Page 449 of 610

• Vervang de batterij alleen door het
door de fabrikant aanbevolen type.
• Gooi batterijen niet weg, maar lever ze
in als KCA.
Batterij vervangen
1. Maak de borging los en verwijder de
mechanische sleutel.
2. Verwijder het kapje van de sleutel.
Gebruik het juiste formaat
schroevendraaier. Wanneer u
geforceerd wrikt, kan het kapje
beschadigd raken.
Omwikkel het uiteinde van de
sleufkopschroevendraaier met een
doek om schade aan de sleutel te
voorkomen.
3. Verwijder de lege batterij met een
kleine sleufkopschroevendraaier.
Bij het verwijderen van het kapje kan
de module van de elektronische
sleutel aan het kapje vastzitten,
waardoor de batterij niet zichtbaar is.
Verwijder in dat geval de module van
de elektronische sleutel om de batterij
te kunnen verwijderen.Plaats een nieuwe batterij met de
positieve aansluiting + naar boven.
4. Plaatsen: Herhaal de genoemde
stappen in omgekeerde volgorde.
WAARSCHUWING!
Voorzorgsmaatregelen met
betrekking tot de accu
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de
voorzorgsmaatregelen kan dodelijk of
ernstig letsel tot gevolg hebben.
• Slik de batterij niet in. Anders kunt u
chemische brandwonden oplopen.
• De elektronische sleutel is uitgerust
met een knoopcel, ook wel
knoopbatterij genoemd. Als een
batterij wordt ingeslikt, kan deze
binnen 2 uur ernstige chemische
brandwonden veroorzaken, met
dodelijk of ernstig letsel als gevolg.
• Houd nieuwe en gebruikte batterijen
buiten bereik van kinderen.
• Als het kapje niet goed kan worden
gesloten, gebruik de elektronische
sleutel dan niet en berg deze buiten
bereik van kinderen op. Neem
vervolgens zo snel mogelijk contact
op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
• Als u per ongeluk een batterij inslikt
of een batterij in een deel van uw
lichaam plaatst, roep dan
onmiddellijk medische hulp in.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
447
7
Onderhoud en verzorging
Page 450 of 610

WAARSCHUWING!(Vervolgd)
Voorkomen dat de batterij ontploft of
brandbare vloeistoffen of gassen
vrijkomen
• Vervang de batterij door een nieuw
exemplaar van hetzelfde type. Als
een verkeerd type batterij wordt
gebruikt, kan deze ontploffen.
• Stel batterijen niet bloot aan een
extreem lage druk als gevolg een
grote hoogte of extreem hoge
temperaturen.
• Verbrand een batterij niet en breek of
snijd hem niet open.
Verklaring voor de elektronische
sleutelbatterij
WAARSCHUWING
ALS DE BATTERIJ DOOR EEN ONJUIST
TYPE BATTERIJ WORDT VERVANGEN,
KAN EEN EXPLOSIE OPTREDEN. GOOI
BATTERIJEN NIET WEG, MAAR LEVER
ZE IN ALS KCA.
OPMERKING
Bij het vervangen van de accu
Gebruik het juiste formaat
sleufkopschroevendraaier. Het
uitoefenen van overmatige kracht kan
ervoor zorgen dat het klepje vervormt of
beschadigd raakt.
Voor een goede werking na het
vervangen van de batterij
Houd u aan de volgende
voorzorgsmaatregelen om ongevallen te
voorkomen:
• Zorg altijd dat uw handen droog zijn.
Door vocht kan de batterij gaan
corroderen.
• Voorkom dat andere onderdelen in de
afstandsbediening worden
aangeraakt of bewogen.
• Verbuig de aansluitingen van de
batterij niet.
7.3.13 Controleren en vervangen
van zekeringen
Als een bepaalde stroomverbruiker niet
werkt, kan het zijn dat een zekering is
doorgebrand. Controleer in dat geval de
desbetreffende zekering en vervang deze
indien nodig.
Controleren en vervangen van
zekeringen
1. Zet het contact UIT.
Controleer of de laadstekker niet is
aangesloten. Gebruik de op afstand
bedienbare airconditioning niet
tijdens de procedure.
2. Open het deksel van de
zekeringenkast.
Motorruimte: zekeringenkast type A
Druk de klauwen
AenBin om de
borging helemaal ongedaan te maken
en verwijder het deksel.
Motorruimte: zekeringenkast type B
Druk de klauwen
AenBin om de
borging helemaal ongedaan te maken
en verwijder het deksel.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
448
Page 451 of 610
Linkerzijde dashboard
Auto's met linkse besturing: Verwijder
de klep.
Auto's met rechtse besturing: Druk de
borglip in om de afdekkap te
verwijderen en verwijder vervolgens
de klep.
Rechterzijde bagageruimte
Open de afdekplaat. (→Blz. 390) Druk
de klauwen
AenBin om de
borging helemaal ongedaan te maken
en verwijder het deksel.3. Verwijder de zekering.
Alleen zekering type A kan worden
verwijderd met de zekeringtrekker.
4. Controleer of de zekering is
doorgebrand.
Vervang de doorgebrande zekering
door een nieuwe zekering met de
juiste stroomsterkte. Deze staat
vermeld op het deksel van de
zekeringenkast.
Ty p e A
AGoede zekering
BDefecte zekering
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
449
7
Onderhoud en verzorging
Page 452 of 610

Ty p e B
AGoede zekering
BDefecte zekering
Ty p e C
AGoede zekering
BDefecte zekering
Na het vervangen van een zekering
• Controleer bij het plaatsen van het
deksel of de borglip goed vastzit.
• Als na het vervangen van de zekering
de verlichting nog niet werkt, kan het
zijn dat de lamp moet worden
vervangen. (→Blz. 451)
• Laat, als de nieuwe zekering direct
doorbrandt, de auto controleren door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.Als de stroomafname van een circuit te
groot is
De zekeringen zullen doorbranden
voordat de bedrading van de auto
onherstelbaar beschadigd raakt.
Bij het vervangen van een elektronisch
onderdeel, zoals verlichting, enz.
Toyota raadt u aan om originele
Toyota-producten te gebruiken, die
speciaal voor deze auto ontworpen zijn.
Doordat bepaalde lampen in verbinding
staan met circuits die zijn ontworpen om
overbelasting te voorkomen, kunnen
niet-originele onderdelen of onderdelen
die niet voor deze auto ontworpen zijn
onbruikbaar zijn.
WAARSCHUWING!
Voorkomen van storingen en het
ontstaan van brand
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht. Het niet
in acht nemen van de
voorzorgsmaatregelen kan resulteren
in schade aan de auto, brand en ernstig
letsel.
• Monteer nooit een zekering voor een
hogere stroomsterkte dan
aangegeven, of een stukje metaal.
• Gebruik altijd een originele
Toyota-zekering of een
gelijkwaardige zekering. Vervang de
zekering nooit door een stukje draad
of metaal, ook niet tijdelijk.
• Breng geen wijzigingen aan de
zekeringen of de zekeringenkasten
aan.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
450
Page 453 of 610

OPMERKING
Voordat u een zekering vervangt
Laat de oorzaak van de te grote
stroomafname zo snel mogelijk
vaststellen en repareren door een
erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Voorkomen van beschadigingen aan
het deksel van de zekeringenkast in de
motorruimte
Maak bij het openen van de
zekeringenkast de borgingen van de
klauw volledig los alvorens het deksel op
te tillen. Anders kunnen de klauwen
beschadigd raken.
7.3.14 Lampen
U kunt de onderstaande lampen
desgewenst zelf vervangen. Sommige
lampen zijn eenvoudiger te vervangen
dan andere lampen. Aangezien de
onderdelen beschadigd zouden kunnen
raken, raden wij u aan om de vervanging
te laten uitvoeren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
Zorg voor een nieuwe lamp
Controleer het vermogen van de defecte
lamp. (→Blz. 518)
Plaats lamp
Buitenspiegels
AInstapverlichting spiegelvoet (indien
aanwezig)
Achter
ARichtingaanwijzers achter
BAchteruitrijlichten
Lampen die vervangen moeten worden
door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
• Koplampen
• Richtingaanwijzers voor
• Dagrijverlichting
• Parkeerlichten voor
• Mistlampen voor
• Richtingaanwijzers opzij
• Achterlichten
• Remlichten
• Mistachterlicht
• Derde remlicht
• Kentekenplaatverlichting
Ledlampen
Behalve de onderstaande lampen zijn de
lampen voorzien van een aantal leds. Laat
een defecte led vervangen door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
• Richtingaanwijzers achter
• Achteruitrijlichten
• Instapverlichting spiegelvoet (indien
aanwezig)
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
451
7
Onderhoud en verzorging
Page 454 of 610

Condensvorming aan de binnenzijde
van het lampglas
Het tijdelijk beslaan van de binnenzijde
van het koplampglas is normaal. Neem
in de volgende gevallen contact op met
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige voor meer informatie:
• Als er erg veel condens aan de
binnenzijde van het koplampglas zit.
• Als de binnenzijde van de koplamp nat
is en blijft.
Bij het vervangen van een elektronisch
onderdeel, zoals verlichting, enz.
→Blz. 450
Lampen vervangen
Richtingaanwijzers achter
1. Open de achterklep en verwijder de
afdekkap.
2. Verwijder de schroeven en de
lichtunit.
Verwijder de lichtunit door deze naar
achteren te trekken.3. Draai de lamphouder linksom.
4. Verwijder de lamp.
5. Plaats een nieuwe lamp en vervolgens
de lamphouder in de lichtunit door de
lamphouder erin te steken en deze
rechtsom te draaien.
6. Breng de groeven van de lichtunit in
lijn met de klauwen en plaats de
lichtunit recht, zodat de pen op de
lichtunit in de opening past.
Controleer of de lichtunit goed
vastzit.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
452
Page 455 of 610
7. Plaats de schroeven.
8. Plaats het kapje.Achteruitrijlichten
1. Open de achterklep en verwijder de
afdekkap.
Omwikkel het uiteinde van de
schroevendraaier met een doek om
schade aan het afdekplaatje te
voorkomen.
2. Draai de lamphouder linksom.
Verwijder de kabel uit de clip alvorens
de lamphouder te draaien.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
453
7
Onderhoud en verzorging
Page 456 of 610
3. Verwijder de lamp.
4. Plaats een nieuwe lamp.
5. Plaats de lamphouder in de lichtunit
door de lamphouder erin te steken en
deze rechtsom te draaien.
Zet na het plaatsen van de
lamphouder de kabel weer vast in de
clip.6. Plaats het kapje.
Instapverlichting spiegelvoet (indien
aanwezig)
1. Druk op het bovenste gedeelte van de
buitenspiegel om het spiegelglas naar
boven te kantelen en neem de vier
lippen achter de spiegel los.
Beweeg het spiegelglas naar u toe en
maak twee lippen tegelijk los.
Wees voorzichtig en laat het
spiegelglas niet vallen.
2. Neem de stekkers achter het
spiegelglas los en verwijder het
spiegelglas.
Controleer de stekkers om te
voorkomen dat u ze bij het
terugplaatsen verkeerd om aansluit.
Wees voorzichtig en laat het
spiegelglas niet vallen.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
454