Page 361 of 582

359
7 7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Alarm (indien aanwezig)
Het alarmsysteem wordt niet ingeschakeld
als de mechanische sleutel wordt gebruikt
om de portieren te vergrendelen.
Het alarm kan worden geactiveerd als een
portier met de mechanische sleutel wordt
ontgrendeld terwijl het alarmsysteem is inge-
schakeld.
■Wijzigen van de stand van het contact
Laat het rempedaal (automatische transmis-
sie) of het koppelingspedaal (handgescha-
kelde transmissie) los en druk op de start-
knop tijdens bovenstaande stap 3.
De motor wordt niet gestart en de stand ver-
andert iedere keer dat de knop wordt inge-
drukt. (→Blz. 142)
Als u de beschikking hebt over een set
startkabels en een tweede voertuig met
een 12V-accu, kunt u uw auto starten
met behulp van de onderstaande hulp-
startprocedure.
1Auto's met een alarm (→Blz. 81):
Controleer of u de elektronische
sleutel bij u hebt.
Als u de startkabels aansluit, kan het alarm
afgaan of kunnen de portieren worden ver-
grendeld, afhankelijk van de situatie.
2Open de motorkap. (→Blz. 293)
Als de accu ontladen is
U kunt de volgende procedures
gebruiken om de motor te starten
als de accu leeg is.
U kunt contact ook opnemen met
een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Opnieuw starten van de motor
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 359 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 362 of 582

3607-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
3Sluit de positieve startkabelklem aan op van uw auto en sluit de klem aan de
andere zijde van de positieve startkabel aan op van de tweede auto. Sluit
vervolgens de negatieve kabelklem aan op van de tweede auto en sluit de
klem aan de andere zijde van de negatieve startkabel aan op .
Pluspool (+) accu (uw auto)
Pluspool (+) accu (tweede auto)
Minpool (-) accu (tweede auto)
Sluit de startkabel aan op een massapunt van uw auto zoals aangegeven in de
afbeelding.
4Start de motor van de tweede auto.
Verhoog het motortoerental iets en
laat de motor gedurende ongeveer
5 minuten met het verhoogde toe-
rental draaien om de accu van uw
auto op te laden.
5Open en sluit een van de portieren
terwijl het contact UIT staat.
6Houd het motortoerental van de
tweede auto constant en start de
motor van uw auto door het contact
AAN te zetten.7Verwijder de startkabels in exact de
omgekeerde volgorde van aanslui-
ten als de motor van uw auto aan-
geslagen is.
Laat, nadat de motor van uw auto aan-
geslagen is, de auto zo snel mogelijk
nakijken door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■Starten van de motor als de accu leeg is
De motor kan niet worden gestart door de
auto aan te duwen.
■Voorkomen van ontlading van de accu
●Zet de koplampen en het audiosysteem uit
als de motor niet draait.
A
B
C
D
A
C
D
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 360 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 363 of 582

361
7 7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
●Schakel niet-noodzakelijke elektrische ver-
bruikers uit als er gedurende langere tijd
met lage snelheden gereden wordt, bij-
voorbeeld in een file.
■Als de accu verwijderd of ontladen is
De in de ECU opgeslagen informatie wordt
gewist. Laat wanneer de accu volledig is ont-
laden de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
■Verwijderen van de accuklemmen
Wanneer de accuklemmen worden verwij-
derd, wordt de in de ECU opgeslagen infor-
matie gewist. Neem voordat u de accuklem-
men losneemt contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
■Laden van de accu
De accu zal geleidelijk aan ontladen, zelfs
wanneer de auto niet in gebruik is. Dit wordt
veroorzaakt door natuurlijke ontlading en het
effect van bepaalde elektrische apparatuur.
Als de auto langere tijd niet gebruikt wordt,
kan de accu ontladen en kan de auto moge-
lijk niet meer worden gestart. (De accu laadt
automatisch op tijdens het rijden.)
■Bij het bijladen of vervangen van de
accu
●Wanneer de accu is ontladen, is het in
sommige gevallen niet mogelijk om de por-
tieren te ontgrendelen met het Smart
entry-systeem met startknop. Gebruik de
afstandsbediening of de mechanische
sleutel om de portieren te vergrendelen of
te ontgrendelen.
●Mogelijk start de motor niet bij de eerste
poging nadat de accu weer is opgeladen,
maar start hij wel normaal na de tweede
poging. Dit duidt niet op een storing.
●De stand van het contact wordt door de
auto opgeslagen. Wanneer de accu weer
wordt aangesloten, keert het systeem
terug naar de stand die was geselecteerd
voordat de accu ontladen raakte. Zet vóór
het losnemen van de accu het contact UIT.
Wees extra voorzichtig bij het aansluiten
van de accu wanneer u niet zeker weet in
welke stand het contact stond voordat de
accu ontladen raakte.
WAARSCHUWING
■Verwijderen van de accuklemmen
Verwijder altijd eerst de minkabel (-). Als
de pluspool (+) bij het verwijderen in con-
tact komt met metalen onderdelen in de
buurt, kunnen er vonken ontstaan waar-
door brand kan ontstaan. Ook kunt u een
elektrische schok krijgen en ernstig letsel
oplopen.
■Voorkomen van brand en explosie
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht om te voorkomen dat het licht ont-
vlambare gas dat uit de accu kan komen,
per ongeluk tot ontbranding komt:
●Zorg ervoor dat de startkabel aange-
sloten wordt op de juiste accupool en
niet per ongeluk in aanraking komt met
een ander onderdeel dan de bedoelde
accupool.
●Laat de “+” en “-” klemmen van de start-
kabels niet in contact komen met elkaar.
●Rook niet en gebruik geen lucifers, aan-
stekers en open vuur in de buurt van de
accu.
■Voorzorgsmaatregelen met betrek-
king tot de accu
De accu bevat giftige en corrosieve elek-
trolyt en de onderdelen van de accu bevat-
ten lood en loodhoudende samenstellin-
gen. Neem bij het omgaan met de accu de
volgende voorzorgsmaatregelen in acht:
●Draag bij het werken met de accu altijd
een veiligheidsbril en zorg ervoor dat de
vloeistof uit de accu niet in contact komt
met de huid, kleding of de carrosserie
van de auto.
●Leun niet over de accu heen.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 361 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 364 of 582

3627-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
1Breng de auto op een veilige plaats
tot stilstand, schakel de airconditio-
ning uit en zet vervolgens de motor
af.
2Als er stoom te zien is: Open, nadat
de stoom is verdwenen, voorzichtig
de motorkap.
Als er geen stoom te zien is: Open
voorzichtig de motorkap.
WAARSCHUWING
●Was accuvloeistof, die op de huid of in
de ogen terecht is gekomen, direct weg
met water en raadpleeg een arts. Bedek
de plaats waar de accuvloeistof op
terechtgekomen is met een natte spons
of doek totdat er medische hulp kan
worden verkregen.
●Was altijd uw handen nadat u de accu-
drager, de accupolen en andere
accu-gerelateerde onderdelen hebt
aangeraakt.
●Houd kinderen uit de buurt van de accu.
■Voorkomen van beschadigingen aan
de auto
Probeer de auto niet aan te duwen of aan
te slepen omdat hierdoor de driewegkata-
lysator te heet kan worden en er brand kan
ontstaan.
OPMERKING
■Omgaan met startkabels
Let er op dat de startkabels niet in aanra-
king kunnen komen met de koelventilato-
ren of met een van de aandrijfriemen bij
het aansluiten of losnemen van de kabels.
■Bij het sluiten van de portieren
Sluit langzaam het portier terwijl u de por-
tierruit naar de binnenzijde van de auto
drukt.
Omdat de aan de portieren gekoppelde
functie openen en sluiten van de ruiten
niet werkt, raakt de ruit mogelijk de carros-
serie, waardoor er krassen in de carrosse-
rie en ruit kunnen komen en de ruit zelfs
kan barsten.
Als uw auto over verhit
raakt
Het volgende kan erop duiden dat
de auto oververhit raakt.
De koelvloeistoftemperatuurme-
ter (→Blz. 88) komt in het rode
gebied of u merkt dat de motor
minder vermogen levert. (De auto
accelereert bijvoorbeeld niet als
het gaspedaal wordt ingetrapt.)
“High Coolant Temperature Check
Owner's Manual” (hoge koelvloei-
stoftemperatuur, raadpleeg hand-
leiding) wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Er komt stoom onder de motorkap
uit.
Correctieprocedures
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 362 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 365 of 582

363
7 7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
3Controleer nadat de motor vol-
doende is afgekoeld de slangen en
het radiateurblok (radiateur) op spo-
ren van lekkage.
Radiateurs
Koelventilatoren
Neem bij lekkage van een grote hoeveelheid
koelvloeistof onmiddellijk contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
4Het koelvloeistofniveau is correct
als het zich tussen de streepjes
FULL en LOW van het reservoir
bevindt.
Reservoir
FULL-streepje
LOW-streepje
Radiateurdop5Vul indien nodig koelvloeistof bij.
In noodgevallen mag ook water gebruikt
worden als u geen koelvloeistof bij de hand
hebt.
6Start de motor, schakel de aircondi-
tioning in en controleer of de koel-
ventilatoren van de radiateur
draaien en of er geen koelvloeistof
lekt uit de radiateur of de slangen.
De koelventilatoren gaan draaien als de air-
conditioning wordt ingeschakeld direct na
een koude start. Controleer of de ventilato-
ren draaien door ernaar te luisteren en te
voelen of er luchtstroom is. Schakel als u
hier niet zeker van bent de airconditioning
nog een aantal keer in en uit. (De ventilato-
ren werken mogelijk niet bij temperaturen
beneden het vriespunt.)
7Als de ventilatoren niet werken: Zet
de motor onmiddellijk uit en neem
contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige. Als de ventilatoren
draaien: Laat de auto nakijken door
de dichtstbijzijnde erkende
Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
A
A
C
D
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 363 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 366 of 582

3647-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
1Zet de motor af. Activeer de par-
keerrem en zet de selectiehendel in
stand P (automatische transmissie)
of stand N (handgeschakelde trans-
missie).
2Verwijder modder, sneeuw of zand
rond de achterwielen.
3Leg een stuk hout, stenen of ander
materiaal onder de achterwielen om
de wielen grip te geven.
4Start de motor opnieuw.
5Zet de selectiehendel in stand D of
R (automatische transmissie) of in
de 1e versnelling of de achteruit
(handgeschakelde transmissie) en
deactiveer de parkeerrem. Trap ver-
volgens voorzichtig het gaspedaal
in.
■Wanneer u de auto moeilijk los kunt krij-
gen
Druk op de schakelaar om de TRC uit
te schakelen.
WAARSCHUWING
■Bij controles in de motorruimte van
uw auto
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernstig letsel, zoals
brandwonden, tot gevolg hebben.
●Als er stoom onder de motorkap van-
daan komt, open de motorkap dan niet
voordat de stoom is verdwenen. De
motorruimte kan zeer heet zijn.
●Houd uw handen en kleding (met name
stropdassen, sjaals en dassen) uit de
buurt van de ventilatoren en aandrijfrie-
men. Als u dit niet doet, kunnen uw han-
den of kleding bekneld raken, wat kan
leiden tot ernstig letsel.
●Draai de doppen van het koelvloeistof-
reservoir niet los als de motor en de
radiateur heet zijn.
Er kan hete stoom of koelvloeistof uit
spuiten.
OPMERKING
■Bij het bijvullen van koelvloeistof
Vul langzaam koelvloeistof bij nadat de
motor voldoende is afgekoeld. Het te snel
bijvullen van koude koelvloeistof bij een
hete motor kan schade aan de motor ver-
oorzaken.
■Voorkomen van beschadigingen aan
het koelsysteem
Houd u aan de volgende voorzorgsmaat-
regelen:
●Zorg dat de koelvloeistof niet verontrei-
nigd raakt (bijvoorbeeld met zand of
stof).
●Gebruik geen koelvloeistofadditief.
Als de auto vast komt te
zitten
Voer de volgende procedures uit
als de banden doorslippen of als
de auto vastzit in modder, sneeuw,
enz.:
Herstelprocedure
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 364 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 367 of 582

365
7 7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
WAARSCHUWING
■Bij het vrij proberen te krijgen van
een auto die vastzit
Als u de auto in beweging wilt krijgen door
te “schommelen”, controleer dan eerst of
er in de omgeving van de auto geen
andere auto's, objecten of personen aan-
wezig zijn die geraakt zouden kunnen wor-
den als de auto plotseling in beweging
komt. De auto kan ook een plotselinge
beweging maken als de wielen weer grip
krijgen. Neem de grootst mogelijke voor-
zichtigheid in acht.
■Bij het bedienen van de selectiehen-
del (auto's met een automatische
transmissie)
Zet de selectiehendel niet in een andere
stand als het gaspedaal is ingetrapt.
Als u dat wel doet, kan de auto onver-
wacht snel accelereren. Dit kan leiden tot
een ongeval met dodelijk of ernstig letsel
tot gevolg.
OPMERKING
■Beschadiging van de transmissie en
andere componenten voorkomen
●Voorkom dat de achterwielen gaan
doorslippen en dat het gaspedaal ver-
der wordt ingetrapt dan noodzakelijk is.
●Als de auto na deze pogingen nog
steeds vastzit, moet deze door een
ander voertuig worden losgetrokken.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 365 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 368 of 582
3667-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 366 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM