Page 129 of 332
i-Size-kinderzitjes
Zitplaats: Tweede buitenste(1)
i-Size-kinderzitjesi-U
(1)Voertuigen met i-size-markering. Zie “Locatie van de onderste verankering”.
Definitie van de in bovenstaande tabel gebruikte tekens:
i-U — Geschikt voor "universele" i-Size-kinderzitjes die in de rijrichting en achterstevoren geplaatst kunnen worden.
127
Page 130 of 332
Geschiktheid voor verschillende zitplaatsen
ENKELE CABINE
GewichtsklasseZitplaats
Voorste
passagiersstoelAanbevolen kinderzitjes Goedkeuringsnummer UN-R44
0 — tot 10 kg X — —
0+ — tot 13 kg X — —
1 — 9 tot 18 kg UF, LG 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor oostelijk
gebied): MZ314390E
G 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor
centraal.zuidelijk gebied): MZ314390CS
G 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor noordelijk
gebied): MZ314390NE4-03443416
DUO plus: MZ313045 E1-04301133
II en III — 15 tot 36 kg UF, L KIDFIX XP: MZ315025 E1-04301304
164)
78)
Definitie van de in bovenstaande tabel gebruikte tekens:
U — Geschikt voor "universele" kinderzitjes goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsklasse.
UF — Geschikt voor "universele" in de rijrichting geplaatste kinderzitjes goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsklasse.
X — Zitplaats niet geschikt voor kinderzitjes in deze gewichtsklasse.
128
VEILIGHEID
Page 131 of 332
Geschiktheid voor verschillende zitplaatsen
ANDERHALVE CABINE
GewichtsklasseZitplaats
Voorste passagiersstoelAanbevolen kinderzitjes Goedkeuringsnummer UN-R44
Ingeschakelde
airbagUitgeschakelde
airbag*
0 — tot 10 kg X U — —
0+ — tot 13 kg X U, L BABY-SAFE plus: MZ314393 E1-04301146
1 — 9 tot 18 kg X U, LG 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor
oostelijk gebied): MZ314390E
G 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor
centraal.zuidelijk gebied):
MZ314390CS
G 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor
noordelijk gebied): MZ314390NE4-03443416
DUO plus: MZ313045 E1-04301133
II en III — 15 tot
36 kgX U, L KIDFIX XP: MZ315025 E1-04301304
*Met passagiersairbag uitgeschakeld met behulp van de schakelaar passagiersairbag ON-OFF
129
Page 132 of 332
GewichtsklasseZitplaats
Buitenkant
achterbankAanbevolen kinderzitjes Goedkeuringsnummer UN-R44
0 — tot 10 kg X — —
0+ — tot 13 kg X BABY-SAFE plus: MZ314393 E1-04301146
1 — 9 tot 18 kg XG 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor oostelijk
gebied): MZ314390E
G 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor
centraal.zuidelijk gebied): MZ314390CS
G 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor noordelijk
gebied): MZ314390NE4-03443416
DUO plus: MZ313045 E1-04301133
II en III — 15 tot 36 kg X KIDFIX XP: MZ315025 E1-04301304
164)
78)
Definitie van de in bovenstaande tabel gebruikte tekens:
U — Geschikt voor "universele" kinderzitjes goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsklasse.
UF — Geschikt voor "universele" in de rijrichting geplaatste kinderzitjes goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsklasse.
X — Zitplaats niet geschikt voor kinderzitjes in deze gewichtsklasse.
130
VEILIGHEID
Page 133 of 332
Geschiktheid voor verschillende zitplaatsen
DUBBELE CABINE
GewichtsklasseZitplaats
Voorste passagiersstoelAanbevolen kinderzitjes Goedkeuringsnummer UN-R44
Ingeschakelde
airbagUitgeschakelde
airbag*
0 — tot 10 kg X U — —
0+ — tot 13 kg X U, L BABY-SAFE plus: MZ314393 E1-04301146
1 — 9 tot 18 kg X U, LG 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor
oostelijk gebied): MZ314390E
G 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor
centraal.zuidelijk gebied):
MZ314390CS
G 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor
noordelijk gebied): MZ314390NE4-03443416
DUO plus: MZ313045 E1-04301133
II en III — 15 tot
36 kgX U, L KIDFIX XP: MZ315025 E1-04301304
*Met passagiersairbag uitgeschakeld met behulp van de schakelaar passagiersairbag ON-OFF
131
Page 134 of 332
Zitplaats
GewichtsklasseBuitenkant
achterbankMiddenachter Aanbevolen kinderzitjes Goedkeuringsnummer UN-R44
0 — tot 10 kg U U — —
0+ — tot 13 kg U, L U, L BABY-SAFE plus: MZ314393 E1-04301146
1 — 9 tot 18 kg U, L U, LG 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor
oostelijk gebied): MZ314390E
G 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor
centraal.zuidelijk gebied):
MZ314390CS
G 0/1 S ISOFIX (Kinderzitje voor
noordelijk gebied): MZ314390NE4-03443416
DUO plus: MZ313045 E1-04301133
II en III — 15 tot
36 kgU, L X KIDFIX XP: MZ315025 E1-04301304
164)
77) 78) 79) 80)
Definitie van de in bovenstaande tabel gebruikte tekens:
U — Geschikt voor "universele" kinderzitjes goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsklasse.
UF — Geschikt voor "universele" in de rijrichting geplaatste kinderzitjes goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsklasse.
X — Zitplaats niet geschikt voor kinderzitjes in deze gewichtsklasse.
132
VEILIGHEID
Page 135 of 332

Installatie van een
kinderzitje aan de
onderste verankering
(kinderzitje met
ISOFIX-bevestiging) en
bevestigingsverankering
(dubbele cabine)
Locatie van de onderste
verankering
De achterbank van uw voertuig is
voorzien van verankeringen onderin om
een kinderzitje met ISOFIX-
bevestigingen aan vast te zetten.
type 1 (ISOFIX-markering)Type 2 (i-size-markering)
Locatie van de
bevestigingsverankering
Op het verticale paneel achter de
achterbank zitten twee
verankeringspunten voor kinderzitjes.
Deze zijn bedoeld om de
bevestigingsgordels van kinderzitjes op
de twee achterste zitplaatsen van uw
voertuig te bevestigen.
* — voorkant van het voertuig
165)
Kinderzitjes met
ISOFIX-bevestiging
(dubbele cabine)
Het veiligheidssysteem is ontworpen
voor kinderzitjes met verankeringen aan
de onderkant. Zet het kinderzitje vast
aan de onderste verankering.
Het kinderzitje hoeft niet te worden
vastgezet met de veiligheidsgordels van
het voertuig.
A. Aansluitingen kinderzitje
Monteren
1. Verwijder vreemde delen in of om de
aansluitingen en controleer of de
veiligheidsgordel van het voertuig naar
behoren is ingerold.
2. Verwijder de hoofdsteun van de
plaats waarop u het kinderzitje wilt
installeren. Raadpleeg "Hoofdsteunen".
208AHA106607
209AHA106229
210AHA104759
211AA0014302
133
Page 136 of 332

3. Druk de aansluitingen (A) van het
kinderzitje volgens de instructies van de
fabrikant van het kinderzitje in de
onderste verankeringen (B).
A. Aansluiting
B. Onderste verankering
Als uw kinderzitje een steunpoot heeft,
zorg er dan voor dat de steunpoot een
stabiele plaats op de vloer heeft.
Voer de stappen 4 t/m 8 uit als het
kinderzitje een bevestigingsgordel heeft.
Voer stap 8 uit als het kinderzitje geen
bevestigingsgordel heeft.
4. Laat de bevestigingsgordel (C) van
het kinderzitje door de opening tussende rugleuning van de achterbank en het
achterste paneel naar beneden zakken.
5. Klap de armleuning naar voren. Open
de twee bevestigingen (D) in de ruimte
waar de armleuning was opgeborgen.6. Open het binnenste deksel.
7. Steek uw hand in de opening van de
twee bevestigingen, bevestig de haak
(E) van de bevestigingsgordel aan de
verankering (F) van de bevestiging, en
trek de bevestigingsgordel goed strak.
Draai de haak opzij als het moeilijk is de
haak van de bevestigingsgordel vast te
haken.
212AHA106434
213AHA106610
214AHA106623
215AHA106636
216AHA106649
134
VEILIGHEID