Page 481 of 646

FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Functie koppeling van stand
selectiehendel aan portier-
ontgrendeling
*1Uit Aan O – O
Functie koppeling portieront-
grendeling aan bestuur-
dersportierUit
*2Aan*2
O–O
Aan*3Uit*3
*1Instellingen die u alleen kunt wijzigen bij auto's met een automatische transmissie of
Multidrive CVT
*2Behalve auto's met een modelcode*4die een “W” of “X” als laatste letter heeft
*3Auto's met een modelcode*4die een “W” of “X” als laatste letter heeft
*4De modelcode staat vermeld op het typeplaatje. (→Blz. 464)
Herinneringsfunctie achterstoel (→blz. 118)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Herinneringsfunctie achter-
stoelAan Uit – O –
Smart entry-systeem met startknop*1en afstandsbediening (→blz. 112, blz. 135)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Werkingssignaal (alarmknip-
perlichten)*2Aan Uit O – O
Zoemervolume
*25Uit
O–O
1-7
Tijd tot na het ontgrendelen,
zonder dat een portier wordt
geopend, de portieren auto-
matisch weer worden ver-
grendeld30 seconden60 seconden
O–O
120 seconden
Waarschuwingszoemer ge-
opend portier (tijdens het
vergrendelen)Aan Uit – – O
*1Indien aanwezig
*2Sommige uitvoeringen
8.2 Persoonlijke voorkeursinstellingen
479
8
Voertuigspecificaties
Page 482 of 646

Smart entry-systeem met startknop*1(→blz. 135)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Smart entry-systeem met
startknopAan Uit O – O
Ontgrendelen portier met
Smart entry-systeem en
startknopAlle portierenBestuurderspor-
tierO–O
Aantal opeenvolgende por-
tiervergrendelingen2 keer
*2Zo veel als ge-
wenst*2––O
Zo veel als ge-
wenst
*32 keer*3
Tijd die verstrijkt voordat alle
portieren worden ontgren-
deld wanneer de portiergreep
van het bestuurdersportier
wordt vastgepakt
*4
Uit1,5 seconden
––O 2 seconden
2,5 seconden
*1Indien aanwezig
*2Auto's zonder supervergrendeling
*3Auto's met supervergrendeling
*4Deze instelling kan worden gewijzigd als de instelling Ontgrendelen portier met Smart
entry-systeem en startknop is ingesteld op “Bestuurdersportier”.
Afstandsbediening (→blz. 112)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Afstandsbediening Aan Uit – – O
OntgrendelenAlle portieren in
één keer ont-
grendelenStap 1: bestuur-
dersportier ont-
grendelen, stap
2: alle portieren
ontgrendelenO–O
De functie die de schakelaar
van de afstandsbediening
activeert bij het vergrendelen
van het portier (→blz. 125)
*
UitAAN (ontgrende-
len van alle por-
tieren)
––O
Aan (ontgrende-
len van alleen de
achterklep)
*Indien aanwezig
8.2 Persoonlijke voorkeursinstellingen
480
Page 483 of 646

Elektrisch bedienbare achterklep*1(→blz. 120)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Werking elektrisch bedien-
bare achterklepAan Uit – O –
Bediening van de toets elek-
trisch bedienbare achterklep
op het dashboardIngedrukt hou-
denEén keer kort
indrukken––O
Werking schakelaar
op de afstandsbedieningIngedrukt hou-
denEén keer kort
indrukken
––O Twee keer in-
drukken
Uit
Zoemervolume 31
–O–
2
Werking zoemer terwijl de
achterklep in beweging is
*2Uit Aan – – O
Openingshoek 51-4
–O–
Instelling ge-
bruiker
*3
Werking openen elektrisch
bedienbare achterklep als de
schakelaar achterklep ope-
nen ingedrukt wordtAan Uit – – O
Bekrachtigingsfunctie sluit-
systeem achterklepAan Uit – – O
Handsfree elektrisch bedien-
bare achterklep
*1, 4Aan Uit – O –
*1Indien aanwezig
*2De zoemer die klinkt als de achterklep in beweging komt kan niet worden uitgeschakeld.
(→Blz. 125)
*3De geopende positie wordt ingesteld met de toets van de elektrisch bedienbare
achterklep. (→Blz. 134)
*4Als de trekhaak is geplaatst, werkt de handsfree elektrisch bedienbare achterklep niet.
Ergonomisch geheugen
*(→blz. 143)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Functie die voorkomt dat de
hoofdsteun in contact komt
met het plafond (tijdens be-
wegen naar geheugenpositie)Aan Uit – – O
*Indien aanwezig
8.2 Persoonlijke voorkeursinstellingen
481
8
Voertuigspecificaties
Page 484 of 646

Buitenspiegels (→blz. 156)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Automatisch in- en uitklap-
pen*
Gekoppeld aan
het
vergrendelen/
ontgrendelen
van de portierenUit
––O Gekoppeld aan
bediening
startknop
*Indien aanwezig
Elektrisch bedienbare ruiten en schuifdak
*of panoramadak*(→blz. 158, blz. 161,
blz. 164)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Aan mechanische sleutel ge-
koppelde werking (openen)Uit Aan – – O
Aan mechanische sleutel ge-
koppelde werking (sluiten)Uit Aan – – O
Gekoppelde werking aan af-
standsbediening (openen)Uit Aan – – O
Gekoppelde werking aan af-
standsbediening (sluiten)Uit Aan – – O
Koppeling van werking aan
afstandsbediening (zoemer)Aan Uit – – O
Waarschuwingsfunctie zijrui-
ten openAan Uit – – O
Waarschuwingsfunctie
schuifdak openAan Uit – – O
*Indien aanwezig
Schuifdak
*(→blz. 161)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Automatische modus Aan Uit – – O
Openingsrichting bij aan
sleutel gekoppelde werkingSchuivenOmhoog kante-
len––O
Openingsrichting bij aan af-
standsbediening gekoppelde
werkingSchuivenOmhoog kante-
len––O
*Indien aanwezig
8.2 Persoonlijke voorkeursinstellingen
482
Page 485 of 646

Verlichting (→blz. 209)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Zoemer verlichting Aan Uit – – O
Automatische verlichting (→blz. 209)
FunctieStandaardinstel-
lingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Gevoeligheid lichtsensor StandaardHelderder
O–O Helder
Donker
Donkerder
Automatisch uitschakelsys-
teem verlichting
*1
Gekoppeld aan
bestuurderspor-
tierGekoppeld aan
bediening van
startknop––O
Tijd die verstrijkt voordat de
koplampen uitgaan (Exten-
ded Headlight Lighting)
*230 seconden60 seconden
––O 90 seconden
120 seconden
*1Behalve auto's met een modelcode*3die een “W” of “X” als laatste letter heeft
*2Auto's met een modelcode*3die een “W” of “X” als laatste letter heeft
*3De modelcode staat vermeld op het typeplaatje. (→Blz. 464)
Achterruitenwisser (→blz. 219)
FunctieStandaardinstel-
lingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Aan het openen van de ach-
terklep gekoppelde onder-
breking van de werking van
de achterruitenwisserUit Aan – – O
Ruitensproeiergekoppelde
werking achterruitenwisserAan Uit – – O
Schakelpositiegekoppelde
werking achterruitenwisser
(→blz. 220)Alleen één keerUit
––O
Continu
PCS (Pre-Crash Safety-systeem)*1(→blz. 226)
Functie Persoonlijke voorkeursinstellingABC
PCS (Pre-Crash Safety-
systeem)*2Aan, uit – O –
Afstellen timing waarschu-
wingVroeg, gemiddeld, laat – O –
*1Indien aanwezig
8.2 Persoonlijke voorkeursinstellingen
483
8
Voertuigspecificaties
Page 486 of 646

*2Het systeem wordt iedere keer wanneer het contact AAN wordt gezet automatisch
ingeschakeld.
LTA (Lane Tracing Assist)
*(→blz. 237)
Functie Persoonlijke voorkeursinstellingABC
Lane Centering-functie Aan, uit – O –
Gevoeligheid waarschuwing Hoog, standaard – O –
Waarschuwingsfunctie slin-
geren autoAan, uit – O –
Gevoeligheid waarschuwing
voor slingerenHoog, standaard, laag – O –
*Indien aanwezig
RSA (Road Sign Assist)
*1(→blz. 248)
Functie Persoonlijke voorkeursinstellingABC
RSA (Road Sign Assist)*2Aan, uit – O –
Meldingsmethode snelheids-
overschrijding
*3Geen melding, alleen weergave,
weergave en zoemer–O–
Meldingsniveau snelheids-
overschrijding2 km/h (1 mph), 5 km/h (3 mph),
10 km/h (5 mph)–O–
Meldingswijze inhaalverbodGeen melding, alleen weergave,
weergave en zoemer–O–
Andere meldingsmethode
(melding verboden in te rij-
den)
*4
Geen melding, alleen weergave,
weergave en zoemer–O–
*1Indien aanwezig
*2Het systeem wordt iedere keer wanneer het contact AAN wordt gezet automatisch
ingeschakeld.
*3Als de snelheidslimiet met aanvullend teken wordt overschreden, werkt de
waarschuwingszoemer niet.
*4Auto's met navigatiesysteem
Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik
*(→blz. 252)
Functie Persoonlijke voorkeursinstellingABC
Dynamic Radar Cruise Control
met Road Sign Assist*Aan/Uit – O –
*Indien aanwezig
8.2 Persoonlijke voorkeursinstellingen
484
Page 487 of 646

BSM (Blind Spot Monitor)*(→blz. 276)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
BSM (Blind Spot Monitor) Aan Uit – O –
Helderheid indicator in bui-
tenspiegelHelder Gedimd – O –
Timing waarschuwing voor
aanwezigheid van naderende
auto (gevoeligheid)
*GemiddeldVroeg
–O– Laat
Alleen wanneer
een auto wordt
gesignaleerd in
de dode hoek
*Indien aanwezig
RCTA (Rear Crossing Traffic Alert)
*1(→blz. 291)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
RCTA (Rear Crossing Traffic
Alert)Aan Uit – O –
Zoemervolume
*2Niveau 2Niveau 1
–O–
Niveau 3
*1Indien aanwezig
*2Deze instelling is gekoppeld aan het zoemervolume van de Toyota Parking
Assist-sensor.
Toyota Parking Assist-sensor
*1(→blz. 281)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursin-
stellingABC
Toyota Parking Assist-sensor Aan Uit – O O
Zoemervolume
*221
–OO
3
*1Indien aanwezig
*2Deze instelling is gekoppeld aan het zoemervolume van de RCTA-functie (Rear Crossing
Traffic Alert).
PKSB (Parking Support Brake)
*(→blz. 296)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursinstel-
lingABC
PKSB-functie (Parking Sup-
port Brake)Aan Uit – O –
*Indien aanwezig
8.2 Persoonlijke voorkeursinstellingen
485
8
Voertuigspecificaties
Page 488 of 646

Stop & Start-systeem*(→blz. 304)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursinstel-
lingABC
Wijzig de duur van het Stop &
Start-systeem wanneer de
airco is ingeschakeldStandaard Verlengd – O –
*Indien aanwezig
Automatische airconditioning
*(→blz. 336)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursinstel-
lingABC
Schakelen tussen buiten-
luchtmodus en de aan de
toets AUTO gekoppelde recir-
culatiemodusAan Uit O – O
Automatische bediening air-
coschakelaarAan Uit O – O
Schakelen naar de buiten-
luchtmodus als de auto ge-
parkeerd isAan Uit – – O
*Indien aanwezig
Verlichting (→blz. 345)
FunctieStandaardin-
stellingPersoonlijke
voorkeursinstel-
lingABC
Tijd die verstrijkt voordat de
interieurverlichting uitgaat15 secondenUit
O–O 7,5 seconden
30 seconden
Werking als het contact UIT
wordt gezetAan Uit – – O
Werking als de portieren wor-
den ontgrendeldAan Uit – – O
Werking wanneer u de auto
nadert terwijl u de elektroni-
sche sleutel bij u draagt
*1Aan Uit – – O
Voetenruimteverlichting
*2Aan Uit – – O
*1Alleen auto's met Smart entry-systeem en startknop
*2Indien aanwezig
Persoonlijke voorkeursinstellingen
auto
• Wanneer de functie koppeling van
portiervergrendeling aan rijsnelheid
en de functie koppeling van
portiervergrendeling aan standtransmissie allebei zijn ingeschakeld,
werkt de portiervergrendeling als
volgt.
– Als de auto wordt gestart terwijl alle
portieren zijn vergrendeld, werkt de
functie koppeling van rijsnelheid
aan portiervergrendeling niet.
8.2 Persoonlijke voorkeursinstellingen
486