Page 25 of 416

auto bevindt. Wanneer u dan in de
auto blijft zitten en vervolgens een
portier opent, gaat het alarm af. Als
deze situatie zich voordoet, schakel
dan het alarmsysteem uit.
Wanneer het alarmsysteem is geacti-
veerd en de accu wordt losgekoppeld,
blijft het alarmsysteem actief nadat
de accu weer is aangesloten; de bui-
tenlampen knipperen en de claxon
geeft een geluidsignaal. Als deze situ-
atie zich voordoet, schakel dan het
alarmsysteem uit.
INSTAPVERLICHTING
De instapverlichting gaat aan wan-
neer u de portieren ontgrendelt met de
afstandsbediening of een portier
opent.
Deze functie schakelt ook de nade-
ringsverlichting in de buitenspiegels
in (voor bepaalde uitvoeringen/
landen). Raadpleeg de paragraaf
"Spiegels" in het hoofdstuk "De func-
ties van uw auto" voor meer informa-
tie hierover.De verlichting gaat na circa 30 secon-
den langzaam uit of dooft onmiddel-
lijk als de contactschakelaar van de
stand OFF in de stand ON/RUN
wordt gezet.
OPMERKING:
De interieurverlichting vooraan
in de dakconsole en de portier-
verlichting gaat niet uit als de
dimschakelaar in de hoogste
stand staat.
De instapverlichting werkt niet als de dimschakelaar in de laag-
ste stand staat.AFSTANDSBEDIENING
(voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
Met dit systeem kunt u de portieren en
achterklep vergrendelen en ontgren-
delen, beide zijramen vóór openen, de
als optie verkrijgbare elektrische ach-
terklep evenals de linker en rechter
elektrische schuifdeuren openen op
een afstand van maximaal circa 20 meter met behulp van de afstandsbe-
diening. U hoeft de afstandsbediening
niet op de auto te richten om het sys-
teem te activeren.
OPMERKING: Wanneer u de af-
standsbediening met ingebouwde
sleutel in de contactschakelaar
steekt, worden de knoppen op
deze afstandsbediening uitgescha-
keld. De knoppen op de andere
afstandsbedieningen blijven ech-
ter ingeschakeld. Vanaf een rij-
snelheid van 8 km/u reageert het
systeem op geen enkele knop van
geen enkele afstandsbediening
meer.
Afstandsbediening met ingebouwde
sleutel
19
Page 26 of 416

PORTIEREN EN
ACHTERKLEP OP AFSTAND
ONTGRENDELEN
Druk eenmaal kort op de ontgrendel-
knop op de afstandsbediening om het
portier aan de bestuurderszijde te
ontgrendelen of druk tweemaal op de
knop om alle portieren en de achter-
klep te ontgrendelen. Hierdoor wordt
ook de instapverlichting ingescha-
keld.
PORTIEREN EN
ACHTERKLEP OP AFSTAND
VERGRENDELEN
Druk kort op de vergrendelknop van
de afstandsbediening om alle portie-
ren en de achterklep te vergrendelen.
ONTGRENDELEN MET
AFSTANDSBEDIENING BIJ
EERSTE KEER INDRUKKEN
U kunt het afstandsbedieningssys-
teem zodanig programmeren dat na
één keer drukken op de ontgrendel-
knop van de afstandsbediening uit-
sluitend het bestuurdersportier of alle
portieren worden ontgrendeld. Voor auto's met elektronisch voer-
tuiginformatiecentrum (EVIC):
raadpleeg de paragraaf "Elektro-
nisch voertuiginformatiecentrum
(EVIC)/Persoonlijke instellingen
(door de klant te programmeren
functies)" in "Het instrumentenpa-
neel" voor meer informatie hier-
over.
Bij auto's zonder EVIC kan de por- tierontgrendeling op afstand wor-
den in- of uitgeschakeld door de
onderstaande stappen te volgen:
1. Doe dit terwijl u zich buiten de
auto bevindt.
2. Houd de vergrendelknop op een
geprogrammeerde afstandsbediening
langer dan vier maar korter dan tien
seconden ingedrukt. Terwijl u de ver-
grendelknop nog steeds ingedrukt
houdt, drukt u op de ontgrendelknop.
3. Laat beide knoppen tegelijkertijd
los. 4. Test de functie buiten de auto door
op de vergrendel- en ontgrendelknop-
pen op de afstandsbediening te druk-
ken, terwijl de contactschakelaar in
de stand OFF staat en de sleutelhou-
der is verwijderd.
5. Herhaal deze stappen als u de vo-
rige instelling voor deze functie wilt
herstellen.
OPMERKING: Als u de vergren-
delknop op de afstandsbediening
indrukt terwijl u in de auto zit,
wordt het alarmsysteem geacti-
veerd. Als u bij een geactiveerd
alarmsysteem een portier opent,
gaat het alarm af. Druk op de ont-
grendelknop om het alarmsysteem
uit te schakelen.
ELEKTRISCH BEDIENDE
ACHTERKLEP
ELEKTRISCH OPENEN/
SLUITEN (voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
Druk de achterklepknop op de af-
standsbediening twee keer binnen vijf
seconden in om de elektrisch be-
diende achterklep te openen/sluiten.
20
Page 27 of 416

De achterklep geeft een pieptoon van
drie seconden weer en gaat dan open/
dicht. Als de knop wordt ingedrukt
wanneer de achterklep elektrisch
wordt gesloten, gaat de achterklep
weer helemaal open.
De elektrisch bediende achterklep
kan ook worden geopend en gesloten
door de achterklepknop op de dak-
console in te drukken.
Voor bepaalde uitvoeringen/landen
met een schakelaar op de stijl links-
achter: bij één keer drukken op deze
schakelaar wordt de achterklep alleen
gesloten. De achterklep kan niet wor-
den geopend met deze schakelaar.
Als de auto is vergrendeld, het alarm-
systeem is ingeschakeld en u de af-
standsbediening gebruikt om de elek-
trisch bediende achterklep te openen,
wordt de auto niet ontgrendeld en het
alarmsysteem niet uitgeschakeld.ELEKTRISCH BEDIENDE
SCHUIFDEUR LINKS
ELEKTRISCH OPENEN/
SLUITEN (voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
Druk tweemaal binnen vijf seconden
op de knop op de afstandsbediening
voor de linker elektrisch bediende
schuifdeur om deze schuifdeur elek-
trisch te openen/sluiten. Als de knop
op de afstandsbediening wordt inge-
drukt terwijl de achterklep elektrisch
wordt gesloten, gaat de achterklep
weer helemaal open.
Als de auto is vergrendeld, het alarm-
systeem is ingeschakeld en u twee
keer drukt op de knop voor de elek-
trisch bediende schuifdeur links,
wordt de elektrisch bediende schuif-
deur ontgrendeld en het alarmsys-
teem uitgeschakeld.
ELEKTRISCH BEDIENDE
SCHUIFDEUR RECHTS
ELEKTRISCH OPENEN/
SLUITEN (voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
Druk tweemaal binnen vijf seconden
op de knop op de afstandsbediening
voor de rechter elektrisch bediende
schuifdeur om deze schuifdeur elek-
trisch te openen/sluiten. Als de knop
op de afstandsbediening wordt inge-
drukt terwijl de achterklep elektrisch
wordt gesloten, gaat de achterklep
weer helemaal open.
Als de auto is vergrendeld, het alarm-
systeem is ingeschakeld en u twee
keer drukt op de knop voor de elek-
trisch bediende schuifdeur rechts,
wordt de elektrisch bediende schuif-
deur ontgrendeld en het alarmsys-
teem uitgeschakeld.21
Page 28 of 416

KNIPPERLICHTEN BIJ
VERGRENDELEN MET
AFSTANDSBEDIENING
(VOOR BEPAALDE
UITVOERINGEN/LANDEN)
UITSCHAKELEN
Met deze functie knipperen de rich-
tingaanwijzers wanneer u de portie-
ren vergrendelt of ontgrendelt met de
afstandsbediening. U kunt deze func-
tie in- en uitschakelen. Om de huidige
instelling te wijzigen, gaat u als volgt
te werk:
Voor auto's met elektronisch voer-tuiginformatiecentrum (EVIC):
raadpleeg de paragraaf "Elektro-
nisch voertuiginformatiecentrum
(EVIC)/Persoonlijke instellingen
(door de klant te programmeren
functies)" in "Het instrumentenpa-
neel" voor meer informatie hier-
over.
Ga bij auto's zonder EVIC als volgt te werk:
1. Doe dit terwijl u zich buiten de
auto bevindt. 2. Houd de ontgrendelknop op een
geprogrammeerde afstandsbediening
langer dan vier maar korter dan tien
seconden ingedrukt. Terwijl u de ont-
grendelknop nog steeds ingedrukt
houdt, drukt u op de vergrendelknop.
3. Laat beide knoppen tegelijkertijd
los.
4. Test de functie buiten de auto door
op de vergrendel- en ontgrendelknop-
pen op de afstandsbediening te druk-
ken, terwijl de contactschakelaar in
de stand OFF staat en de sleutelhou-
der is verwijderd.
5. Herhaal deze stappen als u de vo-
rige instelling voor deze functie wilt
herstellen.
OPMERKING: Als u de vergren-
delknop op de afstandsbediening
indrukt terwijl u in de auto zit,
wordt het alarmsysteem geacti-
veerd. Als u bij een geactiveerd
alarmsysteem een portier opent,
gaat het alarm af. Druk op de ont-
grendelknop om het alarmsysteem
uit te schakelen.
EXTRA
AFSTANDSBEDIENINGEN
PROGRAMMEREN
Zie Sentry Key®, "Sleutels laten pro-
grammeren".
Als u geen geprogrammeerde af-
standsbediening heeft, neem dan con-
tact op met uw erkende dealer voor
meer informatie.
BATTERIJ van
AFSTANDSBEDIENING
VERVANGEN
Als vervangende batterij wordt een
CR2032-batterij aanbevolen.
OPMERKING:
Perchloraatmateriaal — vereist
mogelijk een speciale behande-
ling. Batterijen kunnen gevaar-
lijke stoffen bevatten. Lever ze
in bij een inzamelpunt voor che-
misch afval.
Raak de batterijklemmen op de achterzijde of de printplaat niet
aan.
22
Page 29 of 416

1. Verwijder de noodsleutel door de
mechanische vergrendeling aan de
achterzijde van de afstandsbediening
met uw duim opzij te schuiven en
vervolgens met uw andere hand de
sleutel eruit te trekken.
2. Voor het scheiden van de twee
helften van de afstandsbediening
moet de schroef worden verwijderd en
moeten de twee helften van de af-
standsbediening voorzichtig van el-
kaar af worden gewrikt. Let erop dat
u de afdichting tijdens het openen niet
beschadigt.3. Verwijder de batterij door het dek-
sel aan de achterzijde te draaien (bat-
terij naar beneden gekeerd). Tik met
de afstandsbediening op een stevig
oppervlak zoals een tafel o.i.d. en ver-
vang vervolgens de batterij. Let bij
het vervangen van de batterij op dat
het + teken op de batterij overeen-
komt met het + teken aan de binnen-
zijde van de batterijhouder op de het
deksel aan de achterzijde. Raak de
nieuwe batterij niet met uw vingers
aan. Door huidvet kan de werking
verslechteren. Als u een batterij hebt
aangeraakt, maak deze dan schoon
met reinigingsalcohol.4. Om de afstandsbediening weer te
sluiten drukt u de twee helften op
elkaar.
ALGEMENE INFORMATIE
De afstandsbedieningen en ontvan-
gers werken op een draaggolffrequen-
tie van 433,92. De werking moet vol-
doen aan de volgende voorwaarden:
De apparatuur mag geen schade-
lijke interferentie veroorzaken.
De apparatuur moet eventuele ont- vangen interferentie tolereren, ook
interferentie die mogelijk een onge-
wenste werking veroorzaakt.
Als uw afstandsbediening niet goed
werkt vanaf een normale afstand,
controleer dan of sprake is van het
volgende.
1. De batterij in de afstandsbedie-
ning is leeg. De verwachte levensduur
van de batterij bedraagt minimaal
drie jaar.
Noodsleutel van Ignition Node Module (IGNM, module van
ontstekingsknooppunt) verwijderen
Huis van afstandsbediening van
Ignition Node Module (IGNM, module van ontstekingsknooppunt) scheiden
23
Page 30 of 416

2. Nabijheid bij radiozendappara-
tuur, zoals bijvoorbeeld een zend-
mast, verkeerstoren van een luchtha-
ven en sommige mobiele of 27 MC-
zendapparatuur.
PORTIERVERGRENDE-
LING
HANDMATIGE
PORTIERVERGRENDELING
Vergrendel de voorportieren door de
vergrendelknop op de portierbekle-
dingspanelen in te drukken.
Wanneer de vergrendelknop is inge-
drukt als u het portier sluit, wordt het
portier vergrendeld. Controleer
daarom, voordat u het portier sluit, of
zich geen sleutels in de auto bevinden.Wanneer de vergrendelknop naar
achteren staat terwijl u een van de
schuifdeuren sluit, wordt de deur ver-
grendeld. Controleer daarom, voordat
u het portier sluit, of zich geen sleutels
in de auto bevinden.
WAARSCHUWING!
Voor de veiligheid van uzelf en bij
een aanrijding, behoren de auto-
portieren te zijn vergrendeld tij-
dens het rijden en wanneer u na
het parkeren de auto verlaat.
Verwijder altijd uw sleutelhouder bij het uitstappen en sluit de auto
af.
Laat nooit kinderen alleen in een auto achter of in de buurt van een
auto die niet is afgesloten. Het
achterlaten van kinderen zonder
toezicht in een auto is om ver-
schillende redenen gevaarlijk.
Kinderen of derden lopen dan het
risico op ernstig of zelfs dodelijk
letsel. Waarschuw kinderen dat
ze niet aan de handrem, het rem-
pedaal of de schakelhendel mo-
gen komen.
(Vervolgd)
Handmatige portiervergrendeling
Vergrendeling schuifdeuren
24
Page 31 of 416

WAARSCHUWING!(Vervolgd)
Laat de sleutelhouder niet achterin of in de buurt van de auto of op
een voor kinderen bereikbare
plaats, en laat het contact van een
voertuig met Keyless Enter-N-
Go™ niet in de stand ACC of
ON/RUN staan. Een kind zou de
knoppen van de elektrische
raambediening of andere schake-
laars kunnen bedienen of de auto
in beweging kunnen zetten.
CENTRALE
PORTIERVERGRENDELING
(voor bepaalde
uitvoeringen/landen)
Op het bekledingspaneel van beide
voorportieren bevindt zich u een
schakelaar voor de centrale portier-
vergrendeling. Met deze schakelaar
kunt u de portieren vergrendelen en
ontgrendelen. Als u op de schakelaar van de centrale
portiervergrendeling drukt wanneer
de sleutelhouder zich in de contact-
schakelaar bevindt en een voorportier
is geopend, zal de centrale portierver-
grendeling niet werken. Hierdoor
wordt voorkomen dat u per ongeluk
uw sleutels insluit in de auto. Na het
verwijderen van de sleutelhouder of
het sluiten van het portier werken de
sloten weer zoals gebruikelijk. Er
klinkt een geluidssignaal als de sleu-
telhouder in de contactschakelaar zit
en er een portier open staat om u
eraan te herinneren de sleutelhouder
te verwijderen.
Als u de knop voor centrale portier-
vergrendeling indrukt terwijl de
schuifdeur is geopend, zal de schuif-
deur worden vergrendeld.
Automatische
portiervergrendelingen
Wanneer deze ingeschakeld is, wor-
den de portieren automatisch ver-
grendeld zodra de rijsnelheid hoger is
dan 24 km/u. De automatische por-
tiervergrendeling kan door de er-
kende dealer in of buiten werking
worden gesteld op schriftelijk verzoek
van de klant. Bezoek uw erkende dea-
ler voor service.
Schakelaars centrale
portiervergrendeling bestuurderSchakelaars centrale
portiervergrendeling voorpassagier
1 - Raam open/dicht
2 - Centrale portiervergrendeling
25
Page 32 of 416

Portieren automatisch
ontgrendelen bij uitstappen (voor
bepaalde uitvoeringen/landen)
De functie Portieren automatisch ont-
grendelen bij uitstappen ontgrendelt
alle portieren als één portier wordt
geopend. Dit gebeurt alleen als de
schakelhendel in de stand PARK is
gezet nadat er met de auto is gereden
(de versnellingshendel uit de stand
PARK was geschakeld en alle portie-
ren waren vergrendeld).
De functie Portieren automatisch ont-
grendelen bij uitstappen werkt niet
als de centrale portiervergrendeling
handmatig worden bediend (vergren-
delen of ontgrendelen).
Raadpleeg de paragraaf "Elektro-
nisch voertuiginformatiecentrum
(EVIC)/Persoonlijke instellingen
(door de klant te programmeren func-
ties)" in het hoofdstuk "Het instru-
mentenpaneel" voor meer informatie
hierover.OPMERKING: Neem bij gebruik
van de functies Portieren automa-
tisch vergrendelen bij 24 km/u en
Portieren automatisch ontgrende-
len bij uitstappen de lokale voor-
schriften in acht.
KEYLESS ENTER-N-GO™
Het Passive Entry-systeem is een uit-
breiding van het afstandsbediening-
systeem van de auto en een functie
van Keyless Enter-N-Go™. Met deze
functie kunt u portieren van uw auto
vergrendelen en ontgrendelen zonder
dat u op de vergrendel- en ontgrendel-
knoppen van de afstandsbediening
hoeft te drukken.
OPMERKING:
Passive Entry kan door middel
van programmeren worden in-
en uitgeschakeld. Raadpleeg de
paragraaf "Elektronisch voer-
tuiginformatiecentrum (EVIC)/
Persoonlijke instellingen (door
de klant te programmeren func-
ties)" in het hoofdstuk "Het in-
strumentenpaneel" voor meer
informatie hierover. Als een van de Passive Entry-
portiergrepen langere tijd niet is
gebruikt, kan de Passive Entry-
functie voor deze portiergreep
zijn uitgeschakeld. Als u aan de
desbetreffende portiergreep
trekt, wordt de Passive Entry-
functie voor de portiergreep op-
nieuw geactiveerd.
Als u handschoenen draagt of als de portiergreep met Passive
Entry is natgeregend, is het mo-
gelijk dat de vergrendeling min-
der gevoelig wordt en daardoor
langzamer reageert.
Als u de portieren ontgrendelt door middel van de portiergre-
pen met Passive Entry, maar
NIET aan de portiergrepen
trekt, zullen de portieren na 60
seconden automatisch worden
vergrendeld.
26