Page 345 of 540

5-67
Rijden met uw auto
5
• Bij het rijden op een nat wegdek.
• Bij het rijden door een groot gebiedmet weinig auto's of gebouwen e.d.
in de buurt, zoals een woestijn, hetplatteland, enz.
• Er is een groot voertuig in de buurt, zoals een bus of vrachtwagen.
• Als andere voertuigen zich dicht bij uw auto bevinden.
• Als het andere voertuig zeer dicht nadert.
• Wanneer het gesignaleerde voertuig ook achteruitrijdt terwijl
uw auto achteruitrijdt.
• Tijdens het wisselen van rijstrook.
• Als uw auto gelijktijdig weggereden is met de auto naast u en geaccelereerd heeft.
• Als het andere voertuig met zeer hoge snelheid passeert. • Als het voertuig op de
naastliggende rijstrook één
rijstrook opschuift ten opzichte van
u OF als het voertuig op de tweede
rijstrook naast u opschuift naar de
naastliggende rijstrook.
• De auto slaat links- of rechtsaf op een kruising.
• Er is een (motor)fiets in de buurt.
• Er bevindt zich een platte aanhanger in de buurt.
• Als er zich kleine objecten binnen het detectiebereik bevinden, zoals
een winkelwagen, een
wandelwagen of een voetganger
• Bij een auto met een geringe hoogte, zoals een sportauto.
Het controlelampje BCW in de
buitenspiegel werkt mogelijk niet
goed wanneer:
•Het buitenspiegelhuis beschadigd is.
• De spiegel bedekt is met vuil,sneeuw e.d.
•
De ruit bedekt is met vuil, sneeuw e.d.
• De ruit getint is.
Page 346 of 540

5-68
Rijden met uw auto
De Forward Collision-Avoidance
Assist (FCA) is ontworpen om door
middel van radarsignalen en
cameraherkenning de voorligger tedetecteren en in de gaten te houden
en om een voetganger op de weg te
detecteren (indien van toepassing).
De bestuurder wordt gewaarschuwd
dat een aanrijding zeer waarschijnlijk
is en, indien nodig, wordt een
noodstop uitgevoerd.Systeeminstelling en -activering
Systeeminstelling
• De bestuurder kan de FCAactiveren door het contact in stand
ON te zetten en het volgende teselecteren:
'Gebruikersinstellingen →
Bestuurdershulp →FCA (Hulp bij
vermijden kop-staartbotsing)'
De FCA wordt gedeactiveerd als de bestuurder de systeeminstellingongedaan maakt.
Neem bij het gebruik van de
Forward Collision-Avoidance
Assist (FCA) altijd de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht:
•Het systeem dient slechts als
hulpmiddel en vermindert niet
de noodzaak om zeer
voorzichtig en oplettend te
rijden. Het bereik van de
arkeersensoren is beperkt en
niet alle objecten worden even
goed gesignaleerd. Let te allentijde op dewegomstandigheden.
•Rijd NOOIT harder dan de wegomstandigheden of de
bochten toelaten.
•Rijd altijd voorzichtig om
onverwachte en plotselinge
situaties te voorkomen. FCA
brengt de auto niet volledig
tot stilstand en voorkomt
geen aanrijdingen.
WAARSCHUWING
FORWARD COLLISION-AVOIDANCE ASSIST (FCA)
- TYPE MET SENSORFUSIE (RADAR VOOR + CAMERA VOOR) (INDIEN VVAN TOEPASSING)
Page 347 of 540

5-69
Rijden met uw auto
5
Het waarschuwings- lampje in het LCD-
display gaat branden alsu het FCA -systeem
uitschakelt. De bestuurder kan de
AAN/UIT-status van de FCA aflezen
op het LCD-display. Het
waarschuwingslampje gaat ook
branden als de ESC (Electronic
Stability Control) is uitgeschakeld.
Als het waarschuwingslampje AAN
blijft terwijl de FCA geactiveerd is,
adviseren we u het systeem te laten
nakijken door een officiële Hyundai-
dealer.
• De bestuurder kan de waarschuwingstijd instellen op het
LCD-display.
Ga naar 'Gebruikersinstellingen →
Bestuurdershulp →FCW
(Waarschuwing kop-staartbotsing →
Late waarschuwing/Normaal/Vroege
waarschuwing' Dit zijn de opties voor Forward
Collision Warning:
- Vroeg waarschuwing:
Bij deze keuze wordt Forward
Collision Warning eerder
geactiveerd dan normaal. Deze
instelling hanteert een maximale
afstand tussen het voorgaande
voertuig of een voetganger voordat
de eerste waarschuwing wordt
geactiveerd.
Hoewel 'Vroeg waarschuwing' is
geselecteerd, lijkt de aanvankelijke
waarschuwings-activeringstijd
mogelijk niet snel wanneer uw
voorligger plotseling stopt.
Als u vindt dat de waarschuwing te
vroeg gegeven wordt, stelt u dan de
Forward Collision Warning in op
"Normal".
- Normaal: Bij deze keuze wordt Forward
Collision Warning op de
standaardwijze geactiveerd. Deze
instelling hanteert eenstandaardafstand tussen het
voorgaande voertuig of een
voetganger voordat de eerste
waarschuwing wordt geactiveerd. - Late waarschuwing
Bij deze keuze wordt het Forward
Collision Warning later geactiveerd
dan normaal. Deze instelling
hanteert een geringere afstand
tussen het voorgaande voertuig of
een voetganger voordat de eerste
waarschuwing wordt geactiveerd.
Selecteer 'Late waarschuwing'
wanneer er weinig verkeer is en
wanneer de rijsnelheid laag is.
Voorwaarden voor activeren
De FCA kan worden geactiveerd als FCA is geselecteerd in het LCD-
display en als aan de volgende
voorwaarden is voldaan.
- De ESC (Electronic StabilityControl) is ingeschakeld.
- De rijsnelheid is hoger dan 10 km/h. (De FCA wordt uitsluitend
geactiveerd binnen een bepaaldsnelheidsbereik.)
- Het systeem signaleert een voetganger of een voorligger die u
mogelijk zal raken. (De FCA wordt
mogelijk niet geactiveerd of er klinkt
mogelijk een waarschuwingsgeluid
overeenkomstig de rijsituatie of de
toestand van de auto.)
Page 348 of 540

5-70
Rijden met uw auto
FCA-waarschuwingsmelding
en systeemregeling
De FCA geeft waarschuwings-
meldingen en waarschuwings-
alarmen overeenkomstig het risico
op een aanrijding, zoals bij het
plotseling stoppen van de auto vóór
u, een te korte remafstand of het
signaleren van een voetganger.
Verder regelt het systeem het
remsysteem overeenkomstig het
risico op een aanrijding. De bestuurder kan in de
Gebruikersinstellingen op het LCD-
scherm de waarschuwingstijd
instellen. De opties voor de
waarschuwingstijd voor de Forward
Collision Warning zijn Vroeg
waarschuwing, Normaal en Late
waarschuwing.
Botsing waarsch.(Eerste waarschuwing)
Deze waarschuwingsmelding
verschijnt op het LCD-display en er
klinkt een waarschuwingszoemer.
Daarnaast grijpt het
motormanagementsysteem in in
sommige voertuigsystemen om deauto te helpen decelereren.
- Uw rijsnelheid neemt mogelijkenigszins af.
- Het FCA-systeem regelt de remmen in beperkte mate om
preventief de impact van een
aanrijding te beperken.
•Breng de auto op een veilige
plaats volledig tot stilstand
voordat u de schakelaar op hetstuurwiel bedient om het FCA-
systeem in/uit te schakelen.
•De FCA wordt automatisch
geactiveerd nadat de
startknop in stand ON is gezet.
De bestuurder kan de FCAdeactiveren door desysteeminstelling in het LCD-
display uit te schakelen.
•De FCA wordt automatisch
gedeactiveerd als de ESC
(elektronische stabiliteitsre-
geling) wordt uitgeschakeld.
Als de ESC is uitgeschakeld,
kan de FCA niet worden
geactiveerd in het LCD-display.
Het waarschuwingslampje FCA
gaat branden. Dit is normaal.
WAARSCHUWING
OOS057016L
Page 349 of 540

5-71
Rijden met uw auto
5
Noodremmen(Tweede waarschuwing)
Deze waarschuwingsmelding
verschijnt op het LCD-display en er
klinkt een waarschuwingszoemer.
Daarnaast grijpt het
motormanagementsysteem in in
sommige voertuigsystemen om deauto te helpen decelereren.
- Het FCA-systeem regelt deremmen in beperkte mate om
preventief de impact van een
aanrijding te beperken. Net voor
een aanrijding wordt deremregeling gemaximaliseerd.
Werking remsysteem
• In een noodsituatie bereidt het
remsysteem zich voor op een
directe reactie zodra de bestuurder
het rempedaal intrapt.
• De FCA zorgt voor extra remvermogen voor een maximale
remvertraging zodra de bestuurder
het rempedaal intrapt.
• De regeling van het remsysteem wordt automatisch gedeactiveerdals de bestuurder het gaspedaal
sterk intrapt of het stuurwiel abrupt
verdraait.
• De FCA-remregeling wordt automatisch uitgeschakeld als de
risicofactoren verdwijnen.
De bestuurder dient altijd
uiterst voorzichtig te zijn bij het
bedienen van de auto, ongeacht
of het FCA-systeem ervoor
zorgt dat er een
waarschuwingsmelding wordt
weergegeven of een alarmklinkt.
OPMERKING
OOS057017LHet FCA-systeem werkt binnen
bepaalde parameters, zoals de
afstand tot de voorligger of
voetganger, de snelheid van de
voorligger en de rijsnelheid.Bepaalde omstandigheden zoals
slecht weer en dewegomstandigheden hebben
mogelijk een negatieve invloed op
de werking van het FCA-systeem.
WAARSCHUWING
De regeling van het remsysteem
kan de auto niet volledig tot
stilstand brengen noch alle
aanrijdingen voorkomen. De
bestuurder blijft zelf
verantwoordelijk voor het veilig
rijden en het bedienen van de auto.
WAARSCHUWING
Rijd nooit opzettelijk gevaarlijk
om het systeem in te schakelen.
WAARSCHUWING
Page 350 of 540

5-72
Rijden met uw auto
FCA-sensor
Om ervoor te zorgen dat het AEB-
systeem goed werkt, moet de
behuizing van de sensor en de sensor
zelf schoon zijn en vrij zijn van vuil,sneeuw enz.Vuil, sneeuw e.d. op de behuizing van
de lens zelf kan de prestaties van de
sensor negatief beïnvloeden.
• Breng geen kentekenplaat-
houder of vreemde voorwerpen,
zoals een bumpersticker of
bumperbescherming, aan in de
buurt van de radarsensor.
• Houd de radarsensor en de behuizing altijd schoon en vrij
van vuil e.d.
• Gebruik alleen een zachte doek voor het wassen van de auto.
Spuit geen water onder hogedruk direct op de sensor of de
behuizing van de sensor.
• Oefen geen onnodige kracht uit op de radarsensor of de
behuizing van de sensor. Als de
sensor met kracht uit zijn juiste
positie wordt bewogen, werkt
het FCA-systeem mogelijk niet
goed. In dit geval wordt er
mogelijk geen waarschuwings-
melding weergegeven. Laat deauto nakijken door een officiële
HYUNDAI-dealer. • Als het gedeelte van de
voorbumper rondom de
radarsensor beschadigd raakt,
werkt het FCA-systeem mogelijk
niet goed. We adviseren u deauto te laten nakijken door een
officiële HYUNDAI-dealer.
• Gebruik alleen originele onderdelen om een
beschadigde sensor of
behuizing van de sensor te
repareren of te vervangen.
Breng geen verf aan op de
behuizing van de sensor.
• Plaats GEEN accessoires of stickers op de voorruit en breng
geen getinte coating aan op de
voorruit.
• Plaats GEEN reflecterende objecten (bijv. wit papier,
spiegel) op het dashboard.
Iedere vorm van lichtreflectiekan een storing in het systeem
veroorzaken.
• Voorkom met de grootste zorgvuldigheid dat de camera in
aanraking komt met water.
AANWIJZING
AANWIJZING
OOS057018
OOS057033
■ Radar voor
■ Camera voor
Page 351 of 540

5-73
Rijden met uw auto
5
• Probeer de camera NOOIT zelf tedemonteren en stel de camera
niet bloot aan schokken.
• Als het volume van het audiosysteem van de auto hoog
is, zijn de waarschuwings-
signalen van het systeem
mogelijk niet hoorbaar.
Informatie
We adviseren u het systeem te laten
controleren door een officiële Hyundai-
dealer als:
• De voorruit is vervangen.
• De radarsensor of het afdekkapje raakt beschadigd of is vervangen.Waarschuwingsmelding en
waarschuwingslampje
Syst. Voor hulp bij vermijden kop-
staartbotsing (FCA) uitgeschakeld.
Radar is geblokkeerd
Wanneer de behuizing van de lens
van de sensor wordt geblokkeerd
door vuil, sneeuw, e.d., wordt de
werking van het FCA-systeem
mogelijk tijdelijk uitgeschakeld. Als
dit gebeurt, wordt er een waarschu-
wingsmelding weergegeven op het
LCD-display. Verwijder het eventueel aanwezige
vuil, sneeuw e.d en reinig de
behuizing van de lens van de
radarsensor voordat u het FCA-
systeem gebruikt.
Het systeem werkt normaal wanneer
vuil, sneeuw, e.d. is verwijderd.
De FCA werkt mogelijk niet goed in
een gebied (bijvoorbeeld een open
terrein) waar objecten niet wordengesignaleerd nadat het contact in
stand ON is gezet.
i
OOS057080L
Page 352 of 540

5-74
Rijden met uw auto
Storing in het systeem
Check syst. voor hulp bij vermijden
kop-staartbotsing
• Als de FCAniet goed werkt, gaat het
waarschuwingslampje FCA()
branden en verschijnt er gedurende
enkele seconden een
waarschuwingsmelding. Nadat de
melding is verdwenen, gaat het
hoofdwaarschuwingslampje ( )
branden. In dat geval adviseren we ude auto te laten controleren door
een officiële HYUNDAI-dealer.
• Als de
FCA -waarschuwingsmelding
wordt weergegeven, gaat mogelijk
ook het waarschuwingslampje ESC(elektronische stabiliteitsregeling)
branden.
•De FCA is een aanvullend systeem dat het
gebruiksgemak voor de
bestuurder vergroot. De
bestuurder blijft zelf
verantwoordelijk voor het
bedienen van de auto.
Vertrouw niet blindelings op
het FCA-systeem. Bewaar
altijd voldoende afstand tot de
voorligger, zodat u de autoveilig tot stilstand kunt
brengen en trap indien nodighet rempedaal in om de
rijsnelheid te verlagen.
•In bepaalde gevallen en onder bepaalde rijomstandigheden
wordt het FCA-systeem
mogelijk onbedoeld
geactiveerd. Deze eerste
waarschuwingsmelding ver-
schijnt op het LCD-display en
er klinkt een waarschuwings-
zoemer.
WAARSCHUWING ■ Type A■Type B
OOS057081L/OOS057082L Ook wordt in bepaalde
gevallen de voorligger of de
voetganger mogelijk niet
gesignaleerd door de
radarsensor voor of hetcameraherkenningssysteem.
Het FCA-systeem wordt
mogelijk niet geactiveerd en
de waarschuwingsmelding
wordt niet weergegeven.
•Zelfs als er een probleem is
met de remregelfunctie vanhet
FCA-systeem, werkt het
remsysteem in basis normaal.
De remregelfunctie voor het
vermijden van een aanrijding
wordt echter niet geactiveerd.
•Als zich een storing voordoet
in het FCA-systeem, wordt de
Forward Collision-Avoidance
Assist niet geactiveerd, ook alwerkt het remsysteemnormaal.
•Het FCA-systeem kan
geactiveerd worden tijdens het remmen en de auto kan
plotseling tot stilstand worden
gebracht, waardoor losse
objecten naar de passagiers
kunnen schuiven. Zet losse
objecten altijd goed vast.