Page 137 of 443

Rijden met uw auto
4
5
WAARSCHUWING -
Rijden onder invloed van alcohol of drugs
Rijden onder invloed is gevaarlijk.
Rijden onder invloed is debelangrijkste doodsoorzaak in het
verkeer. Zelfs een geringe
hoeveelheid alcohol zal het reactie-,waarnemings- en
beoordelingsvermogen verminderen.
Rijden onder invloed van drugs is
minstens even gevaarlijk als rijden
onder invloed van alcohol.
De kans op een ernstig ongeval is
vele malen groter als u gaat rijden
onder invloed van alcohol of drugs.
Ga niet rijden als u gedronken heeft
of drugs heeft gebruikt. Rijd ook
niet mee met een bestuurder die
onder invloed van alcohol of drugs
is. Bepaal van tevoren wie er rijdt ofneem een taxi.
WAARSCHUWING
Wanneer u de auto wilt parkeren of stilzetten terwijl de motor
draait, zorg er dan voor dat u het
gaspedaal niet gedurende
langere tijd ingetrapt houdt.
Anders kan de motor of het
uitlaatsysteem oververhit rakenen brand ontstaan.
Wanneer u een noodstop maakt of als u het stuurwiel snel draait,
kunnen losse voorwerpen op de
vloer vallen en de bediening van
de pedalen hinderen, waardoor
een ongeval kan ontstaan. Berg
alle voorwerpen in de auto op dejuiste manier op.
Als u uw aandacht niet bij het rijden houdt, kunt u een ongeval
veroorzaken. Wees voorzichtig
met het bedienen van systemen
die u kunnen afleiden, zoals hetaudiosysteem of de verwarming.
Het is de verantwoordelijkheid
van de bestuurder om altijd veiligte rijden.WAARSCHUWING
Controleer altijd de omgeving rond
de auto op de aanwezigheid van
anderen, in het bijzonder kinderen,
alvorens u de transmissie in stand
D (Drive) of R (Reverse) zet.
Page 138 of 443

55
Rijden met uw auto
Verlicht contactslot
Ter verhoging van het comfort gaat, als het contact niet in stand ON staat, de
contactslotverlichting branden als één
van de voorportieren wordt geopend.
De verlichting zal onmiddellijk uitgaan
wanneer het contact in stand ON gezet
wordt. De verlichting zal ook ongeveer 30
seconden nadat het portier gesloten isuitgaan.Standen contactslot
LOCK
Het stuurslot beschermt tegen diefstal. De contactsleutel kan alleen uit het
contact worden verwijderd als hetcontact in stand LOCK staat. Om de contactsleutel in stand LOCK te
zetten, moet deze in stand ACC worden
ingedrukt en vervolgens naar de stand
LOCK worden gedraaid.
ACC (Accessoires)
Het stuurwiel is van het stuurslot en de
elektrische accessoires werken.
✽✽
AANWIJZING
Draai het stuurwiel iets naar links en
naar rechts om het contact
gemakkelijker in stand ACC te kunnen
zetten als het verdraaien van de
contactsleutel moeilijk gaat.
ON
Voordat de motor wordt gestart, gaan de
waarschuwingslampjes ter controle
branden. Het contactslot keert na het
starten terug in deze stand.
Laat, om te voorkomen dat de accu ontladen raakt, het contact niet in stand ON staan als de motor niet draait.
START
Draai de contactsleutel in stand START
om de motor te starten. De startmotor
draait totdat u de sleutel loslaat. De
sleutel keert vervolgens terug in stand
ON. In deze stand gaat het
waarschuwingslampje van het
remsysteem ter controle branden.
STANDEN CONTACTSLOT
OUN036002OBK059001N
Page 139 of 443

Rijden met uw auto
6
5
Starten van de motor
WAARSCHUWING
Draag altijd geschikte schoenen tijdens het rijden. Ongeschikte
schoenen (hoge hakken,
skischoenen, enz.) kunnen het
bedienen van het rempedaal, hetgaspedaal en het
koppelingspedaal (indien vantoepassing) bemoeilijken.
Start de auto niet terwijl het gaspedaal wordt ingetrapt. De
auto kan in beweging komen, wat
kan leiden tot een ongeval.
Wacht totdat het motortoerental normaal is. De auto kan
plotseling in beweging komen als
het rempedaal wordt losgelatenbij een hoog toerental.
(Vervolg)
Steek nooit tijdens het rijden uwhand door het stuurwiel om de contactsleutel of andere
bedieningsorganen te bedienen.
Hierdoor kunt u de controle over
de auto verliezen, wat kan leiden
tot een ongeval en ernstig letsel.
Plaats geen losse voorwerpen rondom de bestuurdersstoel.
Deze kunnen tijdens het rijden
gaan bewegen en de bestuurder
hinderen, wat kan leiden tot een
ongeval.WAARSCHUWING - Contactsleutel
Zet het contact nooit in stand LOCK of ACC terwijl de auto rijdt.
Hierdoor kunt u de controle over
de auto verliezen en neemt de
remkracht af, wat tot een ongevalkan leiden.
Het stuurslot dient niet ter vervanging van de parkeerrem.
Controleer voordat u de auto
verlaat altijd of de eerste
versnelling is ingeschakeld bijeen auto met een
handgeschakelde transmissie of
stand P (Park) is ingeschakeld bij
een auto met een automatische
transmissie, trek de parkeerrem
volledig aan en zet de motor uit.
Als deze voorzorgsmaatregelen
niet worden opgevolgd, kan de
auto onverwacht en plotseling in
beweging komen.
(Vervolg)
Page 140 of 443

57
Rijden met uw auto
1. Controleer of de parkeerrem isgeactiveerd.
2. Handgeschakelde transmissie - Trap
het koppelingspedaal volledig in en zet
de versnellingspook in de vrijstand.
Trap het rempedaal en het
koppelingspedaal volledig in.
Automatische transmissie - Zet de
selectiehendel in stand P (Park). Trap
het rempedaal volledig in.
De motor kan ook worden gestart met
de selectiehendel in stand N.
3. Draai de contactsleutel in stand START en houd de sleutel in dezestand totdat de motor aanslaat
(maximaal 10 seconden). Laat de
sleutel vervolgens los.
4. Laat bij extreme kou (lager dan - 18ºC/0°F) of wanneer de auto een
aantal dagen niet is gebruikt, de motor
warmdraaien zonder het gaspedaal in
te trappen.
Of de motor nu warm is of koud, hij dient
gestart te worden zonder het gaspedaal
in te trappen.
OPMERKING
Probeer de selectiehendel niet instand P te zetten wanneer de motor
tijdens het rijden afslaat. Als hetveilig is met het oog op het overigeverkeer, kunt u de selectiehendel tijdens het rijden in stand N zetten
en kunt u de motor opnieuwproberen te starten door hetcontact in stand START te draaien.
OPMERKING
Laat de startmotor niet langer dan 10 seconden achter elkaar
draaien. Wacht als de motor afslaat of niet aanslaat 5 tot 10seconden alvorens de startmotoropnieuw in te schakelen. Als de
startmotor niet op de juistemanier bediend wordt, kan hijbeschadigd raken.
Zet het contact niet in stand START terwijl de motor draait.Anders raakt de startmotormogelijk beschadigd.
Page 141 of 443

Rijden met uw auto
8
5
Verlichte toets ENGINE
START/STOP (indien vantoepassing)
Wanneer het voorportier wordt geopend,
gaat de verlichting van de startknop
branden. De verlichting gaat direct uit als
het contact in stand ON wordt gezet of 30
seconden nadat het portier is gesloten. Stand startknop
OFF
Met handgeschakelde transmissie
Breng om de motor uit te schakelen de
auto tot stilstand en druk op de startknopterwijl het contact in de stand ON staat.
Met automatische transmissie
Druk om de motor uit te schakelen op de
startknop terwijl het contact in de stand
ON staat en zet de selectiehendel in de
parkeerstand. Wanneer u de startknop
indrukt terwijl de selectiehendel niet in
stand P (parkeren) staat, gaat het
contact niet naar stand OFF, maar naar
stand ACC.
Stuurslotsysteem (indien van toepassing)
Het stuurwiel wordt ook vergrendeld
wanneer het contact in stand OFF staat,
om de auto tegen diefstal te beveiligen.
Het wordt vergrendeld wanneer het
portier wordt geopend, wanneer u de
Smart Key uit de Smart Key-houder
neemt of wanneer u het portier
vergrendelt met de afstandsbediening (of
de Smart Key).
✽✽
AANWIJZING
Als het contact moeilijk in stand ACC is te zetten, draai dan het stuurwiel
naar rechts en naar links terwijl u de
startknop indrukt om de spanning te
verminderen.
Schakel de motor pas uit wanneer de auto tot stilstand is gekomen.
TOETS ENGINE START/STOP
OBK059001
WAARSCHUWING
In een noodsituatie kunt u, terwijl
de auto rijdt, de motor uitschakelen
en het contact in stand ACC zetten
door de startknop gedurende ten
minste 2 seconden ingedrukt tehouden of binnen 3 seconden 3
keer na elkaar in te drukken. Als de
auto rijdt, kunt u de motor weer
starten zonder het rempedaal in te
trappen door de startknop in tedrukken met de selectiehendel instand N (vrijstand).
Page 142 of 443

59
Rijden met uw auto
ACC (Accessoires)
Met handgeschakelde transmissie
Druk de toets ENGINE START/STOP als
deze in stand OFF staat in zonder het
koppelingspedaal in te trappen.
Met automatische transmissie
Druk de toets ENGINE START/STOP als
deze in stand OFF staat in zonder het
rempedaal in te trappen.
Het stuurwiel wordt ontgrendeld en de
elektrische accessoires kunnen bediend
worden.
Als de toets ENGINE START/STOP
langer dan 1 uur in stand ACC staat,
wordt de toets automatisch
uitgeschakeld om te voorkomen dat de
accu leegraakt.
ON
Met handgeschakelde transmissie
Druk de toets ENGINE START/STOP als
deze in stand ACC staat in zonder het
koppelingspedaal in te trappen.
Met automatische transmissie
Druk de toets ENGINE START/STOP als
deze in stand ACC staat in zonder het
rempedaal in te trappen.
Voordat de motor wordt gestart, gaan de
waarschuwingslampjes ter controle
branden. Laat de toets ENGINE
START/STOP niet lang in stand ON
staan. De batterij kan leegraken, omdat
de motor uitgeschakeld is.
START
Met handgeschakelde transmissie
Om de motor te starten trapt u het
koppelingspedaal en het rempedaal in en
drukt u de toets ENGINE START/STOPin met de selectiehendel in stand N
(vrijstand).
Met automatische transmissie
Om de motor te starten trapt u het
rempedaal in drukt u de toets ENGINE
START/STOP in met de selectiehendel in
stand P (parkeren) of N (vrijstand).
✽✽
AANWIJZING
Als u de toets ENGINE START/STOP indrukt zonder het koppelingspedaal
(handgeschakelde transmissies) of
zonder het rempedaal (automatische
transmissies) in te trappen, zal de
motor zal niet aanslaan. De stand van
de toets ENGINE START/STOP
verandert dan als volgt:
OFF ➔
➔
ACC ➔➔
ON ➔➔
OFF
Als u de toets ENGINE START/STOP
lang in stand ACC of ON laat staan,
zal de accu ontladen raken.
Page 143 of 443

Rijden met uw auto
10
5
Starten van de motor
WAARSCHUWING
Druk de toets ENGINE START/STOP nooit in terwijl de
auto rijdt. Hierdoor kunt u de
controle over de auto verliezen
en neemt de remkracht af, wat tot
een ongeval kan leiden.
Het stuurslot dient niet ter vervanging van de parkeerrem.
Controleer altijd of stand P is
ingeschakeld, trek de parkeerrem
volledig aan en zet de motor uit
voordat u de auto verlaat. Als
deze voorzorgsmaatregelen niet
worden opgevolgd, kan de auto
onverwacht en plotseling in
beweging komen.
(Vervolg)
WAARSCHUWING
Draag altijd geschikte schoenen tijdens het rijden. Ongeschikte
schoenen (hoge hakken,
skischoenen, enz.) kunnen het
bedienen van het rempedaal enhet gaspedaal bemoeilijken.
Start de auto niet terwijl het gaspedaal wordt ingetrapt. De
auto kan in beweging komen, wat
kan leiden tot een ongeval.
Wacht totdat het motortoerental normaal is. De auto kan
plotseling in beweging komen als
het rempedaal wordt losgelatenbij een hoog toerental.
(Vervolg)
Steek nooit tijdens het rijden uwhand door het stuurwiel om de
toets ENGINE START/STOP of
andere bedieningsorganen te
bedienen. Hierdoor kunt u de
controle over de auto verliezen,
wat kan leiden tot een ongeval enernstig letsel.
Plaats geen losse voorwerpen rondom de bestuurdersstoel.
Deze kunnen tijdens het rijden
gaan bewegen en de bestuurder
hinderen, wat kan leiden tot een
ongeval.
Page 144 of 443

511
Rijden met uw auto
1. Zorg ervoor dat u de Smart Key bij uhebt of laat deze in de auto.
2. Controleer of de parkeerrem goed is geactiveerd.
3. Handgeschakelde transmissie - Tr a p
het koppelingspedaal volledig in en zet
de versnellingspook in de vrijstand.
Houd het koppelingspedaal en het
rempedaal ingetrapt terwijl u de motor
start.
Automatische transmissie - Zet de
selectiehendel in stand P. Trap het
rempedaal volledig in.
De motor kan ook worden gestart met de selectiehendel in stand N.
4. Druk de toets ENGINE START/STOP in.
5. Laat bij extreme kou (lager dan -18ºC) of wanneer de auto een aantal dagen
niet is gebruikt, de motor warmdraaien
zonder het gaspedaal in te trappen.
Of de motor nu warm is of koud, hij
dient gestart te worden zonder het
gaspedaal in te trappen. Zelfs als de Smart Key zich in de auto
bevindt, maar op enige afstand van u,zal de motor mogelijk niet aanslaan.
Als het contact in de stand ACC of ON staat terwijl een portier geopend is,
controleert het systeem of de Smart
Key aanwezig is. Als de Smart Key niet
in de auto aanwezig is en alle portierenzijn gesloten, zal de
waarschuwingszoemer gedurende
ongeveer 5 seconden klinken. Zorg dat
de Smart Key in de auto is wanneer
stand ACC is ingeschakeld of de motor
draait.
WAARSCHUWING
De motor zal starten wanneer u op
de startknop drukt, maar alleen
wanneer de Smart Key zich in de
auto bevindt. Laat kinderen enmensen die niet bekend zijn met de
auto de startknop en aanverwante
onderdelen niet aanraken.OPMERKING
Probeer de selectiehendel niet in stand P te zetten wanneer de motor
tijdens het rijden afslaat. Als deverkeersomstandigheden hettoelaten kunt u de selectiehendel in stand N (vrijstand) zetten terwijl de
auto nog rijdt en vervolgens de toetsENGINE START/STOP indrukken omte proberen de motor opnieuw te
starten.