Page 361 of 380

In duizenden kilometers 24 48 72 96 120 144 168 192Maanden 12 24 36 48 60 72 84 96
Werking van verlichting (koplampen, richtingaanwijzers,
waarschuwingsknipperlichten, bagageruimte, interieur, hand-
schoenenkastje, waarschuwingslampjes instrumentenpaneel
enz.) controleren.
Controleer de werking van het ruitensproeiersysteem en stel,
indien nodig, de sproeiers af.
Stand van wisserbladen voor/achter controleren en wisserbla-
den op slijtage controleren.
Controleren of sloten van motorkap en kofferbak schoon zijn
en scharnieren schoon en voldoende gesmeerd zijn.
Visuele controle uitvoeren van: carrosserie, bodemplaatbe-
scherming, pijpen en leidingen (uitlaat - brandstof - remmen),
rubberdelen (hoezen, bussen, manchetten enz.).
Conditie en slijtage van de remblokken vóór controleren.
Conditie en slijtage van de remblokken achter controleren.
Vloeistofniveaus (remmen, ruitensproeier, accu, koelvloeistof,
enz.) controleren en, indien nodig, vloeistof bijvullen.
Visuele controle uitvoeren van de conditie van de hulpaandrijf-
riem(en).
Remblokken van de parkeerrem afstellen, indien nodig.
Uitlaatgasemissiewaarden controleren.
Werking motormanagement controleren (via diagnosestekker).
Bougies vervangen (**).
Luchtfilterelement vervangen.
355
Page 362 of 380

In duizenden kilometers 24 48 72 96 120 144 168 192Maanden 12 24 36 48 60 72 84 96
Vloeistof voor automatische versnellingsbak verversen en filter
vervangen (***)
Remvloeistof verversen (of elke 24 maanden).
Pollenfilter vervangen.
Vloeistof in de achteras controleren ( #)
Voorasolie controleren – Alleen uitvoeringen met aandrijving
op alle wielen (AWD) (#).
Tussenbakolie controleren – Alleen uitvoeringen met aandrij-
ving op alle wielen (AWD) (##).
(*) Verversing van de motorolie en
vervanging van het oliefilter moet
worden uitgevoerd wanneer dit wordt
aangegeven door een waarschuwings-
lampje of via een bericht op het in-
strumentenpaneel, en ten minste elke
12 maanden.
(**) Het vervangingsinterval van de
bougies wordt uitgedrukt in kilome-
ters, niet in maanden.
(***) Vloeistof van automatische ver-
snellingsbak verversen en filter(s) vervangen bij 96.000 km of 48 maan-
den als u met de auto onder een van de
volgende omstandigheden rijdt: rij-
den in stadsverkeer, herhaaldelijke
korte ritten (minder dan 7-8 km), of
regelmatig trekken van aanhangwa-
gen of caravan.
( #) Achter- en voorasolie verversen
bij 72.000 km of na 36 maanden en
144.000 km of 72 maanden als u de
auto gebruikt voor één van het vol-
gende: rijden in stadsverkeer, korte
(minder dan 7-8 km) en herhaalde
ritten of veelvuldig aanhanger of ca-
ravan trekken.
( ##) Tussenbakolie verversen bij
96.000 km of na 48 maanden en
192.000 km of na 96 maanden als u
met de auto onder een van de vol-
gende omstandigheden rijdt: stads-
verkeer, korte (minder dan 7-8 km)
en herhaalde ritten of veelvuldig aan-
hanger of caravan trekken.
356
Page 363 of 380

Periodieke controles
Controleer na elke1.000 kmof voor-
afgaand aan lange ritten het volgende
en vul indien nodig bij:
koelvloeistof;
remvloeistof;
stuurbekrachtigingsvloeistof;
ruitensproeiervloeistof;
stuurbekrachtigingsvloeistof;
bandenspanning en staat van de banden;
werking van verlichting (koplam- pen, richtingaanwijzers, waarschu-
wingsknipperlichten, enz.);
werking van ruitenwissers/- sproeiers, stand en slijtage van
voor- en achterwisserbladen.
Controleer na elke 3.000 kmhet mo-
toroliepeil en het vloeistofpeil van de
automatische versnellingsbak (alleen
automatische versnellingsbak met
vier versnellingen). Gebruik van auto onder zware
omstandigheden
Als de auto hoofdzakelijk onder een
van de volgende omstandigheden
wordt gebruikt:
trekken van aanhanger of caravan;
stoffige wegen;
herhaaldelijke korte ritten (minder
dan 7-8 km) bij temperaturen on-
der het vriespunt;
motor draait vaak stationair, rijden van lange afstanden met lage snel-
heden of langere perioden zonder
gebruik.
U dient de volgende inspecties vaker
uit te voeren dan is aangegeven in het
onderhoudsschema:
remblokken vóór op conditie en slijtage contoleren;
controleren of sloten van motorkap en scharnieren schoon en vol-
doende gesmeerd zijn; visuele controle uitvoeren van con-
ditie van: motor, versnellingsbak,
pijpen en leidingen (uitlaat -
brandstofsysteem - remmen) en
rubberdelen (hoezen - manchetten
- bussen - enz.);
accustatus en het accuvloeistofni- veau (elektrolyt) controleren;
visuele controle uitvoeren van de conditie van de
hulpaandrijfriemen;
motorolie controleren en indien no- dig verversen en oliefilter
vervangen;
pollenfilter controleren en indien nodig vervangen;
luchtfilter controleren en indien no- dig vervangen.
357
Page 364 of 380

ONDERHOUDSSCHEMA —
DIESELMOTOR
Om u de beste rijervaring te bieden
heeft de fabrikant een specifiek on-
derhoudsschema opgesteld aan de
hand waarvan u kunt zorgen dat uw
auto goed en veilig blijft rijden.
De fabrikant raadt aan deze onder-
houdsbeurten te laten uitvoeren bij de
dealer waar u de auto heeft aange-
schaft. De monteurs bij de dealer ken-
nen uw auto het beste en hebben toe-
gang tot informatie van
fabrieksgetrainde specialisten, origi-
nele onderdelen van LANCIA en speci-
aal ontworpen elektronisch en mecha-
nisch gereedschap waarmee kostbare
reparaties in de toekomst kunnen wor-
den voorkomen.
De onderhoudsbeurten moeten wor-
den uitgevoerd zoals aangegeven in
dit hoofdstuk.
De auto is uitgerust met een indicator
voor olieverversing. Het bericht "Oil
Change Required"(olie verversen)
knippert ongeveer 10 seconden in het
EVIC-scherm na één geluidsignaal
om de volgende oliebeurt aan te ge-
ven. De indicator voor olieverversing
is gebaseerd op de belasting van de
motor, wat betekent dat de periodieke
oliebeurten afhankelijk zijn van uw
persoonlijke rijstijl.
Als dit bericht niet wordt gereset, ver-
schijnt dit bericht telkens wanneer u
de contactschakelaar in de stand ON/
RUN zet. Om het bericht tijdelijk uit
te schakelen, drukt u kort op de knop
Menu.OPMERKING:
Onder geen beding mogen de in-
tervaltermijnen voor olieverver-
sing groter zijn dan 20.000 km of
12 maanden, afhankelijk van
wat eerst komt.
Rouleer de banden bij de eerste tekenen van ongelijkmatige
slijtage
LET OP!
Als noodzakelijk onderhoud ach-
terwege wordt gelaten, kan dit lei-
den tot schade aan uw auto.
In duizenden kilometers 20 40 60 80 100 120 140 160
Maanden 12 24 36 48 60 72 84 96
Motorolie verversen en oliefilter vervangen (*).
Accustatus controleren en zo nodig bijladen.
Banden op conditie/slijtage controleren en bandenspanning
indien nodig corrigeren.
358
Page 365 of 380

In duizenden kilometers 20 40 60 80 100 120 140 160Maanden 12 24 36 48 60 72 84 96
Werking van verlichting (koplampen, richtingaanwijzers,
waarschuwingsknipperlichten, bagageruimte, interieur, hand-
schoenenkastje, waarschuwingslampjes instrumentenpaneel
enz.) controleren.
Controleer de werking van het ruitensproeiersysteem en stel,
indien nodig, de sproeiers af.
Stand van wisserbladen voor/achter controleren en wisserbla-
den op slijtage controleren.
Controleren of sloten van motorkap en kofferbak schoon zijn
en scharnieren schoon en voldoende gesmeerd zijn.
Visuele controle uitvoeren van: carrosserie, bodemplaatbe-
scherming, pijpen en leidingen (uitlaat - brandstof - remmen),
rubberdelen (hoezen, bussen, manchetten enz.).
Conditie en slijtage van de remblokken vóór controleren.
Conditie en slijtage van de remblokken achter controleren.
Vloeistofniveaus (remmen, ruitensproeier, accu, koelvloeistof,
enz.) controleren en, indien nodig, vloeistof bijvullen.
Visuele controle uitvoeren van de conditie van de hulpaandrijf-
riem(en).
Remblokken van de parkeerrem afstellen, indien nodig.
Uitlaatgasemissiewaarden controleren.
Werking motormanagement controleren (via diagnosestekker).
Vloeistof voor automatische versnellingsbak verversen en filter
vervangen (**).
359
Page 366 of 380

In duizenden kilometers 20 40 60 80 100 120 140 160Maanden 12 24 36 48 60 72 84 96
Brandstoffilter vervangen.
Hulpaandrijfriem(en) vervangen.
Luchtfilterelement vervangen.
Vloeistof in de achteras controleren ( #)
Remvloeistof verversen (of elke 24 maanden).
Pollenfilter vervangen.
(*) Verversing van de motorolie en
vervanging van het oliefilter moet
worden uitgevoerd wanneer dit wordt
aangegeven door een waarschuwings-
lampje of via een bericht op het in-
strumentenpaneel, en ten minste elke
12 maanden.
(**) Vloeistof van automatische ver-
snellingsbak verversen en filter(s) vervangen bij 100.000 km of 60
maanden als u met de auto onder een
van de volgende omstandigheden
rijdt: rijden in stadsverkeer, herhaal-
delijke korte ritten (minder dan
7-8 km), of regelmatig trekken van
aanhangwagen of caravan.
( #) Achterasolie verversen bij
72.000 km of na 36 maanden en144.000 km of 72 maanden als u de
auto gebruikt voor één van het vol-
gende: rijden in stadsverkeer, korte
(minder dan 7-8 km) en herhaalde
ritten of veelvuldig aanhanger of ca-
ravan trekken.
360
Page 367 of 380

Periodieke controles
Controleer na elke1.000 kmof voor-
afgaand aan lange ritten het volgende
en vul indien nodig bij:
koelvloeistof;
remvloeistof;
stuurbekrachtigingsvloeistof;
ruitensproeiervloeistof;
stuurbekrachtigingsvloeistof;
bandenspanning en staat van de banden;
werking van verlichting (koplam- pen, richtingaanwijzers, waarschu-
wingsknipperlichten, enz.);
werking van ruitenwissers/- sproeiers, stand en slijtage van
voor- en achterwisserbladen.
Controleer na elke 3.000 kmhet mo-
toroliepeil en het vloeistofpeil van de
automatische versnellingsbak (alleen
automatische versnellingsbak met
vier versnellingen). Gebruik van auto onder zware
omstandigheden
Als de auto hoofdzakelijk onder een
van de volgende omstandigheden
wordt gebruikt:
trekken van aanhanger of caravan;
stoffige wegen;
herhaaldelijke korte ritten (minder
dan 7-8 km) bij temperaturen on-
der het vriespunt;
motor draait vaak stationair, rijden van lange afstanden met lage snel-
heden of langere perioden zonder
gebruik.
U dient de volgende inspecties vaker
uit te voeren dan is aangegeven in het
onderhoudsschema:
remblokken vóór op conditie en slijtage contoleren;
controleren of sloten van motorkap en scharnieren schoon en vol-
doende gesmeerd zijn;
visuele controle uitvoeren van con- ditie van: motor, versnellingsbak, pijpen en leidingen (uitlaat -
brandstofsysteem - remmen) en
rubberdelen (hoezen - manchetten
- bussen - enz.);
accustatus en het accuvloeistofni- veau (elektrolyt) controleren;
visuele controle uitvoeren van de conditie van de
hulpaandrijfriemen;
motorolie controleren en indien no- dig verversen en oliefilter
vervangen;
pollenfilter controleren en indien nodig vervangen;
luchtfilter controleren en indien no- dig vervangen.
361
Page 368 of 380