Page 113 of 340

Communicatie en multimedia
Communicatie en multimedia
B edienin
g
selementen aan het stuurwiel*
Bediening van systeem Audio + Telefoon Afb. 119
Bedieningselementen aan het stuurwiel. Het stuurwiel bevat multifunctiemodulen van
w
aaruit
f
uncties van audio, telefoonuitrus-
ting en radionavigatie van de wagen gecon- troleerd kunnen worden zonder de aandacht
van de bes
turing af te leiden. ●
om de besc hikbare audiofuncties (radio,
audio-cd, mp3-cd, iPod ®1)
, USB 1)
, SD 1)
) en
het Bluetooth-systeem vanaf het stuur te be-
dienen.
KnopRadioMedia (behalve AUX)AUXTelefoon a)Navigatiesysteem a)
ADraaien: volume omhoog/om-
laag brengen
Indrukken: StilteDraaien: volume omhoog/om- laag brengen
Indrukken: PauzeDraaien: volume omhoog/om- laag brengen
Indrukken: StilteDraaien: volume omhoog/om- laag brengen
Indrukken: StilteDraaien: volume omhoog/om- laag brengen
Indrukken: Stilte
» 1)
Afhankelijk van de wagenuitrusting.
111
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 114 of 340

BedienenKnopRadioMedia (behalve AUX)AUXTelefoon
a)Navigatiesysteem a)
B
Kort indrukken:
toegang tele-
foonmenu in instrumentenpa- neela)
.
Lang indrukken: nummer her- halena)Kort indrukken:
toegang tele-
foonmenu in instrumentenpa- neela)
.
Lang indrukken: nummer herha- lena)Kort indrukken:
toegang tele-
foonmenu in instrumentenpa- neela)
.
Lang indrukken: nummer herha- lena)
Kort indrukken:
beantwoor-
den / ophangen actieve ge-
sprek / telefoonmenu openen.
Lang indrukken: binnenkomen- de oproep afwijzen/privémo-
dus inschakelen of terugkeren
naar handenvrij/nummerherha- ling
Kort indrukken: toegang tele-
foonmenu in instrumentenpa- neela)
.
Lang indrukken: nummer her- halena)
C,
DZoekopdracht vorige/volgende
zenderKort indrukken: naar vorige/vol-
gende track
Lang indrukken: snel te- rug-/vooruitspoelen
Geen functieGeen functie b)Functie Radio / Media (behalve
AUX)
E, FVeranderen van menu in het in-
strumentenpaneelVeranderen van menu in het in-strumentenpaneelVeranderen van menu in het in-strumentenpaneelVeranderen van menu in het in-strumentenpaneelVeranderen van menu in het in-strumentenpaneel
GSpraakbediening in- / uitscha- kelena)Spraakbediening in- / uitscha-
kelena)Spraakbediening in- / uitscha-
kelena)Geen functie b)Spraakbediening in- / uitscha-
kelen
H
Draaien: volgende / vorigevoorselectie c)
Indrukken: Werkt op de MFA of bevestigt de menu-optie van
het instrumentenpaneel afhan- kelijk van de menu-optieDraaien: volgende / vorige trackc)
Indrukken: Werkt op de MFA of bevestigt de menu-optie van
het instrumentenpaneel afhan- kelijk van de menu-optieDraaien: werkt op het menu vanhet instrumentenpaneel afhan-kelijk van dat waarin u zich be- vindt
Indrukken: Werkt op de MFA of bevestigt de menu-optie van
het instrumentenpaneel afhan- kelijk van de menu-optieDraaien: werkt op het menu
van het instrumentenpaneel af- hankelijk van dat waarin u zich bevindt
Indrukken: Werkt op de MFA of bevestigt de menu-optie van
het instrumentenpaneel afhan- kelijk van de menu-optieDraaien: werkt op het menu
van het instrumentenpaneel af- hankelijk van dat waarin u zich bevindt
Indrukken: Werkt op de MFA of bevestigt de menu-optie van
het instrumentenpaneel afhan- kelijk van de menu-optie
a)Afhankelijk van de uitrusting van de wagen.
b) Bij actief telefoongesprek, zo niet functie van Radio/Media (behalve AUX).
c) Uitsluitend indien het instrumentenpaneel zich in het menu Audio bevindt.
112
Page 115 of 340

Communicatie en multimedia
Multimedia USB/A UX
-IN-in
gangAfb. 120
Middenarmsteun voorin: USB/AUX-
IN-in g
an
g. Afhankelijk van de uitrusting en het land kan
de w
ag
en be
schikken over een USB/AUX-IN-
aansluiting.
De USB/AUX-IN-ingang bevindt zich in het
vak voorin in de middenarmsteun ››› afb.
120.
De bedieningsinstructies bevinden zich in de
respectieve instructieboekjes van de audio of
het navigatiesysteem. Comforttelefonie
Afb. 121
Middenarmsteun voorin: steun voor
de aan s
luitin
g van de mobiele telefoon op de
buitenantenne van de wagen. Afhankelijk van de uitrusting en het land kan
de aut
o be
s
chikken over het systeem van
comforttelefonie met aansluiting op de bui-
tenantenne ››› brochure Mediasysteem Plus.
Dit systeem bevindt zich in het compartiment
van de middenarmsteun voorin. 3-toets module in hemelbekle-
ding
3-toet
s module* Afb. 122
3-toets module in hemelbekleding:
bedienin g
s
toetsen telefoon.
Kort indrukken
: oproep beantwoorden of ge-
sprek beëindigen.
Ingedrukt houden : oproep afwijzen.
Kort indrukken: spraakherkenning in- of uit-
schakelen, bijvoorbeeld om te bellen. a)
Langer dan 2 seconden ingedrukt houden
: in-
formatie opvragen over het merk SEAT en de ge-
kozen extra diensten met betrekking tot verkeer
en reis.
» 113
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 116 of 340

Bedienen
Langer dan 2 seconden ingedrukt houden
: om
in geval van storingen hulp te krijgen via het
netwerk met SEAT-dealers.
a) Dit geldt niet als een navigatiesysteem met spraakbediening
ingebouwd is.
Informatie- en hulpoproepen Met behulp van de toetsen
en op de 3-
toets modu
le wordt u verbonden met het Ser-
vice Call Center van SEAT 1)
. Het systeem zal
automatisch de hulpcentrale in het betreffen-
de land bellen. U kunt alleen opbellen als de
mobiele telefoon aanstaat en is verbonden
met de mobiele-telefoonvoorbereiding via
Bluetooth.
Info-oproep
De toets Informatieoproep biedt infor-
matie over het merk SEAT en over de gekozen
extra diensten met betrekking tot verkeer en
reis.
Om verbinding te maken, de toets langer
dan 2 seconden ingedrukt houden.
In landen die niet over een informatienum-
mer beschikken, de toets ingedrukt houden
voor een hulpoproep. Pechoproep
De t
oets
Hulpoproep biedt direct hulp
bij pech. Daartoe staat het netwerk met SEAT-
dealers met hun mobiele service tot uw
dienst.
Om verbinding te maken, de toets langer
dan 2 seconden ingedrukt houden. Let op
● Een opr oep
via de toetsen en heeft
voorrang op een gewone oproep. Drukt u tij-
dens een normaal telefoongesprek op de
toets of , dan wordt het gesprek afgebro-
ken en wordt er een informatie- of hulpop-
roep gedaan.
● Drukt u tijdens het opvragen van informatie
op de pechknop
, dan wordt de informatie-
oproep afgebroken en wordt er een pechmel-
ding verzonden, en omgekeerd.
● Om gebruik te kunnen maken van de infor-
matie- en pecht
oets dient een mobiel net-
werk aanwezig te zijn. Het kan zijn dat een
dienst in sommige landen niet beschikbaar
is. Spraakbediening in- en uitschakelen
Spraakbediening inschakelen
●
De toets op het mu ltif
unctiestuurwiel in-
drukken.
● OF: druk op de 3-toets module op de toets
.
● U hoor
t een akoestisch signaal.
● Geef de opdracht.
● Volg de aanwijzingen (lange dialoog).
Spraak
bediening uitschakelen
● De toets op het mu ltif
unctiestuurwiel in-
drukken.
● OF: druk op de 3-toets module op de toets
.
Aanw
ijzingen onderbreken
● Tijdens de aanwijzingen de toets op het
multifu
nctiestuurwiel indrukken.
● OF: druk op de 3-toets module op de toets
.
● Direct
daarna kunt u een opdracht geven. 1)
Afhankelijk van het land.
114
Page 117 of 340

Openen en sluiten
Openen en sluiten
Set aut
o
sleutels
Wagensleutel Afb. 123
Wagensleutel. Afb. 124
Wagensleutel voor wagens met elek-
tri s
c
he schuifdeuren. Autosleutels
M
et de w
agensleutel ››› afb. 123 of ››› afb.
124 kan de wagen op afstand worden ver-
grendeld en ontgrendeld.
De zender met batterijen zit in de wagensleu-
tel. De ontvanger zit in het interieur van de
wagen. De actieradius van de wagensleutel
met nieuwe batterijen bedraagt enkele me-
ters rond de wagen.
Indien het niet lukt de wagen met de sleutel
te openen of te sluiten, synchroniseer dan
››› pag. 117 opnieuw of vervang de batterij
van de sleutel ››› pag. 116 .
Er kunnen verschillende autosleutels worden
gebruikt.
Sleutelbaard uit- en inklappen
Wanneer u drukt op de knop A , wordt de
s l
eut
elbaard ontgrendeld en uitgeklapt.
Om deze weer in te klappen , drukt u tegelij-
kertijd op knop A en op de sleutelbaard tot-
d at
de s
leutelbaard vastklikt.
Nieuwe sleutels
Voor het bijmaken van reservesleutels of an-
dere autosleutels hebt u het chassisnummer
van de wagen nodig.
Elke sleutel moet een microchip bevatten en
met de gegevens van de elektronische weg-
rijblokkering van de wagen gecodeerd zijn.
Een autosleutel werkt niet als er geen micro- chip of een niet gecodeerde microchip in zit.
Dit gel
dt ook voor gefreesde autosleutels.
De wagensleutels of de nieuwe reservesleu-
tels zijn verkrijgbaar bij een Technische
Dienst, gespecialiseerde werkplaatsen of ge-
autoriseerde sleutelspecialisten die gekwali-
ficeerd zijn om deze sleutels te vervaardigen.
De nieuwe sleutels of de reservesleutels
moeten voor gebruik gesynchroniseerd wor-
den ››› pag. 117. ATTENTIE
Onoplettend of onbeheerst gebruik van de
cont act
sleutel kan lichamelijk letsel en onge-
lukken veroorzaken.
● Neem telkens wanneer u de wagen verlaat
all
e sleutels mee. Kinderen of andere onbe-
voegden kunnen de portieren en de achter-
klep vergrendelen, de motor starten of het
contact inschakelen waardoor een willekeurig
elektrisch onderdeel, bijvoorbeeld, de elektri-
sche ruitbediening, versteld kan worden.
● Laat kinderen of hulpbehoevenden nooit al-
leen in de wag
en achter. Zij zijn in een nood-
geval niet in staat de wagen zelfstandig te
verlaten of zichzelf te redden. In een afgeslo-
ten wagen kan het bijvoorbeeld, afhankelijk
van het jaargetijde, zo extreem warm of koud
worden dat dit, vooral bij kleine kinderen, tot
ernstig letsel, ziekte of zelfs de dood kan lei-
den.
● Trek de sleutel nooit uit het contactslot zo-
lang de w
agen nog in beweging is. De » 115
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 118 of 340

Bedienen
stuurinrichting kan vergrendeld raken en het
st
uur
wiel kan niet meer worden gedraaid. VOORZICHTIG
Alle wagensleutels bevatten elektronische
onder delen. B
escherm ze tegen schade,
schokken en vocht. Let op
● Druk de knop v
an de autosleutel alleen in
wanneer de bijbehorende functie echt ge-
bruikt moet worden. Als de knop onnodig
wordt ingedrukt, is het mogelijk dat de wa-
gen onbedoeld wordt ontgrendeld of dat het
alarm wordt geactiveerd. Dit is ook mogelijk
wanneer u denkt dat u zich buiten de actiera-
dius van de sleutel bevindt.
● De werking van de wagensleutel wordt voor
een groot deel
beïnvloed door de overlapping
van zenders die zich in de buurt van de wa-
gen bevinden en die met dezelfde frequentie-
marge werken (bijv. radio's, mobiele tele-
foons).
● Door obstakels tussen de autosleutel en de
wagen, s
lechte weersomstandigheden en
leeg rakende batterijen kan het bereik hier-
van minder worden. Controlelampje in de autosleutel
Afb. 125
Controlelampje in autosleutel. Als een knop op de autosleutel kort wordt in-
g
edrukt, knip
per
t ››› afb. 125 (pijl) het contro-
lelampje een keer kort. Als een knop langer
wordt ingedrukt, knippert het controlelampje
enkele keren (bijvoorbeeld in de comfortope-
ning).
Als het controlelampje na het indrukken van
de knop niet gaat branden, moeten de batte-
rijen van de autosleutel worden vervangen
››› pag. 116. De batterij vervangen Afb. 126
Autosleutel: deksel van het batterij-
v ak. Afb. 127
Autosleutel: de batterij vervangen. SEAT raadt aan om de batterij door een ge-
s
pec
i
aliseerde werkplaats te laten vervan-
gen.
De batterij bevindt zich aan de achterzijde
van de wagensleutel, onder een deksel
››› afb. 126.
116
Page 119 of 340

Openen en sluiten
De batterij moet vervangen worden door een
nieu w e
x
emplaar van hetzelfde type, die ge-
plaatst wordt volgens de polariteit ››› .
D e b
att
erij vervangen
● De sleutelbaard van de wagensleutel uit-
klap
pen ››› pag. 115.
● Verwijder het deksel op achterkant van au-
tos
leutel ››› afb. 126 in de richting van de pijl
››› .
● Haal de batterij met een geschikt dun voor-
w erp uit
het
batterijvak ››› afb. 127.
● Plaats de nieuwe batterij in het batterijvak
en druk hem aan z
oals is aangegeven ››› afb.
127, in tegenovergestelde richting van de pijl
››› .
● Plaats het deksel in de behuizing van de
aut o
s
leutel en druk het aan zoals wordt weer-
gegeven ››› afb. 126, in tegenovergestelde
richting van de pijl, totdat het deksel vast-
klikt. VOORZICHTIG
● Als
de batterij niet correct wordt vervangen,
kan de autosleutel beschadigd raken.
● Het gebruik van ongeschikte batterijen kan
de autos
leutel beschadigen. Vervang daarom
de lege batterij altijd door een nieuwe van de-
zelfde spanning en afmetingen, en met de-
zelfde kenmerken. Milieu-aanwijzing
● Lev er de g
ebruikte batterijen met het oog
op milieubescherming in bij geschikte inza-
melpunten.
● De batterij van de wagensleutel kan per-
chlor
aat bevatten. Leef de wettelijke bepalin-
gen voor hun verwijdering na. Autosleutel synchroniseren
Als de knop
vaak
b
uiten de actieradius
wordt ingedrukt, is het mogelijk dat de wa-
gen niet meer met de autosleutel vergren-
deld of ontgrendeld kan worden. In dit geval
moet de autosleutel zoals hierna aangege-
ven opnieuw gesynchroniseerd worden:
● De sleutelbaard van de wagensleutel uit-
klap
pen ›››
pag. 115.
● Verwijder de kap van de portiergreep aan
best
uurderszijde ›››
pag. 93.
● Druk op de knop van de auto
sleutel.
Hiervoor moet in de buurt van de wagen zijn.
● Open de wagen binnen één minuut met de
sleut
elbaard.
● Schakel met de autosleutel het contact in.
De sync
hronisatie is voltooid.
● Monteer de kap. Centrale vergrendeling en ver-
grendelsy
steem
Inleiding tot thema Lees aandachtig de aanvullende informatie
›› ›
pag. 10
De centrale vergrendeling werkt correct wan-
neer alle portieren en de achterklep volledig
gesloten zijn. Als het bestuurdersportier geo-
pend is, kan de wagen niet met de autosleu-
tel worden vergrendeld.
Als de wagen uitgerust is met Keyless Access
sluit- en startsysteem, kan de wagen enkel
vergrendeld worden als het contact uitge-
schakeld is en het bestuurdersportier geslo-
ten is.
Als een ontgrendelde wagen gedurende lan-
gere tijd geparkeerd staat (bijvoorbeeld in
een garage), is het mogelijk dat de accu van
de wagen zich ontlaadt en de motor niet ge-
start kan worden. ATTENTIE
Onjuist gebruik van de centrale vergrendeling
kan ern s
tig letsel veroorzaken.
● De centrale vergrendeling sluit alle portie-
ren af. A
ls een wagen van binnenuit vergren-
deld is, kunnen niet-geautoriseerde personen
de portieren van buitenaf de portieren niet » 117
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 120 of 340

Bedienen
openen en zich toegang tot de wagen ver-
sc
h
affen. In noodgevallen of bij ongelukken
kunnen de vergrendelde portieren echter de
toegang tot wagen om de inzittenden te hel-
pen in de weg staan.
● Laat kinderen of hulpbehoevenden nooit al-
leen acht
er in de wagen. Met de drukknop
voor de centrale vergrendeling kunnen alle
portieren van binnenuit vergrendeld worden.
Hierdoor komen de inzittenden in de wagen
opgesloten te zitten. Opgesloten personen
kunnen aan extreem hoge of lage temperatu-
ren blootstaan.
● In een afgesloten wagen kan het, afhanke-
lijk v
an het jaargetijde, zo extreem warm of
koud worden dat dit, vooral bij kleine kinde-
ren, tot ernstig letsel, ziekte of zelfs de dood
kan leiden.
● Laat nooit iemand in een vergrendelde wa-
gen acht
er. In noodgevallen kan het voorko-
men dat opgesloten inzittenden de wagen
niet zelfstandig kunnen verlaten of geen hulp
kunnen krijgen. Beschrijving van de centrale vergren-
delin
g Met de centrale vergrendeling kunt u alle por-
tier
en en de ac
ht
erklep centraal ont- en ver-
grendelen:
● Van buitenaf, met autosleutel. ●
Van buit
enaf met het Keyless Access
››› pag. 120-systeem,
● Van binnenuit, met drukknop voor centrale
vergr
endeling ››› pag. 119.
Via het submenu Comfort van het menu
Configuratie of in een gespecialiseerde
werkplaats kunnen speciale functies van de
centrale vergrendeling worden in- of uitge-
schakeld ›››
pag. 28.
Als de autosleutel defect raakt, kunnen de
portieren en achterklep handmatig worden
vergrendeld of ontgrendeld.
Automatische vergrendeling (Auto Lock)
Zo nodig wordt de wagen automatisch ver-
grendeld wanneer er gereden wordt tegen
een snelheid vanaf ca.15 km/h (10 mph)
››› pag. 28. Wanneer de auto vergrendeld
is, licht het controlelampje van de knop
van de centrale vergrendeling geel ››› afb.
129 op.
Automatische ontgrendeling (Auto Unlock)
Wanneer de sleutel uit het contactslot wordt
gehaald, wordt de wagen en, zo nodig, alle
portieren en de achterklep automatisch ont-
grendeld ›››
pag. 28.
Wagen blokkeren na activeren airbags
Als de airbags door een ongeval afgaan,
wordt de wagen volledig ontgrendeld. Naar- gelang de ernst van de schade, wordt de wa-
gen na het
ongeluk op de volgende manier
vergrendeld:
FunctieHandeling
De wagen ver-
grendelen met de drukknop
voor de centrale
vergrendeling:– Schakel het contact uit.
– Open een deur van de auto en
sluit ze opnieuw.
– Druk op de knop van de centrale
vergrendeling
.
De wagen ver-
grendelen met
de autosleutel:– Schakel het contact uit.
OF: de sleutel uit het contact trek-
ken.
– Een portier van de wagen één keer
openen.
– De wagen met de sleutel vergren-
delen. Let op
Als u de knoppen van de autosleutel ›››
afb.
128 of een van de centrale vergrendelings-
knoppen ››› afb. 129 herhaalde malen binnen
een korte tijd indrukt, wordt de centrale ver-
grendeling korte tijd afgesloten als bescher-
ming tegen overbelasting. De wagen is dan
ontgrendeld gedurende ca. 30 seconden. Als
u in die tijd geen van de portieren of de ach-
terklep opent, wordt de wagen automatisch
opnieuw vergrendeld. 118