Page 25 of 349

▷Bijbehorende tekens zoals accenten of
punten altijd mee invoeren, zodat de letter
eenduidig herkend wordt. De invoermoge‐
lijkheid hangt af van de ingestelde taal. Zo
nodig speciale tekens invoeren via de con‐
troller.▷Om een teken te wissen, op het touchpad
naar links vegen.▷Om een spatie in te voeren, in het midden
van het touchpad naar rechts vegen.▷Om een koppelteken in te voeren, aan de
bovenzijde van het touchpad naar rechts
vegen.▷Om een laag streepje (underscore) in te
voeren, aan de onderzijde van het touch‐
pad naar rechts vegen.
Interactieve kaart en internet
bedienen
De interactieve kaart van het navigatiesysteem
en de internetpagina's kunnen met behulp van
het touchpad verschoven worden.
FunctieBedieningInteractieve kaart of in‐
ternetpagina's verschui‐
ven.In de overeenkom‐
stige richting ve‐
gen.Interactieve kaart of in‐
ternetpagina's vergro‐
ten/verkleinen.Op het touchpad
met de vingers
dicht- of opentrek‐
ken.Menu weergeven of een
online link openen.Eenmaal aantip‐
pen.
Instellingen uitvoeren
Instellingen op het Control Display zoals het
volume kunnen uitgevoerd worden via het
touchpad. Daarvoor overeenkomstig naar links
of rechts vegen.
Gedeeld scherm, splitscreen
Algemeen
In het rechter gedeelte van het gedeelde
scherm kan in een aantal menu's extra infor‐
matie worden weergegeven, bijv. informatie
van de boordcomputer.
Deze informatie blijft bij de gedeelde scherm‐
weergave, het zogenaamde splitscreen, ook bij
het wisselen naar een ander menu zichtbaar.
Gedeelde schermweergave in- en
uitschakelen1. Toets indrukken.2."Splitscreen"
Menupunt selecteren
De weergave kan in de menu's worden gese‐
lecteerd waarin een gedeelde schermweer‐
gave mogelijk is.
1.Controller naar rechts kantelen tot het
splitscreen is geselecteerd.2.Controller indrukken.3.Gewenste instelling selecteren.
Keuze van de weergaven vastleggen
De keuze van de weergaven kan worden vast‐gelegd.
1.Controller naar rechts kantelen tot het
splitscreen is geselecteerd.2.Controller indrukken.3."Menu aanpassen"Seite 25iDriveOverzicht25
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
Page 26 of 349

4.Gewenste instelling selecteren.5.Controller naar links kantelen.
Statusinformatie
Statusveld
In het statusveld worden de volgende gege‐
vens weergegeven:
▷Mededelingen.▷Ontvangststerkte mobiele netwerk.▷Actuele entertainmentbron.▷Tijd.
Symbolen statusveld
De symbolen kunnen in de volgende groepen
worden samengevat:
Symbolen telefoon
SymboolBetekenis Binnenkomend of uitgaand ge‐
sprek. Gemiste oproep. Ontvangststerkte mobiele net‐
werk.
Symbool knippert: zoeken naar
net. Geen mobiele netwerk beschik‐
baar. Gegevensoverdracht niet mogelijk. Roaming actief. SMS ontvangen. Bericht ontvangen. Herinnering. Zenden niet mogelijk. Contacten worden geladen.Symbolen entertainmentSymboolBetekenis Cd/dvd-speler. Muziek harddisk. AUX-In-aansluiting.
AUX-In-aansluiting voorin of ach‐
terin. Bluetooth-audio. USB-audio-aansluiting. Audio-interface mobiele telefoon. Online Entertainment. WLAN. iPod.
Verdere omvang
SymboolBetekenis Check-Control-melding. Gesproken informatie uitgescha‐
keld. Bepaling van de huidige voertuig‐
positie. Verkeersinformatie.
Voorkeuzetoetsen
Algemeen
Functies van iDrive kunnen op de voorkeuzet‐
oetsen worden opgeslagen en direct worden
opgeroepen, bijv. radiozenders, navigatiebe‐
stemmingen, telefoonnummers en menupun‐
ten.
De instellingen worden opgeslagen voor het
momenteel gebruikte bestuurdersprofiel.
Seite 26OverzichtiDrive26
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
Page 27 of 349
Functie opslaan1.Functie via iDrive selecteren.2. Gewenste toets ingedrukt houden
tot een geluidssignaal klinkt.
Functie uitvoeren
Toets indrukken.
De functie wordt direct uitgevoerd. Dit bete‐
kent dat bijv. bij de selectie van een telefoon‐
nummer ook de verbinding wordt opgebouwd.
Toetsbezetting weergeven
Toetsen met de vinger aanraken. Geen hand‐
schoenen dragen of voorwerpen gebruiken.
De toewijzing van de toetsen wordt aan de bo‐
venste schermrand weergegeven.
Toetsbezetting wissen
1.Toetsen 1 en 7 tegelijkertijd ca. vijf secon‐
den ingedrukt houden.2."OK"Seite 27iDriveOverzicht27
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
Page 28 of 349

BMW gebarensturingUitrusting van de autoIn dit hoofdstuk worden alle standaard, lands‐
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er
worden daarom ook uitrustingen beschreven
die in een auto, bijv. vanwege de landspeci‐
fieke of gekozen speciale uitrusting niet be‐
schikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsre‐
levante functies en systemen. Bij gebruik van
deze functies en systemen moeten de in het
land geldende voorschriften worden nage‐
leefd.
Principe Met de BMW gebarensturing kunnen enkele
functies van iDrive bediend worden.
OverzichtDe gebaren worden door een camera in de
dakhemel vastgelegd.
De gebaren onder de binnenspiegel uitvoeren.
Inschakelen/uitschakelen
Via iDrive:1."Mijn auto"2."Systeeminstellingen"3."Gebaren"4."Bediening met gebaren"
Instellingen
▷"Weergave bedieningshulp": het mogelijke
gebaar wordt op het Control Display weer‐
gegeven.▷"Akoestische terugmelding": bij herken‐
ning van het gebaar klinkt er een akoes‐
tisch signaal.Seite 28OverzichtBMW gebarensturing28
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
Page 29 of 349

Mogelijke gebaren
GebaarBedieningFunctieWijsvinger in de richting van het beeldscherm voor-
of achteruit bewegen.Telefoongesprek aanne‐
men.
Check-Control-melding
bevestigen.Hand over de breedte van het Control Display in de
richting van de passagierszijde bewegen.Telefoongesprek weigeren.
Popup sluiten.Hand met naar voren gestrekte wijsvinger langzaam
in een cirkel rechtsom bewegen.
Gebaar wordt na ca. één cirkelvormige beweging
herkend.Volume verhogen.Hand met naar voren gestrekte wijsvinger langzaam
in een cirkel linksom bewegen.
Gebaar wordt na ca. één cirkelvormige beweging
herkend.Volume verlagen.Duim en wijsvinger uitsteken en hand horizontaal
naar rechts of links bewegen.Surround View: camera-
aanzicht draaien.
Dit gebaar is alleen tijdens
stilstand mogelijk.Wijs- en middelvinger uitgestrekt naar voren bewe‐
gen.Individuele gebaren op‐
slaan.De gebaren onder de binnenspiegel en naast
het stuurwiel uitvoeren.
De gebaren duidelijk uitvoeren.
De gebaren kunnen ook aan passagierszijde
uitgevoerd worden.Gebaar individueel opslaan
Via iDrive:1."Mijn auto"2."Systeeminstellingen"3."Gebaren"4."Functietoewijzing"5.Gewenste instelling selecteren.Seite 29BMW gebarensturingOverzicht29
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
Page 30 of 349
Grenzen van het systeem
De herkenning van de gebaren door de camera
kan door de volgende omstandigheden ge‐
stoord zijn:▷De cameralens is afgedekt.▷Er bevinden zich objecten in de binnen‐
spiegel.▷De cameralens is vervuild. Cameralenzen
reinigen, zie pagina 320.▷Het gebaar wordt buiten het herkennings‐
gebied uitgevoerd.▷Het dragen van handschoenen of juwelen.▷Roken in het interieur.Seite 30OverzichtBMW gebarensturing30
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
Page 31 of 349

Spraakgestuurd systeemUitrusting van de autoIn dit hoofdstuk worden alle standaard, lands‐
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er
worden daarom ook uitrustingen beschreven
die in een auto, bijv. vanwege de landspeci‐
fieke of gekozen speciale uitrusting niet be‐
schikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsre‐
levante functies en systemen. Bij gebruik van
deze functies en systemen moeten de in het
land geldende voorschriften worden nage‐
leefd.
Principe▷Via het spraakgestuurd systeem kunnen
de meeste functies, die op het Control Dis‐
play worden weergegeven, door gespro‐
ken commando's worden bediend. Het
systeem ondersteunt bij de invoer met
aankondigingen.▷Functies die alleen bij een stilstaande auto
inzetbaar zijn, kunnen niet via het spraak‐
gestuurd systeem bediend worden.▷Tot het systeem behoort een speciale mi‐
crofoon aan de bestuurderszijde.▷›...‹ geeft commando's voor het spraakge‐
stuurd systeem aan in de handleiding.
Voorwaarden
Stel bij het Control Display een taal in die ook
door het taalinvoersysteem ondersteund wordt
om de uit te spreken commando's te kunnen
identificeren.
Taal instellen, zie pagina 36.
Commando's uitspreken
Spraakinvoer inschakelen1. Toets op het stuurwiel indrukken.2.Geluidssignaal afwachten.3.Commando uitspreken.
Commando, dat door het spraakgestuurd
systeem wordt herkend, wordt gesproken
en op het instrumentenpaneel weergege‐
ven.
Symbool in het instrumentenpaneel
wijst erop dat het spraakgestuurd sys‐
teem actief is.
Mogelijkerwijs zijn geen andere commando's
mogelijk, de functie in dit geval via iDrive be‐
dienen.
Spraakinvoer beëindigen Toets op stuurwiel indrukken
of ›Annuleren‹.
Mogelijke commando's
De meeste menupunten van het Control Dis‐ play kunnen als commando worden gespro‐
ken.
Er kunnen ook commando's uit andere menu's
worden gesproken.
Enkele lijstinvoeren, bijv. telefoonboekinvoe‐
ren, kunnen eveneens via het spraakgestuurd
systeem worden geselecteerd. Lijstinvoeren
daarbij exact zo uitspreken, zoals ze in de be‐
treffende lijst worden aangegeven.
Weergave van mogelijke commando's
In het bovenste gedeelte van het Control Dis‐
play wordt het volgende weergegeven:
Seite 31Spraakgestuurd systeemOverzicht31
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15
Page 32 of 349

▷Mogelijke commando's van de actuele me‐
nu's.▷Mogelijke commando's uit andere menu's.▷Status van de spraakherkenning.▷Status van de versleutelde verbinding.
Hulp bij het spraakgestuurd systeem
▷Mogelijke spraakcommando's laten uitvoe‐
ren: ›Spraakopdrachten‹.▷Informatie over de werking van het spraak‐
gestuurd systeem laten weerge‐
ven: ›Algemene informatie over
spraakbediening‹.▷Hulp voor het actuele menu laten voorle‐
zen: ›Help‹.
Een voorbeeld:
klankinstellingen oproepen
De commando's van de menuopties kunnen
worden gesproken of via de controller geselec‐
teerd.
1.Indien nodig geluidsweergave van enter‐
tainment inschakelen.2. Toets op het stuurwiel indrukken.3.›Media en radio‹4.›Klank‹
Instellingen
Spraakdialoog instellen Er kan worden ingesteld of het systeem de
standaard systeemmedelingen of een korte
variant daarvan gebruikt.
Bij de korte variant van de spraakdialoog wor‐
den de systeemmededelingen beknopt weer‐
gegeven.
Via iDrive:1."Mijn auto"2."Systeeminstellingen"3."Taal"4."Spraakdialoog:"5.Gewenste instelling selecteren.
Invoertaal selecteren
Bij sommige talen kan de invoertaal worden
geselecteerd.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Systeeminstellingen"3."Taal"4."Invoertaal:"5.Gewenste instelling selecteren.
Versleutelde verbinding activeren Door de activering van een versleutelde ver‐
binding wordt de kwaliteit van de spraakher‐
kenning verbeterd.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Systeeminstellingen"3."Taal"4."Spraakherkenning via server"
Versleutelde verbinding actief.
Spreken tijdens de spraakweergave Het is mogelijk om tijdens een vraag van het
spraakgestuurd systeem te antwoorden. De
functie kan worden gedeactiveerd als de vra‐
gen regelmatig ongewenst worden afgebro‐
ken, bijv. door achtergrondgeluiden of praten.
Via iDrive:
1."Mijn auto"2."Systeeminstellingen"Seite 32OverzichtSpraakgestuurd systeem32
Online Edition for Part no. 0140 2 966 463 - X/15