwonden veroorza-
ken, met name als de verwarming langdurig
wordt gebruikt .
(Vervolgd)(Vervolgd)
Plaats geen voorwerpen op de zitting of de
rugleuning die warmte-isolerend werken, zoals
een deken of kussen. Hierdoor kan de stoelver-
warming oververhit raken. Een oververhitte stoel
kan leiden tot ernstige brandwonden als gevolg
van de verhoogde oppervlaktetemperatuur van
de zitting.
Voor uitvoeringen met Uconnect Touch™ 4.3:
Kies de toets CLIMATE (aan de linkerzijde van het
Uconnect Touch™ display) om het bedieningsscherm
van de klimaatregeling te openen. Kies eenmaal de schermtoets voor de stoel
"Driver" (bestuurder) of "Pass" (passagier)
(op het Uconnect Touch™ display) om de
HI-level verwarming te selecteren. Kies de scherm-
toets een tweede maal om de LO-level verwarming te
selecteren. Kies de schermtoets een derde maal om de
verwarmingselementen uit te schakelen (OFF).
Als de hoge stand (HI) is geselecteerd, geeft de verwar-
ming extra veel warmte tijdens de eerste vier gebruiks-
minuten. Daarna neemt de uitgestraalde warmte af tot
de normale hoge stand (HI). Als de hoge stand (HI) is
geselecteerd, schakelt het systeem automatisch na
maximaal 30 minuten continue werking naar de lage
stand (LO). Op dat moment verandert het display van
(afb. 16) Schakelaar voor de elektrische lendensteun
52
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 59 of 384

HI (hoge stand) in LO (lage stand). De lage stand (LO)
wordt automatisch na 30 minuten uitgeschakeld (OFF).
Uitvoeringen met Uconnect Touch™ 8.4 en
8.4 Nav:
Kies de schermtoets "Controls" (bedieningselemen-
ten) op het Uconnect Touch™ display. (afb. 17)Kies eenmaal de schermtoets onder "Driver"
(bestuurder) of "Passenger" (passagier) om
een hoge verwarmingsstand (HI) te kiezen.
Kies de schermtoets een tweede maal om de LO-level
verwarming te selecteren. Kies de schermtoets een
derde maal om de verwarmingselementen uit te scha-
kelen (OFF). (afb. 18) OPMERKING:
Zodra u een stand hebt geselec-
teerd, voelt u na twee tot vijf minuten dat de stoel
warm wordt.
VOORSTOELEN HANDMATIG VERSTELLEN
Voor uitvoeringen met handmatig verstelbare stoelen
kunnen de bestuurdersstoel en de passagiersstoel naar
voren en naar achteren worden versteld m.b.v. de stang
vóór de zitting bij de vloer. (afb. 19)
Trek, terwijl u op de stoel zit, de stang omhoog en
beweeg de stoel voor- of achterwaarts. Laat de stang
los zodra de gewenste stand is bereikt. Beweeg vervol-
gens met lichaamsdruk voorwaarts en achterwaarts op
de stoel om er zeker van te zijn dat het stoelverstel-
mechanisme is vergrendeld.(afb. 17) Schermtoets Controls (bedieningselementen)
(afb. 18) Schermtoetsen stoelverwarming
53
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 60 of 384

WAARSCHUWING!
H
et verstellen van een stoel tijdens
het rijden kan gevaarlijk zijn. Het ver-
stellen van een stoel tijdens het rijden kan ertoe
leiden dat u de macht over het stuur verliest en
een aanrijding met ernstig of zelfs dodelijk letsel
veroorzaakt .
Het verstellen van de stoelen moet plaatsvin-
den voordat de veiligheidsgordels zijn vastge-
gespt en terwijl de auto is geparkeerd. Een slecht
afgestelde veiligheidsgordel kan ernstig of dode-
lijk letsel tot gevolg hebben. RUGLEUNING VERSTELLEN
De regelhendel bevindt zich aan de buitenzijde van de
stoel. Leun, om de rugleuning te verstellen, licht naar
voren, trek de hendel omhoog, leun naar achteren tot
de gewenste stand is bereikt en laat de hendel los. Om
de rugleuning naar de normale stand terug te brengen
leunt u naar voren en licht de hendel omhoog. Laat de
hendel los wanneer de rugleuning zich in de stand
rechtop bevindt.
(afb. 20)
(afb. 19)
Handmatig verstelbare stoelen
(afb. 20) Hendel rugleuning
54
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 61 of 384

