Page 329 of 356

WAARSCHUWING!
Noodreservewielen zijn uitsluitend be-
doeld voor gebruik in noodgevallen. Het
rijgedrag van de auto verandert wanneer u dit
noodreservewiel monteert . Rijd met dit reserve-
wiel niet harder dan de snelheid vermeld op het
noodreservewiel. De spanning van een koude
band mag nooit hoger of lager zijn dan de waarde
die op de band- en beladingsinformatiesticker in
de portieropening aan de bestuurderszijde is
aangegeven. Vervang (of herstel) de oorspronke-
lijke band zo spoedig mogelijk en plaats deze
terug. Anders veroorzaakt u misschien een onge-
val.
DOORSLIPPEN VAN DE WIELEN
Als u vast komt te zitten in modder, zand, sneeuw of ijs,
mag u de wielen niet sneller dan 48 km/uur of meer dan
30 seconden continu laten draaien zonder te stoppen.
Raadpleeg “Een vastzittende auto weer vrijkrijgen” in
“Noodgevallen” voor meer informatie.
WAARSCHUWING!
Het laten doorslippen van de wielen is
gevaarlijk. De krachten die vrijkomen bij
extreem hoge wielsnelheden kunnen de banden
beschadigen. Er kan een band exploderen, waar-
door iemand gewond kan raken. Laat de wielen
van uw auto niet met een snelheid boven de
48 km/u of langer dan 30 seconden ononderbro-
ken ronddraaien. Zorg ook dat er geen personen
aanwezig zijn in de nabijheid van een doorslip-
pend wiel, ongeacht de snelheid waarmee het
wiel ronddraait .
BANDENSLIJTAGE-INDICATOREN
In de originele banden zijn bandenslijtage-indicatoren
aangebracht, die u helpen om te bepalen wanneer uw
banden moeten worden vervangen. (afb. 185)
Deze indicatoren zijn in de bodem van het profiel
geperst. Ze verschijnen als ringen als de profieldiepte
nog slechts 2 mm bedraagt. Als het loopvlak is versle-
ten tot op de slijtindicatoren dient u de band te
vervangen.
LEVENSDUUR VAN EEN BAND
De levensduur van een band is afhankelijk van verschil-
lende factoren, waaronder maar niet beperkt tot:
Rijstijl
Bandenspanning
Gereden afstand 323
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 330 of 356

WAARSCHUWING!
De banden en de reserveband dienen na
zes jaar te worden vervangen ongeacht
het resterende profiel op de banden. Als u deze
waarschuwing niet in acht neemt , kan een band
het plotseling begeven. U kunt de controle over
de auto verliezen en een ongeval veroorzaken
met ernstige of zelfs fatale gevolgen.
Bewaar banden die niet worden gebruikt op een koele,
droge plaats en stel ze zo weinig mogelijk bloot aan
licht. Voorkom dat de banden in aanraking komen met
olie, vet en benzine. VERVANGENDE BANDEN
De banden van uw nieuwe auto bieden een optimaal
evenwicht tussen allerlei verschillende eigenschappen.
Controleer daarom de banden regelmatig op de juiste
spanning (van koude banden) en op slijtage. De fabri-
kant raadt u ten zeerste aan banden te monteren van
dezelfde specificaties als de banden waarmee de auto
werd afgeleverd wat betreft maat en kwaliteits- en
prestatieniveau (zie de paragraaf "Slijtage-
indicatoren"). Voor meer informatie over de juiste
bandenmaat raadpleegt u het plaatje met informatie
over banden en belasting. De lastindex en het snel-
heidssymbool vindt u op de wang van de originele band.
Raadpleeg de tabel voor bandenmaten in de sectie met
informatie over veiligheid van banden in deze gebrui-
kershandleiding voor meer informatie over de lastin-
dex en het snelheidssymbool van een band.
Wij adviseren u de twee voorbanden of de twee
achterbanden gelijktijdig als paar te vervangen. Het
vervangen van slechts een band kan het rijgedrag van
uw auto sterk beïnvloeden. Wanneer u een velg wilt
vervangen, moet u ervoor zorgen dat de specificaties
van de nieuwe velg overeenkomen met die van de
standaardvelgen.
Wij raden u aan contact op te nemen met uw oor-
spronkelijke of een erkende bandenleverancier voor
alle vragen omtrent de juiste band. Wanneer u een
ander type band monteert, kan dat de veiligheid, de
(afb. 185)
1 — Versleten band
2 — Nieuwe band
324
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
Page 331 of 356

