Page 305 of 340

Wielen en banden
●
Verb indin
gskabels die niet correct aange-
sloten zijn kunnen kortsluiting veroorzaken.
Eerst de pluskabel en daarna de minkabel
aansluiten. VOORZICHTIG
● Acc
u's nooit bij ingeschakeld contact of bij
draaiende motor losmaken, omdat anders de
elektrische installatie resp. elektronische on-
derdelen worden beschadigd.
● Sluit nooit stroomleverende accessoires,
zoa
ls zonnepanelen of een acculader, aan op
de 12 V stopcontacten of de sigarettenaan-
steker. Dit kan de elektrische installatie van
de wagen beschadigen. Milieu-aanwijzing
● Lev er de ac
cu met het oog op milieube-
scherming in bij geschikte inzamelpunten.
Accu's bevatten giftige stoffen zoals zwavel-
zuur en lood.
● Accuzuur kan het milieu vervuilen. Als ac-
cuzuur i
s gemorst, ruim het dan op met ge-
schikte voorzorgsmaatregelen (veiligheids-
handschoenen en -bril) en verwijder het op
correcte wijze. Wielen en banden
W
iel
en
In
leiding tot thema De SEAT Alhambra is uitgerust met zelfdich-
tende b
anden (C
onti-Seal). In geval van een
beschadiging of lek tot 5 mm dicht de band
de lekkage af met een beschermlaag in het
bandprofiel.
Bij het opnemen van dit soort technologie is
deze wagen niet voorzien van reservewiel.
SEAT adviseert alle werkzaamheden aan ban-
den of velgen door een gespecialiseerde
werkplaats te laten uitvoeren. Deze werk-
plaats is met de noodzakelijke speciale ge-
reedschappen en onderdelen uitgerust, heeft
de nodige vakkennis en kan de oude banden
milieuvriendelijk opslaan en afvoeren. SEAT
raadt u aan de Technische Dienst te raadple-
gen. ATTENTIE
Met sterk gesleten of beschadigde (oude of
nieuw e) b
anden is het niet mogelijk de wa-
gen helemaal onder controle te hebben of
goed te remmen.
● Een verkeerd gebruik van banden en velgen
kan de v
eiligheid tijdens het rijden nadelig
beïnvloeden en ongevallen, alsook ernstig
letsel veroorzaken. ●
Op al l
e vier de wielen radiaalbanden van
hetzelfde type, dezelfde grootte (afrolomtrek)
en met hetzelfde profiel gebruiken.
● Nieuwe banden moet u inrijden. In het be-
gin hebben z
e nog niet de optimale grip en
het optimale remvermogen. Om ongevallen,
ernstige schade en letsel te voorkomen, dient
u de eerste 500 km (310 mijl) extra voorzich-
tig te rijden.
● Controleer de bandenspanning regelmatig
en zor
g dat de banden altijd tot de aangege-
ven bandenspanning gevuld zijn. Als de ban-
denspanning te laag is, kunnen de banden
erg heet worden en kunnen de loopvlakken
loslaten en zelfs klappen.
● Nooit met beschadigde (steken, sneden,
scheur
en en bulten) of te sterk gesleten ban-
den rijden. Als u met dergelijke banden rijdt,
kan dit tot klapbanden, ongevallen en ernsti-
ge schade en/of letsel leiden. Onmiddellijk
sterk gesleten of beschadigde banden ver-
vangen.
● Overschrijd nooit de snelheid en maximum
toelaat
bare belasting voor het type band van
uw wagen.
● De werkzaamheid van de bestuurderhulp-
en de remhulp
systemen hangen ook af van de
grip van de banden op het wegdek.
● Wanneer u tijdens het rijden ongewone tril-
lingen
voelt of merkt dat de wagen naar één
kant neigt te trekken, direct stoppen en de
banden of velgen op beschadigingen contro-
leren. » 303
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 306 of 340

Aanwijzingen
●
Om het ri s
ico te beperken de controle over
de wagen te verliezen of een ongeval met ern-
stige gevolgen te veroorzaken mogen de
schroefverbindingen van velgen met vastge-
schroefde velgring nooit worden losgedraaid.
● Geen gebruikte velgen of banden gebruiken
waarv
an u de voorgeschiedenis niet kent. De
wielen en banden kunnen beschadigd zijn
ook al is dat op het eerste gezicht niet te
zien.
● Oude banden kunnen, hoewel ze nog niet
gebruikt
zijn, tijdens het rijden lucht verlie-
zen of onverwachts klappen en derhalve on-
gevallen en ernstige schade en/of letsel ver-
oorzaken. Als de banden ouder zijn dan 6
jaar, gebruik ze dan uitsluitend in noodgeval-
len en wees extra voorzichtig bij het rijden. Let op
● Om tec hni
sche redenen kunt u normaal ge-
sproken de velgen van andere wagens niet
gebruiken. In bepaalde gevallen geldt dit
zelfs voor velgen van hetzelfde model. Neem
de wagendocumentatie in acht en raadpleeg
eventueel een technische dienst. Behandeling van banden en velgen
Afb. 251
Schema voor het verwisselen van de
b anden. De banden zijn de onderdelen van de wagen
die de gr
oots
t
e krachten ondergaan en het
meest onderschat zijn. Banden zijn erg be-
langrijk, want hun smalle loopvlakken vor-
men het enige contact tussen de wagen en
het wegdek.
De levensduur is afhankelijk van de banden-
spanning, de rijstijl, de wijze waarop ze be-
handeld worden en de correcte montage.
Banden en velgen zijn belangrijke construc-
tie-elementen. De door SEAT vrijgegeven ban-
den en velgen zijn exact op het bijbehorende
wagenmodel afgestemd en leveren daarmee
een belangrijke bijdrage tot een stabiele
wegligging en goede rijeigenschappen. Beschadigingen aan de banden en velgen
voorkomen
● A
ls u over stoepranden en dergelijke gaat,
rij lang
zaam en indien mogelijk in een rechte
hoek erover.
● De banden regelmatig op beschadigingen
(stek
en, sneden, scheuren en bulten) contro-
leren.
● Vreemde voorwerpen verwijderen die zich
aan de buitenk
ant van het profiel van de
band bevinden en die niet tot in de band zijn
doorgedrongen ››› pag. 309.
● De waarschuwingen van het bandenspan-
nings
controlesysteem in acht nemen.
● Een beschadigde of sterk gesleten band zo
snel mog
elijk vervangen ››› pag. 309.
● Regelmatig de banden op niet-zichtbare
besc
hadigingen controleren ››› pag. 309.
● Overschrijd nooit de snelheid en het toege-
stane m
aximale draagvermogen voor het ge-
monteerde type band ››› pag. 310.
● Voorkom dat de banden in contact komen
met agre
ssieve stoffen, vet, olie, brandstof
en remvloeistof ››› .
● Vervang onmiddellijk de ventieldoppen als
u dez e
v
erloren hebt.
Wielen verwisselen
Geadviseerd wordt de wielen regelmatig on-
derling te verwisselen volgens het schema
304
Page 307 of 340

Wielen en banden
››› afb . 251 zodat de banden gelijkmatig slij-
t en. Daar
door krijgen de banden ongeveer
dezelfde levensduur.
SEAT raadt aan om de wielen door een gespe-
cialiseerde werkplaats te laten vervangen.
Banden die ouder zijn dan 6 jaar
Banden verouderen door fysische en chemi-
sche processen, wat hun werking kan beïn-
vloeden. Banden die gedurende langere tijd
worden opgeslagen en niet gebruikt, worden
sneller hard en kwetsbaar dan banden waar
constant mee wordt gereden.
SEAT adviseert de banden door nieuwe te
vervangen wanneer ze ouder zijn dan zes
jaar. Dit geldt ook voor banden die er van de
buitenkant perfect lijken uit te zien en waar-
van het profiel de door wet vastgestelde mi-
nimale waarde nog niet bereikt heeft ››› .
D e l
eef
tijd van de band kan worden gecontro-
leerd aan de hand van de productiedatum
die deel uitmaakt van de identificatiecode
van de band (TIN) ››› pag. 310.
Banden opslaan
Banden markeren voordat u ze verwijderd. Ze
moeten namelijk dezelfde looprichting heb-
ben als ze weer worden gemonteerd (links,
rechts, voor, achter). Verwijderde banden
resp. wielen koel, droog en zo donker moge-
lijk bewaren. Banden die op de velg zijn ge-
monteerd niet rechtop zetten. Banden zonder velgen tegen vuil bescher-
men door ze in g
eschikte zakken op te slaan
en ze met het loopvlak op de grond te laten
rusten. ATTENTIE
Agressieve stoffen en vloeistoffen kunnen
zic ht
bare en onzichtbare beschadigingen aan
de banden veroorzaken met het daaraan ver-
bonden risico van klapbanden.
● Voorkom in alle gevallen dat de banden in
contact
komen met chemische producten,
olie, vet, brandstof, remvloeistof en andere
agressieve stoffen. ATTENTIE
Oude banden kunnen, hoewel ze nog niet ge-
bruikt z
ijn, tijdens het rijden lucht verliezen
of onverwachts klappen en derhalve ongeval-
len en ernstige schade en/of letsel veroorza-
ken.
● Als de banden ouder zijn dan 6 jaar, ge-
bruik z
e dan uitsluitend in noodgevallen en
wees extra voorzichtig bij het rijden. Milieu-aanwijzing
Oude banden moeten altijd op professionele
wijz e en o
vereenkomstig de milieuvoorschrif-
ten worden opgeslagen en afgevoerd. Velgen
Velgen en wielbouten zijn constructief op elk-
aar afg
e
stemd. Bij elke aanpassing aan an-
dere velgen de erbij behorende wielbouten
met de juiste lengte en vorm gebruiken. De
bevestiging van de wielen en de werking van
het remsysteem hangen daarvan af ››› pag.
87.
Om technische redenen kunt u normaal ge-
sproken de velgen van andere wagens niet
gebruiken. In bepaalde gevallen geldt dit
zelfs voor velgen van hetzelfde model.
De door SEAT vrijgegeven banden en velgen
zijn exact op het bijbehorende wagenmodel
afgestemd en leveren daarmee een bijdrage
van doorslaggevend belang voor een stabie-
lere wegligging en veiligere dynamische ei-
genschappen.
Wielbouten
Wielbouten met het juiste aanhaalmoment
aantrekken ›››
pag. 87.
Velgen met vastgeschroefde velgring
Velgen met geschroefde velgring bestaan uit
verscheidene onderdelen. Deze onderdelen
zijn onderling verbonden met speciale
schroeven en bouten en middels een specia-
le procedure. Hierdoor kan de goede werk-
ing, hermetische afdichting, veiligheid en »
305
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 308 of 340

Aanwijzingen
concentriciteit van het wiel worden gegaran-
deer d. B
e
schadigde velgen dienen hierom
ook vervangen te worden en mogen uitslui-
tend door een gespecialiseerde werkplaats
worden gerepareerd. SEAT raadt u aan om
een Technische Dienst te raadplegen ››› .
V el
g
en met vastgeschroefde sierelementen
De velgen kunnen voorzien zijn van verwis-
selbare wieldoppen die met zelfborgende
bouten op de velg gemonteerd zijn. Laat het
vervangen van beschadigde wieldoppen al-
leen door een gespecialiseerde werkplaats
uitvoeren. SEAT raadt u aan om een Techni-
sche Dienst te raadplegen ››› .
ATTENTIE
Het gebruik van verkeerde of beschadigde
vel g
en kan de veiligheid tijdens het rijden na-
delig beïnvloeden en ongevallen met ernstige
gevolgen veroorzaken.
● Gebruik uitsluitend voor de wagen goedge-
keurde
velgen.
● Controleer regelmatig of de velgen bescha-
digd zijn en
vervang ze in dat geval. ATTENTIE
Als de schroefverbindingen van velgen met
ge s
chroefde velgring verkeerd los- of aange-
draaid worden, kan dit tot ongevallen met
ernstige gevolgen leiden. ●
De s c
hroefverbindingen van velgen met ge-
schroefde velgring nooit losdraaien.
● Besteed alle werkzaamheden die op de ge-
schr
oefde velgring betrekking hebben, uit
aan een gespecialiseerde werkplaats. SEAT
raadt u aan de Technische Dienst te raadple-
gen. Let op
in een Servicecentrum van SEAT moet geke-
k en w or
den of velgen en banden met een an-
dere afmeting dan de oorspronkelijke plaat-
sing bij SEAT gemonteerd kunnen worden, en
welke combinaties zijn toegestaan tussen de
vooras (as 1) en achteras (as 2). Velgen vervangen en nieuwe banden
Nieuwe banden
● Met nieuwe banden dient u de eerste 500
km (310 mijl) e xtr
a
voorzichtig te rijden, om-
dat de banden eerst moeten worden ingere-
den. Niet ingereden banden hebben slechte-
re grip- ››› en remeigenschappen
››
›
.
● Op alle vier de wielen radiaalbanden van
hetz elf
de type, dez
elfde grootte (afrolomtrek)
en met hetzelfde profiel gebruiken.
● Op basis van constructiekenmerken en pro-
fielvormen kan de pr
ofieldiepte van nieuwe
banden afhankelijk van de uitvoering en de
fabrikant verschillend uitvallen. Banden vervangen
●
Indien mogelijk, niet slechts een van de
wielen per a
s vervangen maar ten minste bei-
de (beide wielen van de vooras of beide wie-
len van de achteras) ››› .
● De oude wielen uitsluitend door wielen ver-
v an
g
en die door SEAT vrijgegeven zijn voor
dit betreffende wagenmodel waarbij maat,
diameter, maximaal toelaatbaar draagvermo-
gen en snelheid in acht zijn genomen.
● Zorg bij het wisselen van de banden ervoor
dat de nieu
we banden uitgerust zijn met een
noodloopsysteem (Conti-Seal/Run flat). An-
ders wordt er aangeraden een bandenaf-
dichtkit in de wagen te hebben.
● Gebruik nooit banden met maten die de
door de door SEA
T autoriseerde maten over-
treffen. Als de banden een grotere maat heb-
ben, kunnen deze door wrijving beschadigd
raken en tegen de carrosserie en andere de-
len slaan. ATTENTIE
Nieuwe banden moet u inrijden. In het begin
hebben z
e nog niet de optimale grip en het
optimale remvermogen.
● Om ongevallen en ernstige schade en letsel
te v
oorkomen dient u de eerste 500 km (310
mijl) extra voorzichtig te rijden. 306
Page 309 of 340

Wielen en banden
ATTENTIE
De banden moeten de noodzakelijke vrije
ruimte l at
en die voorzien bij het ontwerp van
de wagen. Als er niet voldoende ruimte vrij
wordt gelaten, kunnen de wielen tegen ele-
menten van het onderstel, carrosserie en
remleidingen schuren waardoor er storingen
in het remsysteem kunnen optreden en het
loopvlak van de band kan loslaten, met het
daaraan verbonden risico van een klapband.
● De werkelijke bandenmaat mag niet groter
zijn dan de m
aten van banden die door SEAT
gefabriceerd en vrijgegeven zijn, en mogen
niet tegen onderdelen van de wagen schuren. Let op
● Ondank s
het feit dat de aanduiding van de
maat van de banden hetzelfde is, kunnen de
werkelijke afmetingen van verschillende ty-
pen banden verschillen voor wat betreft de
nominale maat. Ook kan het profiel van de
band aanzienlijk verschillen.
● Bij door SEAT goedgekeurde banden staat
vas
t dat de werkelijke afmetingen bij uw wa-
gen passen. Voor andere modellen banden
dient de bandenverkoper u een certificaat van
de bandenfabrikant te geven waarop is aan-
gegeven dat dit type band voor uw wagen ge-
schikt is. Dit certificaat dient u goed te bewa-
ren en in de wagen mee te nemen. Bandenspanning
Afb. 252
Plaats van het plaatje met de ban-
den s
p
anning. De waarde van de correcte bandenspanning
v
oor b
anden die in de f
abriek zijn gemon-
teerd, is op een sticker aangegeven en geldt
voor zomer- en winterbanden. De sticker
››› afb. 252 bevindt zich op de stijl van het
bestuurdersportier of aan de binnenkant van
de tankklep.
Een te lage of te hoge bandenspanning ver-
kort de levensduur van de banden aanzien-
lijk en heeft een negatieve invloed op het
rijgedrag van de wagen ››› . Het is belang-
rijk d
at
de banden op de juiste spanning zijn, met name wanneer met
hoge snelheden
w
ordt gereden . Een verkeerde bandenspan-
ning leidt tot hogere slijtage of zelfs tot het
klappen van de band.
De spanning moet daarom ten minste een-
maal per maand en bovendien vóór elke lan-
ge rit worden gecontroleerd.
In het algemeen geldt de aangegeven ban-
denspanning voor een koude band. Wanneer
de band warm is, neemt de druk toe.
Laat daarom nooit lucht uit een warme band
lopen om de druk bij te stellen. In dat geval
kan de bandenspanning zo laag zijn, dat de
band onverwachts kan klappen.
Bandenspanning controleren
De bandenspanning alleen controleren wan-
neer u maar een paar kilometer (mijlen) op
lage snelheid in de laatste drie uur hebt gere-
den.
● Controleer de bandenspanning regelmatig
en altijd wanneer z
e koud zijn. Altijd alle wie-
len controleren. In koudere streken dient de
bandenspanning vaker te worden gecontro-
leerd, maar alleen wanneer de wagen niet
eerder verplaatst is. Altijd een bandenspan-
ningsmeter gebruiken die goed werkt.
● De bandenspanning aanpassen wanneer
de wagen w
ordt volgeladen.
● Let er na het aanpassen van de banden-
spannin
g op dat de ventieldopjes weer zijn »
307
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 310 of 340

Aanwijzingen
aangebracht en houd rekening met de infor-
m atie en de aan
w
ijzingen van het banden-
spanningscontrolesysteem ››› pag. 246. ATTENTIE
Als de bandenspanning te hoog of te laag is,
kan de b and tijden
s het rijden lucht verliezen
of onverwachts klappen. Dit kan ernstige on-
gevallen tot gevolg hebben.
● Als de bandenspanning te laag is, kunnen
de banden erg heet
worden en kunnen de
loopvlakken loslaten en zelfs klappen.
● Als u hard rijdt en/of te zwaar beladen
bent, kunnen de b
anden door oververhitting
ineens beschadigd raken en kan de band
klappen of het loopvlak loslaten waardoor u
de controle over de wagen kunt verliezen.
● Een te hoge of onvoldoende druk vermin-
dert de l
evensduur van de band en verslech-
tert bovendien het dynamische rijgedrag van
de wagen.
● De bandenspanning regelmatig controle-
ren, ten min
ste één keer per maand en vóór
lange ritten.
● Controleer of de bandenspanning van alle
banden ge
schikt is voor de lading van de wa-
gen.
● Verlaag nooit een te hoge bandenspanning
als
de banden warm zijn. VOORZICHTIG
● Pa s
op dat u de manometer niet schuin
houdt wanneer u die op het ventiel plaatst. Anders kan het ventiel van de band bescha-
digd rak
en.
● A
ls het ventiel van de banden niet door een
dopje i
s afgedekt of dit er niet goed opge-
draaid is, kan het ventiel slijten. Zorg er daar-
om voor dat de ventieldoppen dezelfde zijn
als de ventieldoppen uit de serie en dat ze
correct vastgeschroefd zijn. Milieu-aanwijzing
Een te lage bandenspanning verhoogt het
br and s
tofverbruik. Let op
Bij het controleren van de bandenspanning
rek enin
g houden met de bijzonderheden van
het bandenspanningscontrolesysteem ››› pag.
246. Profieldiepte en slijtagemerktekens
Afb. 253
Bandenprofiel: slijtagemerktekens. Profieldiepte
Bij s
pec
i
ale rijomstandigheden is het vereist
dat het profiel dieper is en bovendien dat het
ongeveer gelijk is voor de banden op de
voor- en achteras. Houd hier met name reke-
ning mee bij winterse omstandigheden, lage
temperaturen en een nat wegdek ››› .
Bij 1,6 mm (1/16 inc h) pr
ofiel, g
emeten van-
af de bodem van de profielgroeven naast de
slijtagemerktekens, is de wettelijk toegesta-
ne minimale profieldiepte bereikt. Houd reke-
ning met de wettelijke voorschriften van elk
land.
Winterbanden verliezen grotendeels hun win-
tereigenschappen, als het profiel tot op 4
mm (5/32 inch) is afgesleten.
Op basis van constructiekenmerken en pro-
fielvormen kan de profieldiepte van nieuwe
308
Page 311 of 340

Wielen en banden
banden afhankelijk van de uitvoering en de
f abrik
ant
verschillend uitvallen.
Slijtagemerktekens op de band
Op de bodem van de profielgroeven zitten
dwars op de rijrichting 1,6 mm (1/16 inch)
hoge slijtagemerktekens ››› afb. 253. Er zitten
meerdere merktekens verdeeld over gelijke
afstanden op het loopvlak. Enkele markerin-
gen op de flanken van de band (bijvoorbeeld
de letters "TWI" of andere symbolen) geven
aan waar de slijtagemerktekens zich bevin-
den.
Slijtagemerktekens dienen om de slijtage
van de banden te controleren. De banden
moeten uiterlijk worden vervangen wanneer
het profiel zo ver gesleten is dat het gelijk
met het merkteken ligt. ATTENTIE
Sterk gesleten banden zijn een risico voor de
vei ligheid en k
unnen ertoe leiden dat men de
macht over het stuur verliest met alle ernsti-
ge gevolgen van dien.
● De banden moeten uiterlijk worden vervan-
gen wanneer de s
lijtagemerktekens gelijk
met het profiel komen te liggen.
● Sterk gesleten banden verliezen groten-
deels hu
n grip, met name op een nat wegdek,
en men loopt het gevaar dat de wagen "zijn
grip verliest" (aquaplaning). ●
Sterk g
esleten banden verminderen de mo-
gelijkheden om de wagen onder controle te
houden in normale of moeilijke omstandighe-
den, verlengen de remweg en verhogen de
kans op slippen. Schade aan de banden
Vaak zijn beschadigingen van de velgen en
banden niet
op het
eerste gezicht te zien. On-
gebruikelijke trillingen of neiging naar één
kant te trekken , kunnen op schade aan de
banden wijzen ››› .
● Verminder onmiddellijk uw snelheid als u
v ermoedt
d
at een van de wielen beschadigd
kan zijn.
● Controleer de banden of velgen op bescha-
digingen.
● A
ls de banden beschadigd zijn, rijd dan
niet v
erder maar roep de hulp in van een vak-
man.
● Als er aan de buitenkant geen beschadigin-
gen waar t
e nemen zijn, rijd dan langzaam en
voorzichtig naar de dichtstbijzijnde gespecia-
liseerde werkplaats om de wagen na te laten
kijken. Doorgedrongen vreemde voorwerpen in de
band
●
Ver
wijder geen vreemde voorwerpen uit de
band als
die helemaal tot binnenin de band
zijn doorgedrongen!
● Als er een bandenafdichtkit in de wagen
aanwez
ig is, dicht indien nodig het bescha-
digde wiel af zoals in het hoofdstuk beschre-
ven ››› pag. 88. Rijd naar een gespecialiseer-
de werkplaats om de band te laten repareren
of vervangen. SEAT raadt u aan om daarvoor
een SEAT-dealer te raadplegen.
Het rubber aan de binnenkant van het loop-
vlak van de band omhult het binnengedron-
gen vreemde voorwerp en dicht de band tij-
delijk af.
Slijtage van de banden
De slijtage van banden hangt van verschillen-
de factoren af zoals bijvoorbeeld:
● Rijstijl.
● Onbalans van de wielen.
● Afstellingen van het onderstel.
Rijstijl: door h
ard door bochten te rijden, snel
te accelereren en bruusk te remmen zullen de
banden sneller slijten. Als bij een normale
rijstijl de banden toch snel slijten dient u de
afstelling van het onderstel in een gespeciali-
seerde werkplaats te laten controleren. »
309
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 312 of 340

Aanwijzingen
Excentriciteit van de wielen : de wiel
en van
een nieuwe wagen zijn uitgebalanceerd. Di-
verse omstandigheden tijdens het gebruik
veroorzaken echter onbalans (excentriciteit)
die merkbaar is door trillingen in het stuur.
De excentriciteit brengt een slijtage van de
stuurinrichting en de ophanging met zich
mee. Daarom dienen in dat geval de wielen
opnieuw te worden uitgebalanceerd. Na het
monteren van een nieuw wiel moet dit ook
weer uitgebalanceerd worden.
Afstellingen van het onderstel : een slecht af-
gesteld onderstel verhoogt de slijtage van de
banden en beïnvloedt de veiligheid tijdens
het rijden. Als de banden aan sterke slijtage
onderhevig zijn, raadpleeg een gespeciali-
seerde werkplaats om de uitlijning van de
wielen te laten controleren. ATTENTIE
Ongebruikelijke trillingen resp. neiging van
de wag en onder het
rijden naar één kant te
trekken kunnen op schade aan de banden wij-
zen.
● In dat geval onmiddellijk snelheid minde-
ren en de wag
en stoppen met inachtneming
van de verkeersregels.
● Controleer de banden of velgen op bescha-
digingen.
● Rijd nooit
door met beschadigde velgen of
banden. Roep in p
laats daarvan onmiddellijk
de hulp van vakmensen in. ●
Als
er aan de buitenkant geen beschadigin-
gen waar te nemen zijn, rijd dan langzaam en
voorzichtig naar de dichtstbijzijnde gespecia-
liseerde werkplaats om de wagen na te laten
kijken. Aanduiding van het bandtype
Afb. 254
Universele aanduiding op de ban-
den. Radiaalband
Di
amet
er
code van velg
Belastingindex en snelheidscode
DOT-identificatienummer
Modder- en sneeuwomstandigheden
1 2
3
4
5 Samenstelling van structuur en gebruikte
m
at
eri
alen
Maximumbelasting
Loopvlakslijtage, aandrijving en tempera-
tuur
Maximum toelaatbare druk
Personenwagen
Nominale breedte in millimeter
Aspectverhouding
Aanduiding van het bandtype (voorbeeld): Bete-
kenis
P215 / 55 R 16: Maataanduiding.
PAanduiding voor personenwagens.
215Breedte van de band tussen de flan-
ken, in mm.
55Hoogte-breedteverhouding, in %.
RBandtype (de letter staat voor "radi-
aal").
16Diameter van de velgen, in inches.
91 VIndex voor het draagvermogen
››› pag. 311 en snelheidscode
››› pag. 311.
XLVersterkte banden met verhoogd
draagvermogen ("Reinforced").
M+S of M/SAanduiding voor banden die ge-
schikt zijn voor de winter (modder
en sneeuwband) ››› pag. 312. 6
7
8
9
10
11
12
310