Page 257 of 332

348)Controleer voordat een zekering
wordt vervangen, of de contactsleutel
verwijderd is en of alle stroomverbruikers
uitstaan en/of zijn ontkoppeld.
349)Als een hoofdzekering voor
veiligheidssystemen (airbagsysteem,
remsysteem), vermogenssystemen
(motorsysteem, transmissiesysteem) of de
stuurinrichting doorbrandt, neem dan
contact op met het Fiat Servicenetwerk.
BELANGRIJK
182)Als de motorruimte moet worden
gewassen, zorg er dan voor dat de
waterstraal niet rechtstreeks op de
zekeringenkast en de motor van de
ruitenwissers terechtkomt.
LAMPEN
VERVANGEN
350) 351) 352) 353) 354) 355) 356) 357) 358) 359) 360)
Zorg ervoor dat de lamp uitstaat,
voordat u hem vervangt. Raak het glas
van de nieuwe lamp niet met uw blote
vingers aan; het vet van uw huid dat
achterblijft op de lamp verdampt zodra
de lamp heet wordt en de damp
veroorzaakt condens op de reflector en
verduistert het oppervlak.
Opmerking Als u niet zeker weet hoe
het vereiste werk moet worden verricht,
raden we u aan een specialist te
raadplegen.
Pas op dat u de carrosserie niet krast
als u een lamp en de lens verwijdert.
Als het regent of als het voertuig is
gewassen, kan de binnenkant van de
lens beslaan. Dit is hetzelfde
verschijnsel als wanneer de ruiten
beslaan op een vochtige dag, en duidtniet op een problematische werking. Als
de lamp wordt ingeschakeld, verdwijnt
de condensatie door de warmte. Als
zich echter water in de lamp verzamelt,
raden we u aan de lamp te laten
nakijken.
Locatie en capaciteit van de lampen
Gebruik voor het vervangen van een
lamp, een nieuwe lamp met hetzelfde
wattage en dezelfde kleur. Wanneer u
een andere lamp installeert, kan de
lamp haperen of niet inschakelen en
brand in het voertuig veroorzaken.
Buiten
Voor
Behalve voor voertuigen met
HID-koplampen
1. Positielichten: 5 W (W5W)
2. Richtingaanwijzers voor: 21 W
(PY21W/P21W)
3. Koplampen, groot-/dimlicht: 60/55 W
(H4)
423AA0030717
424AHA104603
255
Page 258 of 332

4. Type 1 mistlampen voorzijde: 35 W
(H8) Dagrijlichten: 13 W (P13W) Type
2 Dagrijlichten: 13 W (P13W)
5. Richtingaanwijzers zijkant (op
spatbord) *1, *2: 5W
6. Richtingaanwijzers zijkant (op
buitenspiegels) *1
Voertuigen met HID-koplampen
1. Richtingaanwijzers voor: 21 W
(PY21W)
2. Positielichten/Dagrijlichten
3. Koplampen, groot-/dimlicht: 25 W
(D5S)
4. Mistlampen voorzijde: 19 W (H16)
5. Richtingaanwijzers zijkant (op
spatbord) *1, *2: 5W
6. Richtingaanwijzers zijkant (op
buitenspiegels) *1
*1: indien aanwezig.
*2: Laat de lampen vervangen bij een
Fiat Servicepunt.
Codes tussen aanhalingstekens duiden
het lamptype aan.
Opmerking Het is niet mogelijk alleen
de lamp van de richtingaanwijzers aan
de zijkant (op het spatbord) te repareren
of vervangen. Raadpleeg het Fiat
Servicenetwerk als de lampen moeten
worden gerepareerd of vervangen.
361)
Achter
1. Derde remlicht
2. Achter- en remlichten: 21/5 W
(P21/5W)
3. Richtingaanwijzers achter: 21 W
(PY21W)
4. Mistachterlicht (bestuurderszijde):
21W (P21W) Achteruitrijlichten: 21 W
(P21W)
5. Kentekenverlichting: 5 W (W5W)
Codes tussen aanhalingstekens duidenhet lamptype aan.
Voor de volgende lampen worden leds
in plaats van gloeilampen gebruikt.
Neem voor reparatie of vervanging
contact op met het Fiat Servicenetwerk.
Richtingaanwijzers zijkant (op
buitenspiegels)
Positielichten (Voertuigen met
HID-koplampen)
Dagrijlichten (Voertuigen met
HID-koplampen)
Derde remlicht
Binnen
1. Binnenverlichting achter: 8 W
2. Binnenverlichting en kaartleeslampjes
vóór*: 7,5 W
3. Dashboardkastverlichting: 1,4 W
Koplampen (halogeenlampen)
1. Verwijder bij vervanging van de lamp
aan de rechterzijde van het voertuig, de
klemmen (A) van het luchtfilter en
425AH4100040
426AHA106522
256
NOODGEVALLEN
Page 259 of 332
verplaats de bovenste afdekking (B)
richting de achterkant van het voertuig.
Rechte pijl vooruit geeft de
voorkant van het voertuig aan
Opmerking Verwijder, als u de
bovenste afdekking richting de
achterkant van het voertuig verplaatst,
de bedrading uit de haken van het
luchtfilter (C).
Rechte pijl vooruit geeft de
voorkant van het voertuig aanControleer na vervanging van de lamp
of alle scharnieren aan de voorkant van
het voertuig stevig vastzitten.
2. Maak de stekker (A) los.
3. Verwijder de afdekking (B).4. Haak de veer (1) los waarmee de
lamp is bevestigd en verwijder de lamp
uit de koplamp.
5. Volg dezelfde stappen in
omgekeerde volgorde om de lamp te
monteren.
Positielichten
1. Verwijder bij vervanging van de lamp
aan de linkerzijde van het voertuig, de
klem (A) van de spuitmond van het
427AHA103954
428AHZ100961
429AHZ100974
430AHA102771
431AHA102784
432AHA102797
257
Page 260 of 332

sproeierreservoir en verplaats de
spuitmond richting de achterkant van
het voertuig.
2. Draai de lampfitting linksom om hem
te verwijderen. Verwijder de lamp uit de
fitting door hem eruit te trekken.
3. Volg dezelfde stappen in
omgekeerde volgorde om de lamp te
monteren.Richtingaanwijzers voor
Behalve voor voertuigen met
HID-koplampen
1. Verwijder bij vervanging van de lamp
aan de linkerzijde van het voertuig, de
klem (A) van de spuitmond van het
sproeierreservoir en verplaats de
spuitmond richting de achterkant van
het voertuig.
2. Draai de lampfitting linksom om hem
te verwijderen. Verwijder de lamp uit de
fitting door hem in te drukken en
linksom te draaien.3. Volg dezelfde stappen in
omgekeerde volgorde om de lamp te
monteren.
Voertuigen met HID-koplampen
1. Verwijder bij vervanging van de lamp
aan de linkerzijde van het voertuig, de
klem (A) van de spuitmond van het
sproeierreservoir en verplaats de
spuitmond richting de achterkant van
het voertuig.
433AHA103967
434AHA102801
435AHA103967
436AHA102814
437AHA103967
258
NOODGEVALLEN
Page 261 of 332
2. Draai de lampfitting linksom om hem
te verwijderen. Verwijder de lamp uit de
fitting door hem in te drukken en
linksom te draaien.
3. Volg dezelfde stappen in
omgekeerde volgorde om de lamp te
monteren.
Mistlampen / Dagrijlichten (indien
aanwezig)
1. Steek een platte schroevendraaier
met een doek over de punt onder de
rand van de afdekking (A) en wrik er
voorzichtig mee om de afdekking te
verwijderen.2. Verwijder de 3 bouten (B) en
verwijder de lampeenheid.
Opmerking Zorg ervoor dat u niet
abusievelijk de stelschroef van de stand
van de koplampen (C) beweegt tijdens
het losdraaien van de schroeven van de
mistlamp.3. Draai de fitting linksom om hem te
verwijderen.
D. Mistlamp voorzijde
E. Dagrijlichten
4. Trek de lamp (G) uit terwijl u de lip (F)
ingedrukt houdt.
438AHA102827
439AHA102667
440AHA102670
441AHZ101056
442AA0112846
259
Page 262 of 332

* — Mistlampen
** — Dagrijlichten
5. Volg dezelfde stappen in
omgekeerde volgorde om de lamp te
monteren.
Combinatielichten achter
1. Open de achterklep (zie “Achterklep).
2. Verwijder de bouten (A) waarmee de
lampeenheid is bevestigd.3. Verplaats de lampeenheid richting de
achterkant van het voertuig en verwijder
de klemmen (B).
4. Verwijder iedere fitting- en
lampcombinatie door ze linksom te
draaien.
C. Achter- en remlicht - Verwijder de
lamp uit de fitting door hem in te
drukken en linksom te draaien.
D. Richtingaanwijzers achter - Verwijderde lamp door hem uit te trekken.
E. Mistachterlicht (bestuurderszijde)*/
Achteruitrijlicht - Verwijder de lamp door
hem uit te trekken.
5. Volg dezelfde stappen in
omgekeerde volgorde om de lamp te
monteren.
Lijn de pennen (F) en klem (G) voor de
montage van de lampeenheid uit met
de gaten (H) in de carrosserie.
Kentekenverlichting
1. Breng een rechte schroevendraaier in
de lampcombinatie aan en wrik er
voorzichtig mee om de combinatie te
verwijderen.
443AA0103202
444AHA102872
445AHA102885
446AHA102898
447AHA102902
260
NOODGEVALLEN
Page 263 of 332

Opmerking Wikkel een doek om de
punt van de schroevendraaier om de
lens en de carrosserie niet te krassen.
2. Verwijder de fitting- en
lampcombinatie tegelijkertijd door die
linksom te draaien, en verwijder de
lamp door hem uit te trekken.
3. Volg dezelfde stappen in
omgekeerde volgorde om de lamp te
monteren.Opmerking Breng voor de montage
van de lampeenheid de haak (A) rechts
van de lampeenheid eerst in de
carrosserie aan.
Binnenverlichting en kaartlees-
lampjes voorin (indien aanwezig)
1. Breng een rechte schroevendraaier in
de uitsparing van de lens aan en wrik er
voorzichtig mee om de lens te
verwijderen. Verwijder de lamp uit de
lamphouder.Opmerking Wikkel een doek om de
punt van de schroevendraaier om de
lens niet te krassen.
2. Volg dezelfde stappen in
omgekeerde volgorde om de lamp te
monteren.
Opmerking Lijn voor de montage van
de lens de 2 lipjes op de lens uit met de
gaten aan de voertuigkant.
Binnenverlichting achter — Type 1
1. Breng een rechte schroevendraaier in
de uitsparing van de lens aan en wrik er
voorzichtig mee om de lens te
verwijderen. Verwijder de lamp uit de
lamphouder.
448AHA102915
449AHA102928
450AHZ100639
451AHA102931
452AHA102944
261
Page 264 of 332

Opmerking Wikkel een doek om de
punt van de schroevendraaier om de
lens niet te krassen.
2. Volg dezelfde stappen in
omgekeerde volgorde om de lamp te
monteren.
Opmerking Lijn voor de montage van
de lens de 2 lipjes op de lens uit met de
gaten aan de voertuigkant.Opmerking Breng voor de montage
van de lens de twee lippen aan de ene
kant van de lens aan in de gaten aan de
voertuigkant, voordat de twee lippen
aan de andere kant van de lens in de
gaten aan de voertuigkant worden
aangebracht.
Binnenverlichting achter — Type 2
1. Breng een rechte schroevendraaier in
de uitsparing van de lens aan en wrik er
voorzichtig mee om de lens te
verwijderen. Verwijder de lamp uit de
lamphouder.Opmerking Wikkel een doek om de
punt van de schroevendraaier om de
lens niet te krassen.
2. Volg dezelfde stappen in
omgekeerde volgorde om de lamp te
monteren.
Opmerking Breng voor de montage
van de lens de twee lippen aan de ene
kant van de lens aan in de gaten aan de
voertuigkant, voordat de twee lippen
aan de andere kant van de lens in de
gaten aan de voertuigkant worden
aangebracht.
453AHA102957
454AHA102960
455AHZ101043
456AHA104645
262
NOODGEVALLEN