Page 273 of 657

Remsysteem
qVoetrem
Uw Mazda is uitgerust met een
bekrachtigd remsysteem dat bij normaal
gebruik zichzelf automatisch afstelt.
In het geval de rembekrachtiging uitvalt,
tengevolge van het afslaan van de motor
of enige andere reden, kunt u de auto
alsnog tijdig tot stilstand brengen door het
rempedaal met een grotere kracht dan
normaal in te drukken. De remafstand
wordt dan echter langer dan gebruikelijk.
WAARSCHUWING
Laat de auto nadat de motor is
afgeslagen of stopgezet niet
doorrijden, maar zoek een veilige
plaats op om te stoppen:
De auto laten doorrijden wanneer de
motor is afgeslagen of stopgezet is
gevaarlijk. Voor het indrukken van het
rempedaal is dan meer kracht vereist
en wanneer u het rempedaal pompend
blijft indrukken, bestaat de kans dat de
rembekrachtiging wegvalt. Dit heeft
een langere remweg tot gevolg en kan
zelfs ongelukken veroorzaken.
WAARSCHUWING
Schakel bij afdaling van steile
hellingen in een lagere versnelling:
Het is gevaarlijk wanneer u tijdens het
rijden uw voet onafgebroken op het
rempedaal laat rusten of over lange
afstanden de remmen continu
gebruikt. Dit veroorzaakt
oververhitting van de remmen,
hetgeen een langere remweg en zelfs
volledige weigering van de remmen tot
gevolg kan hebben. Dit kan er toe
leiden dat u de macht over het stuur
verliest en een ongeluk veroorzaakt.
Vermijd doorlopend gebruik van de
remmen.
Droog remmen die nat geworden zijn
door langzaam te rijden, het gaspedaal
los te laten en het rempedaal enkele
malen licht in te trappen totdat de
remwerking weer normaal wordt:
Rijden met natte remmen is gevaarlijk.
De grotere remafstand of het naar één
kant trekken van de auto tijdens het
remmen kan een ernstig ongeluk
veroorzaken. Licht afremmen geeft
aan of het remvermogen verminderd
is.
Tijdens het rijden
Remmen
4-117
Page 274 of 657

OPGELET
lLaat uw voet tijdens het rijden niet
op het koppelingspedaal of
rempedaal rusten en houd het
koppelingspedaal niet onnodig
halverwege ingetrapt. Anders kan dit
onderstaande gevolgen hebben:
lDe onderdelen van koppeling en
rem zullen sneller slijten.
lDe remmen kunnen oververhit
raken waardoor de remwerking
nadelig beïnvloed wordt.
lTrap het rempedaal altijd met uw
rechtervoet in. Wanneer u het
rempedaal met de niet gewende
linkervoet intrapt, kan dit in een
noodsituatie uw reactietijd vertragen
wat een onvoldoende remwerking tot
gevolg kan hebben.
lDraag schoenen die geschikt zijn
voor het rijden om te voorkomen dat
uw schoen bij het intrappen van het
gaspedaal met het rempedaal in
aanraking komt.
qHandrem
OPGELET
Nooit met aangetrokken handrem
rijden. Dit veroorzaakt buitengewoon
grote slijtage van de remonderdelen.
OPMERKING
Zie voor het parkeren in sneeuw
“Rijden in de winter”(pagina 3-64)
voor wat betreft het gebruik van de
handrem.
In werking stellen van de handrem
Trap het rempedaal in en trek dan de
handremhendel stevig en met voldoende
kracht volledig omhoog om de auto in
stilstaande positie te houden.
4-118
Tijdens het rijden
Remmen
Page 275 of 657

Ontspannen van de handrem
Druk het rempedaal in, trek de
handremhendel omhoog en druk
vervolgens de ontgrendelknop in. Houd
de knop ingedrukt en zet de
handremhendel volledig tot in de
ontspannen positie omlaag.
qDisplayaanduiding
Bij auto's met een type A
instrumentengroep, de toestand van de
auto controleren of de auto door een
deskundige reparateur laten inspecteren,
bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur, overeenkomstig de indikatie.
qWaarschuwingslampje
Systeemdefecten of bedrijfstoestanden
worden aangeduid door een
waarschuwing.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op
pagina 4-41.
qRemblokslijtage-indikator
Wanneer de schijfremblokken versleten
raken, komen de ingebouwde
slijtageindikators in aanraking met de
remschijven. Dit veroorzaakt een piepend
geluid dat als waarschuwing dient dat de
remblokken vernieuwd moeten worden.
Indien u tijdens het rijden dit geluid hoort,
dient u de remblokken zo spoedig
mogelijk door een deskundige reparateur,
bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur te laten controleren en zonodig
te laten vernieuwen.
WAARSCHUWING
Rijd niet met versleten
schijfremblokken:
Rijden met versleten remblokken is
gevaarlijk. De remmen kunnen
weigeren, waardoor u het risico van
een ernstig ongeluk loopt. Raadpleeg
een deskundige reparateur, bij
voorkeur een officiële Mazda
reparateur zodra u een piepend geluid
hoort.
Tijdens het rijden
Remmen
4-119
Page 276 of 657

qRembekrachtiging
Wanneer het bij het afremmen in
noodsituaties nodig is het rempedaal met
een grotere kracht dan normaal in te
drukken, biedt het
rembekrachtigingsysteem remassistentie
voor een verbetering van het
remvermogen.
Wanneer het rempedaal krachtig wordt
ingedrukt of sneller wordt ingedrukt,
zullen de remmen krachtiger in werking
treden.
OPMERKING
lWanneer het rempedaal krachtig
wordt ingedrukt of sneller wordt
ingedrukt, zal het pedaal zachter
aanvoelen, echter de remmen zullen
krachtiger in werking treden. Dit is
een normaal verschijnsel bij het in
werking treden van de
rembekrachtigingsfunctie en duidt
niet op een defect.
lWanneer het rempedaal krachtig
wordt ingedrukt of sneller wordt
ingedrukt, is er mogelijk een motor/
pomp-werkingsgeluid hoorbaar. Dit
is een normaal verschijnsel bij het in
werking treden van de
rembekrachtiging en duidt niet op
een defect.
lHet rembekrachtigingsysteem is
ondergeschikt aan de werking van
het hoofdremsysteem van de auto.
Noodstopsignaalsysteem
Uw Mazda is uitgerust met een
noodstopsignaalsysteem dat bedoeld is
om te bepalen of u het rempedaal met een
grotere kracht dan tijdens normaal
afremmen intrapt, zoals bij afremmen in
een noodsituatie. Als het systeem bepaalt
dat een dergelijke situatie zich voordoet,
gaan alle richtingaanwijzers snel
knipperen om de bestuurder van het
voertuig achter u te waarschuwen voor de
plotselinge noodstopsituatie.
Het systeem wordt geannuleerd wanneer
het rempedaal wordt losgelaten of
wanneer het systeem bepaalt dat het
rempedaal niet langer zwaar wordt
ingetrapt uitgaande van de snelheid
waarmee de rijsnelheid afneemt.
OPMERKING
lAls u uw auto volledig tot stilstand
brengt terwijl alle richtingaanwijzers
snel knipperen, verandert het snel
knipperen van alle
richtingaanwijzers weer terug naar
het normale knipperpatroon.
lHet noodstopsignaalsysteem werkt
niet bij rijsnelheden van minder dan
ongeveer 60 km/h.
lAls het rempedaal tijdens het rijden
op gladde wegen wordt ingetrapt,
kan het noodstopsignaalsysteem in
werking treden waardoor alle
richtingaanwijzers en signalen voor
rijbaanverandering gaan knipperen.
4-120
Tijdens het rijden
Remmen
Page 277 of 657

Hellingwegrijsysteem (HLA)
Het hellingwegrijsysteem (HLA) is een
functie welke de bestuurder helpt bij het
vanuit stilstand wegrijden op een helling.
Wanneer de bestuurder op een helling het
rempedaal loslaat en het gaspedaal intrapt,
voorkomt de functie dat de auto wegrolt.
De remkracht blijft automatisch behouden
nadat het rempedaal op een steile helling
wordt losgelaten.
Bij voertuigen met een handgeschakelde
versnellingsbak functioneert het
hellingwegrijsysteem (HLA) op een
aflopende helling wanneer de
keuzehendel in de stand R (achteruit) staat
en op een oplopende helling wanneer de
keuzehendel in een andere stand dan R
(achteruit) staat.
Bij voertuigen met een automatische
transmissie functioneert het
hellingwegrijsysteem (HLA) op een
aflopende helling wanneer de
keuzehendel in de stand R (achteruit) staat
en op een oplopende helling wanneer de
keuzehendel in een vooruitversnelling
staat.
WAARSCHUWING
Vertrouw niet volledig op het
hellingwegrijsysteem (HLA):
Het hellingwegrijsysteem (HLA) is een
hulpinrichting voor het vanuit
stilstand wegrijden op een helling. Het
systeem functioneert enkel gedurende
ongeveer twee seconden en daarom is
het gevaarlijk bij het wegrijden vanuit
stilstand enkel op het systeem te
vertrouwen, omdat de auto plotseling
in beweging zou kunnen komen
(wegrollen) en een ongeluk
veroorzaken.
De auto zou anders kunnen wegrollen
afhankelijk van de belading en of er al
dan niet een aanhangwagen
getrokken wordt. Bij voertuigen met
handgeschakelde versnellingsbak kan
de auto echter alsnog wegrollen
afhankelijk van hoe het
koppelingspedaal of het gaspedaal
bediend wordt.
Controleer alvorens met de auto te
gaan rijden steeds de veiligheid
rondom de auto.
OPMERKING
lHet hellingwegrijsysteem (HLA)
functioneert niet op een lichte
helling. Bovendien verandert de
hellingsgraad waarbij het systeem in
werking treedt afhankelijk van de
belasting van de auto.
lHet hellingwegrijsysteem (HLA)
functioneert niet als de handrem is
aangetrokken, de auto niet volledig
tot stilstand is gebracht of het
koppelingspedaal is losgelaten.
Tijdens het rijden
Remmen
4-121
Page 278 of 657
OPMERKING
lDe kans bestaat dat tijdens het
functioneren van het
hellingwegrijsysteem (HLA) het
rempedaal stroef aanvoelt en trilt,
echter dit duidt niet op een defect.
lWanneer het TCS/DSC
indikatielampje brandt werkt het
hellingwegrijsysteem (HLA) niet.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes
op pagina 4-41.
lHet hellingwegrijsysteem (HLA)
wordt niet uitgeschakeld als de TCS
OFF schakelaar ingedrukt wordt om
het TCS systeem uit te schakelen.
l(Automatische transmissie)
Hoewel het hellingwegrijsysteem
(HLA) tijdens stationair-stop niet
functioneert, werkt de
hellingstopfunctie om te voorkomen
dat de auto wegrolt.
4-122
Tijdens het rijden
Remmen
Page 279 of 657

Stadsverkeer-remassistent (SCBS)í
lHet systeem van de stadsverkeer-remassistent (SCBS) is bestemd schade in het geval
van een botsing te beperken door het in werking stellen van de rembesturing (SCBS
rem) wanneer de lasersensor van het systeem een voorliggend voertuig bespeurt en
bepaalt dat een botsing met het voorliggend voertuig niet te vermijden is. Een botsing
kan mogelijk ook vermeden worden als de relatieve snelheid tussen uw auto en het
voorliggend voertuig minder is dan ongeveer 15 km/h.
Wanneer de bestuurder het rempedaal intrapt terwijl het systeem in het werkingbereik is
tussen ongeveer 4 en 30 km/h, worden de remmen als extra hulp hard en snel
aangetrokken. (Rembekrachtiging (SCBS rembekrachtiging))
lBij auto's met een type A instrumentengroep, de toestand van de auto controleren of de
auto door een deskundige reparateur laten inspecteren, bij voorkeur een officiële Mazda
reparateur, overeenkomstig de indikatie.
lSysteemdefecten of bedrijfstoestanden worden aangeduid door een waarschuwing.
Zie Waarschuwings/indikatielampjes op pagina 4-41.
Lasersensor
Tijdens het rijden
Remmen
4-123íBepaalde modellen.
Page 280 of 657

WAARSCHUWING
De stadsverkeer-remassistent (SCBS) kan niet beschouwd worden als remedie voor
onveilige rijtechnieken:
Het systeem van de stadsverkeer-remassistent (SCBS) biedt geen vrijwaring tegen
onveilig of roekeloos rijgedrag, buitensporig hoge snelheden, bumperkleven (het te
dicht achter een ander voertuig rijden) en het rijden op gladde wegen zoals natte, of
met ijs en sneeuw bedekte wegen (verminderde wrijvingskracht van de banden
tengevolge van een laag water op het wegdek). Ongelukken blijven dan nog steeds
mogelijk.
Vertrouw niet volledig op het systeem van de stadsverkeer-remassistent (SCBS):lHet systeem van de stadsverkeer-remassistent (SCBS) is enkel bestemd om in het
geval van een botsing schade te verminderen. Wanneer u overmatig op het systeem
vertrouwt en daardoor het gaspedaal of rempedaal per ongeluk intrapt, kan dit een
ongeluk veroorzaken.
lDe stadsverkeer-remassistent (SCBS) is een systeem dat in werking treedt in
respons op een voorliggend voertuig. Het is mogelijk dat het systeem 2-wielige
voertuigen of voetgangers niet kan bespeuren of hier niet op kan reageren.
lDe lasersensor voor het systeem van de stadsverkeer-remassistent (SCBS) bevindt
zich nabij de achteruitkijkspiegel. Neem voor de juiste werking van de stadsverkeer-
remassistent (SCBS) de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
lBreng geen stickers aan op de voorruit in de buurt van de lasersensor (ook geen
doorzichtige stickers). Anders bestaat de kans dat de lasersensor voorliggende
voertuigen niet kan bespeuren, hetgeen ongelukken kan veroorzaken.
lDe lasersensor niet demonteren.lAls er barsten of beschadiging als gevolg van bijvoorbeeld steenslag in de buurt
van de lasersensor zichtbaar zijn, onmiddellijk met het gebruik van de
stadsverkeer-remassistent (SCBS) stoppen en uw auto door een deskundige
reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur laten inspecteren. Als u
met barsten of krassen op de voorruit in de buurt van de lasersensor met de auto
blijft doorrijden, bestaat de kans dat het systeem abusievelijk in werking treedt
en een ongeluk veroorzaakt wordt.
Zie Stopzetten van de werking van de stadsverkeer-remassistent (SCBS) op
pagina 4-129.
lRaadpleeg voor het vervangen van de voorruitenwissers of de voorruit een
deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur.
4-124
Tijdens het rijden
Remmen