Page 385 of 562

– Controleer of de sensoren die het
Toyota Safety System gebruikt
bedekt zijn met verontreinigingen.
Verwijder ze indien aanwezig.
(→Blz. 170)
– Verwijder eventueel aanwezige
verontreinigingen van de
radarsensoren opzij achter.
– Sluit de achterklep.
Geeft aan dat de sensoren mogelijk niet
goed werken. (→Blz. 173)
Wanneer de problemen zijn opgelost en
de sensoren weer werken, verdwijnt deze
melding mogelijk vanzelf.
Als “System Stopped Front Camera
Low Visibility See Owner's Manual”
(Systeem uitgeschakeld. Slecht zicht
camera voor. Zie handleiding) wordt
weergegeven
Geeft aan dat een van de volgende
systemen is uitgeschakeld:
• PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
• LDA (Lane Departure Alert)
• LTA (Lane Tracing Assist)
• AHB (Automatic High Beam)
• Dynamic Radar Cruise Control
• Snelheidsbegrenzer (indien aanwezig)
•
RSA (Road Sign Assist) (indien
aanwezig)
Voer de onderstaande
correctieprocedures uit.
– Wis de voorruit schoon met de
ruitenwissers.
– Ontwasem de voorruit met de
airconditioning.
– Sluit de motorkap en verwijder
eventuele stickers en dergelijke
zodat de camera voor niet meer
wordt afgedekt.
Als “System Stopped Front Camera Out
of Temperature Range Wait until Normal
Temperature” (Systeem uitgeschakeld.
Camera voor buiten temperatuurbereik.
Wacht tot temperatuur normaal is)
wordt weergegeven
Geeft aan dat een van de volgende
systemen is uitgeschakeld:
• PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
• LDA (Lane Departure Alert)
• LTA (Lane Tracing Assist)
• AHB (Automatic High Beam)
• Dynamic Radar Cruise Control
• Snelheidsbegrenzer (indien aanwezig)
•
RSA (Road Sign Assist) (indien
aanwezig)
Voer de onderstaande
correctieprocedures uit.
–
Als de camera voor heet is, bijvoor-
beeld doordat de auto in de zon heeft
gestaan, maak dan gebruik van de
airconditioning om het gedeelte
rondom de camera voor af te koelen.
– Als bij het parkeren van de auto
gebruik is gemaakt van een
zonnescherm, kan bij bepaalde
typen zonneschermen door het
zonlicht dat door het oppervlak
ervan wordt gereflecteerd de
temperatuur van de camera voor
extreem hoog oplopen.
–
Als de camera voor koud is, bijvoor-
beeld doordat de auto in een zeer
koude omgeving heeft gestaan, maak
dan gebruik van het airconditioning-
systeem om het gedeelte rondom te
camera voor op te warmen.
Als “System Stopped Front Radar
Sensor Blocked Clean Radar Sensor”
(Systeem uitgeschakeld. Radarsensor
voor geblokkeerd. Reinig radarsensor)
wordt weergegeven
Geeft aan dat een van de volgende
systemen is uitgeschakeld:
• PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
• LDA (Lane Departure Alert)
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
383
7
Bij problemen
Page 386 of 562

• LTA (Lane Tracing Assist)
• AHB (Automatic High Beam)
• Dynamic Radar Cruise Control
• Snelheidsbegrenzer (indien aanwezig)
Voer de onderstaande
correctieprocedures uit.
– Controleer of de radarsensor of de
kap van de radarsensor is
verontreinigd en maak ze indien
nodig schoon (→blz. 171).
–
Deze melding wordt mogelijk
weergegeven tijdens het rijden in een
open gebied met weinig andere
voertuigen, gebouwen en andere
constructies in de nabije omgeving,
zoals bij grote dorre vlaktes, grasland,
braakliggende terreinen, enz. De
melding zal dan waarschijnlijk weer
verdwijnen als wordt gereden in een
gebied met gebouwen, andere
constructies en andere voertuigen in
de nabije omgeving.
Als “System Stopped Front Radar
Sensor Out of Temperature Range Wait
until Normal Temperature” (Systeem
uitgeschakeld. Radarsensor voor
buiten temperatuurbereik. Wacht tot
temperatuur normaal is) wordt
weergegeven
Geeft aan dat een van de volgende
systemen is uitgeschakeld:
• PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
• LDA (Lane Departure Alert)
• LTA (Lane Tracing Assist)
• AHB (Automatic High Beam)
• Dynamic Radar Cruise Control
• Snelheidsbegrenzer (indien aanwezig)
De temperatuur van de radarsensor ligt
buiten het werkingsgebied. Wacht
totdat de temperatuur normaal is.Als “System Stopped Front Radar In
Self Calibration See Owner's Manual”
(Systeem uitgeschakeld. Zelfkalibratie
radar voor. Zie handleiding) wordt
weergegeven
Geeft aan dat een van de volgende
systemen is uitgeschakeld:
• PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
• LDA (Lane Departure Alert)
• LTA (Lane Tracing Assist)
• AHB (Automatic High Beam)
• Dynamic Radar Cruise Control
• Snelheidsbegrenzer (indien aanwezig)
Voer de onderstaande
correctieprocedures uit.
– Controleer of de radarsensor of de
kap van de radarsensor is
verontreinigd en maak ze indien
nodig schoon (→blz. 171).
– De radarsensor is mogelijk niet goed
uitgelijnd en wordt automatisch
afgesteld tijdens het rijden. Rijd nog
even verder.
Als “Cruise Control Unavailable See
Owner's Manual” (Cruise Control niet
beschikbaar. Zie handleiding) wordt
weergegeven
Geeft aan dat een van de volgende
systemen is uitgeschakeld:
• Dynamic Radar Cruise Control
• Cruise control
Er wordt een melding weergegeven als
er herhaaldelijk op de toets
rijondersteuning wordt gedrukt.
Druk de toets rijondersteuning snel en
stevig in.
Als “Speed Limiter Unavailable See
Owner's Manual” (Snelheidsbegrenzer
niet beschikbaar. Zie handleiding)
wordt weergegeven
Deze melding kan worden weergegeven
als de transmissie in stand R staat.
Selecteer stand D.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
384
Page 387 of 562

Er wordt een melding weergegeven als
er herhaaldelijk op de toets
rijondersteuning wordt gedrukt.
Druk de toets rijondersteuning snel en
stevig in.
Als “Parking Assist Unavailable Low
Visibility See Owner's Manual”
(Parking Assist niet beschikbaar.
Slecht zicht. Zie handleiding) wordt
weergegeven
Geeft aan dat een van de volgende
systemen is uitgeschakeld:
•
PKSB (Parking Support Brake)
(indien aanwezig)
•
RCD (Rear Camera Detection)
(indien aanwezig)
Verwijder eventueel aanwezige
verontreinigingen van de camera achter.
Als er een melding wordt weergegeven
dat de handleiding moet worden
geraadpleegd
• Als een van de onderstaande
meldingen wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay, volg dan de
instructies op.
– “Engine Coolant Temp High” (hoge
koelvloeistoftemperatuur)
(→blz. 414)
– “Exhaust Filter Full”
(uitlaatgasfiltersysteem vol)
(→blz. 273)
• Als een van de onderstaande
meldingen wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay, kan dit
duiden op een storing. Laat de auto
onmiddellijk nakijken door een
erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
– “Smart Entry & Start System
Malfunction” (storing Smart
entry-systeem met startknop)
– “Hybrid System Malfunction”
(storing hybridesysteem)
– “Check Engine” (controleer motor)– “Traction battery system
malfunction” (systeemstoring
tractiebatterij)
– “Accelerator System Malfunction”
(systeemstoring gaspedaal)
• Als een van de onderstaande
meldingen wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay, kan dit
duiden op een storing. Breng de auto
onmiddellijk tot stilstand en neem
contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
– “Low Braking Power” (lage
remkracht)
– “12-Volt Battery Charging System
Malfunction” (storing in
laadsysteem 12V-accu)
– “Oil pressure low” (oliedruk laag)
• Als “Maintenance Required for
Traction Battery Cooling Parts See
Owner's Manual” (Onderhoud vereist
voor koelonderdelen tractiebatterij,
raadpleeg handleiding) wordt
weergegeven, zitten de filters
mogelijk verstopt, is de
ventilatieopening mogelijk
geblokkeerd of zit er mogelijk een gat
in het kanaal. Voer daarom de
onderstaande correctieprocedure uit.
– Als de ventilatieopening en filters
van het batterijpakket
(tractiebatterij) vuil zijn, voer dan de
procedure op blz. 352 uit om ze
schoon te maken.
– Als de waarschuwingsmelding
wordt weergegeven wanneer de
ventilatieopening en filters van het
batterijpakket (tractiebatterij) niet
vuil zijn, laat de auto dan
onmiddellijk nakijken door een
erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
385
7
Bij problemen
Page 388 of 562

OPMERKING
Als “High Power Consumption Power
to Climate Temporarily Limited” (Hoog
stroomverbruik. Werking A/C en
verwarming beperkt) veelvuldig wordt
weergegeven
Mogelijk is er een storing met betrekking
tot het laadsysteem of de 12V-accu kan
verouderd zijn. Laat de auto nakijken
door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
7.2.5 Als uw auto een lekke band
heeft (auto's met een
bandenreparatieset)
Uw auto is niet uitgerust met een
reservewiel, maar wel met een
bandenreparatieset.
Een lek dat wordt veroorzaakt door een
spijker of schroef die door het loopvlak
van de band steekt, kan tijdelijk worden
gerepareerd met de bandenreparatieset.
(De set bestaat uit een fles met
bandenreparatievloeistof. De
bandenreparatievloeistof kan slechts één
keer worden gebruikt voor de tijdelijke
reparatie van één band, waarbij de spijker
of schroef in het loopvlak moet blijven
zitten.) Afhankelijk van de schade kan
deze set mogelijk niet worden gebruikt
om de band te repareren. (→Blz. 386)
Laat na de noodreparatie met de
bandenreparatieset de band repareren of
vervangen door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige. Met de
bandenreparatieset kunnen alleen
tijdelijke reparaties worden uitgevoerd.
Laat de band zo snel mogelijk repareren
of vervangen.
WAARSCHUWING!
Als uw auto een lekke band heeft
Rijd niet door met een lekke band. Zelfs
als er over een korte afstand met een
lekke band wordt doorgereden, kunnen
band en velg zodanig beschadigd
worden dat reparatie niet meer
mogelijk is en kan er een ongeval
ontstaan.
Vóór het repareren van de band
• Breng de auto tot stilstand op een
veilige plaats en een stevige, vlakke
ondergrond.
• Activeer de parkeerrem.
• Zet de selectiehendel in stand P.
• Schakel het hybridesysteem uit.
• Schakel de alarmknipperlichten in.
• Controleer de mate waarin de band
beschadigd is.
Een band mag alleen met de
bandenreparatieset worden
gerepareerd indien de beschadiging te
wijten is aan perforatie van het
loopvlak door een spijker of schroef.
– Haal de spijker of schroef niet uit de
band. Door het verwijderen ervan
kan het gat groter worden waardoor
de band niet meer tijdelijk
gerepareerd kan worden.
– Rijd de auto naar voren tot het gat,
voor zover zichtbaar, zich boven aan
de band bevindt om lekkage van
bandenreparatievloeistof te
voorkomen.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
386
Page 389 of 562

Een lekke band die niet kan worden
gerepareerd met de
bandenreparatieset
In de volgende gevallen is reparatie van
de band met behulp van de
bandenreparatieset niet mogelijk. Neem
contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
• De band is beschadigd door rijden met
onvoldoende spanning
• Wanneer de scheurtjes of
beschadigingen zich niet in het
loopvlak bevinden maar bijvoorbeeld
in de wangen van de band• De band is zichtbaar van de velg
afgelopen
• Het lek in of de beschadiging van het
loopvlak is 4 mm of groter
• De velg is beschadigd
• 2 of meer banden zijn lek
• Wanneer een enkele band door 2 of
meer scherpe voorwerpen doorboord
is
• Wanneer de bandenreparatievloeistof
over de uiterste houdbaarheidsdatum
is
Plaats van bandenreparatieset en gereedschap
2WD-uitvoeringen
AWielmoersleutel*1
BSleepoog
CKrikslinger*1
DBandenreparatieset
EKrik*1, 2
*1Indien aanwezig
*2Gebruik van de krik (→blz. 397)
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
387
7
Bij problemen
Page 390 of 562
AWD-uitvoeringen
AKrikslinger*1
BWielmoersleutel*1
CKrik*1, 2
DSleepoog
EBandenreparatieset
*1Indien aanwezig
*2Gebruik van de krik (→blz. 397)
Onderdelen van de bandenreparatieset
Fles
ASticker Compressor
ABandenspanningsmeter
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
388
Page 391 of 562

BCompressorschakelaar
CVoedingsaansluiting
DSlang
EOntluchtingsdopje
Aanwijzing voor het controleren van de
bandenreparatieset
Controleer regelmatig de uiterste houd-
baarheidsdatum van de bandenreparatie-
vloeistof. De uiterste houdbaarheidsdatum
staat vermeld op de fles. Gebruik de ban-
denreparatievloeistof niet wanneer de
uiterste houdbaarheidsdatum is verstre-
ken. Anders worden reparaties met de
bandenreparatieset mogelijk niet goed
uitgevoerd.
Bandenreparatieset
• De bandenreparatieset is bedoeld om
de autoband met lucht te vullen.
•
De bandenreparatievloeistof is beperkt
houdbaar. De uiterste houdbaarheids-
datum staat vermeld op de fles. Vervang
de fles bandenreparatievloeistof vóór
de uiterste houdbaarheidsdatum door
een nieuwe fles. Neem voor vervanging
contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren gekwali-
ficeerde en uitgeruste deskundige.
•De vloeistof in de bandenreparatieset
kan slechts eenmalig worden gebruikt
om een enkele band tijdelijk te repare-
ren. Als de bandenrepara- tievloeistof in
de fles en andere delen van de set zijn
gebruikt en moeten worden vervangen,
neem dan contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
• De compressor kan meerdere keren
worden gebruikt.
• De bandenreparatievloeistof kan
worden gebruikt bij een
buitentemperatuur van -40°C tot
60°C.
• De bandenreparatieset is exclusief
bestemd voor de originele banden dieop uw auto zijn gemonteerd. Gebruik
de set niet voor banden met een
afwijkende maat of voor andere
doeleinden.
• Als de bandenreparatievloeistof op
uw kleren komt, kan deze vlekken
veroorzaken.
• Eventueel gemorste bandenrepara-
tievloeistof moet direct van het wiel of
de carrosserie worden verwijderd.
Veeg het oppervlak onmiddellijk af
met een vochtige doek.
• Tijdens de werking van de
reparatieset wordt veel lawaai
geproduceerd. Dit is normaal en duidt
niet op een storing.
• Niet gebruiken om de
bandenspanning te controleren of op
de voorgeschreven waarde te
brengen.
WAARSCHUWING!
Wees voorzichtig tijdens het rijden
• Berg de reparatieset op in de
bagageruimte. Anders kunt u in geval
van een ongeval of plotseling
remmen letsel oplopen.
• De reparatieset is speciaal
ontworpen voor uw auto. Gebruik de
set niet voor andere auto's. Als u dat
wel doet, kan dat leiden tot een
ongeval met ernstig letsel tot gevolg.
• Gebruik de set niet voor banden met
een afwijkende maat of voor andere
doeleinden. Als de banden niet
volledig zijn gerepareerd, kan dit
leiden tot een ongeval met dodelijk
of ernstig letsel tot gevolg.
Voorzorgsmaatregelen bij het
gebruik van de
bandenreparatievloeistof
• Het inslikken van
bandenreparatievloeistof is
schadelijk voor uw gezondheid. Drink
zo veel mogelijk water en raadpleeg
direct een huisarts wanneer u
bandenreparatievloeistof hebt
ingeslikt.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
389
7
Bij problemen
Page 392 of 562
WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Spoel direct met water wanneer
bandenreparatievloeistof in uw ogen
of op uw huid is terechtgekomen.
Raadpleeg een huisarts als u zich niet
lekker blijft voelen.
Verwijderen van de bandenreparatieset
1. Til de afdekmat op.
2. Verwijder de bandenreparatieset.
(→Blz. 387)
Reparatiemethode in noodgevallen
1. Verwijder de reparatieset uit de
plastic hoes.
Bevestig de bij de fles meegeleverde
stickers op de aangegeven plaatsen.
(Zie stap10.)
2. Neem de slang en de voedingsstekker
uit de onderzijde van de compressor.
3. Sluit de fles aan op de compressor.
Druk op de fles totdat de klauwen van
de fles goed vastzitten in de
compressor en niet langer zichtbaar
zijn.4. Sluit de slang aan op de fles.
Steek de slang naar binnen totdat de
klauw goed vastzit in de fles.
5. Verwijder het ventieldopje van het
wiel met de lekke band.
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
390