Page 281 of 798

2794-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
HILUX_OM_OM0K513E_(EE)■
Objectdetectiefunctie
■ Uitschakelen van het Pre-Crash Brake-systeem
Als zich een van de volgende situaties voordoet terwijl het Pre-Crash Brake-systeem
in werking is, wordt dit systeem uitgeschakeld:
●Het gaspedaal wordt diep ingetrapt.
● Er wordt een scherpe stuurbeweging gemaakt of het stuurwiel wordt plotseling
gedraaid.
■ Omstandigheden waaronder het systeem mogelijk werkt, zelfs als er geen kans
op een aanrijding is
●In bepaalde situaties, zoals de onderstaande, oordeelt het systeem mogelijk dat een
aanrijding aan de voorzijde waarschijnlijk is en treedt het in werking.
• Wanneer een signaleerbaar object wordt gepasseerd
• Bij het veranderen van rijstrook om een signaleerbaar object in te halen
• Wanneer u een signaleerbaar object snel nadert
• Bij het naderen van objecten in de berm, zoals signaleerbare objecten, vangrails,
telefoonpalen, bomen of muren
Het systeem signaleert obstakels op basis van
hun formaat, vorm, beweging, enz. Afhankelijk
van de helderheid van het omgevingslicht en
de beweging, het postuur en de hoek van het
gesignaleerde object wordt een object mogelijk
niet gesignaleerd, waardoor het systeem niet
goed werkt. (
Blz. 281)
De afbeelding geeft aan welke objecten gesig-
naleerd kunnen worden.
• Wanneer het signaleerbare object datwordt genaderd zich op een naastlig-
gende rijstrook of langs de weg bevindt,
bijvoorbeeld bij het veranderen van koers
of bij het rijden op een bochtige weg
• Als er een signaleerbaar object of ander object langs de weg staat aan het begin
van een bocht
HILUX_OM_OM0K513E_(EE).book Page 27 9 Wednesday, May 26, 2021 11:09 AM
Page 282 of 798

2804-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
HILUX_OM_OM0K513E_(EE)• Als er (geverfde) patronen vóór uw auto
aanwezig zijn die ten onrechte aangezien
kunnen worden voor een signaleerbaar object
• Als de voorzijde van uw auto wordt geraakt door water, sneeuw, stof, enz.
• Als een signaleerbaar object uw auto zeer dicht nadert en vervolgens stopt voor- dat het zich in de rijrichting van uw auto bevindt
• Als de voorzijde van uw auto omhoog of omlaag gaat, bijvoorbeeld op een onef-
fen of golvend wegdek
• Bij het rijden op een weg omringd door een constructie, zoals een tunnel of een stalen brug
• Als er zich metalen objecten (putdeksel, staalplaat, enz.), opstaande randen of uitstekende delen voor uw auto bevinden
• Bij het naderen van een slagboom van een elektronische tolpoort, slagboom bij een parkeerterrein of andere afscheiding die open en dicht gaat
• Wassen in een autowasstraat • Bij het inhalen van een signaleerbaar object dat van rijstrook verandert of een
bocht naar rechts/links maakt
• Bij het passeren van een signaleerbaar object dat stilstaat op de rijstrook voor het
tegemoetkomende verkeer om rechts of
links af te slaan
• Wanneer onder een object (verkeersbord, billboard, enz.) door wordt gereden
HILUX_OM_OM0K513E_(EE).book Page 28 0 Wednesday, May 26, 2021 11:09 AM
Page 283 of 798

2814-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
HILUX_OM_OM0K513E_(EE)• Bij het rijden door stoom of rook
• Wanneer dicht bij een object wordt gereden dat radiogolven weerkaatst, zoals een
grote vrachtwagen of een vangrail
• Als wordt gereden in de buurt van een televisiezendmast, radiozender, elektriciteits- centrale of andere locatie waar sterke radiogolven of elektromagnetische velden
aanwezig zijn
■Situaties waarin het systeem mogelijk niet goed werkt
● In sommige situaties, zoals onderstaande, wordt een object mogelijk niet gesigna-
leerd door de radarsensor en de camera voor, waardoor het systeem niet goed
werkt:
• Wanneer een signaleerbaar object uw auto nadert
• Wanneer uw auto of een signaleerbaar object een schommelende beweging
maakt
• Als een signaleerbaar object een abrupte beweging maakt (zoals een uitwijk- manoeuvre, plotseling versnellen of afremmen)
• Wanneer uw auto een signaleerbaar object snel nadert
• Wanneer een signaleerbaar object zich vlak bij bijvoorbeeld een muur, hek, vang-
rail, putdeksel, voertuig of stalen rijplaat bevindt
• Wanneer een signaleerbaar object zich onder een constructie bevindt
• Wanneer een signaleerbaar object gedeeltelijk verborgen is achter een object zoals een groot stuk bagage, een paraplu of een vangrail
• Wanneer zich meerdere signaleerbare objecten dicht bij elkaar bevinden
• Als de zon of ander licht rechtstreeks op een signaleerbaar object schijnt
• Wanneer een signaleerbaar object wit is en er extreem licht uitziet
• Wanneer een signaleerbaar object bijna dezelfde kleur heeft of even licht is als zijn omgeving
• Wanneer een signaleerbaar object uw auto afsnijdt of plotseling opduikt voor uw auto
• Als de voorzijde van uw auto wordt geraakt door water, sneeuw, stof, enz.
• Wanneer een zeer fel licht, bijvoorbeeld de zon of de koplampen van tegemoet-
komend verkeer, rechtstreeks in de camera voor schijnt
• Bij het naderen van de zijkant of voorkant van een voorligger • Bij het rijden door of onder objecten die in
contact kunnen komen met uw auto, zoals
hoog gras, boomtakken of een spandoek
• Wanneer een signaleerbaar object zich niet direct voor uw auto bevindt
HILUX_OM_OM0K513E_(EE).book Page 28 1 Wednesday, May 26, 2021 11:09 AM
Page 284 of 798

2824-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
HILUX_OM_OM0K513E_(EE)• Als de voorligger een motorfiets is
• Als de voorligger smal is, zoals een scootmobiel
• Als een voorligger een smalle achterzijde heeft, zoals een onbeladen vrachtwa-
gen
• Als een voorligger een lading vervoert die uitsteekt voorbij de achterbumper
• Als een voorligger een onregelmatige vorm heeft, zoals een tractor of een zijspan
• Als de voorligger een kinderfiets, een fiets met bepakking, een fiets met iemand achterop of een fiets met een bijzondere vorm (fiets met een kinderzitje, tandem,
enz.) is
• Als een voetganger of de rijhoogte van een fietser korter is dan ongeveer 1 m of langer is dan ongeveer 2 m
• Als een voetganger of fietser breed vallende kleding (regenjas, lange rok, enz.)
draagt, waardoor zijn of haar silhouet onduidelijk wordt
• Als een voetganger vooroverbuigt of gehurkt zit of een fietser vooroverbuigt
• Als een voetganger of fietser zich snel voortbeweegt
• Als een voetgangers een wandelwagentje, rolstoel, fiets of ander voertuig voort- duwt
• Bij slecht weer zoals bij hevige regen, mist, sneeuw of een zandstorm
• Bij het rijden door stoom of rook
• Als er weinig omgevingslicht is, zoals tijdens de schemering, of 's nachts of in een tunnel, waardoor een signaleerbaar object bijna dezelfde kleur lijkt te hebben als
zijn omgeving
• Wanneer er wordt gereden op een plek waar de helderheid van het omgevings- licht plotseling verandert, zoals bij het in- of uitrijden van een tunnel
• Nadat de motor gestart is, is er gedurende een bepaalde tijd niet met de auto
gereden
• Bij het afslaan naar links/rechts en gedurende een paar seconden na het afslaan naar links/rechts
• Bij het rijden in een bocht en een paar seconden na het rijden in een bocht
• Wanneer uw auto slipt • Als een voorligger een lage achterzijde heeft, zoals een oprijwagen
• Als een voorligger een extreem grote bodemvrijheid heeft
HILUX_OM_OM0K513E_(EE).book Page 28 2 Wednesday, May 26, 2021 11:09 AM
Page 285 of 798

2834-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
HILUX_OM_OM0K513E_(EE)• Als de wielen niet goed zijn uitgelijnd
• Als een ruitenwisserblad de camera voor blokkeert
• Er wordt met extreem hoge snelheden gereden
• Als op een helling wordt gereden
• Wanneer de radarsensor of de camera voor niet goed is uitgelijnd
● In sommige situaties, zoals de onderstaande, kan wellicht onvoldoende remkracht
worden gerealiseerd, waardoor he t systeem mogelijk niet goed werkt:
• Als de remmen niet op volle sterkte kunnen werken, bijvoorbeeld wanneer de onderdelen van het remsysteem extreem koud, extreem heet of nat zijn
• Als de auto niet goed wordt onderhouden (extreem versleten remdelen of banden,
onjuiste bandenspanning, enz.)
• Als er met de auto gereden wordt op grind of een andere gladde ondergrond
■ Als de VSC wordt uitgeschakeld
●Als de VSC wordt uitgeschakeld ( Blz. 359), worden ook het Pre-Crash Brake
Assist-systeem en de Pre-Cras h Brake-functie uitgeschakeld.
● Het waarschuwingslampje PCS gaat branden en “VSC Turned Off Pre-Collision
Brake System Unavailable” (VSC UIT. PCS-rem niet beschikbaar.) wordt weergege-
ven op het multi-informatiedisplay. • Als de voorzijde van de auto omhoog of
omlaag staat
HILUX_OM_OM0K513E_(EE).book Page 28 3 Wednesday, May 26, 2021 11:09 AM
Page 286 of 798

2844-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
HILUX_OM_OM0K513E_(EE)
LDA (Lane Depar ture Alert met
Yaw Assist-functie)
Als wordt gereden op wegen met duidelijke witte (gele) rijstrookmarkeringen,
waarschuwt deze functie de bestuurder als de auto de rijstrook of rijbaan
*
dreigt te verlaten en helpt hij om de auto op de rijstrook of rijbaan* te houden
door de remmen te bekrachtigen.
Het LDA-systeem herkent witte (gele)
rijstrookmarkeringen of de rijbaan
*
met behulp van de camera voor. Het
detecteert ook voorliggers met behulp
van de camera voor en de radar.
*: De grens tussen asfalt en de kant van de weg, zoals gras, grond of een
stoeprand
: Indien aanwezig
Overzicht van functies
WAARSCHUWING
■ Voordat u het LDA-systeem gebruikt
● Vertrouw niet uitsluitend op het LDA- systeem. Het LDA-systeem is geen systeem
dat de auto automatisch bestuurt of de hoeveelheid aandacht die moet worden
besteed aan het gebied vóór de auto beperkt. De bestuurder dient altijd volledige
verantwoordelijkheid te nemen voor een veilig rijgedrag door de omgeving steeds
goed in de gaten te houden en het stuurwiel te bedienen om de rijrichting van de
auto te corrigeren. De bestuurder moet ook zorgen voor voldoende pauzes als hij
moe is, bijvoorbeeld als hij langere tijd heeft gereden.
● Als u niet op de juiste manier rijdt en niet goed oplet, kunt u een ongeval
veroorzaken, waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
● Als u het LDA-systeem niet gebruikt, ze t het systeem dan uit met de toets LDA.
HILUX_OM_OM0K513E_(EE).book Page 28 4 Wednesday, May 26, 2021 11:09 AM
Page 287 of 798

2854-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
HILUX_OM_OM0K513E_(EE)
WAARSCHUWING
■Situaties die niet geschikt zijn voor gebruik van het LDA-systeem
Gebruik in de volgende gevallen de toets LDA om het systeem uit te schakelen. Als
u dat wel doet, kan dat leiden tot een ongeval, met ernstig letsel tot gevolg.
● Er wordt gereden op een wegdek dat glad is door regenachtig weer, sneeuwval,
vorst, enz.
● Er wordt gereden op een met sneeuw bedekte weg.
● Witte (gele) lijnen zijn moeilijk te zien door regen, sneeuw, mist, stof, enz.
● Er is/zijn een reservewiel, sneeuwkettingen, enz. gemonteerd.
● Als de banden erg versleten zijn of als de bandenspanning te laag is.
● Bij het rijden met een aanhangwagen (met trekhaak) of tijdens het slepen in een
noodgeval.
■ Voorkomen van storingen in het LDA-systeem en onbedoeld uitgevoerde
handelingen
● Breng geen wijzigingen aan de koplampen aan en plak geen stickers op het
lampglas.
● Breng geen wijzigingen aan de wielophanging, enz. aan. Als onderdelen van de
wielophanging moeten worden vervangen, neem dan contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
● Monteer of plaats geen voorwerpen op de motorkap of de grille. Monteer ook geen
accessoires aan de voorzijde van de auto (bullbars, enz.).
● Als uw voorruit gerepareerd moet worden, neem dan contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
HILUX_OM_OM0K513E_(EE).book Page 28 5 Wednesday, May 26, 2021 11:09 AM
Page 288 of 798

2864-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
HILUX_OM_OM0K513E_(EE)
WAARSCHUWING
■Omstandigheden waaronder de func ties mogelijk niet goed werken
In de volgende situaties werken de functies mogelijk niet goed, waardoor de auto zijn
rijstrook zou kunnen verlaten. Houd om veilig te rijden de omgeving steeds goed in
de gaten, bedien het stuurwiel om de rijrichting van de auto te corrigeren en vertrouw
niet uitsluitend op de werking van het systeem.
● Er wordt gereden in een scherpe bocht.
● Er zijn schaduwen op de weg die parallel lopen aan de witte (gele) lijnen of deze
bedekken.
● Er wordt met de auto gereden in een gebied zonder witte (gele) lijnen, zoals voor
een tolboom of kaartautomaat of op een kruising.
●Er bevinden zich naast de weg objecten die
onterecht kunnen worden aangezien voor
witte (gele) lijnen (vangrails, reflecterende
palen, enz.).
● Er wordt met de auto gereden op een plaats
waar de weg zich splitst, wegen samenko-
men, enz.
● Vanwege wegwerkzaamheden bevinden
zich asfaltreparatiemarkeringen, witte (gele)
lijnen enz. op de weg.
HILUX_OM_OM0K513E_(EE).book Page 28 6 Wednesday, May 26, 2021 11:09 AM