Page 65 of 384

Raadpleeg "Veiligheidsgordelsystemen" in "Veilig-heid" voor de correcte bevestiging van de gordel bij
gebruik van een kinderzitje.
WAARSCHUWING!
Rijden in een voertuig zonder hoofdsteu-
n
en of met hoofdsteunen die niet goed
zijn afgesteld kan leiden tot ernstig of zelfs dode-
lijk letsel in geval van een botsing. Voor u in het
voertuig gaat rijden moet u altijd de hoofdsteu-
nen controleren. De hoofdsteunen mogen nooit
worden afgesteld in een rijdende auto. DERDE ZITRIJ
(uitvoeringen voor zeven passagiers)
Deze hoofdsteunen zijn niet verstelbaar en kunnen niet
worden verwijderd. Ze kunnen echter wel naar voren
worden geklapt als ze niet in gebruik zijn.
WAARSCHUWING!
Laat nooit iemand meerijden op de
derde
zitrij, tenzij de hoofdsteun is opge-
klapt en vergrendeld. Als aan deze waarschuwing
geen gehoor wordt gegeven, kan dit bij een onge-
val lichamelijk letsel tot gevolg hebben.
60/40-GEDEELDE ACHTERBANK VAN DE
TWEEDE ZITRIJ
Voor extra opbergruimte kunnen alle stoelen op de
tweede zitrij worden neergeklapt. Hierdoor wordt
extra laadruimte gecreëerd en blijft er zo nodig vol-
doende zitruimte over.
OPMERKING: Voordat een stoel in de tweede zitrij
wordt neergeklapt, moet men zorgen dat de rugleuning
van de voorstoel verticaal staat. Hierdoor kan de stoel
op de tweede zitrij eenvoudig worden neergeklapt.
(afb. 26) Stelknop
59
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 66 of 384

WAARSCHUWING!
H
et is zeer gevaarlijk om tijdens het
rijden personen te vervoeren in de laad-
ruimte. Bij een ongeval lopen personen in deze
ruimte een groter risico op ernstig of dodelijk
letsel.
Vervoer geen personen in een ruimte van de
auto die niet is voorzien van stoelen en veilig-
heidsgordels.
Zorg dat iedereen in uw auto op een stoel zit
en op de juiste wijze de veiligheidsgordel draagt .
Bij modellen voor zeven passagiers mag er
niemand op de derde zitrij plaatsnemen als de
rugleuningen van de tweede zitrij zijn neerge-
klapt . Bij een botsing zouden de inzittenden on-
der de autogordel kunnen glijden en ernstig of
dodelijk letsel kunnen oplopen.
Stoel neerklappen
1. De regelhendel bevindt zich onder aan de portier- zijde van de stoel. (afb. 27)
2. Oefen met één hand op de rugleuning lichte druk uit.
3. Licht de regelhendel met de andere hand omhoog zodat de rugleuning iets naar voren beweegt en laat
dan de hendel los.
WAARSCHUWING!
Om persoonlijk letsel of schade aan
v
oorwerpen te voorkomen moet u zor-
gen dat uw hoofd en armen of andere voorwer-
pen niet beklemd raken tijdens het neerklappen
van de rugleuning.
4. Klap de rugleuning langzaam neer.
Stoel opklappen
Klap de rugleuning op en zorg dat deze vergrendeld is.
(afb. 27) Hendel rugleuning
60
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 67 of 384

WAARSCHUWING!
Controleer of de rugleuning stevig is ver-
gren
deld. Anders is de zitting niet vol-
doende stabiel voor kinderzitjes en/of de andere
inzittenden. Een instabiele zitting kan leiden tot
ernstig letsel.
Naar achteren en naar voren verstellen
De regelhendel bevindt zich aan de portierzijde van de
stoel. Licht de hendel op om de stoel naar voren of naar
achteren te verplaatsen. Laat de hendel los zodra de
stoel zich in de gewenste stand bevindt. Beweeg ver-
volgens met lichaamsdruk voorwaarts en achterwaarts
op de stoel om er zeker van te zijn dat het stoelver-
stelmechanisme is vergrendeld. (afb. 28)
WAARSCHUWING!
Het is gevaarlijk om tijdens het rijden
een
stoel in te stellen. Door een plotse-
linge beweging van de stoel zou u de controle
over de auto kunnen verliezen. De autogordel is
wellicht niet correct ingesteld en u kunt zo letsel
oplopen. Stel de stoel alleen in als de auto gepar-
keerd staat .
Rugleuning verstellen
De verstelhendel bevindt zich aan de buitenzijde van de
stoel. Om de rugleuning naar achteren te verplaatsen
leunt u naar achteren, trek de hendel omhoog, zet de
rugleuning in de gewenste stand en laat dan de hendel
los. Om de rugleuning in de normale verticale stand
terug te zetten leunt u eerst naar achteren en licht de
hendel op en dan leunt u naar voren en laat de hendel
los zodra de rugleuning in de verticale stand staat.
(afb. 29)
(afb. 28) Handmatig verstelbare stoelen
61
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 68 of 384

WAARSCHUWING!
H
et is gevaarlijk om tijdens het rijden
een stoel in te stellen. Door een plotse-
linge beweging van de stoel zou u de controle
over de auto kunnen verliezen. De autogordel is
wellicht niet correct ingesteld en u kunt zo letsel
oplopen. Verstel de stoel alleen als de auto is
geparkeerd.
Rijd nooit met de rugleuning zo schuin inge-
steld dat de schoudergordel niet meer tegen uw
borstkas rust . Bij een aanrijding zou u dan onder
de autogordel door kunnen glijden en zo ernstig
of zelfs dodelijk gewond raken.Verstel de rugleu-
ning alleen als de auto is geparkeerd. Rugleuning / Armsteun — stoel tweede zitrij
De ontgrendellus bevindt zich boven op de rugleuning
/ armsteun. Trek de ontgrendellus naar voren om te
ontgrendelen en daarna naar beneden om de rugleu-
ning / armsteun te laten zakken. (afb. 30)
Breng de rugleuning / armsteun omhoog en zet deze
vast als hij niet in gebruik is of als er extra zitplaatsen
nodig zijn.
(afb. 29)
Hendel rugleuning
(afb. 30)Rugleuning / armsteun
62
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 69 of 384

WAARSCHUWING!
Houd de gesp schoon en vrij van belem-
m
eringen en zorg dat de rugleuning ste-
vig is vergrendeld. Anders is de zitting niet vol-
doende stabiel voor kinderzitjes en/of de andere
inzittenden. Een instabiele zitting kan leiden tot
ernstig letsel.
Stadium Tip 'n Slide™ (Easy Entry/Exit Seat)
— uitvoeringen voor zeven passagiers
Met deze functie kunnen de passagiers van de derde
zitrij makkelijk in - en uitstappen aan beide zijden van
het voertuig.
Stoel van tweede zitrij naar voren bewegen
OPMERKING: Breng de rugleuning / armsteun om-
hoog voordat u de stoel volledig naar voren schuift.
Trek de hendel aan de bovenzijde bij het portier naar
voren. De zitting draait in een vloeiende beweging naar
boven en de stoel schuift over de rails naar voren.
(afb. 31) (afb. 32)
OPMERKING: Aan de voorkant van het bekledings-
paneel naast de portieropening bevindt zich een hand-
greep om het in- en uitstappen voor passagiers op de
derde zitrij te vereenvoudigen.
(afb. 31) Bedieningshendel Tip 'n Slide™(afb. 32)
Tip n Slide Seat™
63
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 70 of 384

WAARSCHUWING!
Niet rijden met de stoel in deze stand
om
dat deze stand alleen bedoeld is om
het in- en uitstappen voor passagiers op de derde
zitrij te vergemakkelijken. Als u deze waarschu-
wing niet opvolgt , kan dit ernstig letsel tot gevolg
hebben.
Stoelen tweede zitrij opklappen en naar achte-
ren schuiven
Breng de rugleuning naar achteren tot hij vergrendelt
en blijf de stoel naar achteren schuiven op de rails tot
deze ook vergrendelt.
Duw de zitting naar beneden om deze op zijn plaats
vast te maken.
Verstel de stoelstand op de rails zoals gewenst. Beweeg
met uw lichaamsgewicht naar voren en naar achteren
op de stoel om er zeker van te zijn dat het stoelver-
stelmechanisme is vergrendeld.
WAARSCHUWING!
Zorg dat de rugleuning en de stoel goed
zijn
vergrendeld. Anders is de zitting niet
voldoende stabiel voor kinderzitjes en/of de an-
dere inzittenden. Een instabiele zitting kan leiden
tot ernstig letsel. 50/50-GEDEELDE ACHTERBANK DERDE
ZITRIJ MET NEERKLAPFUNCTIE
(uitvoeringen voor zeven passagiers)
Voor extra opbergruimte kunnen alle stoelen van de
derde zitrij worden neergeklapt. Hierdoor wordt extra
laadruimte gecreëerd en blijft er zo nodig voldoende
zitruimte over.
OPMERKING:
Voordat de rugleuning van de bank
op de derde zitrij wordt neergeklapt, moet u zorgen
dat de rugleuning van de tweede zitrij niet achterover is
gekanteld. Hierdoor kan de rugleuning eenvoudig wor-
den neergeklapt.
Rugleuning neerklappen
Trek de ontgrendellus, die zich boven aan de rugleuning
bevindt, omhoog, duw de rugleuning enigszins naar
voren en laat de lus los. Blijf de rugleuning naar voren
drukken. Als de rugleuning naar voren kantelt worden
de hoofdsteunen automatisch neergeklapt. (afb. 33)
Rugleuning opklappen
Neem de hulpriem op de rugleuning vast en trek deze
naar u toe om de rugleuning omhoog te brengen. Ga
door met de rugleuning op te heffen totdat deze op zijn
plaats vastklikt. Breng vervolgens de hoofdsteun om-
hoog om deze te laten vergrendelen. (afb. 34)
64
UW AUTO VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 71 of 384

De rugleuning kan ook worden vergrendeld in de
achterover gekantelde stand. Daarvoor trekt u de
ontgrendellus die zich boven aan de rugleuning bevindt
omhoog, laat de rugleuning naar achteren leunen en
laat de ontgrendellus los.
WAARSCHUWING!
Con
troleer of de rugleuning stevig is
vergrendeld. Anders biedt de stoel niet
voldoende stabiliteit voor de passagiers. Een in-
stabiele zitting kan leiden tot ernstig letsel.
Laat nooit iemand meerijden op de derde
zitrij, tenzij de hoofdsteun is opgeklapt en ver-
grendeld. Als aan deze waarschuwing geen ge-
hoor wordt gegeven, kan dit bij een ongeval licha-
melijk letsel tot gevolg hebben.
Niemand mag op de derde zitrij plaatsnemen
als de rugleuningen van de tweede zitrij zijn
neergeklapt . Bij een botsing zouden de inzitten-
den onder de autogordel kunnen glijden en ern-
stig of dodelijk letsel kunnen oplopen.
(afb. 33) Hendel rugleuning(afb. 34)
Hulpriem
65
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN
RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 72 of 384

VERSTELBARE STUURKOLOM
Met deze functie kunt u de stuurkolom in de hoogte
verstellen. U kunt de stuurkolom ook in de lengte
verstellen. De bedieningshendel voor lengte- en hoog-
teverstelling bevindt zich onder het stuur aan het
uiteinde van de stuurkolom. (afb. 35)
Om de stuurkolom te ontgrendelen drukt u de bedie-
ningshendel naar beneden. Om de stuurkolom in de
hoogte te verstellen beweegt u het stuur omhoog of
omlaag naar de gewenste positie. Om de stuurkolom in
de lengte te verstellen trekt u het stuur naar buiten of
duwt u het naar binnen naar de gewenste positie. Omde stuurkolom op zijn plaats te vergrendelen trekt u de
bedieningshendel naar boven tot deze klikt.
WAARSCHUWING!
Verstel het stuur niet tijdens het rijden.
V
erstellen van de stuurkolom tijdens het
rijden of rijden als de stuurkolom niet is vergren-
deld, kan ertoe leiden dat de bestuurder de
macht over het stuur verliest . Controleer of de
stuurkolom vergrendeld is, voordat u gaat rijden.
Als u deze waarschuwing niet opvolgt , kan dit
ernstig en zelfs dodelijk letsel tot gevolg hebben.
(afb. 35) Regelhendel voor lengte- en hoogteverstelling stuurkolom
66
UW AUTO
VEILIGHEID
S
TARTEN EN RIJDENWAARSCHU-
WINGSLAMPJES EN MELDINGEN
NOODGEVALLENSERVICE EN
ONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD