Page 57 of 498
Overzicht systeem van toegevoegde diensten
Gegevensverwerkingsschema
AServer
BOpslag
CVerwerking
DDCM
1. De klant activeert de dienst op het
Toyota-klantenportaal en gaat
akkoord met de voorwaarden van de
dienst conform de AVG.
2. De server activeert de dienst in de
DCM en bepaalt welke
voertuiggegevens worden verzameld.
3. De desbetreffende voertuiggegevens
worden verzameld door de DCM.
4. De gegevens worden gedeeld met de
server.5. De gegevens worden opgeslagen op
de server.
6. De gegevens worden verwerkt op de
server om de dienst te kunnen
leveren.
7. De verwerkte gegevens worden aan
de klant gepresenteerd.
Ga naar het Toyota-klantenportaal
voor de lijst van beschikbare diensten.
1 .3 Noodoproep
55
1
Veiligheid en beveiliging
Page 58 of 498

Uitvoeren van de regelgeving
Gebruikersinformatie uitvoering regelgeving, bijlage 1, DEEL 3Conformi-
teit
1. BESCHRIJVING IN VOERTUIG GEÏNTEGREERD ECALL-SYSTEEM
1.1.Overzicht, werking en functionaliteiten van het in het voertuig
geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-systeemO
1.2.De op 112 gebaseerde eCall-dienst is een publieke dienst van
algemeen nut die gratis beschikbaar is.O
1.3.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem is standaard ingeschakeld. Bij een ernstige aanrijding
wordt het systeem automatisch geactiveerd door signalen van
sensoren in het voertuig. Het wordt ook automatisch geacti-
veerd als de auto is voorzien van een TPS-systeem dat niet
werkt bij een ernstige aanrijding.O
1.4.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem kan indien nodig ook handmatig worden geactiveerd.
Instructies voor het handmatig activeren van het systeemO
1.5.Als door een ernstige systeemstoring het in het voertuig geïn-
tegreerde op 112 gebaseerde eCall-systeem wordt uitgescha-
keld, krijgen de inzittenden van het voertuig de volgende waar-
schuwingO
2. INFORMATIE OVER GEGEVENSVERWERKING
2.1.Elke verwerking van persoonsgegevens die via het in het voer-
tuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-systeem zijn ver-
zameld, moet voldoen aan de regelgeving met betrekking tot
persoonsgegevens zoals vastgelegd in richtlijn 95/46/EG en
2002/58/EG, en moet met name zijn gebaseerd op de nood-
zaak om de vitale belangen van personen te beschermen, con-
form artikel 7(d) van richtlijn 95/46/EG.O
2.2.De verwerking van dergelijke gegevens dient strikt beperkt te
blijven tot het doel van het behandelen van de eCall-
noodoproep naar het Europese alarmnummer 112.O
2.3. Soorten gegevens en hun ontvangers
2.3.1.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem kan alleen de volgende gegevens verzamelen en ver-
werken: voertuigidentificatienummer, type voertuig (perso-
nenauto of lichte bestelwagen), type brandstof/aandrijving van
het voertuig (benzine/diesel/aardgas/LPG/elektriciteit/
waterstof ), laatste drie locaties en rijrichting van het voertuig,
logbestand van de automatische activering van het systeem
inclusief tijdstip van activering.O
2.3.2.De ontvangers van de door het in het voertuig geïntegreerde
op 112 gebaseerde eCall-systeem verwerkte gegevens zijn de
relevante openbare alarmcentrales die zijn aangewezen door
de publieke autoriteiten van het land waarin deze centrales zijn
gevestigd om als eerste eCall-oproepen naar het Europese
alarmnummer 112 te ontvangen en te verwerken.O
1 .3 Noodoproep
56
Page 59 of 498

Gebruikersinformatie uitvoering regelgeving, bijlage 1, DEEL 3Conformi-
teit
2.4. Maatregelen m.b.t. de gegevensverwerking
2.4.1.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem is zo ontworpen dat de gegevens in het geheugen van
het systeem niet toegankelijk zijn voordat een eCall wordt ver-
zonden.O
2.4.2.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem is zo ontworpen dat het niet te traceren is en niet con-
stant kan worden getraceerd tijdens de normale werkingssta-
tus van het systeem.O
2.4.3.Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem is zo ontworpen dat de gegevens in het interne geheu-
gen van het systeem automatisch en permanent worden ge-
wist.O
2.4.3.1.De gegevens over de locatie van het voertuig worden op zo'n
manier permanent overschreven in het interne geheugen van
het systeem dat altijd maximaal de drie laatste actuele locaties
van het voertuig bewaard blijven. Deze locaties zijn nodig voor
de normale werking van het systeem.O
2.4.3.2.Het logbestand van de activiteitengegevens in het in het voer-
tuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-systeem wordt
niet langer bewaard dan nodig is voor het doel van de verwer-
king van de eCall-noodoproep en in elk geval niet langer dan
13 uur gerekend vanaf het moment dat de eCall-noodoproep
was verzonden.O
2.5. Voorwaarden voor uitoefenen van rechten door betrokkenen
2.5.1.De betrokkene (de eigenaar van het voertuig) heeft het recht
op inzage in de gegevens en, in voorkomende gevallen, het
recht op rectificatie, wissen of blokkeren van gegevens over
hem of haar als de verwerking van de gegevens niet overeen-
komt met de bepalingen in richtlijn 95/46/EG. Derden die de
gegevens hebben ontvangen moeten worden geïnformeerd
over de rectificatie, het wissen of het blokkeren van deze gege-
vens, uitgevoerd conform deze richtlijn, behalve als kan worden
bewezen dat dit onmogelijk is of onevenredig veel inspanning
vereist.O
2.5.2.De betrokkene heeft het recht een klacht in te dienen bij de
bevoegde gegevensbeschermingsautoriteit als hij of zij van
mening is dat zijn of haar rechten zijn geschonden door de ver-
werking van zijn of haar persoonsgegevens.O
2.5.3.Klantenservice die verantwoordelijk is voor het behandelen van
verzoeken om inzage (indien van toepassing):
→Blz. 56O
3. INFORMATIE OVER DIENSTEN VAN DERDEN EN ANDERE DIENSTEN MET TOEGEVOEGDE
WAARDE (INDIEN VAN TOEPASSING)
1 .3 Noodoproep
57
1
Veiligheid en beveiliging
Page 60 of 498

Gebruikersinformatie uitvoering regelgeving, bijlage 1, DEEL 3Conformi-
teit
3.1.Beschrijving van de werking en de functionaliteiten van het
TPS-systeem/een dienst met toegevoegde waarde→Blz. 55
3.2.Elke verwerking van persoonsgegevens die via het TPS-
systeem/een andere dienst met toegevoegde waarde zijn ver-
zameld, moet voldoen aan de regelgeving met betrekking tot
persoonsgegevens zoals vastgelegd in richtlijn 95/46/EG en
2002/58/EG.O
3.2.1.Wettelijke basis voor het gebruik van het TPS-systeem en/of de
diensten met toegevoegde waarde, en voor het verwerken van
gegevens die via dit systeem/deze diensten zijn verzameldDe Europese
Algemene
Verordening
Gegevens-
bescher-
ming
3.3.Alleen op basis van de uitdrukkelijke toestemming van de be-
trokkene (de eigenaar(s) van het voertuig) mogen persoonsge-
gevens worden verwerkt door het TPS-systeem en/of andere
diensten met toegevoegde waarde.O
3.4.Voorwaarden voor het verwerken van gegevens via het TPS-
systeem en/of andere diensten met toegevoegde waarde, in-
clusief de noodzakelijke aanvullende informatie over de tra-
ceerbaarheid, het traceren en het verwerken van
persoonsgegevens→Blz. 55
3.5.De eigenaar van een auto met een TPS eCall-systeem en/of een
andere dienst met toegevoegde waarde die tevens beschikt
over het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde
eCall-systeem heeft het recht te kiezen voor het in het voertuig
geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-systeem in plaats van
voor het TPS eCall-systeem en andere diensten met toege-
voegde waarde.O
3.5.1.Contactgegevens voor het behandelen van verzoeken om uit-
schakeling van het TPS eCall-systeemN.b.
Klantenservice die verantwoordelijk is voor het behandelen van verzoeken om inzage
Land Contactgegevens
Oostenrijk [email protected]
België/Luxemburg [email protected]
Kroatië [email protected]
Tsjechië/Hongarije/Slowakije [email protected]
Denemarken [email protected]
Estland [email protected]
Finland [email protected]
Frankrijk [email protected]
Duitsland [email protected]
Groot-Brittannië [email protected]
Griekenland [email protected]
IJsland [email protected]
Ierland [email protected]
Italië [email protected]
1 .3 Noodoproep
58
Page 61 of 498

Land Contactgegevens
Nederland www.toyota.nl/klantenservice
Noorwegen [email protected]
Polen [email protected]
Portugal [email protected]
Roemenië [email protected]
Slovenië [email protected]
Spanje [email protected] / [email protected].
Zweden [email protected]
Zwitserland [email protected]
1.4 Hybridesysteem
1.4.1 Kenmerken hybridesysteem
Uw auto is een hybridevoertuig. De eigenschappen van uw auto zijn anders dan die van
conventionele auto's. Zorg ervoor dat u de eigenschappen van uw auto goed leert kennen
en gebruik de functies voorzichtig.
Bij het hybridesysteem werken een benzinemotor en een elektromotor (tractiemotor)
samen, afhankelijk van de rijomstandigheden, om het brandstofverbruik en de
uitlaatgasemissie te verlagen.
Systeemonderdelen
Systeemonderdelen
ABenzinemotor
BElektromotor voor (tractiemotor)
CElektromotor achter (tractiemotor)
De afbeelding dient slechts ter illustratie en wijkt mogelijk af van de werkelijkheid.
1 .3 Noodoproep
59
1
Veiligheid en beveiliging
Page 62 of 498

Bij stilstand/tijdens wegrijden
Wanneer de auto stilstaat, wordt de
benzinemotor uitgeschakeld
*. Bij het
wegrijden wordt de auto aangedreven
door de elektromotor (tractiemotor). Bij
het rijden met lage snelheid of bij het
afrijden van een flauwe helling wordt de
benzinemotor uitgeschakeld
*en wordt de
elektromotor (tractiemotor)
ingeschakeld.
Wanneer de selectiehendel in stand N
staat, wordt het batterijpakket
(tractiebatterij) niet opgeladen.
*Wanneer het batterijpakket
(tractiebatterij) moet worden opgeladen
of wanneer de motor aan het opwarmen
is, enz., wordt de benzinemotor niet
automatisch uitgeschakeld. (→Blz. 60)
Tijdens normaal rijden
De auto wordt voornamelijk aangedreven
door de benzinemotor. De elektromotor
(tractiemotor) laadt zo nodig het
batterijpakket (tractiebatterij) op.
Tijdens sterk accelereren
Wanneer het gaspedaal volledig wordt
ingetrapt, wordt de energie van het
batterijpakket (tractiebatterij)
toegevoegd aan de energie die de
benzinemotor levert via de elektromotor
(tractiemotor).
Tijdens het remmen (regeneratief
remmen)
De wielen drijven de elektromotor
(tractiemotor) aan, waardoor energie
wordt opgewekt en het batterijpakket
(tractiebatterij) wordt opgeladen.
Regeneratief remmen
• In de volgende situaties wordt
kinetische energie omgezet in
elektrische energie en wordt er een
afremmingskracht gegenereerd
terwijl tegelijkertijd het batterijpakket
(tractiebatterij) wordt opgeladen.
– Het gaspedaal wordt losgelatenterwijl de selectiehendel in stand D
of S staat.
– Het rempedaal wordt ingetrapt
terwijl de selectiehendel in stand D
of S staat.
• Als het benzineroetfiltersysteem
(blz. 264) in werking is om het
uitlaatgasfilter te regenereren, wordt
het batterijpakket (tractiebatterij)
mogelijk niet opgeladen.
EV-controlelampje
Het EV-controlelampje gaat branden
wanneer de auto alleen door de
elektromotor (tractiemotor) wordt
aangedreven of de benzinemotor niet
draait.
Omstandigheden waarin de
benzinemotor mogelijk niet wordt
uitgeschakeld
De benzinemotor wordt automatisch
gestart en uitgeschakeld. Hij wordt
echter onder de volgende
omstandigheden mogelijk niet
automatisch uitgeschakeld:
• Tijdens de opwarmfase van de
benzinemotor
• Tijdens het opladen van het
batterijpakket (tractiebatterij)
•
Als de temperatuur van het batterij-
pakket (tractiebatterij) hoog of laag is
• Als de verwarming is ingeschakeld
Afhankelijk van de omstandigheden
wordt de benzinemotor mogelijk ook
niet automatisch uitgeschakeld in
andere situaties.
1 .4 Hybridesysteem
60
Page 63 of 498

Opladen van het batterijpakket
(tractiebatterij)
Omdat het batterijpakket (tractiebatterij)
indien nodig door de benzinemotor wordt
opgeladen, hoeft het niet door een externe
bron te worden opgeladen. Als de auto
echter gedurende lange tijd wordt
geparkeerd, wordt het batterijpakket
(tractiebatterij) langzaam ontladen.
Daarom moet u ervoor zorgen dat er elke
paar maanden gedurende minimaal
30 minuten of 16 km met de auto gereden
wordt. Als het batterijpakket (tractie-
batterij) volledig ontladen raakt en u het
hybridesysteem niet meer kunt starten,
neem dan contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
Opladen van de 12V-accu
→Blz. 395
Als de 12V-accu leeg is, vervangen is
of verwijderd is geweest.
De benzinemotor stopt mogelijk niet, ook
niet als de auto door het batterijpakket
(tractiebatterij) wordt aangedreven. Als dit
probleem enkele dagen aanhoudt, neem
dan contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
Geluiden en trillingen die kenmerkend
zijn voor een hybrideauto
Mogelijk zijn er geen motorgeluiden hoor-
baar of trillingen voelbaar terwijl de auto
wel kan rijden en het controlelampje
READY brandt. Activeer na het parkeren uit
veiligheidsoverwegingen de parkeerrem
en zet de selectiehendel in stand P.
De volgende geluiden of trillingen
kunnen hoorbaar of voelbaar zijn als het
hybridesysteem in werking is en deze
duiden niet op een defect:
• Er kunnen motorgeluiden hoorbaar
zijn uit het motorcompartiment.
• Bij het inschakelen of uitschakelen
van het hybridesysteem kan er geluidhoorbaar zijn dat afkomstig is van het
batterijpakket (tractiebatterij) onder
de tweede zitrij.
• Bij het inschakelen of uitschakelen
van het hybridesysteem zijn er
mogelijk werkingsgeluiden van het
relais te horen, zoals een klik of een
vaag gerammel, dat afkomstig is van
het batterijpakket (tractiebatterij)
onder de tweede zitrij.
• Als de achterklep open is, kunnen er
geluiden van het hybridesysteem
hoorbaar zijn.
• Als de benzinemotor start of stopt, bij
rijden met lage snelheden of als de
motor met stationair toerental draait,
kunnen er geluiden hoorbaar zijn van
de transmissie.
• Bij sterk accelereren kunnen er
motorgeluiden hoorbaar zijn.
• Als het rempedaal wordt ingetrapt of
het gaspedaal wordt losgelaten,
kunnen er geluiden hoorbaar zijn die
worden veroorzaakt door het
regeneratief remmen.
• Als de benzinemotor start of stopt,
kunnen trillingen voelbaar zijn.
• U kunt via de luchtinlaten onder de
tweede zitrij geluid horen dat
afkomstig is van de koelventilator.
Onderhoud, reparatie, recycling en afvoer
Neem voor onderhoud, reparatie, recycling
en afvoer contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige. Voer de auto
niet zelf af.
Akoestisch
voertuigwaarschuwingssysteem
Als u rijdt met uitgeschakelde
benzinemotor, wordt er een geluid, dat
aangepast wordt aan de rijsnelheid,
afgespeeld om mensen in de buurt te
waarschuwen dat de auto nadert. Het
geluid stopt als de rijsnelheid hoger
wordt dan ongeveer 25 km/h.
1 .4 Hybridesysteem
61
1
Veiligheid en beveiliging
Page 64 of 498

Akoestisch
voertuigwaarschuwingssysteem
In de volgende gevallen is het akoestische
voertuigwaarschuwingssysteem mogelijk
moeilijk te horen voor mensen in de buurt.• In gebieden met harde
omgevingsgeluiden
• In de wind of regen
Ook is het akoestische
voertuigwaarschuwingssysteem achter
de auto mogelijk moeilijker te horen dan
vóór de auto omdat het systeem aan de
voorzijde van de auto is geïnstalleerd.Als “Proximity Notification System
Malfunction Visit Your Dealer”
(Storing in waarschuwingssysteem
naderende auto. Ga naar uw dealer) op
het multi-informatiedisplay wordt
weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem
aanwezig. Laat de auto nakijken door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
1.4.2 Voorzorgsmaatregelen hybridesysteem
Wees voorzichtig met het hybridesysteem, aangezien dit een hoogspanningssysteem
(max. ongeveer 650 V) bevat, evenals onderdelen die extreem heet worden als het
hybridesysteem in werking is. Volg de aanwijzingen op de waarschuwingslabels op.
Systeemonderdelen
AWaarschuwingslabel
BServicestekker
CHoogspanningskabels (oranje)
DVermogensregeleenheid
EBatterijpakket (tractiebatterij)
FElektromotor achter (tractiemotor)
GElektromotor voor (tractiemotor)
HAircocompressor
De afbeelding dient slechts ter illustratie en wijkt mogelijk af van de werkelijkheid.
1 .4 Hybridesysteem
62