Page 161 of 582
159
4 4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
Schakelt het mistachterlicht in
Als de schakelaarring wordt losgelaten,
keert de ring terug naar de stand .
Door de schakelaarring nogmaals te
draaien, wordt het mistachterlicht uitgescha-
keld.
■Mistlampen kunnen worden gebruikt als
De koplampen worden ingeschakeld.
Mistachterlichten
De mistachterlichten kunnen bij
het rijden in slecht weer, bijvoor-
beeld in de regen of mist, worden
gebruikt om uw auto beter zicht-
baar te maken voor auto's achter
u.
Bedieningsinstructies
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 159 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 162 of 582

1604-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Door de hendel te bedienen
werken de ruitenwissers en -sproeiers
als volgt. Als wordt geselecteerd,
werken de ruitenwissers automatisch
waarbij de wissnelheid wordt aange-
past aan de rijsnelheid.
1 Intervalstand2 Lage snelheid ruitenwissers
3 Hoge snelheid ruitenwissers
4 Enkele slag
Het wisinterval kan worden gewijzigd
als de intervalstand wordt geselecteerd.
5Verlengt het interval van de wisser-
werking
6Verkort het interval van de wisser-
werking
7Gelijktijdig inschakelen rui-
tensproeiers en ruitenwissers
Door aan de hendel te trekken treden de rui-
tenwissers en -sproeiers in werking.
De ruitenwissers maken automatisch een
aantal wisbewegingen nadat de sproeier in
werking treedt.
Als de koplampen aan zijn en u de hendel
naar u toe getrokken houdt, werken de kop-
lampsproeiers één keer.
Ruitenwissers en
-sproeiers
Met de hendel kunnen de ruiten-
wissers en de ruitensproeiers wor-
den bediend.
OPMERKING
■Als de voorruit droog is
Gebruik de ruitenwissers niet als de voor-
ruit droog is omdat hierdoor de voorruit
beschadigd kan worden.
Bedienen van de
ruitenwisserhendel
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 160 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 163 of 582

161
4 4-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
Rijden
■De ruitenwissers en ruitensproeiers
kunnen worden bediend als
Het contact AAN staat.
■Als er geen vloeistof uit de ruitensproei-
ers komt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het
reservoir aanwezig is en controleer als dat
het geval is of de sproeierkoppen niet ver-
stopt zijn.
WAARSCHUWING
■Waarschuwing met betrekking tot het
gebruik van ruitensproeiervloeistof
Gebruik bij koud weer de ruitensproeier-
vloeistof pas wanneer de voorruit warm is.
De vloeistof kan anders op de voorruit
bevriezen en zo het zicht belemmeren. Dit
kan leiden tot een ongeval met dodelijk of
ernstig letsel tot gevolg.
OPMERKING
■Als het sproeierreservoir leeg is
Druk niet constant op de schakelaar, aan-
gezien de sproeierpomp oververhit kan
raken.
■Wanneer een sproeier verstopt raakt
Neem in dit geval contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
Probeer als een sproeierkop verstopt is
geraakt deze niet schoon te maken met
een naald of iets dergelijks. Hierdoor kan
de sproeierkop beschadigd raken.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 161 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 164 of 582

1624-4. Tanken
4-4.Tanken
Sluit beide portieren en ruiten en zet
het contact UIT.
Controleer de brandstofsoort.
■Brandstofsoorten
→Blz. 376
■Vulopening brandstoftank voor lood-
vrije benzine
Om vergissingen bij tankstations te voorko-
men, is uw auto uitgerust met een kleinere
vulopening speciaal voor loodvrije benzine.
Openen van de tankdop
Voer de volgende stappen uit om
de tankdop te openen:
Voor het tanken
WAARSCHUWING
■Bij het tanken
Neem bij het tanken de volgende voor-
zorgsmaatregelen in acht. Het niet in acht
nemen van de voorzorgsmaatregelen kan
dodelijk of ernstig letsel tot gevolg hebben.
●Werk binnen nooit met brandstof.
●Raak na het verlaten van de auto en
voor het openen van de tankdopklep
een ongeverfd metalen oppervlak aan
om eventuele statische elektriciteit af te
voeren. Het is belangrijk om statische
elektriciteit af te voeren voordat u gaat
tanken, omdat vonken als gevolg van
statische elektriciteit brandstofdampen
tot ontbranding kunnen brengen.
●Pak de tankdop bij de greep vast en
draai hem langzaam los.
Tijdens het losdraaien van de tankdop
kan er een sissend geluid hoorbaar zijn.
Wacht tot het geluid verdwenen is alvo-
rens de tankdop te verwijderen. Bij hoge
buitentemperaturen kan er brandstof uit
de vulpijp spuiten en letsel veroorzaken.
●Zorg ervoor dat er niemand die de even-
tueel aanwezige statische elektriciteit
van zijn lichaam niet heeft afgevoerd, in
de buurt van een niet afgesloten brand-
stoftank komt.
●Laat tijdens het tanken niemand in de
buurt komen van de brandstofvulpijp.
●Adem de brandstofdampen niet in.
Brandstof bevat stoffen die schadelijk
zijn als ze ingeademd worden.
●Rook niet tijdens het tanken.
Als u dat wel doet, kan er brand ont-
staan.
●Keer niet naar de auto terug als u sta-
tisch geladen bent.
Statische elektriciteit kan vonkvorming
en daarmee brand veroorzaken.
■Bij het tanken
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht om te voorkomen dat de brandstof-
tank overstroomt:
●Plaats het vulpistool nauwkeurig in de
vulpijp.
●Stop met het vullen van de tank wan-
neer het vulpistool automatisch uit klikt.
●Vul de brandstoftank niet tot de rand.
●Draai de dop naar rechts totdat u een
klik hoort om er zeker van te zijn dat hij
goed vastzit. Als de dop niet goed vast-
zit, kan bij een ongeval brandstof uit de
vulpijp stromen waardoor brandgevaar
ontstaat.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 162 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 165 of 582

163
4 4-4. Tanken
Rijden1Druk het midden van de achterste
rand van de tankdopklep in terwijl
alle portieren zijn ontgrendeld.
Blijf drukken totdat u een klik hoort en haal
uw hand weg om de tankdopklep iets te ope-
nen. Open met de hand de klep vervolgens
volledig.
2Draai de tankdop langzaam los en
plaats hem in de houder op de
tankdopklep.
■Bij het openen van de tankdopklep
De tankdopklep kan niet worden geopend als
de portieren zijn ontgrendeld met een ver-
grendelknop aan binnenzijde.
Ontgrendel de portieren met de instapfunctie,
de afstandsbediening of de schakelaar voor
de centrale vergrendeling. (→Blz. 103, 105)
■Als de tankdopklep niet kan worden
geopend
→Blz. 357
1Draai na het tanken van brandstof
de tankdop tot u een klik hoort. Als
u de dop loslaat, zal hij iets in de
andere richting draaien.
2Sluit de tankdopklep en druk het
midden van de achterste rand van
de tankdopklep in totdat u een klik
hoort.
OPMERKING
■Tanken
●Mors geen brandstof tijdens het tanken.
Anders kan schade aan de auto ont-
staan, zoals het slecht functioneren van
het emissieregelsysteem, of beschadi-
ging van de onderdelen van het brand-
stofsysteem of van de lak.
●Voeg nooit reinigingsmiddelen toe aan
de brandstoftank. Door het toevoegen
van reinigingsmiddelen kan het brand-
stofsysteem beschadigd raken.
●Vul de brandstoftank onmiddellijk als het
waarschuwingslampje voor een laag
brandstofniveau gaat branden. Door het
overslaan van de motor ten gevolge van
een lege tank kan de motor beschadigd
raken.
Openen van de tankdop
Sluiten van de tankdop
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 163 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 166 of 582
1644-4. Tanken
Wanneer u de portieren vergrendelt, zal ook
de tankdopklep worden vergrendeld.
■Bij het sluiten van de tankdopklep
Vergrendel de portieren pas na het sluiten
van de tankdopklep, aangezien de tankdop-
klep niet kan worden gesloten als de portie-
ren vergrendeld zijn. Als de portieren ver-
grendeld zijn en de tankdopklep niet gesloten
kan worden, ontgrendel dan de portieren en
sluit vervolgens de tankdopklep.
WAARSCHUWING
■Vervangen van de tankdop
Gebruik alleen de originele
Toyota-tankdop voor uw auto. Als u een
andere tankdop gebruikt, kan er brand ont-
staan of kunnen er andere problemen
optreden met mogelijk dodelijk of ernstig
letsel tot gevolg.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 164 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 167 of 582

165
4 4-5. EyeSight
Rijden
4-5.EyeSight
*1: Indien aanwezig
*2: EyeSight is een geregistreerd handels-
merk van SUBARU CORPORATION.
Als het Pre-Crash Brake-systeem in werking
treedt, worden door EyeSight de volgende
gegevens geregistreerd en opgeslagen. Er
worden geen gesprekken of andere audioge-
gevens opgeslagen.
●Beeldgegevens van de stereocamera
●Afstand tot de voorligger
●Rijsnelheid
●Draaihoek van het stuurwiel
●Zijdelingse beweging in verhouding tot de
rijrichting
●Bedieningsstatus van het gaspedaal
●Bedieningsstatus van het rempedaal
●Stand selectiehendel
●Kilometerstand
●Gegevens met betrekking tot het ABS, de
VSC en de TRC
Toyota en derden waarmee Toyota een con-
tract heeft, kunnen de opgeslagen gegevens
opvragen en gebruiken voor R&D op automo-
tivegebied. Toyota en derden waarmee
Toyota een contract heeft, zullen de opge-
vraagde gegevens uitsluitend onder de vol-
gende voorwaarden publiceren of verstrek-
ken aan andere partijen.
• De eigenaar van de auto heeft zijn of haar
toestemming gegeven.• De publicatie/verstrekking is opgedragen
door een gerechtelijk bevel of een wettelijk
voorschrift.
• Gegevens die zodanig zijn aangepast dat
de gebruiker en de auto niet identificeer-
baar zijn, worden verstrekt aan een onder-
zoeksinstituut voor statistische verwerking
of gelijksoortige doeleinden.
EyeSight*1, 2
EyeSight is een ondersteunend
systeem dat met behulp van ver-
schillende functies de bestuurder
helpt beslissingen te nemen om
veiliger en comfortabeler te rijden,
om zo vermoeidheid van de
bestuurder te helpen voorkomen.
Aan de hand van beelden van de
stereocamera signaleert EyeSight
voertuigen, obstakels, rijstroken
en andere objecten vóór de auto.
WAARSCHUWING
Veilig rijden blijft altijd de verantwoordelijk-
heid van de bestuurder. Houd u altijd aan
alle verkeersregels en aanwijzingen, ook
al is uw auto uitgerust met EyeSight. Blijf
altijd zorgen voor een veilige afstand tus-
sen uw auto en uw voorligger en blijf goed
letten op het verkeer om u heen en op de
rijomstandigheden.
Vertrouw niet uitsluitend op de werking
van EyeSight.
EyeSight is bedoeld om de bestuurder te
helpen beslissingen te nemen om de kans
op een ongeval of schade te verkleinen en
om meer ontspannen te rijden.
Vestig wanneer u door EyeSight wordt
gewaarschuwd extra aandacht op wat zich
vóór en in de directe omgeving van uw
auto bevindt en voer de benodigde hande-
lingen uit. Dit systeem is niet ontworpen
voor ondersteuning bij het rijden bij slecht
zicht en onder extreme weersomstandig-
heden of om ongevallen te voorkomen als
de bestuurder zich niet volledig op het rij-
den en de weg concentreert. Het systeem
kan ook niet onder alle rijomstandigheden
een aanrijding helpen te voorkomen.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 165 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM
Page 168 of 582

1664-5. EyeSight
WAARSCHUWING
Er zijn grenzen aan de mate van de nauw-
keurigheid van de herkenning en regeling
door EyeSight. Lees de instructies voor
elke functie voordat u het systeem
gebruikt, en gebruik het altijd zoals het
bedoeld is. Onjuist gebruik kan ertoe lei-
den dat de regeling niet goed werkt, waar-
door een ongeval kan ontstaan.
Zie de volgende bladzijden voor meer
informatie over elke functie:
●Zie Blz. 175 voor het Pre-Crash
Brake-systeem.
●Zie Blz. 185 voor de Adaptive Cruise
Control.
●Zie Blz. 201 voor de conventionele
cruise control.
●Zie Blz. 209 voor Pre-Collision Throttle
Management.
●Zie Blz. 214 voor de Lane Departure
Warning.
●Zie Blz. 216 voor de Lane Sway Warn-
ing.
●Zie Blz. 218 voor de Lead Vehicle Start
Alert.
Auto's met linkse besturing: In auto's met
linkse besturing is EyeSight geconfigu-
reerd voor rechts rijden. Het is echter
mogelijk om over te schakelen op een con-
figuratie voor links rijden.
* (→Blz. 377)
Auto's met rechtse besturing: In auto's met
rechtse besturing is EyeSight geconfigu-
reerd voor links rijden. Het is echter moge-
lijk om over te schakelen op een configura-
tie voor rechts rijden.
* (→Blz. 377)
Als bij rechtsrijdend verkeer de rijstrookin-
stelling is geconfigureerd voor links rijden
of andersom, werkt EyeSight mogelijk niet
goed.
*: De eigenschappen en instellingen die te
maken hebben met de verschillende
specificaties van auto's met rechtse of
linkse besturing, kunnen niet worden
gewijzigd.
●Het systeem werkt mogelijk niet goed
onder de volgende omstandigheden.
Schakel onder deze omstandigheden
het Pre-Crash Brake-systeem uit. Maak
ook geen gebruik van de Adaptive
Cruise Control en de conventionele
cruise control.
• De bandenspanning is niet correct.
*1
• De banden links en rechts of de loop-
vlakken van de banden zijn onregelma-
tig versleten.
*1
• Er zijn banden in een onjuiste maat
gemonteerd.*1
• Een lekke band is tijdelijk gerepareerd
met een bandenreparatieset.
• De wielophanging is gewijzigd (ook bij
een wijziging van het originele
Toyota-onderstel).
• De stereocamera wordt afgedekt door
een object dat op de auto is aange-
bracht.
• Er zijn sneeuwkettingen aangebracht.
• De koplampen zijn vuil of bedekt met
sneeuw of ijs. (Objecten worden niet
goed verlicht en zijn moeilijker te signa-
leren.)
• De optische assen zijn niet goed uitge-
lijnd. (Objecten worden niet goed ver-
licht en zijn moeilijker te signaleren.)
• De verlichting, waaronder de koplam-
pen en mistlampen, is aangepast.
• De werking van de auto is instabiel
geworden door een ongeval of een sto-
ring.
GR 86_OM_Europe_OM18131E_1_2203.book Page 166 Tuesday, February 22, 2022 9:51 AM