Page 169 of 280

AFSLUITER VAN DE
BRANDSTOFTOEVOER
BESCHRIJVING
Deze treedt in werking bij een botsing
en leidt tot het volgende:
❒onderbreking van de
brandstoftoevoer met uitschakeling van
de motor als gevolg;
❒automatische ontgrendeling van de
portieren
❒inschakeling van de binnenverlichting;
❒uitschakeling van de ventilatie van
de klimaatregeling;
❒inschakeling van de
alarmknipperlichten (om de lichten uit te
schakelen op de knop op het
dashboard drukken).
Wanneer het systeem wordt
ingeschakeld, verschijnt er bij sommige
versies een bericht op het display. Op
dezelfde manier wordt de bestuurder
met een speciaal bericht op het display
gewaarschuwd als het systeem niet
correct werkt.BELANGRIJK Controleer het voertuig
zorgvuldig op brandstoflekkage,
bijvoorbeeld in de motorruimte, onder
het voertuig of in de buurt van de
tank. Draai na een botsing de
contactsleutel naar STOP om te
voorkomen dat de accu leegloopt.
RESET AFSLUITER VAN
DE BRANDSTOFTOEVOER
Om de correcte werking van het
voertuig te herstellen, de volgende
procedure uitvoeren (deze procedure
moet binnen 1 minuut gestart en
voltooid worden):
159)
Uit te voeren handelingen
Met richtingaanwijzer in neutrale stand de
startinrichting op STOP zetten
Zet de startinrichting naar MAR
Schakel de rechter richtingaanwijzer in
Schakel de linker richtingaanwijzer in
Schakel de rechter richtingaanwijzer in
Schakel de linker richtingaanwijzer in
Schakel de linker richtingaanwijzer uit
Zet de startinrichting op STOP
Zet de startinrichting naar MAR
BELANGRIJK
159)Als na een botsing een brandstoflucht
wordt geroken of brandstoflekkage wordt
geconstateerd, dan mag het systeem
niet opnieuw ingeschakeld worden om
brand te voorkomen.
167
Page 170 of 280

AUTOMATISCHE
VERSNELLINGSBAK-
VERSNELLINGSPOOK
ONTGRENDELEN
In het geval van een storing, om de
versnellingspook uit P (Parkeren) te
zetten, als volgt te werk gaan:
❒zet de motor af;
❒schakel de elektrische parkeerrem in;
❒ga voorzichtig te werk op het met
de pijl aangegeven punt, verwijder de
sierlijst A fig. 136 (compleet met
stofkap) door deze omhoog te tillen (zie
ook fig. 137);
❒trap het rempedaal volledig in en
houd het ingetrapt;
❒steek de bijgeleverde
schroevendraaier haaks in opening B
fig. 138 en beweeg de
ontgrendelingshendel;❒zet de versnellingspook in N
(Vrijstand);
❒zet de stofkap en de sierlijst weer
goed op hun plaats;
❒start de motor.
AUTOMATISCHE
VERSNELLINGSBAK-
CONTACTSLEUTEL
VERWIJDEREN
64)
De contactsleutel (voor versies met
sleutel zonder afstandsbediening) kan
alleen verwijderd worden als de pook in
stand P (parkeren) staat.
Als de accu van het voertuig leeg is en
de contactsleutel is ingebracht, is de
sleutel in het contactslot geblokkeerd.
Ga als volgt te werk om de sleutel
handmatig te verwijderen:
❒breng het voertuig in veilige
omstandigheden tot stilstand, schakel
een versnelling en de elektrische
parkeerrem in;
❒draai met de bijgeleverde sleutel A
fig. 139 (die zich in de houder met
de boorddocumenten bevindt),
de bevestigingsbouten B fig. 140 van
het onderste deksel C los;
❒verwijder de onderste afdekking C
fig. 140van het stuurwiel door deze uit
de zitting te halen;
❒trek lipje D fig. 141 omlaag met één
hand en verwijder met de andere hand
de sleutel, door deze naar buiten te
trekken;
136F1B0028C
137F1B0055C
138F1B0056C
168
NOODGEVALLEN
Page 171 of 280

❒als de sleutel eenmaal verwijderd is,
onderste afdekking C fig.
140terugzetten, controleren of deze
goed vastzit en de bevestigingsbouten
B stevig vastdraaien.
BELANGRIJK
64)Het wordt geadviseerd contact op te
nemen met het Fiat Servicenetwerk om
deze hermontageprocedure te laten
uitvoeren. Indien u zelfstandig te werk wilt
gaan, dient u vooral op te letten op de
juiste bevestiging van de borgklemmen.
Anders kan een verkeerde bevestiging van
de onderste en bovenste afdekking lawaai
veroorzaken.
AUTOMATISCHE
VERSNELLINGSBAK
MET DUBBELE
KOPPELING -
VERSNELLINGSPOOK
ONTGRENDELEN
Ga in geval van storingen of een lege
accu als volgt te werk om de
versnellingspook te ontgrendelen:
❒zet de motor af;
❒schakel de elektrische parkeerrem in;
❒ga voorzichtig te werk op het met
de pijl aangegeven punt, verwijder de
sierlijst A fig. 142 (compleet met
stofkap) door deze omhoog te tillen (zie
ook fig. 143);
❒trap het rempedaal volledig in en
houd het ingetrapt;
139F1B0022C
140F1B0143C141F1B0222C
142F1B0028C
169
Page 172 of 280

❒steek de bijgeleverde
schroevendraaier haaks in opening B
fig. 144 en beweeg de
ontgrendelingshendel;
❒zet de versnellingspook in N
(Vrijstand);
❒zet de stofkap en de sierlijst weer
goed op hun plaats;
❒start de motor.
AUTOMATISCHE
VERSNELLINGSBAK
MET DUBBELE
KOPPELING -
CONTACTSLEUTEL
VERWIJDEREN
65)De contactsleutel (voor versies met
sleutel zonder afstandsbediening) kan
alleen verwijderd worden als de pook in
stand P (parkeren) staat.
Als de accu van het voertuig leeg is en
de contactsleutel is ingebracht, is de
sleutel in het contactslot geblokkeerd.
Ga als volgt te werk om de sleutel
handmatig te verwijderen:
❒breng het voertuig in veilige
omstandigheden tot stilstand, schakel
een versnelling en de elektrische
parkeerrem in;
❒draai met de bijgeleverde sleutel A
fig. 145 (die zich in de houder met
de boorddocumenten bevindt),
de bevestigingsbouten B fig. 146 van
het onderste deksel C los;
❒verwijder de onderste afdekking C
fig. 146van het stuurwiel door deze uit
de zitting te halen;
❒trek lipje D fig. 147 omlaag met één
hand en verwijder met de andere hand
de sleutel, door deze naar buiten te
trekken;❒als de sleutel eenmaal verwijderd is,
onderste afdekking C fig.
146terugzetten, controleren of deze
goed vastzit en de bevestigingsbouten
B stevig vastdraaien.
143F1B0055C
144F1B0056C
145F1B0022C
146F1B0143C
170
NOODGEVALLEN
Page 173 of 280
BELANGRIJK
65)Het wordt geadviseerd contact op te
nemen met het Fiat Servicenetwerk om
deze hermontageprocedure te laten
uitvoeren. Indien u zelfstandig te werk wilt
gaan, dient u vooral op te letten op de
juiste bevestiging van de borgklemmen.
Anders kan een verkeerde bevestiging van
de onderste en bovenste afdekking lawaai
veroorzaken.
SLEPEN VAN HET
VOERTUIG
BEVESTIGING VAN HET
SLEEPOOG
160) 161) 162)
Het bijgeleverde sleepoog bevindt zich
in de gereedschapstas in de
bagageruimte.
Voor
Ga als volgt te werk:
❒draai dop A fig. 148 los, ga te werk
op het met de pijl aangegeven punt;
❒neem sleepoog B en draai het
helemaal vast op de voorste pen met
schroefdraad .
Achter
Ga als volgt te werk:
❒draai dop A fig. 149 los, ga te werk
op het met de pijl aangegeven punt;
❒neem sleepoog B en draai het
helemaal vast op de achterste pen met
schroefdraad
147F1B0222C
148F1B0196C
149F1B0197C
171
Page 174 of 280

BELANGRIJK
160)Bij versies met sleutel zonder
afstandsbediening, moet deze, alvorens
het voertuig te slepen, naar MAR en
vervolgens naar STOP worden gedraaid,
zonder de sleutel uit het contactslot te
nemen. Als de sleutel uit het contactslot
wordt genomen, wordt automatisch het
stuurslot ingeschakeld waardoor de auto
niet kan worden bestuurd. Controleer
ook of de versnellingsbak in de vrijstand
staat (bij versies uitgerust met
automatische versnellingsbak controleren
of de pook in de N-stand staat). Bij versies
met elektronische sleutel, de startinrichting
in stand MAR zetten en vervolgens naar
STOP, zonder het portier te openen.
161)De rembekrachtiging en de
elektromechanische stuurbekrachtiging
werken niet terwijl het voertuig gesleept
wordt. Om die reden is meer kracht
benodigd voor de bediening van het
rempedaal en het stuur. Gebruik voor het
slepen geen soepele kabels en vermijd
bruuske bewegingen. Zorg ervoor dat er
tijdens het slepen geen onderdelen door de
sleepverbinding kunnen worden
beschadigd. Neem bij het slepen in elk
geval de wettelijke voorschriften in acht van
het land waarin wordt gereden en pas uw
rijgedrag aan. Start de motor niet wanneer
het voertuig wordt gesleept. Maak voor
de montage van het sleepoog de
schroefdraad zorgvuldig schoon. Zorg
ervoor dat het sleepoog volledig in de
zitting is vastgeschroefd alvorens het
voertuig te slepen.162)Het sleepoog voor en achter mag
uitsluitend gebruikt worden voor het slepen
over de weg in pechgevallen. Het is
toegestaan de auto op korte afstanden te
slepen m.b.v. geschikte middelen conform
de wegenverkeerswetgeving (starre stang),
om de auto op de weg te verplaatsen om
hem gebruiksklaar te maken voor het
slepen of voor transport met takelwagen.
Trekhaken MOGEN NIET worden gebruikt
om voertuigen off-road (d.w.z. op het
terrein) te slepen of waar hindernissen zijn
en/of voor het slepen met kabels of andere
niet-starre hulpmiddelen. In
overeenstemming met bovengenoemde
voorwaarden, moet men voor het slepen
twee voertuigen gebruiken (een slepend en
een gesleept voertuig), die zich beide zo
veel mogelijk op één lijn bevinden.
172
NOODGEVALLEN
Page 175 of 280
ONDERHOUD EN ZORG
Dankzij correct onderhoud kunnen de
prestaties van het voertuig, evenals
beperkte bedrijfskosten en het behoud
van de efficiëntie van de
veiligheidssystemen gedurende langere
tijd gegarandeerd worden.
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe.GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUD .................................174
MOTORRUIMTE..............................186
ACCU OPLADEN ............................195
ONDERHOUDSPROCEDURES .......196
HET VOERTUIG OPKRIKKEN .........200
WIELEN EN BANDEN .....................200
CARROSSERIE ...............................201
INTERIEUR......................................203
173
Page 176 of 280

GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUD
Juist onderhoud is essentieel voor een
lange levensduur van het voertuig
onder optimale omstandigheden.
Daarom heeft Fiat een reeks controles
en onderhoudsbeurten opgesteld
die op vaste afstandsintervallen
uitgevoerd moeten worden en, voor
bepaalde versies/markten, op vaste
tijdsintervallen, zoals beschreven in het
Geprogrammeerd Onderhoudsschema.
Ongeacht het bovenstaande, is het
altijd noodzakelijk de aanwijzingen in
het Geprogrammeerd
Onderhoudsschema zorgvuldig op te
volgen (bijv. regelmatige controle van de
vloeistofniveaus, bandenspanning,
enz.).Geprogrammeerde Onderhoudsbeurten
worden door alle werkplaatsen van het
Fiat Servicenetwerk uitgevoerd op basis
van de vaste intervallen in tijd of
kilometers/mijlen. Eventuele reparaties
die nodig blijken tijdens het uitvoeren
van de diverse inspecties en controles
van het geprogrammeerd onderhoud,
mogen uitsluitend worden uitgevoerd
na uitdrukkelijke toestemming van
de eigenaar. Als het voertuig dikwijls
gebruikt wordt voor het trekken van
aanhangers, dan moet een korter
interval tussen de onderhoudsbeurten
worden aangehouden.
BELANGRIJK
De servicebeurten van het
Geprogrammeerde Onderhoud zijn
door de fabrikant voorgeschreven. Het
niet uitvoeren ervan kan het vervallen
van de garantie tot gevolg hebben.
Het is raadzaam het Fiat
Servicenetwerk onmiddellijk te
informeren over eventuele kleine
defecten en niet te wachten tot de
volgende onderhoudsbeurt.
174
ONDERHOUD EN ZORG