Page 249 of 706

2483-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
■Openen en sluiten van het
panoramadak
Opent het panoramadak
*
Schuif de schakelaar naar achter
en houd de schakelaar vast. Het pano-
ramadak en het elektrisch bedienbare
zonnescherm openen automatisch.
Het panoramadak kan worden geopend
vanuit de omhoog gekantelde positie.
*: Door de schakelaar snel in één van beide richtingen te schuiven en
los te laten, stopt het panoramadak in
een tussenstand.
Sluit het panoramadak
Schuif de schakelaar naar voren
en houd de schakelaar vast. Het pano-
ramadak sluit automatisch volledig.
■Het panoramadak kan worden
bediend als
Het contact AAN staat.
■Bedienen van het panoramadak
nadat het contact UIT is gezet:
Het panoramadak en het elektrisch
bedienbare zonnescherm kunnen nadat
het contact in stand ACC of UIT is gezet
nog ongeveer 45 seconden worden
bediend. Ze kunnen echter niet meer
worden bediend zodra een van de voor-
portieren is geopend.
■Klembeveiliging
Als tijdens het sluiten een object
bekneld raakt tussen het panoramadak
en het frame, stopt de beweging van het
panoramadak en wordt het weer iets
geopend:
●Het panoramadak is aan het sluiten of
naar beneden aan het kantelen.
●Het elektrisch bedienbare zonne-
scherm is aan het sluiten.
■Sluiten van zowel het panoramadak
als het elektrisch bedienbare zon-
nescherm
Schuif de schakelaar naar voren.
Het elektrisch bedienbare zonnescherm
sluit tot halverwege en stopt dan. Het
panoramadak sluit vervolgens volledig.
Daarna sluit het elektrisch bedienbare
zonnescherm volledig.
■Aan portierslot gekoppelde wer-
king panoramadak
●Het panoramadak kan worden
geopend en gesloten met behulp van
de mechanische sleutel.
* ( →Blz. 643)
●Het panoramadak kan worden
geopend en gesloten met behulp van
de afstandsbediening.
* (→ Blz. 168)
●Auto's met een alarm: Het alarm kan
worden geactiveerd als het alarm is
ingeschakeld en het panoramadak
wordt gesloten met de aan het portier-
slot gekoppelde werking van het
panoramadak. ( →Blz. 109)
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 248 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
Page 250 of 706

249
3
3-5. Openen en sluiten van
de ruiten en het schuifdak
Voordat u gaat rijden
*: Deze instellingen moeten aan de per-
soonlijke voorkeur worden aangepast
door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwa lificeerde en uit-
geruste deskundige.
■Als het panoramadak of het elek-
trisch bedienbare zonnescherm
niet normaal sluit
Ga als volgt te werk:
1 Breng de auto tot stilstand.
2 Zet het contact AAN.
3 Schuif de schakelaar of
naar voren en houd de schakelaar
vast. Blijf dit gedurende ongeveer 10
seconden doen nada t het panora-
madak of het elektrisch bedienbare
zonnescherm sluit en weer opent.
Het panoramadak en het elektrisch
bedienbare zonnescherm sluiten.
*
4 Controleer of he t panoramadak en
het elektrisch bedienbare zonne-
scherm volledig gesloten zijn en laat
de schakelaar los.
*: Als de schakelaar n iet op het juiste
moment wordt losgelaten, moet de
procedure helemaal opnieuw worden
uitgevoerd.
Als het panoramadak of elektrisch
bedienbare zonnescherm ook na het op
de juiste wijze uit voeren van boven-
staande procedure ni et volledig sluit,
laat dan uw auto controleren door een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
■Waarschuwingsfunctie panorama-
dak open
Een zoemer klinkt en er verschijnt een
melding op het multi-informatiedisplay
wanneer het contact UIT wordt gezet en
het bestuurdersportier wordt geopend
terwijl het panoramadak geopend is.
■Persoonlijke voor keursinstellingen
Bepaalde instellingen (bijvoorbeeld de
koppeling aan de portiervergrendeling)
kunnen worden gewijzigd. (Systemen
met mogelijkheden voor persoonlijke
voorkeursinstellingen: →Blz. 677)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatre-
gelen in acht. Het niet in acht nemen
van de voorzorgsmaatregelen kan ern-
stig letsel tot gevolg hebben.
■Openen en sluiten van het elek-
trisch bedienbare zonnescherm
●Controleer of geen van de inzitten-
den een lichaamsdeel naar buiten
steekt dat bekneld zou kunnen raken
als het zonnescherm bediend wordt.
●Laat het elektrisch bedienbare zon-
nescherm niet bedienen door kinde-
ren. Het bekneld raken tussen het
frame en het zonnescherm kan ern-
stig letsel veroorzaken.
■Openen van het panoramadak
●Laat geen van de inzittenden tijdens
het rijden zijn/haar hand of hoofd
buiten de auto uit steken.
●Ga niet op het panoramadak zitten.
■Openen en sluiten van het panora-
madak
●De bestuurder is verantwoordelijk
voor het openen en sluiten van het
panoramadak. Laat, om onbedoeld
in beweging komen, met name door
kinderen, te voorkomen, het panora-
madak niet door kinderen bedienen.
Het kan gebeuren dat een lichaams-
deel van een kind of een andere
passagier klem komt te zitten tussen
het panoramadak.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 249 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
Page 251 of 706

2503-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
●Controleer of geen van de inzitten-
den een lichaamsdeel naar buiten
steekt dat bekneld zou kunnen raken
als het panoramadak bediend wordt.
●Wanneer het panoramadak wordt
bediend met de afstandsbediening of
mechanische sleutel, bedien dan het
panoramadak nadat u hebt gecon-
troleerd of er geen risico is dat een
passagier met een lichaamsdeel
bekneld kan raken tussen het pano-
ramadak. Laat kinderen het panora-
madak niet bedienen met de
afstandsbediening of mechanische
sleutel. Het kan gebeuren dat een
lichaamsdeel van een kind of een
andere passagier klem komt te zitten
tussen het panoramadak.
●Wanneer u uit de auto stapt, zet dan
het contact UIT en neem de sleutel
en het kind met u mee. Anders kan
het kind de auto mogelijk onbedoeld,
uit kattenkwaad, enz. bedienen, wat
tot een ongeval kan leiden.
■Klembeveiliging
●Gebruik geen lichaamsdelen om de
klembeveiliging opzettelijk te active-
ren.
●De klembeveiliging werkt mogelijk
niet als iets klem komt te zitten net
voordat het panoramadak of elek-
trisch bedienbare zonnescherm vol-
ledig gesloten is. Ook is de
klembeveiliging niet ontworpen om
te werken terwijl de schakelaar wordt
ingedrukt. Let erop dat uw vingers,
enz. niet bekneld raken.
■Voorkomen van brandwonden en
letsel
Raak het gedeelte tussen de onder-
zijde van het panoramadak en het
elektrisch bedienbare zonnescherm
niet aan. Anders kan uw hand bekneld
raken en kunt u letsel oplopen. Ook
kan de onderzijde van het panorama-
dak heet worden en brandwonden ver-
oorzaken als de auto gedurende
langere tijd wordt blootgesteld aan
direct zonlicht.
OPMERKING
■Voorkomen van beschadigingen
aan het panoramadak
●Controleer voordat het panorama-
dak wordt geopend of er zich geen
vreemde voorwerpen rond de ope-
ning bevinden, zoals stenen of ijs.
●Zorg dat het oppervlak en de rand
van het panoramadak niet in aanra-
king komen met harde voorwerpen.
■Nadat de auto gewassen is of in
de regen heeft gestaan
Veeg voor het openen van het pano-
ramadak het eventueel aanwezige
water van het panoramadak. Anders
kan het water in het interieur terecht-
komen als het panoramadak wordt
geopend.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 250 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
Page 252 of 706

4
251
4
Rijden
Rijden
4-1. Voordat u gaat rijdenRijden met de auto ........... 253
Lading en bagage ............. 260
Rijden met een aanhangwagen (Armenië, Azerbeidzjan,
Georgië, Tadzjikistan en Turk-
menistan) ........................ 262
Rijden met een aanhangwagen (behalve Armenië, Azerbei-
dzjan, Georgië, Tadzjikistan
en Turkmenistan) ............ 262
4-2. Rijprocedures Contactslot (auto's zonder Smart entry-systeem en start-
knop) .............................. 272
Startknop (auto's met Smart entry-systeem
en startknop) .................. 274
Automatische transmissie ..................... 278
Multidrive CVT .................. 282
Handgeschakelde transmissie ..................... 287
Richtingaanwijzer- schakelaar ...................... 290
Parkeerrem ....................... 291
Brake Hold ........................ 2944-3. Bedienen van verlichting
en ruitenwissers
Lichtschakelaar ................. 296
Automatic High Beam ....... 299
Schakelaar mistlampen ....302
Ruitenwissers en -sproeiers........................ 303
Achterruitenwisser en -sproeier ......................... 306
4-4. Tanken
Openen van de tankdop ...308
4-5. Gebruik van de ondersteunende
systemen
Toyota Safety Sense ......... 310
PCS (Pre-Crash Safety-systeem).............. 322
LTA (Lane Tracing Assist) . 330
LDA (Lane Departure Alert met stuurregeling) .. 339
RSA (Road Sign Assist) ....347
Dynamic Radar Cruise Control met volledig
snelheidsbereik............... 352
Dynamic Radar Cruise Control ............................ 364
Cruise control.................... 375
Snelheidsbegrenzer .......... 378
BSM (Blind Spot Monitor) . 380
Toyota Parking Assist-sensor .................. 395
PKSB (Parking Support Brake) ............... 403
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 251 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
Page 253 of 706
252
Parking Support Brake-functie (voor
stilstaande objecten)....... 407
Parking Support Brake-functie (voor
voertuigen die
achterlangs rijden) .......... 413
Stop & Start-systeem........ 417
Rijmodusselectie- schakelaar ...................... 425
Multi-terrain Select (AWD-uitvoeringen) ........ 427
Schakelaar SNOW-modus ................ 430
Downhill Assist Control ..... 431
Uitlaatgasfiltersysteem ..... 433
Ondersteunende systemen ........................ 434
4-6. Rijtips Rijden in de winter ............ 441
Voorzorgsmaatregelen bij terreinauto's ............... 444
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 252 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
Page 254 of 706

253
4
4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden
4-1.Voordat u gaat rijden
■Starten van de motor
→ Blz. 272, 274
■Rijden
Automatische transmissie of
Multidrive CVT
1 Zet met ingetrapt rempedaal de
selectiehendel in stand D.
( → Blz. 278, 282)
2 Deactiveer de parkeerrem.
(→ Blz. 291)
Als de parkeerrem in de automatische
modus staat, wordt de parkeerrem
automatisch gedeactiveerd wanneer de
selectiehendel in een andere stand dan
P wordt gezet. ( →Blz. 291)
3Laat het rempedaal geleidelijk
opkomen en trap langzaam het
gaspedaal in om de auto in
beweging te brengen.
Handgeschakelde transmissie
1 Zet met ingetrapt koppelingspe-
daal de selectiehendel in de 1e
versnelling. ( →Blz. 287)
2 Deactiveer de parkeerrem.
(→ Blz. 291)
3 Laat het koppelingspedaal gelei-
delijk opkomen. Trap tegelijker-
tijd het gaspedaal in om de auto
in beweging te brengen.
■Tot stilstand brengen van de
auto
Automatische transmissie of
Multidrive CVT
1 Trap, terwijl de selectiehendel in
stand D staat, het rempedaal in.
2 Activeer indien nodig de par-
keerrem. ( →Blz. 291)
Zet de selectiehendel in stand P als er
gedurende langere tijd wordt gestopt.
(→Blz. 278, 282)
Handgeschakelde transmissie
1 Trap met ingetrapt koppelings-
pedaal het rempedaal in.
2 Activeer indien nodig de par-
keerrem. ( →Blz. 291)
Als de auto gedurende langere tijd stil-
staat, zet dan de sel ectiehendel in de
neutraalstand. ( →Blz. 287)
■Parkeren van de auto
Automatische transmissie of Mul-
tidrive CVT
1Trap, terwijl de selectiehendel in
stand D staat, het rempedaal in.
2Activeer de parkeerrem
(
→Blz. 291) en zet de selectie-
hendel in stand P (
→Blz. 278,
282).
3Zet het contact UIT om de motor
uit te zetten.
4Vergrendel de portieren nadat u
gecontroleerd hebt of u de sleutel
bij u hebt.
Plaats bij het parkeren op een helling
indien nodig wielblokken.
Handgeschakelde transmissie
1Trap met ingetrapt koppelingspe-
daal het rempedaal in.
2Zet de selectiehendel in de neu-
traalstand. (
→Blz. 287)
Rijden met de auto
Volg om veilig te kunnen rijden
de onderstaande procedures:
Rijprocedure
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 253 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
Page 255 of 706

2544-1. Voordat u gaat rijden
3Activeer de parkeerrem.
(
→Blz. 291)
Zet de selectiehendel bij het parkeren op
een helling indien nodig in stand 1 of R.
4Zet het contact UIT om de motor
uit te zetten.
5Vergrendel de portieren nadat u
gecontroleerd hebt of u de sleutel
bij u hebt.
Plaats bij het parkeren op een helling
indien nodig wielblokken.
■Wegrijden op een helling
Automatische transmissie of Mul-
tidrive CVT
1Zet met ingetrapt rempedaal de
selectiehendel in stand D.
(
→Blz. 278, 282)
2Trek de parkeerremschakelaar
omhoog om de parkeerrem hand-
matig te activeren. (
→Blz. 291)
3Laat het rempedaal opkomen en
trap langzaam het gaspedaal in
om de auto in beweging te bren-
gen.
4Druk de parkeerremschakelaar in
om de parkeerrem handmatig te
deactiveren. (
→Blz. 291)
Handgeschakelde transmissie
1Houd het rempedaal en het kop-
pelingspedaal volledig ingetrapt
en zet de selectiehendel in de 1e
versnelling. (
→Blz. 287)
2Trek de parkeerremschakelaar
omhoog om de parkeerrem hand-
matig te activeren. (
→Blz. 291)
3Trap het gaspedaal een beetje in
en laat tegelijkertijd het koppe-
lingspedaal geleidelijk opkomen.
4Druk de parkeerremschakelaar in
om de parkeerrem handmatig te
deactiveren. (
→Blz. 291)
■Als u wegrijdt op een helling
omhoog
De Hill Start Assist Control wordt geacti-
veerd. (→Blz. 434)
■Rijden in de regen
●Rijd voorzichtig als het regent, omdat
het zicht dan minder is, de ruiten besla-
gen kunnen zijn en de weg glad kan
zijn.
●Rijd extra voorzichtig wanneer het
begint te regenen, de weg kan dan
immers bijzonder glad zijn.
●Matig uw snelheid bij het rijden in de
regen, tussen band en wegdek kan er
zich dan immers een waterfilm vormen
die het sturen en remmen kan bemoei-
lijken.
■Motortoerental tijdens het rijden
(behalve handgeschakelde trans-
missie)
In de volgende gevallen kan het motor-
toerental tijdens het rijden te hoog oplo-
pen. Dit is het gevolg van automatisch
op- of terugschakelen, al naar gelang de
rijomstandigheden. Het duidt niet op plot-
seling accelereren.
●Het systeem signaleert dat de auto een
helling op of af rijdt
●Als het gaspedaal wordt losgelaten
●Als het rempedaal is ingetrapt en de
sportmodus is geselecteerd
■Beperken van het motorvermogen
(Brake Override-systeem)
●Wanneer het gaspedaal en rempedaal
gelijktijdig worden ingetrapt, wordt het
motorvermogen mogelijk beperkt.
