Page 417 of 622

4164-6. Rijtips
Voer, afhankelijk van de omstandig-
heden, de volgende handelingen uit:
Probeer een vastgevroren ruit niet
met kracht te openen en zet de rui-
tenwissers niet aan als deze vast-
gevroren zijn. Giet warm water
over het bevroren gedeelte om het
ijs te laten smelten. Veeg het
water direct weg om te voorkomen
dat het bevriest.
Verwijder de eventueel aanwe-
zige sneeuw van de luchtinlaten
voor de voorruit om zeker te kun-
nen zijn van een juiste werking van
de aanjager van het airconditio-
ningsysteem.
Controleer of er sprake is van ijs-
of sneeuwophopingen op de ver-
lichting aan de buitenzijde, op het
dak, op het chassis, rond de ban-
den of op de remmen, en verwijder
deze indien dat het geval is.
Verwijder sneeuw en modder van
de onderzijde van uw schoenen
voordat u in de auto stapt.
Verhoog de snelheid geleidelijk, houd
een veilige afstand tussen u en uw
voorligger en pas de snelheid aan
aan de conditie van de weg.
Parkeer de auto en zet de selectie-
hendel in stand P, maar activeer
de parkeerrem niet. De parkeer- rem kan vastvriezen en bij het
deactiveren niet vrij komen. Blok-
keer bij het parkeren van de auto
de wielen zonder de parkeerrem te
gebruiken.
Het niet in acht nemen hiervan kan
gevaarlijk zijn omdat de auto
onverwacht in beweging kan
komen, hetgeen kan leiden tot een
ongeval.
Wanneer de parkeerrem in de automati-
sche modus staat, wordt de parkeerrem
gedeactiveerd wanneer de selectiehendel
in stand P wordt gezet. (
→Blz. 294)
Als de auto stilstaat en de remmen
vochtig zijn terwijl de temperatuur
laag is, kunnen de remmen bevrie-
zen.
Controleer als de auto geparkeerd
is zonder de parkeerrem te active-
ren of de selectiehendel niet uit
stand P kan worden gezet
*.*: De selectiehendel wordt geblokkeerd
als wordt geprobeerd deze vanuit stand
P in een andere stand te zetten zonder
het rempedaal in te trappen. Als de
selectiehendel niet uit stand P kan wor-
den gezet, kan er een probleem aanwe-
zig zijn in het schakelblokkeersysteem.
Laat de auto onmiddellijk nakijken door
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Voordat u met de auto gaat
rijden
Tijdens het rijden
Bij het parkeren
WAARSCHUWING
■Bij het parkeren
Blokkeer bij het parkeren van de auto
de wielen zonder de parkeerrem te
gebruiken. Als u de wielen niet blok-
keert, kan de auto onverwachts in
beweging komen, waardoor een onge-
val kan ontstaan.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 416 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 418 of 622

417
4
4-6. Rijtips
Rijden
Gebruik de juiste maat sneeuwkettin-
gen. De maat van de sneeuwkettin-
gen is afgestemd op de bandenmaat.
Zijketting:
diameter 3 mm
breedte 10 mm
lengte 30 mm
Dwarsketting:
diameter 4 mm
breedte 14 mm
lengte 25 mm
De wetgeving met betrekking tot het
gebruik van sneeuwkettingen ver-
schilt per land en per soort weg. Stel
u op de hoogte van lokale voorschrif-
ten alvorens sneeuwkettingen te
monteren.
■Monteren van sneeuwkettingen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht bij het monteren en verwijderen
van sneeuwkettingen:
●Monteer en verwijder de sneeuwkettin-
gen op een veilige locatie.
●Monteer de sneeuwkettingen uitsluitend
op de voorwielen. Gebruik geen
sneeuwkettingen om de achterwielen.
●Plaats de sneeuwkettingen zo strak
mogelijk om de voorwielen. Zet de
sneeuwkettingen na 0,5 - 1,0 km
opnieuw vast.
●Monteer de sneeuwkettingen volgens de
meegeleverde gebruiksaanwijzing.
Kiezen van sneeuwkettingen
Wetgeving met betrekking
tot het gebruik van
sneeuwkettingen
A
B
C
D
E
F
OPMERKING
■Monteren van sneeuwkettingen
Als er sneeuwkettingen gemonteerd
zijn, werken de bandenspanningssen-
soren en -zenders mogelijk niet goed.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 417 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 419 of 622

4184-6. Rijtips
Vanwege het specifieke ontwerp
hebben terreinauto's een hoger
zwaartepunt dan gewone perso-
nenauto's. Door dit specifieke ont-
werpkenmerk kan deze categorie
auto's eerder over de kop slaan.
Terreinauto's hebben een aan-
zienlijk grotere kans om over de
kop te slaan dan andere auto's.
Een voordeel van de grotere
grondspeling is een beter zicht op
de weg, waardoor u beter kunt
anticiperen.
Een vierwielaangedreven auto is
niet ontworpen om bochten met
dezelfde snelheid te nemen als
gewone personenauto's, net als
lage sportwagens niet zijn ontwor-
pen om in het terrein te presteren.
Daarom kan de auto bij scherpe
bochten en een te hoge snelheid
over de kop slaan.
Voorzorgsmaatregelen
bij terreinauto's
Deze auto behoort tot de catego-
rie terreinauto's die een grotere
bodemvrijheid en een kleinere
spoorbreedte hebben in verhou-
ding tot de hoogte van het
zwaartepunt. Dit biedt de moge-
lijkheid in een grote variëteit van
terreinomstandigheden te rijden.
Kenmerken terreinauto's
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen bij terrein-
auto's
Neem de volgende voorzorgsmaatrege-
len altijd in acht om de kans op ernstig
letsel en schade aan uw auto tot een
minimum te beperken:
●Als een auto over de kop slaat, heeft
een inzittende zonder veiligheidsgor-
del een aanzienlijk grotere kans op
ernstig letsel dan een inzittende die
wel een veiligheidsgordel draagt. Alle
inzittenden dienen daarom gebruik te
maken van hun gordels.
●Vermijd waar mogelijk scherpe boch-
ten en abrupte manoeuvres.
Het verkeerd bedienen van deze auto
kan resulteren in het verliezen van de
controle over de auto of in het over de
kop slaan van de auto, waardoor zeer
ernstig letsel kan ontstaan.
●Door het laden van voorwerpen op
het imperiaal (indien aanwezig) zal
het zwaartepunt hoger komen te lig-
gen. Vermijd hoge snelheden, snel
optrekken, het maken van scherpe
bochten, plotseling remmen en
abrupte manoeuvres, om te voorko-
men dat u de controle over de auto
verliest of dat de auto over de kop
slaat door een bedieningsfout.
●Matig bij rukwinden altijd uw snelheid.
Door het profiel en het hogere zwaar-
tepunt is uw auto gevoeliger voor zij-
wind dan een gewone auto. U hebt
meer controle over de auto als u lang-
zamer rijdt.
●Rijd niet horizontaal over steile hellin-
gen. Recht omhoog of recht naar
beneden rijden wordt aanbevolen. Uw
auto (en elke andere vergelijkbare
terreinauto) kan gemakkelijker opzij
omslaan dan voor- of achterover.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 418 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 420 of 622

419
4
4-6. Rijtips
Rijden
Neem wanneer u gaat terreinrijden
de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht voor optimaal rijgenot en om
te voorkomen dat terreinrijden in
bepaalde gebieden niet meer wordt
toegestaan:
Rijd alleen in gebieden waar off-
road-auto's mogen rijden.
Respecteer particulier eigendom.
Vraag toestemming aan de eige-
naar voordat u een privéterrein
betreedt.
Betreed geen afgesloten gebie-
den. Respecteer hekken, afsluitin-
gen en borden die u de toegang
ontzeggen.
