Page 321 of 404

6
WAT DOEN IN GEVAL VAN NOOD
WAARSCHUWINGSKNIPPERLICHTEN . . . . . . . .317
OVERVERHITTING VAN DE MOTOR . . . . . . . . .317
WIELEN VERWISSELEN EN GEBRUIK VAN DE KRIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .318
BERGPLAATS KRIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .318
RESERVEWIEL VERWIJDEREN . . . . . . . . . . .318
TOEGANG TOT DE MOER VOOR HET RESERVEWIEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .319
GEREEDSCHAP VOOR RESERVEWIEL . . . . . .320
AANWIJZINGEN VOOR VERWIJDEREN VAN RESERVEWIEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .320
VOORBEREIDINGEN VOOR OPKRIKKEN . . .321
INSTRUCTIES BIJ OPKRIKKEN . . . . . . . . . . .322
RESERVEBAND VASTZETTEN . . . . . . . . . . . .325
ORIGINEEL WIEL MONTEREN . . . . . . . . . . . .326
STARTEN MET STARTKABELS . . . . . . . . . . . . . .327
VOORBEREIDING VOOR HET STARTEN METSTARTKABELS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .328
PROCEDURE VOOR HET STARTEN MET STARTKABELS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .329
EEN VASTZITTENDE AUTO WEER VRIJKRIJGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .330
315
Page 322 of 404
SLEPEN VAN EEN AUTO MET PECH . . . . . . . . .332
SCHAKELHENDEL ONTGRENDELEN . . . . . . . .333
316
Page 323 of 404

WAARSCHUWINGSKNIP-
PERLICHTEN
De schakelaar voor de waarschu-
wingsknipperlichten bevindt zich
midden onder in het instrumentenpa-
neel.Druk op de schakelaar om de
alarmknipperlichten in te
schakelen. Zodra u de schakelaar in-
drukt, gaan alle richtingaanwijzers
knipperen om het verkeer achter u te
waarschuwen voor een noodsituatie.
Druk nogmaals op de schakelaar om
de waarschuwingsknipperlichten uit
te zetten.
Dit is een waarschuwingssysteem voor
noodsituaties. Gebruik het systeem
niet tijdens het rijden. Gebruik het
alleen bij autopech en uw auto een
gevaar vormt voor andere weggebrui-
kers.
Als u de auto moet verlaten om hulp
op te roepen, blijven de waarschu-
wingsknipperlichten ook werken
wanneer de contactschakelaar in de
stand OFF is gezet. OPMERKING: Bij langdurig ge-
bruik van de waarschuwingsknip-
perlichten kan uw accu leeg raken.
OVERVERHITTING VAN
DE MOTOR
In elk van de hierna volgende gevallen
kunt u met de passende maatregelen
de kans op oververhitting verminde-
ren.
Op de grote weg — minder snel-
heid.
In stadsverkeer — zet de keuzehen- del in NEUTRAL wanneer u stil-
staat, maar verhoog het stationair
toerental niet.
OPMERKING: Er zijn verschil-
lende manieren om dreigende
oververhitting van de motor te
voorkomen:
Als de airco is ingeschakeld, schakel deze dan uit. Het airco-
systeem voert warmte af naar het
koelsysteem en dat gebeurt niet
als u de airco uitzet. U kunt ook de temperatuurre-
gelknop in de hoogste stand zet-
ten, de ventilatie in de vloers-
tand zetten en de
aanjagerschakelaar in een hoge
stand zetten. Zo ondersteunt het
verwarmingssysteem de werking
van de radiateur bij het afvoeren
van warmte uit het koelsysteem.
LET OP!
Als u blijft rijden met een overver-
hit koelsysteem, kan dit leiden tot
schade aan de auto. Wanneer de
temperatuurmeter op "H" staat, zet
dan de auto veilig stil langs de kant
van de weg. Laat de auto met uit-
geschakelde airco stationair
draaien tot de meternaald weer in
het normale bereik staat. Als de
wijzer op "H" blijft staan, moet u
de motor onmiddellijk uitzetten en
de auto laten controleren.
317
Page 324 of 404

WAARSCHUWING!
Hete koelvloeistof (antivries) en
stoom uit de radiateur kunnen ern-
stige brandwonden veroorzaken.
Als u stoom van onder de motorkap
hoort of ziet komen, mag u de mo-
torkap pas openen nadat de radi-
ateur voldoende is afgekoeld. Open
nooit de vuldop van het koelsys-
teem als de radiateur of het koel-
vloeistofreservoir heet is.
WIELEN VERWISSELEN
EN GEBRUIK VAN DE
KRIKWAARSCHUWING!
Probeer geen wiel te verwisselen aan de zijde van de auto waar
ander verkeer langs rijdt. Ga ver
genoeg van de weg af staan om
ongelukken te voorkomen bij ge-
bruik van de krik of het verwisse-
len van een wiel.
(Vervolgd)
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
Het is gevaarlijk om u onder een opgekrikte auto te bevinden. De
auto kan van de krik glijden en op
u vallen. Dit leidt tot ernstig let-
sel. Zorg er daarom voor dat u
met geen enkel lichaamsdeel on-
der een opgekrikte auto komt. Als
u werkzaamheden onder de auto
moet uitvoeren, zet deze dan op
een hefbrug.
Start de motor niet en laat deze niet draaien zolang de auto door
een krik wordt ondersteund.
De krik is uitsluitend bedoeld als gereedschap om banden te ver-
wisselen. Gebruik de krik niet om
de auto voor onderhoudswerk-
zaamheden omhoog te brengen.
De auto mag alleen op een stevige
en vlakke ondergrond worden op-
gekrikt. Vermijd een gladde on-
dergrond. BERGPLAATS KRIK
De krik, krikhendel en lierhendel zijn
weggeborgen achter het zijbekle-
dingspaneel aan de linkerzijde in de
bagageruimte. Draai aan de twee ver-
grendeling zodat het deksel vrijkomt.
Verwijder de zak met de schaarkrik,
slinger en het gereedschap.
RESERVEWIEL
VERWIJDEREN
Het reservewiel bevindt zich in een
beschermhoes onder het midden van
de auto tussen de voorportieren. Het
is vastgezet met een kabelliermecha-
nisme. De moer voor het reservewiel
bevindt zich op de vloer: onder een
kunststof dop voorin de vloerconsole
Plaats van krik en gereedschap
318
Page 325 of 404

of onder de bak van het opbergvak
aan de voorzijde van de superconsole.
TOEGANG TOT DE MOER
VOOR HET RESERVEWIEL
Voor toegang tot de moer om het re-
servewiel te laten zakken, dient u een
van de onderstaande configuraties
van de middenconsole te raadplegen.
Superconsole
Bij voertuigen die zijn uitgerust met
de superconsole, bevindt de moer
voor de lier van het reservewiel zich
onder de console.1. Trek de onderste lade aan de ach-
terzijde van de vloerconsole naar bui-
ten om toegang te krijgen tot de moer
voor het reservewiel.
2. Open de voorste lade om de op-
bergruimte te kunnen bekijken.
3. Verwijder de bak uit de opberg-
ruimte van de console om de moer
voor het reservewiel toegankelijk te
maken.Middenconsole in premium-/
basis-/cargo-uitvoering
Trek aan de stop van de lierafdekmo-
dule (voor bepaalde uitvoeringen/
landen) om de liermoer toegankelijk
te maken.
Plaats van het reservewiel
Superconsole
1 — Onderste lade
2 — Voorste lade
3 — Bak van de voorste lade
Toegang tot de moer voor het
reservewiel
Stop van lierafdekmodule (indien aanwezig)
319
Page 326 of 404

GEREEDSCHAP VOOR
RESERVEWIEL
De gereedschapshoes bevat drie on-
derdelen die kunnen worden samen-
gebouwd tot een reservewielhaak
waarmee u de noodreservewiel-/
hoesmodule onder de auto uit kunt
halen, of tot een "T"-lierhendel waar-
mee u de noodreservewiel-/
hoesmodule omhoog of omlaag kunt
takelen.AANWIJZINGEN VOOR
VERWIJDEREN VAN
RESERVEWIEL
Het reservewiel bevindt zich onder
aan de auto, onder de ruimte met de
middenconsole.1. Bouw het gereedschap voor het re-
servewiel samen tot een T-hendel en
plaats het vierkante uiteinde op de
lieraandrijfmoer voor het reservewiel.
2. Draai de moer naar links tot het
liermechanisme niet langer vrij
draait. Dan is er voldoende speling in
de kabel om het reservewiel onder de
auto uit te trekken.
LET OP!
Gebruik alleen de “T”-lierhendel
om het liermechanisme te bedie-
nen. Het gebruik van een pneuma-
tische moersleutel of ander machi-
naal gereedschap wordt afgeraden
en kan de lier beschadigen.
Samengebouwde T-hendel
A — Haak/T-hendel reservewiel
B — Verlengstuk 1
C — Verlengstuk 2
Haak voor het reservewiel
samenbouwen
A — Haak/T-hendel reservewiel
B — Verlengstuk 1
C — Verlengstuk 2
Reservewiel en afdekmodule
320
Page 327 of 404

3. Bouw de verlengstukken van de
T-lierhendel samen tot een haak
waarmee het reservewiel/de afdek-
module kan worden verwijderd en
trek vervolgens het reservewiel onder
de auto vandaan.
OPMERKING: Als u een lekke
voorband hebt, moet u mogelijk de
auto opkrikken om de
noodreservewiel-/hoesmodule
van onder de auto uit te halen.
4. Zet de thuiskomer/afdekmodule
rechtop en verwijder de afstandsbus
van het wiel door de lierhouders sa-
men te drukken. Duw de houder door
de reserveband om deze los te maken
van het wiel.VOORBEREIDINGEN VOOR
OPKRIKKEN
1. Parkeer de auto op een stevige,
vlakke ondergrond. Vermijd een
gladde ondergrond.
WAARSCHUWING!
Probeer geen wiel te verwisselen
aan de zijde van de auto waar ander
verkeer langs rijdt. Ga ver genoeg
van de weg af staan om ongelukken
te voorkomen bij gebruik van de
krik of het verwisselen van een wiel.
2. Schakel de waarschuwingsknip-
perlichten in.
3. Trek de handrem aan. 4. Zet de schakelhendel in de stand
PARK.
5. Zet de contactschakelaar in de
stand OFF.
6. Blokkeer de
voor- en achter-
kant van het wiel
dat zich diagonaal
tegenover het krik-
punt bevindt.
Wanneer u bijvoor-
beeld het rechtervoorwiel vervangt,
blokkeert u het linkerachterwiel.
OPMERKING: Laat geen passa-
giers in de auto zitten wanneer
deze wordt opgekrikt.
Trekken aan reservewiel
Afstandsbus van wiel verwijderen
321
Page 328 of 404

INSTRUCTIES BIJ
OPKRIKKENWAARSCHUWING!
Neem de volgende waarschuwingen
in acht bij het verwisselen van een
band, om persoonlijk letsel of
schade aan de auto te voorkomen:
Parkeer de auto op een stevige envlakke ondergrond, zo ver moge-
lijk verwijderd van de weg, voor-
dat u de auto opkrikt.
Schakel de waarschuwingsknip- perlichten in.
Blokkeer het wiel dat zich schuin tegenover het te vervangen wiel
bevindt.
Trek de handrem stevig aan en zet de automatische versnellingsbak
in de stand PARK, of zet de hand-
geschakelde versnellingsbak in de
stand REVERSE (achteruit).
Start de motor niet en laat deze niet draaien zolang de auto door
een krik wordt ondersteund.
(Vervolgd)
WAARSCHUWING! (Vervolgd)
Laat niemand in de auto zitten zolang deze door een krik wordt
ondersteund.
Begeef u niet onder de auto wan- neer deze door een krik wordt
ondersteund. Als u werkzaamhe-
den onder de auto moet uitvoe-
ren, zet deze dan op een hefbrug.
Gebruik de krik alleen op de aan- gegeven plaatsen en alleen om de
auto op te krikken voor het ver-
wisselen van banden.
Wees uiterst voorzichtig als u de band moet verwisselen op of
langs de weg.
Om de reservebanden, plat of op- geblazen, veilig op te bergen,
moeten ze met het ventiel naar
beneden gericht worden opgebor-
gen.
LET OP!
Probeer niet om de auto op te krik-
ken op andere plaatsen dan de aan-
gegeven plaatsen in de instructies
voor het opkrikken van deze auto.
OPMERKING: Raadpleeg het
hoofdstuk "Thuiskomer" in "Ban-
den – algemene informatie" voor
informatie over de reserveband,
het gebruik en de werking daar-
van.
1. Draai de wielmoeren één slag
linksom los (maar verwijder ze niet),
terwijl het wiel nog op de grond rust.
2. Er zijn twee plaatsen aan weerszij-
den van de carrosserie waar de krik
kan worden aangebracht. Deze plaat-
sen bevinden zich op de drempelrand
van de carrosserie.
Waarschuwingssticker krik
Bevestigingspunten voor krik
322