●Er wordt een waarschuwingsmelding
weergegeven op het multi-informatie-
display terwijl het systeem in werking
is.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book Page 254 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
Page 256 of 706

255
4
4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden
■Beperken plotselin
g wegrijden (weg-
rijregeling) (auto's met automatische
transmissie of M ultidrive CVT)
●Wanneer de onderstaande ongewone
bediening plaatsvindt, wordt het motor-
vermogen mogelijk beperkt.
• Wanneer de selectiehendel van R in D, van D in R, van N in R, van P in D of
van P in R wordt gezet (D omvat S
[auto's met automatische transmissie])
of M [auto's met Multidrive CVT] terwijl
het gaspedaal wordt ingetrapt, ver-
schijnt er een waarschuwingsmelding
op het multi-informatiedisplay. Lees de
op het multi-informatiedisplay weerge-
geven waarschuwingsmelding en volg
de aanwijzingen op.
• Wanneer het gaspedaal te diep wordt ingetrapt terwijl de auto in zijn achteruit
staat.
●Wanneer de wegrijregeling wordt geac-
tiveerd, heeft uw auto mogelijk moeite
met het wegrijden in modder of op
verse sneeuw. Deactiveer in zo'n geval
de TRC (
→Blz. 435) om de wegrijrege-
ling uit te schakelen, zodat de auto
gemakkelijker wegrijdt in modder of op
verse sneeuw.
●De wegrijregeling werkt niet als de Mud
& Sand- of Rock & Dirt-modus voor de
Multi-terrain Select is geselecteerd
(AWD-uitvoeringen).
■Inrijden van uw nieuwe Toyota
Voor een maximale levensduur van de
auto adviseren wij rekening te houden
met onderstaande aanwijzingen:
●De eerste 300 km:
Voorkom plotseling sterk afremmen.
●De eerste 800 km:
Rijd niet met een aanhangwagen.
●De eerste 1.000 km:
• Rijd niet met extreem hoge snelheden.
• Vermijd plotseling sterk accelereren.
• Rijd niet langdurig in een lage versnel- ling.
• Rijd niet langdurig met een constante snelheid.
■Rijden in het buitenland
Zorg ervoor dat uw auto voldoet aan de in
het desbetreffende land geldende wette-
lijke voorschriften en controleer of de
juiste brandstof verkrijgbaar is.
(
→Blz. 659)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatre-
gelen in acht. Het niet in acht nemen
van de voorzorgsmaatregelen kan
ernstig letsel tot gevolg hebben.
■Bij het starten van de auto
Houd bij auto's met automatische
transmissie of Multidrive CVT altijd
uw voet op het rem pedaal als u stil-
staat met een draaiende motor. Dit
voorkomt kruipen van de auto.
■Tijdens het rijden●Zorg ervoor dat u, voordat u weg-
rijdt, blindelings het gas- en rempe-
daal kunt vinden.
• Als u per ongeluk in plaats van het
rempedaal het gaspedaal intrapt,
zal de auto onve rwacht accelere-
ren, wat een ongeval tot gevolg kan
hebben.
• Bij het achteruitrijden draait u wel- licht uw lichaam, waardoor het
bedienen van de pedalen moeilijk
wordt. Zorg dat u de pedalen altijd
goed kunt bedienen.
• Zorg dat u altijd in de juiste houding achter het stuur z it, ook als de auto
maar kort hoeft te rijden. Zo kunt u
rem- en gaspedaal goed bedienen.
• Trap het rempedaal met uw rechter- voet in. Wanneer u het rempedaal
met uw linkervoet intrapt, kan in
een noodgeval uw reactie vertraagd
worden, waardoor een ongeval kan
ontstaan.
●Rijd niet met de auto over licht ont-
vlambare materialen zoals blade-
ren, papier of doeken en parkeer de
auto ook niet in de buurt van derge-
lijke materialen. Het uitlaatsysteem
en de uitlaatgassen kunnen zeer
heet worden. Deze hete onderdelen
kunnen brand veroorzaken als er
licht ontvlambaar materiaal aanwe-
zig is.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 255 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM