Page 9 of 274
Versies met digitaal display
Lampjes
enzijn alleen beschikbaarop diesel versies.
A. Snelheidsmeter B. Brandstofmeter met reservelampje C. Koelvloeistoftemperatuurmeter met waarschuwingslampje
oververhitting D. Toerenteller E. Digitaal display
fig. 3F0T0800
5
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 10 of 274
Versies met multifunctioneel display
Lampjes
enzijn alleen beschikbaarop diesel versies.
A. Snelheidsmeter B. Brandstofmeter met reservelampje C. Koelvloeistoftemperatuurmeter met waarschuwingslampje
oververhitting D. Toerenteller E. Multifunctioneel display
fig. 4F0T0803
6
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 11 of 274
Versies met multifunctioneel display
Lampjes
enzijn alleen beschikbaarop diesel versies.
A. Snelheidsmeter B. Brandstofmeter met reservelampje C. Koelvloeistoftemperatuurmeter met waarschuwingslampje
oververhitting D. Toerenteller E. Multifunctioneel display
fig. 5F0T0801
7
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 12 of 274

SYMBOLEN
Op of in de nabijheid van enkele onderdelen van uw
auto zijn plaatjes met een bepaalde kleur aangebracht
met daarop symbolen die uw aandacht vragen en
die voorzorgsmaatregelen aangeven die u in acht
moet nemen, als u met het betreffende onderdeel te
maken krijgt.
Op de binnenbekleding van de motorkap bevindt zich
een plaatje met een korte samenvatting van de
symbolen.
FIAT CODE
Dit is een elektronisch startblokkeersysteem voor
een nog betere bescherming tegen diefstal van
de auto. Het wordt automatisch ingeschakeld door
de sleutel uit het contactslot te nemen.
Als u bij het starten van de motor de sleutel in stand
MARdraait, stuurt het Fiat CODE-systeem een
code naar de regeleenheid van de motor die, als de
code wordt herkend, de blokkering van de functies
opheft.
Als bij het starten de code niet wordt herkend, gaat
op het instrumentenpaneel het waarschuwingslampje
branden.
Draai in dat geval de contactsleutel in de stand
STOPen vervolgens in de standMAR; Als
de blokkering niet wordt opgeheven, moet opnieuw
een startpoging worden ondernomen met de andere,
bijgeleverde, sleutels. Als de motor nog niet
aanslaat, wendt u dan tot het Fiat Servicenetwerk.
BELANGRIJK Elke sleutel heeft een eigen code,
die in de regeleenheid van het systeem moet worden
opgeslagen. Wendt u voor het opslaan van maximaal
8 nieuwe sleutels tot het Fiat Servicenetwerk.
Als het lampje
tijdens het rijden gaat
branden
Als het lampje(of het symbool op het display)
gaat branden, betekent dit dat het systeem zichzelf
controleert (bijv. bij een vermindering van de
spanning). Draai, als u de auto voor het eerst
8
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 13 of 274

stilzet, de sleutel in de stand STOP en daarna in de
stand MAR: als er geen enkele storing wordt
vastgesteld gaat het lampje
niet branden.
Als het lampje(of het symbool op het display)
blijft branden, moet de hiervoor beschreven
procedure herhaald worden en de contactsleutel
langer dan 30 seconden in stand STOP worden
gezet. Als de storing blijft bestaan, wendt u dan
tot het Fiat Servicenetwerk.
Als het lampje(of het symbool op het display)
blijft branden, wordt de code niet herkend. In dat
geval moet u de sleutel in stand STOP en
vervolgens in stand MAR draaien; als de motor
geblokkeerd blijft, probeer het dan opnieuw met
de andere geleverde sleutels. Als de motor nog
niet aanslaat, voer dan een noodstart uit (zie het
hoofdstuk "Noodgevallen") en wendt u daarna tot
het Fiat Servicenetwerk.
Bij krachtige stoten kunnen de
elektronische componenten in de sleutel
beschadigd worden.
DE SLEUTELS
MECHANISCHE SLEUTEL
De metalen baard A fig. 6 dient voor:
het contactslot;
de sloten van de portieren;
het openen/sluiten van de tankdop.
SLEUTEL MET AFSTANDSBEDIENING
(indien aanwezig)
De metalen baard A fig. 7 dient voor:
het contactslot;
de sloten van de portieren;
het openen/sluiten van de tankdop.
Druk op het knopje B fig. 7 voor het uitklappen van
de metalen baard.
fig. 6F0T0002
9
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 14 of 274

Ga voor het inklappen in de handgreep als volgt te
werk:
houd het knopje B ingedrukt en verplaats de
metalen baard A;
laat het knopje B los en draai de metalen baard A
totdat hij op de juiste wijze is ingeklapt en
vergrendeld.
BELANGRIJK
Druk het knopje B alleen in als de
sleutel ver genoeg van het lichaam
(vooral de ogen) en van voorwerpen die snel
beschadigen (bijvoorbeeld kledingstukken)
is verwijderd. Laat de sleutel nooit onbeheerd
achter. Hiermee voorkomt u dat iemand (dit
geldt in het bijzonder voor kinderen) per
ongeluk op het knopje drukt .Combi uitvoeringen
Met knopje
worden alle portieren (inclusief de
achterdeuren) ontgrendeld;
Knopje
dient voor het vergrendelen van alle
portieren/deuren;
De knop
dient voor het ontgrendelen van de
achterdeuren.
Cargo uitvoeringen
Knopje
dient voor het ontgrendelen van de
voorportieren;
Knopje
dient voor het vergrendelen van alle
portieren/deuren;
Knopje
dient voor het ontgrendelen van de
achterdeuren en de zijschuifdeuren (indien aanwezig).
Als de portieren worden ontgrendeld, wordt de
interieurverlichting gedurende een bepaalde tijd
ingeschakeld.
Openen ruiten met de afstandsbediening
(indien aanwezig)
Als u langer dan 3 seconden op het knopje (op de
sleutel)
drukt, gaan de ruiten open. Om de ruiten
volledig te openen moet u het knopje ingedrukt
houden; als u het knopje loslaat, stoppen de ruiten in
de stand waarop ze zich bevinden. Dat gebeurt op
dezelfde manier als u op de toets voor het openen
van de ruiten op de handgreep van het voorportier
drukt.
fig. 7F0T0241
10
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 15 of 274

Sluiten ruiten met de afstandsbediening
(indien aanwezig)
Als u langer dan 3 seconden op het knopje (op de
sleutel)
drukt, gaan de ruiten dicht. Om de ruiten
volledig te sluiten moet u het knopje ingedrukt
houden; als u het knopje loslaat, stoppen de ruiten in
de stand waarop ze zich bevinden. Dat gebeurt op
dezelfde manier als u op de toets voor het sluiten
van de ruiten op de handgreep van het voorportier
drukt.
BELANGRIJK Tijdens deze werking is het
antiklemsysteem uitgeschakeld.
Laadruimte ont-/vergrendelen van binnenuit
(Cargo-uitvoering)
Druk, vanuit het interieur van de auto op de knop
fig. 8 (Cargo-uitvoering) voor het ontgrendelen
van de laadruimte (achterdeuren en zijschuifdeuren).
Druk nogmaals op de knop voor de vergrendeling
van alle sloten.
Batterij vervangen van de sleutel met
afstandsbediening
Ga voor het vervangen van de batterij als volgt te
werk fig. 9:
druk op de knop A en klap de metalen baard B uit;
draai de schroef C oplos met een kleine
schroevendraaier;
trek de batterijhouder D naar buiten en vervang
de batterij E; let daarbij goed op de polariteit;
Zet de batterijhouder D weer in de sleutel en
draai de schroef C op
vast.
fig. 8F0T0322
fig. 9F0T0300
11
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 16 of 274

Lege batterijen zijn schadelijk voor het
milieu. Ze moeten in een daarvoor
bestemde chemobox of afvalbak worden
gedeponeerd. Ze kunnen ook ingeleverd worden
bij het Fiat Servicenetwerk, dat vervolgens voor
de afvoer zorgt .
EXTRA AFSTANDSBEDIENINGEN
BESTELLEN
Het systeem kan maximaal 8 afstandsbedieningen
herkennen. Als u in de loop der tijd een nieuwe
afstandsbediening nodig hebt, kunt u zich tot het Fiat
Servicenetwerk wenden. Neem dan een
identiteitsbewijs en het kentekenbewijs mee.
DEAD LOCK-SYSTEEM
(indien aanwezig)
Dit veiligheidssysteem verhindert de werking van de
binnenhandgrepen, waardoor de portieren niet
van binnenuit kunnen worden geopend bij een
inbraakpoging (bijvoorbeeld na het inslaan van een
ruit).
Het dead lock-systeem biedt dus de beste
bescherming tegen inbraakpogingen. Daarom raden
wij u aan om iedere keer als u de auto verlaat, het
systeem in te schakelen.BELANGRIJK
Als het dead lock-systeem is
ingeschakeld, kunnen de por tieren op
geen enkele wijze van binnenuit worden
geopend. Controleer, voordat u uit de auto
stapt , of er geen personen meer aan in de auto
zijn.
BELANGRIJK
Als de batterij van de afstandsbediening
leeg is,kan het systeem alleen
uitgeschakeld worden met de metalen baard in
het slot van de portieren, zoals hiervoor is
beschreven: in dat geval blijft het systeem alleen
ingeschakeld op de achterdeuren.
Inschakeling systeem
Het systeem schakelt op alle portieren in als de knop
op de sleutel met afstandsbediening twee keer
wordt ingedrukt.
Als het systeem is ingeschakeld, knipperen de
richtingaanwijzers 2 keer.
Het systeem wordt niet ingeschakeld als een of
meerdere portieren/deuren niet goed gesloten zijn:
zo wordt voorkomen dat iemand het interieur van de
auto kan betreden en, als het portier vervolgens
gesloten wordt, opgesloten wordt in de auto.
12
KENNISMAKING
MET DE AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER