Page 145 of 889
3–45
Alvorens te gaan rijden
Brandstof en emissie
Afsluitklep van brandstoftankdop
Trek aan de interieur-ontgrendelknop voor
de afsluitklep van de brandstoftankdop om
de afsluitklep te openen.
Om te sluiten, tegen de afsluitklep van de
brandstofvuldop duwen totdat deze goed
vergrendelt.
Ontgrendeling voor afsluitklep brandstoftankdop
Brandstoftankdop
Draai voor het verwijderen van de
brandstoftankdop deze linksom.
Bevestig de verwijderde dop aan de
binnenzijde van de afsluitklep.
Draai voor het sluiten van de
brandstoftankdop deze rechtsom totdat u
een klik hoort.
Openen
Sluiten
Page 146 of 889

3–46
Alvorens te gaan rijden
Stuurwiel
*Bepaalde modellen.
S t u u r w i e l
WAARSCHUWING
Nooit tijdens het rijden het stuurwiel
afstellen:
Het is gevaarlijk wanneer u tijdens
het rijden het stuurwiel probeert af
te stellen. Bij het bewegen van de
stuurkolom is de kans groot dat u het
stuurwiel plotseling naar links of rechts
draait. Hierdoor zou u de macht over
het stuur kunnen verliezen, hetgeen tot
ongelukken kan leiden.
Afstelling van het stuurwiel
Veranderen van de hoek of de lengte van
het stuurwiel:
1. Breng de auto tot stilstand en trek
vervolgens de ontgrendelhendel onder
de stuurkolom naar beneden.
Ontgrendelhendel 2. Verander de hoek van het stuurwiel en/
of stel de lengte van de stuurkolom
af tot in de gewenste posities en duw
vervolgens de hendel omhoog om de
stuurkolom te vergrendelen.
3. Probeer alvorens te gaan rijden het
stuurwiel omhoog en omlaag te duwen
om te controleren of dit vergrendeld is.
Verwarmd stuurwiel *
De handgrepen aan de linker- en
rechterzijde van het stuurwiel kunnen
verwarmd worden.
Stuurwielverwarmingsschakelaar
Verwarmd
gedeelte
Het contact moet op ON staan.
Druk op de schakelaar om de
stuurwielverwarming in te schakelen.
De stuurwielverwarming functioneert
gedurende ongeveer 30 minuten en wordt
dan automatisch uitgeschakeld.
Wanneer de verwarming in werking is
brandt het indicatielampje.
Druk nogmaals op de schakelaar om de
stuurwielverwarming uit te schakelen
alvorens de 30 minuten zijn verstreken.
Page 147 of 889
3–47
Alvorens te gaan rijden
Stuurwiel
OPGELET
De volgende soort van personen moeten
voorzichtig zijn en het stuurwiel niet
aanraken. Anders kan dit een lage
temperatuur brandwond veroorzaken.
Baby's, kleine kinderen, ouderen en
gehandicapten
Personen met een gevoelige huid
Personen die buitengewoon vermoeid
zijn
Personen die onder invloed zijn
Personen die slaapverwekkende
medicijnen gebruiken zoals
slaaptabletten of medicijnen tegen
verkoudheid
Page 148 of 889

3–48
Alvorens te gaan rijden
Spiegels
*Bepaalde modellen.
S p i e g e l s
Stel alvorens te gaan rijden de binnen- en
buitenspiegels af.
Buitenspiegels
WAARSCHUWING
Kijk daarom steeds over uw schouder
achterom alvorens van rijbaan te
veranderen:
Objecten die in deze bolle spiegel
worden waargenomen lijken dichterbij
dan zij in werkelijkheid zijn. Het
is gevaarlijk wanneer u bij het
veranderen van rijbaan geen rekening
houdt met de werkelijke afstand van
het voertuig dat in de spiegel wordt
waargenomen. Dit kan een ernstig
ongeluk tot gevolg hebben.
OPMERKING
(Groothoekspiegel bestuurderszijde * )
Het oppervlak van de
groothoekspiegel is voorzien van
twee krommingen, gescheiden door
een scheidslijn die het lensoppervlak
verdeeld in een buitenste en een
binnenste gebied. Het binnenste
gebied is een standaard convexe
spiegel, terwijl het buitenste gebied
een breder zicht geeft binnen
hetzelfde bereik. Deze combinatie
geeft bij het veranderen van rijbaan
een betere garantie.
Scheidslijn
De waargenomen afstand van
objecten in het buitenste en binnenste
gebied van de groothoekspiegel is
verschillend. Objecten die in het
buitenste gebied verschijnen zijn in
werkelijkheid verder weg dan dat zij
in het binnenste gebied lijken te zijn.
Page 149 of 889

3–49
Alvorens te gaan rijden
Spiegels
Afstellen van de elektrisch bedienbare
spiegel
Het contact dient op ACC of ON te staan.
Stel als volgt af:
1. Draai de spiegelschakelaar naar links
of rechts
voor het kiezen van de
linker of de rechter zijspiegel.
2. Druk de spiegelschakelaar in de
gewenste richting.
Middenpositie
Spiegelschakelaar
Na het afstellen van de spiegel, de stand
vergrendelen door de schakelaar naar de
middenpositie te draaien.
Inklapbare buitenspiegel
WAARSCHUWING
Alvorens te gaan rijden, de
buitenspiegels steeds in de normale
rijstand terugzetten:
Rijden met de buitenspiegels ingeklapt
is gevaarlijk. Uw achteruitzicht is
dan beperkt, hetgeen ongelukken kan
veroorzaken. Handbediende inklapbare buitenspiegel
Klap de buitenspiegel voorzichtig naar
achteren, zodat deze plat tegen de wagen
komt te staan.
Elektrisch bediende inklapbare
buitenspiegels
WAARSCHUWING
De elektrisch bediende inklapbare
buitenspiegel niet aanraken wanneer
deze in beweging is:
Aanraken van een elektrisch bediende
inklapbare buitenspiegel wanneer deze
in beweging is, is gevaarlijk. Uw hand
kan klemraken en gewond raken of de
spiegel kan worden beschadigd.
Gebruik de elektrische
inklapschakelaar om de spiegel in de
rijklaarstand te zetten:
Het met de hand in de rijstand zetten
van de elektrisch bediende inklapbare
buitenspiegel is gevaarlijk. De spiegel
zal niet in positie vergrendelen en
zal het verkrijgen van een goed
achteruitzicht verhinderen.
Page 150 of 889

3–50
Alvorens te gaan rijden
Spiegels
*Bepaalde modellen.
WAARSCHUWING
Bedien de elektrisch bediende
inklapbare buitenspiegel uitsluitend
wanneer de auto veilig geparkeerd is:
Bediening van de elektrisch bediende
inklapbare buitenspiegel tijdens het
rijden is gevaarlijk. Windkracht die
tegen de spiegel drukt zal de spiegel
doen terugklappen en u zult de spiegel
dan niet meer in de rijstand kunnen
terugzetten, waardoor het verkrijgen
van een goed achteruitzicht verhinderd
wordt.
Het contact dient op ACC of ON te staan.
Ty p e A
Voor inklappen, de schakelaar draaien.
Voor het terugzetten van de spiegel
in de rijstand, de schakelaar naar de
middenpositie draaien.
Middenpositie
Ty p e B
Druk voor het inklappen van de spiegels
tegen de onderkant
van de schakelaar.
Druk om de spiegels in de rijstand terug te
zetten tegen de bovenkant
van de
schakelaar.
Inklappen
Uitklappen
Automatisch inklapmechanisme
*
Het automatisch inklapmechanisme werkt
wanneer het contact op ACC of OFF wordt
gezet.
Wanneer de schakelaar van de automatisch
inklapbare buitenspiegel naar de stand
AUTO wordt gedrukt (neutraalstand),
worden de buitenspiegels automatisch
in- en uitgeklapt wanneer de portieren
vergrendeld en ontgrendeld worden.
Ook wanneer het contact op ON wordt
gezet of de motor wordt gestart, worden de
buitenspiegels automatisch uitgeklapt.
Page 151 of 889

3–51
Alvorens te gaan rijden
Spiegels
*Bepaalde modellen.
OPMERKING
Bij koude weersomstandigheden is
het mogelijk dat de buitenspiegels niet
automatisch in- en uitgeklapt worden.
Als de buitenspiegels niet automatisch
in- en uitgeklapt worden, alle ijs en
sneeuw verwijderen en vervolgens de
boven- of onderkant van de schakelaar
van de automatisch inklapbare
buitenspiegel indrukken om de
buitenspiegels in- of uit te klappen.
Gebruik van de elektrische
ruitbediening bij stopgezette motor
*
De buitenspiegels kunnen gebruikt worden
gedurende ongeveer 40 seconden nadat het
contact vanuit ON op uit is gezet.
Binnenspiegel
WAARSCHUWING
Stapel nooit lading of voorwerpen
hoger op dan de rugleuningen:
Lading die hoger wordt opgestapeld
dan de rugleuningen is gevaarlijk.
Dit kan uw uitzicht in de
achteruitkijkspiegel belemmeren,
waardoor het gevaar bestaat dat u
bij het veranderen van rijbaan een
voertuig raakt dat zich naast u bevindt.
Afstellen van de binnenspiegel
Stel alvorens te gaan rijden de
binnenspiegel af op het midden van het
achteruitzicht door de achterruit.
OPMERKING
Voer bij de handbediende dag/nacht
spiegel de afstelling uit met de dag/nacht
hendel in de dagstand.
Page 152 of 889
3–52
Alvorens te gaan rijden
Spiegels
Verminderen van verblinding door
koplampen
Handbediende dag/nacht spiegel
Duw bij het rijden overdag de dag/
nacht hendel naar voren. Trek de hendel
naar achteren om verblinding door
de koplampen van achteropkomende
voertuigen te verminderen.
Dag/nacht hendel
Dag Nacht
Automatische dimspiegel
De automatische dimspiegel vermindert
automatisch verblinding door de
koplampen van achteropkomende
voertuigen wanneer het contact op ON
staat.
OPMERKING
Gebruik geen glasreiniger en hang
geen voorwerpen op of rondom
de lichtsensor. Anders wordt de
gevoeligheid van de lichtsensor
verminderd en kan deze niet normaal
functioneren.
Lichtsensor
De automatische dimfunctie wordt
geannuleerd wanneer het contact op
ON staat en de versnellingshendel/
keuzehendel de achteruit (R) staat.