Page 481 of 819
5–55
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Gebruik van het aanraakpaneel
OPGELET
Oefen geen druk uit op het scherm en druk er niet met puntige voorwerpen tegen. Anders
bestaat de kans op beschadiging van het scherm.
OPMERKING
Om veiligheidsredenen is tijdens het rijden bediening van de middendisplay
uitgeschakeld. Echter items die niet in grijs worden getoond kunnen tijdens het rijden
bediend worden met behulp van de commanderschakelaar.
Page 482 of 819
5–56
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Basisbedieningsmethode
AANRAKEN & TIKKEN
1. Raak of tik het item aan dat op het scherm wordt getoond.
2. De bediening gaat van start en het volgende item wordt getoond.
SCHUIVEN
1. Raak het instellingsitem aan dat wordt getoond met een schuifbalk.
2. Raak de schuifregelaar met uw vinger aan en verplaats deze naar het gewenste niveau.
Page 483 of 819

5–57
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
V E G E N
1. Raak het scherm met uw vinger aan en beweeg het omhoog of omlaag.
2. Items die niet zichtbaar waren kunnen worden getoond.
Terugkeer naar het vorige scherm
1 . R a a k
aan.
Tonen van het thuisscherm
1 . R a a k
aan.
Thuisscherm
Pictogram Functie
Applicaties
Informatie zoals gemiddeld brandstofverbruik, onderhoud en waarschuwingen kunnen
worden geveri ¿ eerd.
Het schermdisplay kan verschillen afhankelijk van kwaliteit en speci ¿ catie.
Entertainment
Bedient audiobronnen zoals de radio en CD's. De meest recent gebruikte audiobron wordt
getoond. Een audiobron die op dat moment niet kan worden gebruikt wordt overgeslagen en
de voorheen gebruikte audiobron wordt getoond.
Selecteer voor het veranderen van de audiobron het
pictogram dat onderaan het scherm
wordt getoond.
Communicatie
Functies die verband houden met Bluetooth ® zijn beschikbaar.
Navigatie
Navigatiescherm wordt op de display getoond (modellen met navigatiesysteem).
Als de SD kaart voor het navigatiesysteem niet is ingestoken, wordt het kompas getoond
welke de rijrichting van de auto aangeeft.
Het is mogelijk dat wanneer de auto stilstaat of langzaam rijdt het kompas niet de juiste
richting aangeeft.
Instellingen
Algehele instellingen menu (zoals bijv. display, geluid, Bluetooth ® en taal).
Het schermdisplay kan verschillen afhankelijk van kwaliteit en speci ¿ catie.
Page 484 of 819

5–58
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Volume/Display/Geluid regelaars
CommanderschakelaarAudiobedieningsschakelaar
Volumeschakelaar
Volumeregelknop
Afstelling van het volume
Draai de volumeregelknop van
de commanderschakelaar. De
volumeschakelaar op het stuurwiel kan
ook worden ingedrukt.
Displayinstelling
Selecteer het
pictogram op het
thuisscherm voor het tonen van het
Instellingen scherm.
Selecteer het
tabblad om het item te
selecteren dat u wilt wijzigen.
Display UIT/Klok
De middendisplay kan uitgeschakeld
worden. Selecteer
om
de display uit te schakelen.
Wanneer
wordt
geselecteerd, wordt de middendisplay
uitgeschakeld en wordt de klok getoond.
De middendisplay kan als volgt weer terug
ingeschakeld worden:
Raak de middendisplay aan.
Bedien de commanderschakelaar. Dag/nacht (modus) scherm instellen
Het dag- of avondscherm kan worden
geselecteerd.
: Schakelt het scherm automatisch over
al naargelang de conditie van de
koplampverlichting
*1
: Dagscherm instellen
: Nachtscherm instellen
*1 Wanneer de verlichtingsdimmer wordt
uitgeschakeld, blijft de display constant
op dagscherm ingesteld.
Helderheidafstelling
Stel de helderheid van de middendisplay
af met behulp van de schuifregelaar.
Contrastafstelling
Stel het contrast van de middendisplay af
met behulp van de schuifregelaar.
Displayinstelling terugstellen
Alle scherminstelwaarden kunnen
teruggesteld worden op hun
begininstellingen.
1. Selecteer
.
2. Selecteer
.
Page 485 of 819

5–59
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Afstelling van het audiogeluid
Selecteer het pictogram op het thuisscherm
voor het tonen van het Instellingen scherm.
Selecteer het tabblad om het item te
selecteren dat u wilt wijzigen.
Aanduiding Instelwaarde
Bas
(Lage tonen)
zijde: Benadrukking
lage tonen
zijde: Vermindering van
de lage tonen
Treble
(Hoge tonen) zijde: Benadrukking
hoge tonen
zijde: Vermindering van
de hoge tonen
Fade
(Volumebalans voor/
achter) Voor: Verhoging
voorluidsprekervolume
Achter: Verhoging
achterluidsprekervolume
Balans
(Volumebalans links/
rechts) Rechts: Verhoging rechter
luidsprekervolume
Links: Verhoging linker
luidsprekervolume
Auto Level Contr *1
(Automatische afstelling
van het volume) Uit—Afstelling op zeven
niveaus
Bose
® Centerpoint *2
(Automatische afstelling
van het surroundniveau) Aan/Uit
Bose
® AudioPilot *2
(Automatische afstelling
van het volume) Aan/Uit
Pieptoon
(Audiobedieningsgeluid) Aan/Uit
*1 Standaard audio
*2 Bose
® geluidsinstallatie
Auto Level Contr (Automatische
afstelling van het volume)
De automatische niveauregeling (ALC)
is een functie die automatisch het
audiovolume en de geluidskwaliteit regelt
overeenkomstig de rijsnelheid. Het volume
neemt toe overeenkomstig de toename in
de rijsnelheid en neemt af al naargelang de
snelheid van de auto minder wordt.Bose
® Centerpoint (Automatische
afstelling van het surroundniveau)
Centerpoint
®*3 maakt het mogelijk dat
autobezitters hun bestaande CD's en
MP3's kunnen beluisteren met Bose
®
surroundgeluid.
Speciaal geconstrueerd met het oog op de
unieke eisen die worden gesteld aan het
reproduceren van surroundgeluid in een
auto.
Zet stereosignalen om in meervoudige
kanalen waardoor bij het reproduceren van
het geluid een grotere mate van precisie
wordt verkregen.
Een verbeterd algoritme voor het
gelijktijdig creëren van een breder, ruimer
geluidsveld.
*3 Centerpoint
® is een gedeponeerd
handelsmerk van Bose Corporation.
Bose
® AudioPilot (Automatische
afstelling van het volume)
Tijdens het rijden kunnen
achtergrondgeluiden het beluisteren van
muziek hinderen.
AudioPilot
®*4 technologie voor
geluidshindercompensatie stelt de muziek
continu af om te compenseren voor
achtergrondgeluid en rijsnelheid.
Dit reageert alleen op aanhoudende
geluidshinder en niet op geluidshinder die
zich met tussenpozen voordoet, zoals bij
snelheidsdrempels.
Een verbeterd DSP algoritme geeft
snellere en meer effectieve compensatie
bij afwijkende situaties, zoals bij het rijden
op een zeer oneffen wegdek of met hoge
snelheden.
*4 AudioPilot
® is een gedeponeerd
handelsmerk van Bose Corporation.
Page 486 of 819

5–60
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Bediening van de radio (Type C)
Radio AAN
Selecteer het
pictogram op het thuisscherm voor het tonen van het Amusementscherm.
Bij het selecteren van de gewenste radiogolfband, worden de volgende pictogrammen in het
onderste gedeelte van de middendisplay getoond.
AM/FM Radio
Pictogram Functie
Toont het Amusementmenu. Gebruik dit voor het overschakelen naar een andere audiobron.
Toont de zenderlijst.
Selecteer om de frequenties te tonen van in totaal tien radiozenders van
de lijst met voorkeuzezenders uit de automatische geheugenopslag.
Selecteer de gewenste frequentie.
Toont de Favorieten lijst. Lang indrukken voor het opslaan van de radiozender die op dat
moment wordt ontvangen.
U kunt ontvangbare radiozenders zoeken.
Het aftasten stopt bij elke zender gedurende ongeveer vijf seconden.
Selecteer nogmaals om de radiozender te blijven ontvangen.
U kunt de radiofrequentie handmatig veranderen.
Draai de commanderknop, verschuif het scherm of raak de radiofrequentie aan.
Druk op
of om de radiofrequentie stap voor stap te wijzigen.
Wanneer of lang wordt ingedrukt, verandert de radiofrequentie continu. Deze stopt
wanneer u uw hand van het pictogram of de commanderknop wegneemt.
Automatische selectie van radiozenders.
Wanneer deze lang wordt ingedrukt, verandert de radiofrequentie continu. Deze stopt
wanneer u uw hand van het pictogram of de commanderknop wegneemt.
Toont de geluidsinstellingen voor het afstellen van het audiokwaliteitsniveau.
Zie Volume/Display/Geluidsregelaars op pagina 5-58 .
Page 487 of 819

5–61
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Favorietenlijst radio
Voor meer bedieningsgemak kunnen
geselecteerde zenders worden
geregistreerd. In totaal kunnen 50 zenders
worden geregistreerd. De Favorietenlijst
omvat zowel AM als FM radiozenders.
Registreren onder Favorieten
Druk lang op het
pictogram om de
huidige radiozender te registreren. De
registratie kan ook worden uitgevoerd
door gebruik van onderstaande procedure.
1. Selecteer het
pictogram om de
favorietenlijst te tonen.
2. Selecteer
.
3. Selecteer ç .
4. De zender wordt toegevoegd onderaan
de Favorietenlijst.
OPMERKING
Als de accu wordt losgekoppeld, wordt
uw favorietenlijst niet gewist.
Selecteren van een radiozender uit de
Favorieten
1. Selecteer het
pictogram om de
favorietenlijst te tonen.
2. Selecteer de radiofrequentie om af te
stemmen op de radiozender.
Wissen van Favorieten
1. Selecteer het
pictogram om de
favorietenlijst te tonen.
2. Selecteer
.
3. Selecteer
.
4. Selecteer de radiofrequentie die u wilt
wissen.
5. Selecteer
. Veranderen van de volgorde van de
Favorietenlijst
1. Selecteer het
pictogram om de
favorietenlijst te tonen.
2. Selecteer
.
3. Selecteer
.
4. Selecteer een radiofrequentie. De
geselecteerde radiozender kan
verplaatst worden.
5. Verschuif de radiozender of verplaats
deze met behulp van de
commanderschakelaar en selecteer
vervolgens
.
Page 488 of 819

5–62
Interieurvoorzieningen
Audio-installatie
Bediening van de radio (Type D)
Radio AAN
Selecteer het
pictogram op het thuisscherm voor het tonen van het Amusementscherm.
Bij het selecteren van de gewenste radiogolfband, worden de volgende pictogrammen in het
onderste gedeelte van de middendisplay getoond.
AM/FM Radio
Pictogram Functie
Toont het Amusementmenu. Gebruik dit voor het overschakelen naar een andere audiobron.
Toont de lijst van ontvangbare RDS radiozenders (Alleen FM).
Toont de zenderlijst (Alleen AM).
Selecteer
om de frequenties te tonen van in totaal tien radiozenders van
de lijst met voorkeuzezenders uit de automatische geheugenopslag.
Selecteer de gewenste frequentie.
Toont de Favorieten lijst. Lang indrukken voor het opslaan van de radiozender die op dat
moment wordt ontvangen.
U kunt ontvangbare radiozenders zoeken.
Het aftasten stopt bij elke zender gedurende ongeveer vijf seconden.
Selecteer nogmaals om de radiozender te blijven ontvangen.
U kunt de radiofrequentie handmatig veranderen.
Draai de commanderknop, verschuif het scherm of raak de radiofrequentie aan.
Druk op
of om de radiofrequentie stap voor stap te wijzigen.
Wanneer of lang wordt ingedrukt, verandert de radiofrequentie continu. Deze stopt
wanneer u uw hand van het pictogram of de commanderknop wegneemt.
Schakelt de TA modus in en uit.
Automatische selectie van radiozenders.
Wanneer deze lang wordt ingedrukt, verandert de radiofrequentie continu. Deze stopt
wanneer u uw hand van het pictogram of de commanderknop wegneemt.
Toont het FM instellingenscherm (Alleen FM).
Aan/uit van alternatieve frequentie en Regio-vergrendeling kan worden ingesteld.
Toont de geluidsinstellingen voor het afstellen van het audiokwaliteitsniveau.
Zie Volume/Display/Geluidsregelaars op pagina 5-58 .