Page 345 of 380
STROOMVERDEELKAST
ACHTER
In de bagageruimte, onder de afdek-
plaat van het reservewiel, bevindt
zich tevens een stroomverdeelkast.
Deze kast bevat zekeringen en relais.
LET OP!
Bij het aanbrengen van het dekselop de stroomverdeelkast moet het
deksel overal goed aansluiten en
stevig worden vergrendeld. Als
dit wordt nagelaten, kan er water
in de stroomverdeelkast komen
en kan het elektrisch systeem mo-
gelijk uitvallen.
(Vervolgd)
LET OP!(Vervolgd)
Vervang zekeringen uitsluitenddoor exemplaren met dezelfde
ampèrewaarde. Wanneer u een
zekering vervangt door een zeke-
ring met een hogere ampère-
waarde, kan het elektrische sys-
teem gevaarlijk overbelast raken.
Als nieuwe zekeringen met de
juiste ampèrewaarde meteen
doorbranden, is er een defect in
het circuit dat gerepareerd moet
worden.
De afdekplaat openen
Stroomverdeelkast achter
339
Page 346 of 380
LocatiePatroonzeke-
ringMinizekering Omschrijving
2 60 A geel — PDC-voeding vóór 1
3 ——Reserve
4 60 A geel — PDC-voeding vóór 2
5 30 A roze — Zonnedak
6 40 A groen — Buitenverlichting 1
7 40 A groen — Buitenverlichting 2
8 30 A roze — Interieurverlichting/ruitensproeierpomp
9 30 A roze — Centrale portiervergrendeling
10 30 A roze — Bestuurdersportier
11 30 A roze — Passagiersportier
12 —20 A geel Selecteerbaar aansluitcontact 1
15 40 A groen — Verwarmings-/aircoventilator
16 ——Reserve
17 ——Reserve
18 ——Reserve
19 ——Reserve
20 ——Reserve
21 ——Reserve
22 —20 A geel Parkeerverlichting aanhangwagen - Indien aanwezig
23 —10 A rood Brandstofvulklep/diagnosepoort
24 —15 A blauw Radioscherm
25 —10 A rood Bandenspanningscontrole
26 —25 A blanco Versnellingsbak
340
Page 347 of 380
LocatiePatroonzeke-
ringMinizekering Omschrijving
27 —25 A blanco Versterker
31 —25 A blanco Elektrisch bediende stoelen
32 —15 A blauw Verwarming- en aircomodule/groep/stuurslot
33 —15 A blauw Contactschakelaar/draadloze module
34 —10 A rood Stuurkolommodule/klok
35 —10 A rood Accusensor
36 —20 A geel Verlichting aanhangwagenmodule - Indien aanwezig
37 —15 A blauw Radio
38 —20 A geel Aansluitcontact console
40 ——Reserve
41 ——Reserve
42 30 A roze — Ontdooien achter (EBL-voeding)
43 —25 A blanco Stoelverwarming achter/stuurverwarming
44 —10 A rood Parkeerhulp/dode hoek/camera
45 —15 A blauw Sensor groep/binnenspiegel/kompas/vochtigheid
46 —10 A rood Adaptieve cruisecontrol
47 —10 A rood Adaptieve verlichting vóór
48 —20 A geel Actieve vering — indien aanwezig
49 ——Reserve
50 ——Reserve
51 —20 A geel Stoelverwarming vóór
52 —10 A rood Verwarmde bekerhouders/stoelverwarming achter
53 —10 A rood Verwarming- en aircomodule/binnentemperatuursensor
341
Page 348 of 380
LocatiePatroonzeke-
ringMinizekering Omschrijving
54 ——Reserve
55 ——Reserve
56 ——Reserve
57 ——Reserve
58 —10 A rood Airbagmodule
59 ——Reserve
60 ——Reserve
61 —20 A geel Trekhaak (Europa) - Indien aanwezig
62 ——Reserve
63 ——Reserve
64 —25 A blanco Achterramen
65 —10 A rood Airbagmodule
66 ——Reserve
67 —15 A blauw Voorportierverlichting/rijsensor
68 —15 A blauw Aansluitcontact console verlichting/zonwering achter
69 ——Reserve
70 ——Reserve
342
Page 349 of 380

STALLEN VAN DE AUTO
Als u langer dan drie weken geen ge-
bruik maakt van uw auto, dient u
voorzorgsmaatregelen te nemen ter
bescherming van de accu.
1. Koppel de minkabel los van de
accu.
OPMERKING:
Wanneer de min-
kabel is losgekoppeld van de accu
en het kofferdeksel geheel gesloten
is, is het noodzakelijk om aan de
noodontgrendeling van het vergren-
delingsmechanisme van de bagage-
ruimte te trekken om hem weer te
openen. Voor toegang tot de bagage-
ruimte om de noodontgrendeling te
bedienen, klapt u de rugleuningen van de achterbank omlaag. Raad-
pleeg "NEERKLAPBARE ACHTER-
BANK" in "DE FUNCTIES VAN UW
AUTO" en "NOODONTGRENDE-
LING BAGAGERUIMTE" in “UW
AUTO” voor meer informatie hier-
over.
2. Wanneer u de auto twee weken
hebt gestald of niet hebt gebruikt
(bijv. in de vakantie), laat het airco-
systeem daarna dan gedurende vijf
minuten werken bij stationair toeren-
tal in de buitenlucht en met een hoog
aanjagertoerental. Zo wordt het sys-
teem voldoende gesmeerd en wordt de
kans op schade aan de aircocompres-
sor tot een minimum beperkt wanneer
u het systeem weer start.
VERVANGENDE LAMPEN
Interieur Gloeilampnummer
Interieurverlichting/
leeslampen
............W5W
Bagageruimteverlichting . . . 562
Leeslampen in dakconsole . . 578
Lampeninzonneklep .....194 Verlichting handschoenenkastje
(voor bepaalde uitvoeringen/
landen) ................194
Portierverlichting
.........562
Lampje versnellingsindica-
tor ..............J KLE14140
Optioneel kaartenvakje in
portier/bekerhouder ......LED
(service bij erkende dealer)
OPMERKING: Informeer bij uw
dealer voor instructies over het
vervangen van verlichte schake-
laars.
Alle gloeilampen van de interieurver-
lichting hebben een glazen voet van
het wig- of patroontype. Gloeilampen
met aluminium fitting zijn niet goed-
gekeurd en mogen bij vervanging niet
worden gebruikt.
Minkabel van de accu
343
Page 350 of 380

Exterieur Gloeilampnummer
Dimlicht/grootlicht (bi-xenon
koplamp) ..............D3S(service bij erkende dealer)
Richtingaanwijzer
vóór ............. PSY24WSV
Parkeerlicht vóór ........LED
(service bij erkende dealer)
Daglichtlamp ...........LED
(service bij erkende dealer)
Mistlamp vóór (voor bepaalde
uitvoeringen/landen) ......H11
Parkeerlicht vóór ........LED
(service bij erkende dealer)
Markeerverlichting vóór . . . LED (service bij erkende dealer)
Zijknipperlichten ........LED
(service bij erkende dealer)
Achterlicht/remlicht/markeerver-
lichting ................LED
(service bij erkende dealer)
Richtingaanwijzer
achter ..............W Y21W
Mistlampen achter .......LED
(service bij erkende dealer) Achteruitrijlicht
.......W16W
Derde remlicht ..........LED
(service bij erkende dealer)
Kentekenverlichting .....W5W
GLOEILAMPEN
VERVANGEN
OPMERKING: Onder bepaalde
weersomstandigheden kunnen de
lenzen beslaan. Normaliter lost dit
zich weer op wanneer de weers-
omstandigheden veranderen en de
condens weer verdampt. Het in-
schakelen van de lampen versnelt
het ontwasemingsproces meestal.
HID-KOPLAMPEN (HIGH
INTENSITY DISCHARGE)
LET OP!
Laat lampen voor zover mogelijk
vervangen door een LANCIA-
dealer. De juiste werking en rich-
ting van de buitenverlichting zijn
essentieel voor veilig rijden volgens
de verkeersregels. De koplampen zijn een soort hoog-
spanningsontladingsbuis. Zelfs wan-
neer de koplampen zijn uitgeschakeld
en de sleutel uit het contactslot is ver-
wijderd, kan er nog hoogspanning
aanwezig zijn in het circuit.
Daarom
mag u niet zelf proberen een kop-
lamp te vervangen. Als een kop-
lamp defect raakt, laat deze dan
door een erkende dealer vervan-
gen.
WAARSCHUWING!
De fitting van de HID-koplamp
komt kort onder hoogspanning te
staand wanneer als de koplamp-
schakelaar naar de stand ON wordt
gedraaid. Als het onderhoud niet
correct wordt uitgevoerd, kan deze
hoogspanning een ernstige elektri-
sche schok of zelfs elektrocutie ver-
oorzaken. Bezoek uw erkende dea-
ler voor service.
344
Page 351 of 380

OPMERKING:De ingeschakelde
koplampen van voertuigen met
HID-koplampen hebben een
blauwe tint. Na ongeveer 10 secon-
den, wanneer het systeem is opgela-
den, vermindert de intensiteit van
de tint en wordt de kleur witter.
RICHTINGAANWIJZERS
VÓÓR
1. Open de motorkap.
OPMERKING: Voor het vervan-
gen van gloeilampen van de kop-
lamp aan de bestuurderszijde kan
het nodig zijn het luchtfilterhuis te
verwijderen.
2. Verwijder de kunststof kap aan de
achterzijde van het koplamphuis.
3. Knijp de twee lippen aan de zij-
kant van de fitting in en trek de gloei-
lamp recht uit de het lamphuis.
4. Breng de nieuwe gloeilamp en
stekker recht in het lamphuis aan tot
de lamp vastklikt. 5. Plaats de plastic kap terug op het
koplamphuis.
RICHTINGAANWIJZER
ACHTER EN
ACHTERUITRIJLAMPEN
1. Open de bagageruimte.
2. Verwijder de kofferbakbekleding
door de boodschappentashaak te ver-
wijderen (gebruik een T-20-
torxschroevendraaier of gelijkwaar-
dig gereedschap), maak de
bevestiging los en verwijder de af-
dichtstrip.
3. Trek de kofferbaklade eruit, zodat
u bij de vleugelmoeren van het achter-
licht kunt.
4. Verwijder de drie vleugelmoeren
aan de achterzijde van het achter-
lichthuis.
5. Trek het achterlichthuis zover van
het voertuig totdat u bij de elektrische
verbinding kunt.
6. Druk het borglipje van de stekker
naar de zijkant.
7. Maak de stekker los.
8. Maak het lamphuis verder los tot-
dat u bij de gloeilamp(en) kunt.
9. Draai de lamp en lampfitting
linksom uit het achterlicht.
10. Verwijder de lamp uit de fitting
en breng de nieuwe lamp aan.
11. Plaats de eenheid van lamp en
fitting terug in het achterlicht en draai
de eenheid rechtsom.
12. Plaats het achterlicht, de bevesti-
gingen, de stekker en de kofferbakbe-
kleding terug.
13. Sluit het kofferdeksel.
345
Page 352 of 380
KENTEKENVERLICHTING
1. Verwijder de schroeven waarmee
de lamp aan het achterbumperpaneel
is bevestigd.
2. Verwijder de eenheid van gloei-
lamp en fitting.3. Verwijder de lamp uit de fitting en
breng de nieuwe lamp aan.
4. Plaats de eenheid van gloeilamp
en fitting terug.
5. Bevestig de lamp op het achterpa-
neel en monteer de schroeven.
VLOEISTOFINHOUD
Metrisch
Brandstof (ongeveer)
Alle motoren 72 liter
Motorolie met filter
3,6-liter motor 5,6 liter
3,0-liter dieselmotor 8,4 liter
Motorkoelsysteem*
3,6-liter motor 9,5 liter
3,0-liter dieselmotor 12 liter
* Inclusief verwarming en koelvloeistofreservoir gevuld tot aan MAX-peil.
1 — Gloeilamp kentekenverlichting
2 — Fitting
346