Page 369 of 646
6.1 Onderhoud en verzorging........368
6.1.1 Reinigen en beschermen van het
exterieurvanuwauto.......368
6.1.2 Reinigen en beschermen van het
interieurvanuwauto .......371
6.2 Onderhoud...............373
6.2.1 Onderhoud en reparatie......373
6.3 Zelf uit te voeren onderhoud......374
6.3.1 Voorzorgsmaatregelen bij zelf uit
te voeren onderhoud.......374
6.3.2Motorkap.............376
6.3.3 Plaatsen van een garagekrik....377
6.3.4Motorruimte............378
6.3.5 Banden..............384
6.3.6 Bandenspanning..........391
6.3.7Velgen...............392
6.3.8 Interieurfilter...........393
6.3.9 Ruitenwisserrubber vervangen . .395
6.3.10 Batterij afstandsbediening/
elektronische sleutel.......398
6.3.11 Controleren en vervangen van
zekeringen............400
6.3.12 Lampen.............403
Onderhoud en verzorging6
367
Page 370 of 646

6.1 Onderhoud en
verzorging
6.1.1 Reinigen en beschermen
van het exterieur van uw auto
Voer het volgende uit om uw auto te
beschermen en in perfecte staat te
houden:
Reinigingsinstructies
• Spoel de auto van boven naar
beneden af met veel water en
verwijder zo vuil en stof van de
carrosserie, uit de wielkasten en van
de onderkant van de auto.
• Was de auto met een spons of een
zachte doek (bijv. een zeemlap).
• Verwijder hardnekkige vlekken met
een autowasmiddel en spoel grondig
af met water.
• Veeg overtollig water weg.
• Wanneer het water niet meer in
druppels op de lak blijft liggen, moet
de auto opnieuw in de was worden
gezet.
Zet de auto alleen in de was als de
carrosserie is afgekoeld.
Wassen in de wasstraat
• Voordat u de wasstraat inrijdt:
– Klap de spiegels in
– Schakel de elektrisch bedienbare
achterklep uit (indien aanwezig)
Begin met wassen vanaf de voorzijde
van de auto. Klap de spiegels weer uit
voordat u gaat rijden.
• Sommige borstels in wasstraten
kunnen krassen veroorzaken op de
carrosserie en andere onderdelen
(velgen, enz.), waardoor de lak van uw
auto wordt beschadigd.
• In sommige autowasserettes wordt de
achterspoiler mogelijk niet gereinigd.
Ook bestaat er mogelijk een
verhoogde kans op schade aan de
auto.Hogedrukreinigers
Spuit niet van dichtbij op de randen van
de portieren of de ruiten en blijf er niet
langdurig op spuiten, omdat er anders
water in het interieur terecht kan
komen.
Aanwijzingen voor het Smart
entry-systeem met startknop (auto's
met instapfunctie)
Als de portiergreep nat wordt terwijl de
elektronische sleutel zich binnen het
werkzame gebied bevindt, kan het
portier herhaaldelijk worden
vergrendeld en ontgrendeld. Volg in dat
geval de correctieprocedure hieronder
bij het wassen van de auto:
• Leg de sleutel op een afstand van ten
minste 2 m van de auto als u de auto
wast. (Zorg ervoor dat de sleutel niet
gestolen wordt.)
• Schakel de energiebespaarmodus van
de elektronische sleutel in om het
Smart entry-systeem met startknop
uit te schakelen. (→Blz. 136)
Velgen en wieldoppen (indien
aanwezig)
• Verwijder vuil onmiddellijk met een
neutraal reinigingsmiddel.
• Spoel het reinigingsmiddel direct na
het gebruik weg met water.
• Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht om de
lak tegen beschadiging te
beschermen.
– Gebruik geen zuurhoudende of
alkalische middelen of
schuurmiddelen.
– Gebruik geen harde borstels.
– Reinig de velgen niet met
reinigingsmiddelen als de velgen,
bijvoorbeeld na het rijden of
stilstaan bij warm weer, nog warm
zijn.
• Auto's met matgelakte velgen: De
velgen moeten op een andere manier
dan normale lichtmetalen velgen
worden onderhouden. Neem voor
6.1 Onderhoud en verzorging
368
Page 371 of 646

meer informatie contact op met een
erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
– Gebruik water om het vuil van de
auto te spoelen.
Als de auto bijzonder vuil is, gebruik
dan een verdund neutraal
reinigingsmiddel en verwijder het
vuil met de hand met een spons of
een zachte doek.
– Spoel het reinigingsmiddel direct na
het gebruik weg met water.
Spoel het reinigingsmiddel na
gebruik weg met water en veeg de
auto droog met een zachte doek.
• Auto's met matgelakte velgen: Neem
de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht om schade aan de matte lak te
voorkomen:
– Poets en boen niet met een droge
doek, borstel of iets dergelijks.
– Gebruik geen reinigingsmiddelen
die coatings of schuurmiddelen
bevatten.
– Zorg er bij het wassen van de auto in
een wasstraat voor dat er geen
wielborstels worden gebruikt.
– Gebruik geen hogedrukspuit of
stoomreiniger.
– Reinig de velgen niet met
reinigingsmiddelen als de velgen,
bijvoorbeeld na het rijden of
stilstaan bij warm weer, nog warm
zijn.
Remblokken en -klauwen
Als de auto geparkeerd wordt met
vochtige remblokken of remschijven, kan
er roest ontstaan waardoor de
remblokken of remschijven vast kunnen
komen te zitten. Alvorens de auto na een
wasbeurt te parkeren is het raadzaam
langzaam te rijden en het rempedaal een
aantal keren in te trappen om de
onderdelen te drogen.
Bumpers
Gebruik geen schuurmiddelen.Verchroomde delen
Als het vuil niet kan worden verwijderd,
reinig de onderdelen dan als volgt:
• Gebruik een zachte doek en sop met
ongeveer 5% neutraal
reinigingsmiddel om het vuil te
verwijderen.
• Veeg daarna het resterende vocht van
het leder af met een droge, schone
doek.
• Gebruik met alcohol natgemaakte
doekjes o.i.d. om olieresten te
verwijderen.
WAARSCHUWING!
Bij het wassen van de auto
Zorg dat er geen water in de
motorruimte komt. Anders kunnen de
elektrische componenten, enz. vlam
vatten.
Bij het wassen van de voorruit (auto's
met ruitenwissers met regensensor)
Zet de ruitenwisserschakelaar in de
stand OFF. Als de
ruitenwisserschakelaar in de stand
AUTO staat, kunnen de ruitenwissers in
de volgende gevallen onverwacht in
werking treden. Hierdoor kunnen uw
handen bekneld raken en kunt u ernstig
letsel oplopen, en hierdoor kunnen de
ruitenwisserbladen beschadigd raken.
AUit
BAUTO
• Wanneer het bovenste deel van de
voorruit waar de regensensor is
geplaatst met de hand wordt
aangeraakt
6.1 Onderhoud en verzorging
369
6
Onderhoud en verzorging
Page 372 of 646

WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Wanneer een natte doek of iets
dergelijks in de buurt van de
regensensor wordt gehouden
• Als iets tegen de voorruit stoot
• Als u het regensensorhuis aanraakt of
als iets in aanraking komt met de
regensensor
Voorzorgsmaatregelen met betrekking
tot de uitlaatpijpen
Uitlaatgassen zorgen ervoor dat de
uitlaatpijpen tamelijk heet worden.
Raak wanneer u de auto wast de
uitlaatpijpen niet aan totdat deze
voldoende zijn afgekoeld, aangezien het
aanraken van een hete uitlaatpijp
brandwonden kan veroorzaken.
Voorzorgsmaatregelen met betrekking
tot de achterbumper
Als de lak van de achterbumper is
geschilferd of bekrast, werken de
onderstaande systemen mogelijk niet
goed. Neem, als dit gebeurt, contact op
met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
• BSM (indien aanwezig)
• RCTA (indien aanwezig)
• PKSB (indien aanwezig)
• Toyota Parking Assist-sensor (indien
aanwezig)
OPMERKING
Aantasting van de lak en corrosie van
de carrosserie en onderdelen
(lichtmetalen velgen, enz.) voorkomen
• Was de auto zo spoedig mogelijk:
– Na het rijden in een kustgebied
– Na het rijden over gepekelde wegen
– Als er zich teer of boomsappen op
de lak bevinden
– Als er zich dode insecten, insecten-
of vogelpoep op de lak bevinden
– Na het rijden in gebieden waar
sprake is van veel rook, stof,
ijzerdeeltjes of chemische stoffen
OPMERKING(Vervolg)
– Als de auto erg vuil is geworden van
stof of modder
– Als er brandstof op de lak is gemorst
• Als de lak is geschilferd of bekrast, laat
deze dan direct herstellen.
• Verwijder vuil van de velgen en berg
ze op een droge plaats op om te
voorkomen dat de velgen tijdens de
opslag gaan corroderen.
Schoonmaken van de verlichting aan
de buitenzijde
• Was deze met de nodige
voorzichtigheid. Gebruik geen
organische oplosmiddelen en borstel
ze ook niet af met een harde borstel.
Dit kan het oppervlak van de lampen
beschadigen.
• Breng geen was aan op de lenzen. Was
kan het lampglas beschadigen.
Wassen in een wasstraat (auto's met
ruitenwissers met regensensor)
Zet de ruitenwisserschakelaar in stand
OFF. Als de ruitenwisserschakelaar in
stand AUTO staat, kunnen de
ruitenwissers in werking treden
waardoor de ruitenwisserbladen
beschadigd kunnen raken.
Reinigen met een hogedrukreiniger
• Stel de camera (indien aanwezig) of
de omgeving ervan tijdens het wassen
van de auto niet bloot aan sterke
waterstralen uit de hogedrukreiniger.
Door de kracht van de waterstralen
werkt het apparaat mogelijk niet
normaal.
• Spuit geen water rechtstreeks op de
radar die achter de afdekkap van de
radarsensor is aangebracht. Anders
kan het systeem beschadigd raken.
• Houd de sproeierkop uit de buurt van
hoezen (rubberen of kunststof
afdekkingen), stekkers en de volgende
onderdelen. Wanneer onderdelen in
aanraking komen met sterke
waterstralen, kunnen ze beschadigd
raken.
– Aan tractie gerelateerde onderdelen
– Onderdelen stuurinrichting
6.1 Onderhoud en verzorging
370
Page 373 of 646

OPMERKING(Vervolg)
– Onderdelen wielophanging
– Onderdelen remsysteem
• Houd de sproeierkop op ten minste
30 cm van de carrosserie. Anders
kunnen kunststof delen, zoals lijsten
en bumpers, vervormd of beschadigd
raken. Houd de sproeierkop ook niet
de hele tijd op dezelfde plek.
• Spuit niet continu met water op het
onderste gedeelte van de voorruit.
Daar bevindt zich de
luchtinlaatopening voor de
airconditioning en als daar water
doorheen komt, werkt de
airconditioning mogelijk niet goed.
• Reinig de onderzijde van de auto niet
met een hogedrukreiniger.
6.1.2 Reinigen en beschermen
van het interieur van uw auto
Reinig de onderdelen en materialen op de
daarvoor juiste wijze.
Beschermen van het interieur
• Verwijder vuil en stof met een
stofzuiger. Veeg vuile oppervlakken
schoon met een in lauw water
gedompelde doek.
• Als het vuil niet kan worden
verwijderd, verwijder het dan met een
zachte doek met water met ongeveer
1% reinigingsmiddel. Verwijder alle
sporen van het reinigingsmiddel en
water grondig met een schone,
vochtige doek.
Schoonmaken van de vloerbedekking
Er zijn verschillende reinigingsmiddelen
op schuimbasis in de handel verkrijgbaar.
Gebruik een spons of een borstel om het
schuim aan te brengen. Wrijf met elkaar
overlappende cirkels. Gebruik geen water.
Veeg vuile oppervlakken schoon en laat
ze drogen. Het beste resultaat wordt
verkregen als de vloerbedekking zo droog
mogelijk wordt gehouden.Omgaan met de veiligheidsgordels
Maak de veiligheidsgordels schoon met
een mild sop, lauw water en een doek of
spons. Controleer ook de gordels
regelmatig op overmatige slijtage, rafels
en scheuren.
WAARSCHUWING!
Water in de auto
• Mors geen vloeistof in het interieur
van de auto. Anders kunnen de
elektrische onderdelen en dergelijke
defect raken of vlam vatten.
• Voorkom dat onderdelen of de
bedrading van het airbagsysteem in
het interieur nat worden. (→Blz. 25)
Een elektrische storing kan ervoor
zorgen dat de airbags worden
geactiveerd of niet op de juiste wijze
werken, waardoor dodelijk of ernstig
letsel kan ontstaan.
• Auto's met draadloze lader: Laat de
draadloze lader (→blz. 358) niet nat
worden. Als dat wel gebeurt, kan de
lader oververhit raken, wat kan
leiden tot brandwonden of een
elektrische schok, waarbij dodelijk of
ernstig letsel kan ontstaan.
Reinigen van het interieur (met name
het dashboard)
Gebruik geen autowas of lakcleaner.
Het dashboard kan in de voorruit
worden weerkaatst; hierdoor kan het
gezichtsveld van de bestuurder worden
belemmerd wat een dodelijk of ernstig
ongeval tot gevolg kan hebben.
OPMERKING
Reinigingsmiddelen
• Gebruik de volgende
reinigingsmiddelen niet, omdat ze
verkleuring van het interieur of
strepen en beschadigingen van
gelakte oppervlakken kunnen
veroorzaken:
6.1 Onderhoud en verzorging
371
6
Onderhoud en verzorging
Page 374 of 646

OPMERKING(Vervolg)
– Behalve de stoelen: Organische
reinigingsmiddelen zoals
wasbenzine en terpentine,
alkalische of zuurhoudende
middelen, textielverf en
bleekmiddel
– Stoelen: Alkalische en
zuurhoudende middelen, zoals
thinner, wasbenzine en alcohol
• Gebruik geen autowas of lakcleaner.
Het dashboard of andere gelakte
delen van het interieur kunnen
beschadigd raken.
Voorkomen van beschadiging van
lederen bekleding
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht om
beschadiging en vroegtijdige slijtage
van lederen bekleding te voorkomen:
• Verwijder stof en vuil onmiddellijk van
de bekleding.
• Stel de auto niet langdurig bloot aan
direct zonlicht. Parkeer uw auto in de
schaduw, vooral bij warm weer.
• Leg geen vinyl of plastic voorwerpen
of artikelen die was bevatten op de
bekleding, aangezien ze bij hoge
temperaturen in het interieur mogelijk
aan het leer vast blijven kleven.
Water op de vloerbedekking
Was de vloerbedekking van de auto niet
met water. Water dat in contact komt
met elektrische onderdelen boven of
onder de vloerbedekking, kan schade
aan de verschillende systemen van de
auto veroorzaken, bijvoorbeeld aan het
audiosysteem. Water kan bovendien
roest aan de carrosserie veroorzaken.
Bij het reinigen van de binnenzijde van
de voorruit (auto's met Toyota Safety
Sense)
Zorg ervoor dat er geen ruitenreiniger
op de lens terechtkomt. Raak de lens ook
niet aan. (→Blz. 221)
OPMERKING(Vervolg)
Schoonmaken van de binnenzijde van
de achterruit
• Gebruik geen ruitenreiniger om de
achterruit schoon te maken. Anders
kunnen de verwarmingsdraden
beschadigd raken. Veeg de ruit
voorzichtig schoon met een doek en
lauw water. Maak de ruit in horizontale
richting schoon, evenwijdig aan de
verwarmingsdraden.
• Voorkom beschadiging van de
verwarmingsdraden.
Schoonmaken van lederen bekleding
• Verwijder vuil en stof met een
stofzuiger.
• Veeg overtollig vuil en stof weg met
een zachte doek die is bevochtigd met
een verdund reinigingsmiddel.
Gebruik sop met ongeveer 5%
wolreinigingsmiddel.
• Verwijder alle sporen van het
reinigingsmiddel grondig met een
schone, vochtige doek.
• Veeg daarna het resterende vocht van
het leder af met een droge, schone
doek. Laat de lederen bekleding
drogen in een geventileerde ruimte in
de schaduw.
Onderhoud van lederen bekleding
Om het interieur in een goede conditie te
houden, raadt Toyota u aan het ten
minste twee keer per jaar schoon te
maken.
Schoonmaken van kunstleder
• Verwijder vuil en stof met een
stofzuiger.
• Verwijder het met een zachte vochtige
doek met ongeveer 1%
reinigingsmiddel.
• Verwijder alle sporen van het
reinigingsmiddel en water grondig
met een schone, vochtige doek.
6.1 Onderhoud en verzorging
372
Page 375 of 646

6.2 Onderhoud
6.2.1 Onderhoud en reparatie
Om veilig en zuinig te kunnen rijden is het
van essentieel belang dat uw auto goed
verzorgd en onderhouden wordt. Toyota
raadt het onderstaande onderhoud aan.
Waar naartoe voor goed onderhoud?
Om uw auto in de best mogelijke staat te
houden, raadt Toyota u aan om alle
onderhoudswerkzaamheden, inspecties
en reparaties te laten uitvoeren door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. Laat door de garantie
gedekte reparaties en
servicewerkzaamheden uitvoeren door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur, die originele
Toyota-onderdelen gebruikt bij het
oplossen van eventuele problemen met
uw auto. Er kunnen ook voordelen aan
zitten om niet door de garantie gedekte
reparaties en servicewerkzaamheden te
laten uitvoeren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur,
omdat die u met zijn expertise kan helpen
eventuele problemen met uw auto op te
lossen.
Uw Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
voert alle onderhoudswerkzaamheden
aan uw auto betrouwbaar en tegen zo
laag mogelijke kosten uit, dankzij zijn
ervaring met Toyota's.
WAARSCHUWING!
Wanneer uw auto niet volgens de
voorschriften is onderhouden
Onjuist onderhoud kan ernstige schade
aan de auto en dodelijk of ernstig letsel
veroorzaken.
WAARSCHUWING!(Vervolg)
Omgaan met de accu
Accupolen, aansluitingen en
bijbehorende onderdelen bevatten
lood. Een loodvergiftiging kan een
hersenbeschadiging veroorzaken. Was
daarom na werkzaamheden altijd uw
handen. (→Blz. 381)
Periodiek onderhoud
Laat het onderhoud aan uw auto
uitvoeren volgens het
onderhoudsschema.
Zie het onderhouds- en garantieboekje
voor het onderhoudsschema.
Zelf uit te voeren onderhoud
Hoe zit het met zelf uit te voeren
onderhoud?
Als u een beetje technisch inzicht en wat
eenvoudig gereedschap hebt, zijn veel
onderhoudswerkzaamheden zelf uit te
voeren.
Houd er echter rekening mee dat voor
bepaalde werkzaamheden speciaal
gereedschap en kennis benodigd zijn. Dit
soort werkzaamheden kunt u beter
overlaten aan een deskundig monteur.
Zelfs als u een ervaren doe-het-
zelfmonteur bent, raden wij u aan om
reparaties en onderhoud door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
uit te laten voeren. Een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
houdt de onderhoudshistorie van uw
Toyota bij, wat handig kan zijn als u ooit
werkzaamheden moet laten uitvoeren die
onder de garantie vallen. Indien u de
service- of onderhoudswerkzaamheden
door een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
dan een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur laat uitvoeren,
raden wij u aan te vragen of de
onderhoudshistorie kan worden
bijgehouden.
6.2 Onderhoud
373
6
Onderhoud en verzorging
Page 376 of 646

Wanneer moet uw auto worden
gerepareerd?
Wees attent op veranderingen in de
prestaties en geluiden en op zichtbare
tekenen die erop wijzen dat onderhoud
noodzakelijk is. Een paar belangrijke
aanwijzingen zijn:
• De motor hapert, stottert of slaat over
• Een merkbaar verlies aan trekkracht
• Vreemde motorgeluiden
• Sporen van lekkage onder de auto (na
gebruik van de airconditioning is
waterlekkage echter normaal)
• Verandering in het uitlaatgeluid (dit
kan wijzen op een zeer gevaarlijk
koolmonoxidelek. Rijd met alle ruiten
open en laat het uitlaatsysteem
onmiddellijk controleren).
• Abnormaal zachte banden, ongewoon
veel bandengepiep bij het nemen van
bochten of ongelijkmatige
bandenslijtage
• De auto trekt naar één kant, terwijl u
rechtuitrijdt op een vlakke weg
• Vreemde geluiden die kennelijk in
verband staan met de bewegingen
van de wielophanging
• Verlies van remkracht; “sponzig”
aanvoelend rempedaal; het pedaal
kan bijna tot op de vloer worden
ingetrapt; scheeftrekken van de auto
bij remmen
• Koelvloeistoftemperatuur
voortdurend hoger dan normaal
(→blz. 75, blz. 79)
Als u een van deze zaken merkt, laat dan
uw auto zo snel mogelijk nakijken door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. Mogelijk moet uw auto
afgesteld of gerepareerd worden.6.3 Zelf uit te voeren
onderhoud
6.3.1 Voorzorgsmaatregelen bij
zelf uit te voeren onderhoud
Als u controles en
onderhoudswerkzaamheden uitvoert,
dient u dit precies te doen zoals in dit
hoofdstuk wordt beschreven.
Onderhoud
Onderwerp Benodigdheden
Staat van
de accu
(→blz. 381)■Vet
■Universele sleutel (voor
de bouten van de
accukabels)
Koelvloei-
stofniveau
(→blz. 380)■Toyota Super Long Life
Coolant of een
gelijkwaardige
hoogwaardige
koelvloeistof op basis
van ethyleenglycol en
organische zuren, zonder
silicaat, amine, nitriet en
boraat Toyota Super
Long Life Coolant is
voorgemixt met 50%
koelvloeistof en 50%
gedestilleerd water.
■Trechter (uitsluitend
voor het bijvullen van
koelvloeistof )
Motorolie-
peil
(→blz. 378)■Originele
Toyota-motorolie of
gelijkwaardig
■Doek of poetspapier
■Trechter (uitsluitend
voor het bijvullen van
motorolie)
Zekeringen
(→blz. 400)■Zekering met dezelfde
stroomsterkte als de
oorspronkelijke zekering
Lampen
(→blz. 403)■Lamp met hetzelfde
nummer en vermogen
als het oorspronkelijke
exemplaar
■Kruiskopschroevendraaier
■Sleufkopschroevendraaier
■Sleutel
6.2 Onderhoud
374