Page 545 of 759

het bovenste en onderste
niveaustreepje (illustratie) te brengen.
Niet teveel bijvullen.
Controleer het soortelijk gewicht van
het elektrolyt met een zuurweger,
vooral tijdens koud weer. Indien het
soortelijk gewicht te laag is, dient de
accu opgeladen te worden.
▼Opladen van de accu
OPMERKING
xAlvorens onderhoud aan de accu uit
te voeren of deze op te laden,
dienen alle accessoires te worden
uitgeschakeld en de motor te
worden afgezet.
xVerwijder voor het losmaken van de
accu eerst de minkabel. Bij het
aansluiten van de accu deze als
laatste bevestigen.
xAlvorens de accu te laden de doppen
verwijderen.
xDe accu niet snelladen.
xIndien de accu binnen een korte
periode uitgeput raakt (omdat u
bijvoorbeeld de koplampen te lang
heeft laten branden terwijl de motor
niet draaide), dient de accu
langzaam opgeladen te worden. De
grootte van de accu en de capaciteit
van de acculader bepalen de vereiste
oplaadtijd.
xIndien de accu geleidelijk aan
uitgeput raakt vanwege een hoge
elektrische belasting terwijl de auto
in gebruik is, dient de accu normaal
opgeladen te worden. De grootte
van de accu en de capaciteit van de
acculader bepalen de vereiste
oplaadtijd.
▼Ve r n i e u w e n va n d e a cc u
Neem contact op met een deskundige
reparateur (bij voorkeur een
officiële
Mazda-reparateur) voor de aanschaf
van een nieuwe accu.
Onderhoud en verzorging
Zelf uit te voeren onderhoud
6-43
Page 546 of 759

Vervangen van de
sleutelbatterij
▼Vervangen van de sleutelbatterij
Als de toetsen op de
afstandsbediening niet meer
functioneren en het
bedrijfsindicatielampje niet knippert, is
de batterij mogelijk uitgeput.
Vervang de batterij door een nieuwe
alvorens de afstandsbediening
onbruikbaar wordt.
OPGELET
¾Let er op dat de batterij correct
geplaatst wordt. De batterij kan gaan
lekken, als deze niet correct
geplaatst wordt.
¾Let er op bij het vernieuwen van de
batterij de interne circuits en de
elektrische contacten niet aan te
raken, de elektrische contacten niet
te verbuigen en te voorkomen dat
vuil in de zender terechtkomt,
aangezien dit beschadiging kan
veroorzaken.
¾Er bestaat het gevaar voor
ontploffing als de batterij niet correct
wordt geïnstalleerd.
¾Ruim gebruikte batterijen op
overeenkomstig onderstaande
instructies.
¾Isoleer de plus en min polen van
de batterij met behulp van
cellofaan plakband of dergelijke.
¾Nooit demonteren.
¾Werp de batterij nooit in vuur of
water.
¾Nooit vervormen of plat drukken.
¾Vervang uitsluitend door een batterij
van hetzelfde type (CR2032 of
gelijkwaardig).
De volgende condities geven aan dat
de batterij nagenoeg uitgeput is:
xHet bericht “Sleutelbatterij bijna
leeg. Vervang batterij” wordt
getoond op de
multi-informatiedisplay wanneer het
contact uit wordt gezet.
xHet systeem functioneert niet en het
bedrijfsindicatielampje op de zender
knippert niet wanneer de toetsen
worden ingedrukt.
xHet werkingsbereik van het systeem
is verminderd.
Onjuist vervangen van de batterijen
kan de sleutel beschadigen. Het wordt
aanbevolen de batterij door een
deskundige reparateur (bij voorkeur
een officiële Mazda-reparateur) te
laten vernieuwen. Volg de instructie als
u de batterij zelf gaat vernieuwen.
Vervangen van de sleutelbatterij
1. Verwijder de onderste afdekking
door de knop in de richting van de
pijl te duwen.
Onderhoud en verzorging
Zelf uit te voeren onderhoud
6-44
Page 547 of 759
2. Duw het lipje in om de bovenste
afdekking te ontgrendelen.
3. Steek een met tape omwikkelde
sleufkopschroevendraaier in de
gleuf en schuif deze in de richting
van de pijl.
4. Draai de sleufkopschroevendraaier
in de richting van de pijl en
verwijder de bovenste afdekking.
5. Verwijder het kapje met de met
tape omwikkelde
sleufkopschroevendraaier.
6. Verwijder de batterij met de met
tape omwikkelde
sleufkopschroevendraaier.
7. Plaats een nieuwe batterij in de
zender met de positieve pool
omhoog gericht.
8. Plaats het kapje terug.
Onderhoud en verzorging
Zelf uit te voeren onderhoud
6-45
Page 548 of 759

9. Plaats de bovenste afdekking.
10.Plaats de lipjes van de onderste
afdekking in de sleufgaten op de
zender en sluit de afdekking.
Banden
▼Banden
Voor uw veiligheid, een minimaal
brandstofverbruik en een optimale
levensduur van de banden, dient u de
banden steeds op de aanbevolen
bandenspanning te houden en het
voor uw auto aanbevolen belastbare
gewicht en de gewichtsverdeling niet
te overschrijden.
WAARSCHUWING
Gebruik van banden van verschillende
soort:
Het rijden met uw auto is gevaarlijk
wanneer er banden van verschillende
soort op gemonteerd zijn. Dit kan een
slechte bestuurbaarheid en een
langere remweg tot gevolg hebben,
hetgeen er toe kan leiden dat u de
macht over het stuur verliest.
Gebruik behalve tijdens het beperkte
gebruik van het noodreservewiel op
alle vier wielen uitsluitend banden van
dezelfde soort (radiaalbanden,
diagonaalbanden of diagonaalbanden
met staaldraad).
Gebruik van banden met een
verkeerde maat:
Het gebruik van banden van een
andere maat dan is voorgeschreven
voor uw auto (pagina 9-11), is
gevaarlijk. Dit kan het rijcomfort, de
wegligging , de grondspeling , de
speling tussen band en carrosserie en
de juiste werking van de
snelheidsmeter nadelig beïnvloeden.
Dit kan tot ongevallen leiden. Gebruik
dus uitsluitend banden van de juiste
maat zoals voor uw auto wordt
voorgeschreven.
Onderhoud en verzorging
Zelf uit te voeren onderhoud
6-46
Page 549 of 759

▼Bandenspanning
WAARSCHUWING
Houd de bandenspanning steeds op
het juiste niveau:
Een te hoge of te lage bandenspanning
is gevaarlijk. De verminderde
bestuurbaarheid of het plotseling lek
raken van een band kan een ernstig
ongeluk veroorzaken.
Zie Banden op pagina 9-11.
Gebruik uitsluitend een originele
Mazda bandventieldop:
Gebruik van een niet-origineel
onderdeel is gevaarlijk, aangezien de
juiste bandenspanning niet behouden
kan worden als het bandventiel
beschadigd raakt. Als er in deze
toestand met de auto wordt gereden,
neemt de bandenspanning af wat een
ernstig ongeluk tot gevolg kan hebben.
Gebruik voor de bandventieldop geen
onderdeel dat niet een origineel
Mazda onderdeel is.
Inspecteer de spanning van alle
banden maandelijks wanneer de
banden koud zijn. Voor de beste
rijeigenschappen, optimale wegligging
van de auto en een minimale slijtage
van de banden, dient u de banden op
de aanbevolen spanning te houden.
Zie de bandenspanningstabel (pagina
9-11).
OPMERKING
xControleer de bandenspanning altijd
wanneer de banden koud zijn.
xBij warme banden wordt normaal de
aanbevolen bandenspanning
overschreden. Geen lucht aflaten van
banden die warm zijn om de
bandenspanning af te stellen.
xEen te lage bandenspanning kan een
hoger brandstofverbruik, snellere
slijtage en een onvoldoende
afdichting van de velgrand tot gevolg
hebben, waardoor de kans bestaat
op vervorming en/of het losraken
van het loopvlak.
xEen te hoge bandenspanning heeft
tot gevolg dat het rijden
oncomfortabel wordt en dat de
banden sneller slijten. Bovendien
brengt dit een grotere kans op
beschadiging door scherpe
voorwerpen op het wegdek met zich
mee.
Houd de bandenspanning steeds op
het juiste niveau. Laat uw banden
nakijken, indien deze veelvuldig op
spanning gebracht moeten worden.
▼Onderling verwisselen van de
banden
WAARSCHUWING
Verwissel periodiek de banden
onderling:
Onregelmatige slijtage van de banden
is gevaarlijk. Voor een gelijkmatige
bandenslijtage wordt het voor het
behoud van een goede
bestuurbaarheid en goede
remprestaties aanbevolen de banden
periodiek onderling te verwisselen, of
eerder wanneer er blijk is van
onregelmatige slijtage.
Zie Periodieke onderhoudsbeurten
voor het interval voor het onderling
verwisselen van de banden.
Controleer bij het onderling
verwisselen of de banden correct
gebalanceerd zijn.
Onderhoud en verzorging
Zelf uit te voeren onderhoud
6-47
Page 550 of 759

OPMERKING
Aangezien uw auto niet uitgerust is
met een reservewiel, kunt u met de
krik die bij de auto wordt geleverd niet
veilig een onderling verwisselen van de
banden uitvoeren. Laat een
deskundige reparateur (bij voorkeur
een officiële Mazda-reparateur) het
onderling verwisselen van de banden
uitvoeren.
1. Voorwaarts
Bij het onderling verwisselen van de
banden geen gebruik maken van het
noodreservewiel (ENKEL VOOR
TIJDELIJK GEBRUIK).
Controleer bij het onderling
verwisselen de banden op
ongelijkmatige slijtage en
beschadiging. Abnormale slijtage is
doorgaans het gevolg van een of
meerdere van de hieronder
aangegeven oorzaken:
xVerkeerde bandenspanning xOnjuiste wieluitlijning xWielen welke uit balans zijn xVeelvuldig te sterk afremmen
Zorg er na het onderling verwisselen
voor dat de banden op de
voorgeschreven spanning gebracht
worden (pagina 9-11) en controleer
of de wielmoeren goed aangetrokken
zijn.
OPGELET
Banden met een voorgeschreven
draairichting en radiaalbanden met
een asymmetrisch loopvlak of profiel
mogen uitsluitend van voor naar achter
en niet van links naar rechts of vice
versa onderling verwisseld worden. Als
de banden van links naar rechts of vice
versa onderling verwisseld worden, zal
dit vermindering van de
bandenprestatie tot gevolg hebben.
▼Vervangen van een band
WAARSCHUWING
Gebruik steeds banden die in goede
conditie zijn:
Rijden met versleten banden is
gevaarlijk. Het verminderde
remvermogen, de verslechtering van
de bestuurbaarheid en de wegligging
kan een ongeluk veroorzaken.
Vervang alle vier banden
tegelijkertijd:
Het vervangen van enkel één band is
gevaarlijk. Dit kan een slechte
bestuurbaarheid en een langere
remweg tot gevolg hebben, hetgeen er
toe kan leiden dat u de macht over het
stuur verliest. Het wordt door Mazda
ten sterkste aanbevolen alle vier
banden tegelijkertijd te vervangen.
Indien een band gelijkmatig geheel
afgesleten is, verschijnt er een
ononderbroken lijn overdwars op het
profiel.
Onderhoud en verzorging
Zelf uit te voeren onderhoud
6-48
Page 551 of 759

De band dient in een dergelijk geval
vernieuwd te worden.
1. Nieuw profiel
2. Versleten profiel
3. Profielslijtage-indicator
U dient de band te vernieuwen
alvorens de lijn van de
slijtage-indicator over het gehele
profiel verschijnt.
▼Vernieuwen van een velg
WAARSCHUWING
Gebruik steeds velgen van de juiste
maat op uw auto:
Het gebruik van een verkeerde
velgmaat is gevaarlijk. Het
remvermogen en de bestuurbaarheid
kunnen daardoor nadelig beïnvloed
worden, hetgeen tot verlies van de
macht over het stuur en een ongeluk
kan leiden.
OPGELET
Een velg van een verkeerde maat kan
een nadelige invloed hebben op:
¾Passing van de band op de velg
¾Levensduur van de velg en het
wiellager
¾Grondspeling
¾Speling van sneeuwkettingen
¾Juiste werking van de snelheidsmeter
¾Richting van de lichtbundel van de
koplampen
¾Bumperhoogte
¾Bandenspanningscontrolesysteem*
OPMERKING
xWanneer u om een of andere reden
de velgen wenst te vervangen, dient
u er op te letten dat de nieuwe
velgen gelijkwaardig zijn aan de
origineel van fabriekswege
gemonteerde velgen voor wat betreft
diameter, velgbreedte en offset
(binnen/buiten).
xNeem voor details contact op met
een deskundige reparateur (bij
voorkeur een
officiële
Mazda-reparateur).
Wanneer de banden op de juiste wijze
gebalanceerd zijn, geeft dit het beste
rijcomfort en helpt het slijtage van het
bandenprofiel te verminderen. Banden
welke uit balans zijn kunnen irriterende
trillingen en ongelijkmatige
bandenslijtage veroorzaken, zoals
uitstulpingen en gladde plekken.
Onderhoud en verzorging
Zelf uit te voeren onderhoud
*Bepaalde modellen.6-49
Page 552 of 759

Gloeilampen
▼Gloeilampen
Voor
Ty p e A
1. Make-up spiegelverlichtingen*
2. Voorste plafondlampen/voorste
kaartleeslampen
3. Zijrichtingaanwijzerlampen
4. Voorste richtingaanwijzerlampen/
Positielampen
5. Dagverlichting/koplampen
(dimlicht)
6. Koplampen (grootlicht/dimlicht)
7. Dagverlichting
8. Koplampen (grootlicht)
*
9. Koplampen (groothoekdimlicht)*
Ty p e B
1. Make-up spiegelverlichtingen*
2. Voorste plafondlampen/voorste
kaartleeslampen
3. Zijrichtingaanwijzerlampen
4. Dagverlichting
*
5. Voorste richtingaanwijzerlampen/
Positielampen
6. Koplampen (grootlicht/dimlicht)
Achter
1. Bagageruimteverlichting
2. Middelste remlicht
3. Achterste plafondlampen
4. Achterlichten
*
5. Achterste richtingaanwijzerlampen
6. Lampen van rem-/achterlichten
7. Achterlichten (achterklepzijde)
*
8. Achteruitrijlampen
9. Mistachterlicht*
10.Kentekenplaatlampen
OPGELET
Zorg ervoor bij het verwijderen van de
lens of de lampeenheid met behulp
van een platte schroevendraaier, dat
de platte schroevendraaier geen
contact maakt met de elektrische
aansluiting. Als de platte
schroevendraaier contact maakt met
de elektrische aansluiting, kan er
kortsluiting ontstaan.
OPMERKING
xNeem voor het vervangen van een
gloeilamp contact op met een
deskundige reparateur (bij voorkeur
een officiële Mazda-reparateur).
Onderhoud en verzorging
Zelf uit te voeren onderhoud
6-50*Bepaalde modellen.