WAARSCHUWING!
H
et is gevaarlijk om tijdens het rijden
een stoel in te stellen. Door een plotse-
linge beweging van de stoel zou u de controle
over de auto kunnen verliezen. De autogordel is
wellicht niet correct ingesteld en u kunt zo letsel
oplopen. Verstel de stoel alleen als de auto is
geparkeerd.
Rijd nooit met de rugleuning zo schuin inge-
steld dat de schoudergordel niet meer tegen uw
borstkas rust . Bij een aanrijding zou u dan onder
de autogordel door kunnen glijden en zo ernstig
of zelfs dodelijk gewond raken.Verstel de rugleu-
ning alleen als de auto is geparkeerd.
HOOGTEVERSTELLING
BESTUURDERSSTOEL
De hendel voor de hoogteverstelling bevindt zich aan
de buitenzijde van de stoel. Breng de hendel naar boven
om de zitting te verhogen. Breng de hendel naar bene-
den om de zitting te verlagen. De hoogteverstelling van
de stoel bedraagt in totaal circa 55 mm. (afb. 21)NEERKLAPBARE VOORSTOEL
PASSAGIERSZIJDE (voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
Met deze functie wordt de laadruimte uitgebreid. Als
de stoel wordt neergeklapt, vormt hij een verlenging
van het laadvloeroppervlak (zodat langwerpige voor-
werpen van de achterklep tot aan het instrumentenpa-
neel in de auto passen). De neerklapbare rugleuning
heeft ook een hard oppervlak dat u kunt gebruiken als
uw werkvlak als de stoel wordt neergeklapt en het
voertuig niet in beweging is.
(afb. 22)
Trek de hendel van de rugleuning omhoog om de stoel
neer of op te klappen.
(afb. 21) Hoogteverstellingshendel van stoel
55
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 62 of 384

WAARSCHUWING!
Het is gevaarlijk om tijdens het rijden
een
stoel in te stellen. Door een plotse-
linge beweging van de stoel zou u de controle
over de auto kunnen verliezen. Stel de stoel al-
leen in als de auto geparkeerd staat .
HOOFDSTEUNEN
Hoofdsteunen zijn ontworpen om het risico van letsel
te verlagen door de bewegingsvrijheid van het hoofd te
beperken tijdens aanrijdingen van achteren. De hoofd-
steunen moeten zodanig worden afgesteld, dat de bo-
venkant van uw oor zich onder de bovenkant van de
hoofdsteun bevindt.
WAARSCHUWING!
De hoofdsteunen moeten voor alle inzit-
ten
den correct worden afgesteld voor-
dat u gaat rijden, of voordat de passagiers plaats-
nemen. De hoofdsteunen mogen nooit worden
afgesteld tijdens het rijden. Rijden in een auto
zonder hoofdsteunen of met onjuist afgestelde
hoofdsteunen kan leiden tot ernstig of zelfs do-
delijk letsel in het geval van een aanrijding.
Actieve hoofdsteunen (AHR) — voorstoelen
Actieve hoofdsteunen zijn passieve componenten die
kunnen worden geactiveerd. Auto's met dit systeem
kunnen niet eenvoudigweg aan de hand van markerin-
gen worden geïdentificeerd, maar alleen door visuele
inspectie van de hoofdsteun. De hoofdsteun zal zich in
twee helften splitsen; de voorste helft bestaat uit zacht
schuim en bekleding en de achterste helft uit decoratief
kunststof.
Wanneer de actieve hoofdsteunen tijdens een botsing
van achteren worden geactiveerd, schuift de voorste
helft van de actieve hoofdsteun naar voren om de
afstand tussen het achterhoofd van de inzittende en de
actieve hoofdsteun zo klein mogelijk te maken. Dit
systeem is ontworpen om bij bepaalde botsingen van
achteren het risico van letsel bij de bestuurder en
voorpassagier te voorkomen of te verlagen. Raadpleeg
(afb. 22) Neerklapbare stoel
56
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 63 of 384
“Veiligheidsgordelsystemen” in “Veiligheid” voor meer
informatie.
Trek aan de hoofdsteunen om ze te verhogen. Als u de
hoofdsteun wilt verlagen, drukt u op de knop onder
aan de hoofdsteun en drukt u de hoofdsteun naar
beneden. (afb. 23)
Voor een comfortabele positie kan de actieve hoofd-
steun naar voren en naar achteren worden gekanteld.
Als u de hoofdsteun dichter naar uw achterhoofd wilt
kantelen, trekt u de onderkant van de hoofdsteun naar
voren. Druk de onderkant van de hoofdsteun naar
achteren om de hoofdsteun van uw hoofd af te duwen.
(afb. 24) (afb. 25)(afb. 23)Drukknop
(afb. 24)Actieve hoofdsteun (normale stand)(afb. 25)
Actieve hoofdsteun (gekanteld)
57
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 64 of 384

OPMERKING:
De hoofdsteunen mogen uitsluitend door bevoegdemonteurs worden verwijderd en alleen voor onder-
houdswerkzaamheden. Als een hoofdsteun verwij-
derd moet worden, neem dan contact op met een
erkende dealer.
Raadpleeg, indien een actieve hoofdsteun is geacti- veerd, de rubriek "Veiligheidsgordelsystemen/
Actieve hoofdsteunen (AHR)/Opnieuw instellen van
de actieve hoofdsteunen (AHR)" in "Veiligheid" voor
meer informatie.
WAARSCHUWING!
Leg
geen voorwerpen zoals jassen,
stoelhoezen of draagbare dvd-spelers
over de hoofdsteunen. Deze voorwerpen kunnen
bij botsingen de werking van de actieve hoofd-
steunen belemmeren en leiden tot ernstig of zelfs
dodelijk letsel.
(Vervolgd)(Vervolgd)
Actieve hoofdsteunen kunnen geactiveerd wor-
den als ze geraakt worden, bijvoorbeeld door een
hand, voet of losse voorwerpen. Om ongewenste
activering van de actieve hoofdsteun te voorko-
men, dienen alle voorwerpen veilig te worden
opgeborgen, aangezien losse voorwerpen in aan-
raking kunnen komen met de actieve hoofdsteun
wanneer er plotseling moet worden geremd. Als
aan deze waarschuwing geen gehoor wordt gege-
ven, kan persoonlijk letsel het gevolg zijn als de
actieve hoofdsteun geactiveerd wordt .
Hoofdsteunen — stoelen van de tweede zitrij
De achterstoelen zijn uitgerust met verstelbare hoofd-
steunen. Trek aan de hoofdsteunen om ze te verhogen.
Als u de hoofdsteun lager wilt afstellen, drukt u op de
stelknop onder aan de hoofdsteun en duwt u vervol-
gens de hoofdsteun naar beneden. (afb. 26)
OPMERKING:
De hoofdsteunen mogen uitsluitend door bevoegde monteurs worden verwijderd en alleen voor onder-
houdswerkzaamheden. Als een van de hoofdsteunen
moet worden verwijderd, moet u contact opnemen
met een erkende dealer.
58
UW AUTO VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD