Page 409 of 554

Plaats van de krik en het gereedschap
1Krik
2Gereedschapstas
3Sleepoog
4Krikslinger
5Wielmoersleutel
WAARSCHUWING!
Gebruik van de krik
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht. Onjuist
gebruik van de krik kan ertoe leiden dat
de auto van de krik valt, wat tot dodelijk
of ernstig letsel kan leiden.
• Gebruik voor het verwisselen van een
wiel uitsluitend de met de auto
meegeleverde krik. Gebruik de krik
niet voor het verwisselen van wielen
van andere auto's en gebruik ook
geen krik van een andere auto.
• Krik de auto niet op als er nog iemand
in de auto aanwezig is.
• Gebruik de krik uitsluitend voor het
verwisselen van een wiel of de
montage en het verwijderen van
sneeuwkettingen.
WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Zet de krik op de juiste wijze onder
het kriksteunpunt.
• Zorg ervoor dat er zich geen
lichaamsdelen bevinden onder een
auto die alleen door een krik wordt
ondersteund.
• Start het hybridesysteem niet en ga
niet met de auto rijden als deze door
de krik wordt ondersteund.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
407
7
Onderhoud en verzorging
Page 410 of 554

WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Plaats niets op of onder de krik als de
auto wordt opgekrikt.
• Krik de auto niet verder op dan voor
het verwisselen van het wiel
noodzakelijk is.
• Plaats de auto op bokken als u onder
de auto moet zijn.
• Zorg wanneer u de auto laat zakken
dat er niemand onder komt. Breng
mensen in de buurt op de hoogte
van het laten zakken.
Bij het verwijderen van de krik uit de
opberglocatie
Door de hitte van de laaduitrusting
tijdens of na het laden kan de krik heet
zijn. Gebruik handschoenen om de krik
te pakken. Als u hem met blote handen
aanraakt, kunt u brandwonden
oplopen.Verwijderen van het gereedschap
1. Open de achterklep. (→Blz. 190)
2. Til de klep van het opbergvak onder
de afdekplaat op en haal de
gereedschapstas eruit.
3. Open de gereedschapstas en neem de
krikslinger en de wielmoersleutel
eruit.
Berg na gebruik het gereedschap in de
omgekeerde volgorde op.
Verwijderen van de krik
1. Trek aan het klepje om de lippen los te
maken en verwijder het klepje.2. Draai het gedeelte
om de krik los te
maken en haal de krik er langzaam uit.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
408
Page 411 of 554
Wees voorzichtig als u de krik
vastpakt, deze kan namelijk heet zijn
afhankelijk van de omstandigheden.
(→Blz. 408)
Als het gedeelte
niet kan worden
losgedraaid, draai het dan met behulp
van de krikslinger.
Vervangen van een band
1. Plaats wielblokken.
Bandpositie Positie wielblok
VoorLinksAchter het rechter
achterwiel
RechtsAchter het linker
achterwiel
AchterLinksVoor het rechter
voorwiel
RechtsVoor het linker
voorwiel
2. Draai de wielmoeren iets los (één
slag).
3. Draai het krikgedeelte
met de
hand aan totdat de uitsparing in de
kop van de krik in contact komt met
het kriksteunpunt.4. Monteer de krikslinger en de
wielmoersleutel zoals aangegeven in
de afbeelding.
5. Draai de krik vervolgens verder
omhoog totdat het wiel vrij van de
grond is.
6. Verwijder alle wielmoeren en het wiel.
Leg het wiel met de buitenzijde
omhoog op de grond, om krassen op
de velg te voorkomen.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
409
7
Onderhoud en verzorging
Page 412 of 554