Blijf op de gebaande paden. Pas,
als het nat is, uw rijtechniek aan of
ga langzamer rijden om schade
aan het terrein te voorkomen.
Terreinrijden
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen voor ter-
reinrijden
Neem de volgende voorzorgsmaatrege-
len altijd in acht om de kans op ernstig
letsel en schade aan uw auto tot een
minimum te beperken:
●Rijd voorzichtig bij terreinrijden.
Neem geen onnodige risico's door op
gevaarlijke plaatsen te rijden.
●Pak de spaken van het stuurwiel niet
vast als u door terrein rijdt. Een plot-
selinge hobbel kan het stuurwiel ver-
draaien en uw handen verwonden.
Houd beide handen en vooral de dui-
men op de buitenkant van de stuur-
wielrand.
●Controleer altijd de werking van de
remmen direct na het rijden door
zand, modder, water of sneeuw.
●Controleer na het rijden door lang
gras, modder, zand, riviertjes, over
stenen, enz. of er geen gras, takken,
papier, doeken, stenen, zand, enz.
aan de onderkant is blijven hangen of
vastzit. Verwijder dergelijke onregel-
matigheden van de onderkant van de
auto. Als met de auto wordt gereden
terwijl deze materialen onder de auto
vastzitten of blijven hangen, kan de
auto kapot gaan of kan er brand ont-
staan.
●Als u over onverharde wegen of door
ruw terrein rijdt, rijd dan niet met hoge
snelheid, spring niet met de auto,
maak geen scherpe bochten, raak
geen voorwerpen, enz. Dit kan ervoor
zorgen dat u de controle over de auto
verliest of over de kop slaat, waar-
door ernstig letsel kan ontstaan.
Bovendien bestaat dan de kans dat er
kostbare schade ontstaat aan de
wielophanging en het chassis van de
auto.
OPMERKING
■Voorkomen van waterschade
Neem alle veiligheidsmaatregelen in
acht om er zeker van te zijn dat er geen
waterschade aan het batterijpakket
(tractiebatterij), het hybridesysteem of
andere onderdelen ontstaat.
●Water in de motorruimte kan ernstige
schade aan het hybridesysteem ver-
oorzaken. Water in het interieur kan
kortsluiting veroorzaken in het batte-
rijpakket (tractiebatterij) dat zich
onder de achterstoelen bevindt.
●Water dat in de hybridetransmissie
komt, beschadigt de transmissie. Het
controlelampje kan gaan branden en
er kan mogelijk niet met de auto gere-
den worden.
●Water kan het vet van de wiellagers
spoelen, roestvorming veroorzaken
en zorgen voor storingen. Het water
kan in de hybridetransmissie terecht-
komen, waardoor de smerende
eigenschappen van de olie afnemen.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 419 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 421 of 622
4204-6. Rijtips
OPMERKING
■Tijdens het rijden door water
Indien u door water wilt rijden, bijvoor-
beeld bij het oversteken van een
beekje, controleer dan eerst de diepte
van het water, de bodemgesteldheid en
de toegankelijkheid van de oever aan
de overzijde. Rijd langzaam en vermijd
diep water.
■Controle na terreinrijden
●Zand en modder op de remschijven
kunnen de remcapaciteit nadelig
beïnvloeden en beschadigingen ver-
oorzaken aan onderdelen van het
remsysteem.
●Voer na een dag terreinrijden altijd
een onderhoudsinspectie uit nadat u
door ruw terrein, zand, modder of
water hebt gereden.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 420 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 422 of 622
5
421
5
Voorzieningen in het interieur
Voorzieningen
in het interieur
5-1. Gebruik van de
airconditioning en
de achterruitverwarming
Automatische airconditioning................... 422
Stuurwielverwarming/ stoelverwarming/
stoelventilatoren................ 428
5-2. Gebruik van de interieurverlichting
Overzicht interieurverlichting............. 431
5-3. Gebruik van de opbergmogelijkheden
Overzicht van opbergmogelijkheden ....... 434
Voorzieningen in de bagageruimte .................... 438
5-4. Gebruik van de overige voorzieningen in het
interieur
Overige voorzieningen in het interieur ................... 443
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 421 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 423 of 622

4225-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
5-1.Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Schakelaar automatische modus
Schakelaar temperatuurregeling links
Schakelaar temperatuurregeling rechts
DUAL-schakelaar
Schakelaar OFF
Schakelaar voorruitverwarming
Schakelaar achterruit- en buitenspiegelverwarming
Keuzeschakelaar aanjager
Schakelaar verlagen aanjagersnelheid
Schakelaar verhogen aanjagersnelheid
Schakelaar luchtcirculatieregeling
Schakelaar buitenlucht-/recirculatiemodus
Schakelaar S-FLOW-modus
Aircoschakelaar
Deze afbeelding is voor auto's met linkse besturing. Voor uitvo eringen met
rechtse besturing is de positie van de knoppen omgekeerd.
Automatische airconditioning
De uitstroomopeningen waaruit de lucht komt en de aanjagersnelh eid
worden automatisch geregeld op basis van de gekozen temperatuur .
Bedieningspaneel airconditioning
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE).book Page 422 Friday, March 22, 2019 11:40 AM
Page 424 of 622

423
5
5-1. Gebruik van de aircondition
ing en de achterruitverwarming
Voorzieningen in het interieur
■Wijzigen van de ingestelde tem-
peratuur
Draai de draaiknop voor de tempera-
tuurregeling aan bestuurderszijde
rechtsom om de temperatuur te ver-
hogen en linksom om de temperatuur
te verlagen.
De functies van de toetsen van de aircon-
ditioning wijzigen van gescheiden naar
gemeenschappelijke bediening en omge-
keerd als de DUAL-schakelaar wordt
ingedrukt.
Gemeenschappelijke bediening (het con-
trolelampje in de DUAL-schakelaar
brandt):
De draaiknop voor de temperatuurrege-
ling aan de bestuurderszijde kan worden
gebruikt om de temperatuur aan de
bestuurders- en passagierszijde in te stel-
len. Bedien de draaiknop voor de tempe-
ratuurregeling aan de passagierszijde om
de gescheiden bediening te activeren.
Gescheiden bediening (het controle-
lampje op de DUAL-schakelaar is uit):
De temperatuur aan de bestuurders- en
passagierszijde kan afzonderlijk worden
ingesteld.
■Instellen van de aanjagersnel-
heid
Druk op de schakelaar voor het ver-
hogen van de aanjagersnelheid om
de aanjagersnelheid te verhogen en
de schakelaar voor het verlagen van
de aanjagersnelheid om de aanjager-
snelheid te verlagen.
Druk op de schakelaar OFF om de aanja-
ger uit te schakelen.
■Wijzigen van de luchtcirculatie-
modus
Druk op de schakelaar voor de lucht-
circulatieregeling.
De luchtcirculatiemodus verandert telkens
wanneer de schakelaar wordt ingedrukt
als volgt:
1 Bovenlichaam
2 Bovenlichaam en voeten
3 Voeten
4 Voeten en voorruitontwaseming
■Schakelen tussen buitenlucht-
modus en recirculatiemodus
Druk op de schakelaar buitenlucht-
/recirculatiemodus.
Iedere keer als er op de toets wordt
gedrukt, wordt er geschakeld tussen de
buitenluchtmodus (controlelampje brandt
niet) en de recirculatiemodus (controle-
lampje brandt).
■In-/uitschakelen van de koel- en
ontvochtigingsfunctie
Druk op de aircoschakelaar.
Wanneer de functie is ingeschakeld,
brandt het controlelampje op de toets
A/C.
■Ontwasemen van de voorruit
De ruitverwarming wordt gebruikt om
de voorruit en de zijruiten voor te ont-
wasemen.
112233
44
pM_RAV4-HV_OM_OM42D12E_(EE) .book Page 423 Friday, March 22, 2019 11:40 AM