Page 321 of 378

06
319
Opties tijdens een gesprek *
Druk tijdens het gesprek een paar keer op de toets MODE om het telefoonmenu te selecteren en druk vervolgens op " OK " om naar het contextmenu te gaan.
Selecteer " Privé-modus " en bevestig uw keuze om het gesprek rechtstreeks via de telefoon te voeren.
Of selecteer " Hands-freefunctie " en bevestig uw keuze om het gesprek via de luidsprekers van de audio-installatie weer te geven.
Selecteer en bevestig " In de wacht zetten " om het gesprek in de wacht te zetten.
Of selecteer " Gesprek hervatten " en bevestig uw keuze om een gesprek dat in de wacht is gezet, voort te zetten.
Selecteer " DTMF-tonen " om het numerieke toetsenbord te kunnen gebruiken voor het kiezen van eventuele opties die u in een gesprek worden aangegeven.
Selecteer " Verbreken " om het gesprek te beëindigen.
* Afhankelijk van het type telefoon en het abonnement.
U kunt ook een conference-call met 3 deelnemers houden. Start daarvoor eerst 2 afzonderlijke gesprekken* en selecteer dan " Conference " in het contextmenu dat verschijnt als u deze toets indrukt.
Of druk deze toets even in.
TELEFONEREN
Page 322 of 378
06
320
Druk twee keer op PHONE .
Selecteer " Lijst met gekoppelde randapparatuur " en bevestig uw randapparatuur " en bevestig uw randapparatuurkeuze.
U kunt nu:
- verbinding maken met de geselecteerde telefoon via " Verbinden " of de verbinding " Verbreken ",
- de koppeling met de geselecteerde telefoon verbreken.
U kunt ook alle koppelingen tegelijk verbreken.
Beheer van gekoppelde telefoons Beltonen instellen
Druk 2 keer op PHONE .
Selecteer " Telefoonfuncties " en bevestig uw keuze.
Selecteer " Opties beltonen " en bevestig uw keuze.
U kunt het volume en het type beltoon instellen.
Selecteer " Bluetooth-functies ".
Selecteer " OK " en bevestig uw keuze om de wijzigingen op te slaan.
TELEFONEREN
Page 323 of 378
07
321
" " " " " " " " " " " " " " " " " " " FM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-bandFM-band " " " " " " " " " " " " " " " " " " "
" Wijzigen van frequentieband " (" FM-band ")
" Opties " (" TA, RDS, FM volgen ")
" Audio-instellingen " (zie hoofdstuk)
" Radiolijst updaten "
Lijst met zenders in alfabetische volgorde.
Druk op of of gebruik de draaiknop om de vorige of volgende zender van de lijst te kiezen.
Wissel tussen het menu en de lijst (links/rechts).
of
Druk op RADIO .
RADIO
Naar het menu "Radio"
Page 324 of 378

07
322
Alfabetisch
Druk op RADIO, kies de gewenste zender en bevestig uw keuze.
Automatisch zoeken
Druk op of of of om automatisch naar lagere of hogere frequenties te zoeken.
Of draai het knopje van de bediening op het stuur.
Handmatig zoeken
Druk op of om stapsgewijs naar een andere frequentie te zoeken.
Druk op een van de toetsen van het numerieke toetsenbord om de onder dat nummer opgeslagen zender op te vragen.
Of druk en draai aan het knopje op het stuur.
Selecteren van een zender
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden door obstakels in de omgevi\
ng (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.), ook als de RDS-functie is ingeschakeld. Dit is een normaal verschijnsel en heeft ni\
ets te maken met een storing in de autoradio.
Een zender opslaan
Houd, nadat u een zender hebt geselecteerd, een van de toetsen van het numerieke toetsenbord gedurende 2 seconden ingedrukt om deze zender op te slaan in het geheugen.
Er klinkt een piepje ter bevestiging.
De kwaliteit van de ontvangst wordt aangegeven door het aantal actieve golven in dit symbool.
RADIO
Page 325 of 378
07
323
Druk op RADIO .
RDS inschakelen / uitschakelen
Als de RDS-functie is ingeschakeld, zoekt de radio steeds naar de sterkste frequentie van een zender, zodat u ernaar kunt blijven luisteren zonder dat u zelf de frequentie hoeft te wijzigen. Sommige RDS-zenders zijn echter niet in het hele land te ontvangen, omdat de frequenties van de zender niet het hele land dekken. Dit verklaart dat de zender tijdens het rijden kan wegvallen.
Selecteer " Opties " en bevestig uw keuze.
Schakel " RDS-volgsysteem " in of uit en bevestig uw keuze.
RADIO
Page 326 of 378
08
324
" " " " " " " " " " " " " " " " " " " MEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIAMEDIA " " " " " " " " " " " " " " " " " " "
" Veranderen van medium "
" USB-medium uitwerpen " (als USB is aangesloten)
" Afspeelmodus " (" Normaal ", " Willekeurig ", " Willekeurig op elk medium ", " Herhalen ")
" Audio-instellingen " (zie het desbetreffende hoofdstuk)
" AUX-ingang inschakelen/uitschakelen "
Overzicht van de actuele media.
Wisselen van de lijst in het menu (links/rechts).
of
Druk op MUSIC .
MULTIMEDIASPELERS
Naar het menu "Muziek - media"
Page 327 of 378

08
325
CD, MP3-CD, USB-speler
De autoradio speelt bestanden met de extensie "wma, .aac, .fl ac, .ogg, .mp3" met een bitrate van 32 kbps tot 320 kbps af. Ook bestanden met een VBR (Variable Bit Rate) kunnen worden afgespeeld. Geluidsbestanden met een andere extensie (.mp4, .m3u, ...) kunnen niet worden afgespeeld. WMA-bestanden moeten van het type WMA9 Standaard zijn. De bemonsteringsfrequenties (sampling rates) zijn hoger dan 32 kHz.
Gebruik voor bestandsnamen maximaal 20 karakters en vermijd speciale tekens (bijv.: " ", ?, ù) om problemen met het afspelen of de weergave te voorkomen.
Selecteer bij het branden van een CD-R of CD-RW de standaard ISO 9660 niveau 1, 2 of bij voorkeur Joliet om deze te kunnen afspelen.
Als de CD in een ander formaat (udf,...) is gebrand, kan het zijn dat \
deze niet goed wordt afgespeeld.
Het is raadzaam voor één CD niet meer dan één standaard voor\
het branden te gebruiken. Stel de laagst mogelijke snelheid in (maximaal 4 x) voor een optimale geluidskwaliteit.
Voor het branden van een multisessie-CD is het raadzaam de standaard Joliet te gebruiken.
Informatie en adviezen
Het systeem is geschikt voor externe geluidsdragers (USB of iPod via USB-kabel - niet meegeleverd).
Indien een USB-stick die verscheidene partities bevat wordt aangesloten op het systeem, wordt alleen de eerste partitie herkend.
U kunt deze apparatuur bedienen via de audio-installatie van de auto.
Het aantal tracks is beperkt tot een maximum van 2000, 999 tracks per map.
Als het stroomverbruik op de USB-poort boven de 500 mA uitkomt, wordt het systeem in de beschermmodus geschakeld en uitgezet.
Andere randapparatuur, die bij het aansluiten niet door het systeem wordt herkend, moet met een kabel (niet meegeleverd) op de Jack-plug worden aangesloten.
Een USB-stick moet geformatteerd zijn naar FAT 16 of 32 om te kunnen worden afgespeeld.
Als tegelijkertijd een Apple ® -speler en een USB-stick zijn aangesloten, ® -speler en een USB-stick zijn aangesloten, ®
werkt het systeem niet.
Gebruik voor een goede werking bij voorkeur originele Apple ® USB-® USB-®
kabels.
MULTIMEDIASPELERS
Page 328 of 378

08
326
Plaats de CD in de speler, steek de USB-stick in de USB-poort of sluit de USB-apparatuur via een kabel (niet meegeleverd) op de USB-poort aan.
Het systeem maakt gebruik van afspeellijsten (in het tijdelijke geheugen). Het maken van deze lijsten kan enkele seconden of soms enkele minuten duren nadat het apparaat voor de eerste keer is aangesloten.
Het verwijderen van alle andere dan muziekbestanden en het verminderen van het aantal afspeellijsten zal het aanmaken van deze afspeellijsten versnellen.
De afspeellijsten worden iedere keer na het opnieuw aanzetten van het contact of het aansluiten van een USB-stick vernieuwd.
De autoradio slaat de lijsten echter wel op en als ze niet zijn gewijzigd, is de laadtijd korter. Het afspelen volgt na een korte tijd, afhankelijk van de capaciteit van de USB-stick.
Geluidsbron kiezen
Via de toets SOURCE op het stuur kunt u van de ene naar de andere geluidsbron overschakelen.
" CD/CD MP3 "
" USB, IPod "
" AUX " " STREAMING "
" RADIO "
Druk op MUSIC voor het menu " MEDIA ". MEDIA ". MEDIA
Selecteer " Volgende medium " en bevestig uw keuze.
Herhaal deze handelingen tot u de gewenste geluidsbron tegenkomt (de radio kan geselecteerd worden met SOURCE of RADIO ).
Audiobronnen
MULTIMEDIASPELERS