WAARSCHUWING!
Vervangen van een band
•Raak de wielen of het gedeelte rond deremmen niet aan direct nadat met de
auto is gereden. Nadat met de auto is
gereden, zijn de wielen en het
gedeelte rond de remmen mogelijk
zeer heet. Wanneer u deze delen
tijdens het verwisselen van een wiel,
enz. met uw handen, voeten of andere
lichaamsdelen aanraakt, kan dit leiden
tot brandwonden.
• Het niet opvolgen van deze voorzorgsmaatregelen kan ertoe
leiden dat de wielmoeren losraken,
waardoor het wiel van de auto af kan
lopen, wat kan leiden tot dodelijk of
ernstig letsel.
– Laat zo spoedig mogelijk na het vervangen van een wiel de moeren
met een aanhaalmoment van
103 Nm(10,5 kgm, 76 ftlbf )
vastzetten.
– Gebruik bij het aanbrengen van een wiel uitsluitend wielmoeren die
speciaal zijn ontworpen voor het
desbetreffende wiel.
– Bij gescheurde of vervormde bouten, schroefdraad van moeren of
boutgaten van het wiel, dient de
auto te worden gecontroleerd door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
– Plaats de wielmoeren met de schuine kant naar het wiel toe. Plaatsen van het wiel
1. Verwijder eventueel aanwezige verontreinigingen van het contactvlak
van de velg.
Als er verontreinigingen op het
contactvlak aanwezig zijn, kunnen
tijdens het rijden de wielmoeren los
lopen, waardoor het wiel los kan
raken.
2. Plaats het wiel en draai elke wielmoer met de hand ongeveer in dezelfde
mate vast.
Draai de wielmoeren vast totdat de
sluitringen contact maken met de
velg.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
410
Page 413 of 554
3. Laat de auto zakken.
4. Draai iedere moer twee of drie keer
aan in de volgorde die in de afbeelding
is aangeven.
Aanhaalmoment: 103 Nm(10,5 kgm,
76 ftlbf )
5. Berg de krik en het gereedschap op.
Kriksteunpunt
Het merkteken dat het kriksteunpunt
aangeeft, is aan de onderzijde van de auto
ingeslagen.
Opbergen van de krik
Steek de krik volledig in de opberglocatie
en draai het gedeelte
om de krik vast
te zetten.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
411
7
Onderhoud en verzorging
Page 414 of 554
Verklaring voor de krik
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
412
Page 415 of 554
WAARSCHUWING!
Na gebruik van gereedschap en krik
Controleer voor het rijden of het
gereedschap en de krik weer goed zijn
opgeborgen en bevestigd. Dit om te
voorkomen dat een van deze
voorwerpen bij een aanrijding of bij
hard remmen letsel veroorzaakt.
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
413
7
Onderhoud en verzorging
Page 416 of 554

OPMERKING
Bij het vervangen van banden
Neem voor het verwijderen en plaatsen
van wielen, banden of
bandenspanningssensoren en -zenders
contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige, omdat de
bandenspanningssensoren en -zenders
beschadigd kunnen raken als er niet
voorzichtig mee wordt omgegaan.
Omgaan met de decoratieve
kunststofdelen (auto's met 17 inch
wielen)
→Blz. 380
7.3.9 Interieurfilter
Het interieurfilter moet regelmatig
worden vervangen om de optimale
werking van de airconditioning te
behouden.
Vervangen van het interieurfilter
1. Zet het contact UIT.
Controleer of de laadstekker niet is
aangesloten. Gebruik de op afstand
bedienbare airconditioning niet
tijdens de procedure.
2. Open het voorpassagiersportier.
Door het portier open te houden
wordt plotseling in werking treden
van de op afstand bedienbare
airconditioning voorkomen.
(→Blz. 360)3. Open het dashboardkastje en schuif
de demper los.
4. Druk de nokken aan beide zijden van
het dashboardkastje in en open het
dashboardkastje langzaam helemaal
terwijl u het ondersteunt.
5. Til het volledig geopende
dashboardkastje iets omhoog en trek
het richting de stoel om de onderzijde
van het dashboardkastje los te maken.
Oefen geen overmatige kracht uit
wanneer het dashboardkastje niet
loskomt wanneer u er licht aan trekt.
Trek het dashboardkastje in plaats
daarvan richting de stoel terwijl u de
hoogte van het dashboardkastje
enigszins aanpast.
6. Verwijder de afdekkap van het filter.
Auto's met linkse besturing
7.3 Zelf uit te voeren onderhoud
414