wegligging en het rijgedrag van uw auto in gevaar
brengen.
WAARSCHUWING!
Gebruik geen andere soort band of
velgmaat of een band met een andere
belastingsindex dan voor uw auto is voorgeschre-
ven. Door sommige niet-goedgekeurde banden
en wielen gecombineerd te gebruiken verandert
u mogelijk de dimensies en eigenschappen van de
wielophanging, waardoor de besturing, het weg-
gedrag en de remwerking veranderen. Dat kan
onvoorspelbaar stuurgedrag en spanningen in de
stuurinrichting en de wielophanging veroorza-
ken. U kunt de controle over de auto verliezen en
een ongeval veroorzaken met ernstige of zelfs
fatale gevolgen. Kies daarom uitsluitend banden
en velgmaten met een belastingsindex die voor
uw auto is goedgekeurd.
Gebruik nooit een band met een lagere belas-
tingsindex of capaciteit dan waarmee uw voer-
tuig oorspronkelijk is uitgerust . Als u een band
met een lagere belastingsindex gebruikt , kan de
band te zwaar worden belast en defect raken. U
kunt hierdoor de controle over het voertuig ver-
liezen wat tot aanrijdingen kan leiden.
(Vervolgd)(Vervolgd)
Wanneer uw banden niet geschikt zijn voor uw
rijsnelheid, kan dat een klapband veroorzaken en
kunt u de controle over de auto verliezen.
Het monteren van een band met een
afwijkende bandmaat kan ervoor zorgen
dat de aanduiding van de snelheidsmeter
en de kilometerteller niet langer juist zijn.
325
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 332 of 356

BRANDSTOFVEREISTEN —
BENZINEMOTOR
Alle motoren voldoen aan alle emissie-eisen, hebben
een laag brandstofverbruik en bieden optimale rijeigen-
schappen als u hoogwaardige loodvrije benzine met
een minimum octaangehalte van 91 gebruikt. Het ge-
bruik van superbenzine wordt afgeraden, omdat dit
voor deze motoren geen voordelen ten opzichte van
normale benzine biedt.
Licht pingelen bij lage motortoerentallen is niet scha-
delijk voor uw motor. Aanhoudend zwaar pingelen bij
hoge motortoerentallen kan echter schade veroorza-
ken en vereist onmiddellijk onderhoud. Benzine van
slechte kwaliteit kan problemen veroorzaken zoals
slecht starten, afslaan en haperen van de motor. Als u
last heeft van dergelijke storingen, probeer dan eerst
een ander merk benzine voordat u contact opneemt
met uw dealer.
Meer dan 40 automobielfabrikanten overal ter wereld
hebben uniforme specificaties opgesteld voor de kwa-
liteit van brandstoffen (het Worldwide Fuel Charter
oftewel het WWFC). Deze specificaties definiëren de
noodzakelijke eigenschappen voor de optimale emis-
siewaarden, prestaties en duurzaamheid van uw auto.
De fabrikant raadt het gebruik van brandstoffen aan die
voldoen aan de WWFC-specificaties voldoen, indien
verkrijgbaar.Methanol
Methanol (methyl- of houtalcohol) wordt in uiteenlo-
pende concentraties gemengd met loodvrije benzine.
Er zijn brandstoffen op verkrijgbaar die 3% of meer
methanol bevatten, samen met andere alcoholsoorten
die co-solventen worden genoemd. Voor problemen
die het gevolg zijn van gebruik van methanol/benzine of
E-85-ethanolmengsels is de fabrikant niet aansprakelijk.
Hoewel MTBE een zuurstofverbinding op basis van
methanol is, heeft het niet de negatieve effecten vanmethanol.
Gebruik geen benzine die methanol of
ethanol E-85 bevat . Het gebruik van deze
mengsels kan start- en rijproblemen ver-
oorzaken en schade toebrengen aan kritieke on-
derdelen van het brandstofsysteem.
Ethanol
De fabrikant raadt het gebruik van brandstoffen aan die
niet meer dan 10% ethanol bevatten. Wanneer u
brandstof tankt bij een benzinestation van een bekend
merk beperkt u de kans dat deze limiet van 10% wordt
overschreden of dat u brandstof krijgt met abnormale
eigenschappen. Houd ook rekening met een hoger
brandstofverbruik bij gebruik van met ethanol ver-
mengde brandstoffen, vanwege de lagere energieop-
brengst van ethanol. Voor problemen die het gevolg zijn
van gebruik van methanol/benzine of E-85-
ethanolmengsels is de fabrikant niet aansprakelijk.
326
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
Page 333 of 356

Hoewel MTBE een zuurstofverbinding op basis van
methanol is, heeft het niet de negatieve effecten vanmethanol.
Het gebruik van brandstof met een etha-
nolgehalte van meer dan 10% kan motor-
defecten, startproblemen, slecht functio-
neren en aantasting van materialen veroorzaken.
Deze nadelige werking kan blijvende schade aan
uw auto tot gevolg hebben.
Schone brandstof
Benzine wordt tegenwoordig veelal gemengd om bij te
dragen aan een schonere lucht, vooral in omgevingen
met ernstige luchtverontreiniging. Deze nieuwe meng-
sels zorgen voor een schonere verbranding.
De fabrikant ondersteunt deze inspanningen voor
schonere lucht. U kunt hieraan bijdragen door deze
brandstof te gebruiken wanneer hij verkrijgbaar is.
MMT in benzine
MMT is een metaaladditief dat mangaan bevat en in
sommige benzinesoorten wordt gemengd om het oc-
taangetal te verhogen. Met MMT gemengde benzine
biedt geen prestatievoordelen vergeleken bij benzine
met hetzelfde octaangetal zonder MMT. Benzine ge-
mengd met MMT verkort de levensduur van de bougies
en reduceert de prestaties van het emissieregelsys-
teem van sommige auto's. De fabrikant raadt het ge-
bruik van benzine zonder MMT aan voor uw auto. Het MMT-gehalte van benzine staat mogelijk niet aangege-
ven op de benzinepomp en daarom dient u bij uw
benzinepomp te informeren of de benzine MMT bevat.
Brandstofadditieven
Naast loodvrije benzine met het juiste octaangehalte,
wordt ook benzine aanbevolen waaraan reinigingsmid-
delen en additieven voor corrosiepreventie en stabili-
teit zijn toegevoegd. Het gebruik van benzine met deze
additieven heeft een gunstige invloed op het brandstof-
verbruik, verlaagt de emissiewaarden en verbetert de
motorprestaties.
Onzorgvuldig gebruik van reinigingsmiddelen voor het
brandstofsysteem word afgeraden. Veel van deze stof-
fen zijn bedoeld voor het verwijderen van harsen en
neerslag en bevatten vaak actieve oplosmiddelen of
soortgelijke ingrediënten. Deze middelen kunnen
schade toebrengen aan pakkingen en membranen in het
brandstofsysteem.
327
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 334 of 356

WAARSCHUWING!
Koolmonoxide (CO) in uitlaatgassen is
dodelijk. Volg de onderstaande voor-
schriften om koolmonoxidevergiftiging te voor-
komen.
Adem nooit uitlaatgassen in. Deze bevatten
namelijk koolmonoxide, een kleurloos en reuk-
loos gas dat dodelijk kan zijn. Laat de motor
nooit in een gesloten ruimte, zoals een garage,
draaien en blijf nooit lange tijd in een stilstaande
auto met draaiende motor zitten. Wanneer de
auto langere tijd met draaiende motor buiten
stilstaat , stel uw ventilatiesysteem dan zodanig
in dat buitenlucht naar binnen wordt geblazen.
Regelmatig onderhoud is een prima bescher-
ming tegen koolmonoxide. Laat het uitlaatsys-
teem altijd controleren wanneer de auto op een
hefbrug wordt gezet . Laat afwijkende condities
direct repareren. Rijd tot na de reparatie altijd
met de ramen volledig geopend.
Laat de achterklep dicht tijdens het rijden om
te voorkomen dat koolmonoxide en andere gif-
tige uitlaatgassen de auto binnendringen. BRANDSTOFVEREISTEN —
DIESELMOTOR
Het gebruik van dieselolie van de hoogste kwaliteit met
een cetaangehalte van 50 of meer, die voldoet aan de
norm EN590, wordt sterk aanbevolen. Raadpleeg uw
dealer voor meer informatie over de beschikbare
brandstoffen in uw omgeving.
328
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
Page 335 of 356
INHOUD VLOEISTOFFEN
Metrisch
Brandstof (ongeveer) 77,6 liter
Motorolie met filter
3,6l-motor 5,6 liter
2,0-liter dieselmotor 5,2 liter
Motorkoelsysteem*
3,6L dieselmotor en airconditioning met één of twee klimaatzones 12,4 liter
3,6L motor en airconditioning met drie klimaatzones 13,7 liter
2,0L dieselmotor en airconditioning met één of twee klimaatzones 9,1 liter
2,0L dieselmotor en airconditioning met drie klimaatzones 9,9 liter
* Inclusief verwarming en koelvloeistofreservoir gevuld tot aan MAX-peil.
329
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 336 of 356

VLOEISTOFFEN, SMEERMIDDELEN EN ORIGINELE ONDERDELEN
MOTORComponent Vloeistoffen, smeermiddelen en originele onderdelen
KoelvloeistofEen mengsel van gedemineraliseerd water en PARAFLU UP* in een mengver-
houding van 50% dat voldoet aan kwalificatie FIAT 9.55523 antivries/
koelvloeistof of een gelijkwaardig product.
Motorolie – 3,6 liter motor Geheel synthetische motorolie SELENIA K POWER met viscositeitsgraad SAE
5W-30 die voldoet aan kwalificatie FIAT 9.55535 API SN, ILSAC GF-5 of een
gelijkwaardig product.
Motorolie — 2,0L dieselmotor Geheel synthetische motorolie SELENIA WR P.E met viscositeitsgraad SAE
5W-30 die voldoet aan kwalificatie FIAT 9.55535–S1 of een gelijkwaardig pro-duct.
Bougies - 3,6 liter motor RER8ZWYCB4 (elektrodenafstand 1,1 mm)
Brandstofkeuze 3,6l-motor Octaangetal 91
Brandstofkeuze - 2,0L dieselmotor Cetaan 50 of meer (minder dan 15 ppm zwavel).
330
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD