AANWIJZINGEN VOOR BEDIENING OPMERKING:Zie de tabel aan het eind van dit
hoofdstuk voor de juiste instellingen voor de verschil-
lende weersomstandigheden.
Rijden in de zomer
Het motorkoelsysteem in auto's met airconditioning
moet worden beschermd met een antivriesmiddel van
uitstekende kwaliteit om een goede bescherming te
bieden tegen roestvorming en oververhitting van de
motor. Een oplossing van 50% ethyleenlycol (antivries)
en 50% water wordt aanbevolen. Raadpleeg "Onder-
houdsprocedures" in "Service en onderhoud" voor de
juiste koelvloeistof.
Rijden in de winter
Het gebruik van de circulatiefunctie tijdens de winter-
maanden is af te raden, daardoor kunnen de ruiten
gemakkelijk beslaan.
Stalling
Wanneer u de auto stalt, of minstens twee weken lang
niet meer gebruikt (bijv. bij vakantie), laat het aircosys-
teem dan bij stationair toerental vijf minuten lang
draaien in de buitenlucht bij een hoge aanjagersnelheid.
Zo krijgt het systeem voldoende smering en is de kans
op schade aan de aircocompressor miniem wanneer u
het systeem weer start. Ruitontwaseming
Het beslaan van de voorruit aan de binnenzijde is snel
te verhelpen door de keuzeschakelaar op Ontwasemen
te zetten. Met de stand Ontwasemen/Vloerventilatie
kunt u de voorruit helder houden en daarnaast zorgen
voor voldoende verwarming. Als u last krijgt van besla-
gen zijruiten, kunt u de aanjagersnelheid verhogen. Bij
zacht maar regenachtig of vochtig weer kunnen de
autoruiten aan de binnenzijde gemakkelijk beslaan. OPMERKING:
Gebruik de circulatiestand niet lang-
durig zonder de airconditioning aan te zetten, omdat
dan de ruiten kunnen beslaan.
Luchtinlaat buiten
Zorg dat de luchtinlaat, pal voor de voorruit, niet
wordt verstopt door achtergebleven bladeren e.d.
Wanneer bladeren achterblijven in de luchtinlaat wordt
de luchtstroming belemmerd; wanneer ze in de lucht-
kamer terechtkomen kunnen de waterafvoeren ver-
stopt raken. Zorg in de wintermaanden dat de luchtin-
laat niet wordt afgedekt door ijs of sneeuw.
Aircoluchtfilter
Het klimaatregelsysteem filtert stof, stuifmeel en som-
mige geuren uit de buitenlucht. Sterke stank kan niet
volledig worden uitgefilterd. Raadpleeg "Onderhouds-
procedures" in "Service en onderhoud" voor het ver-
vangen van het filter.
76
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
(*) Vloeistof van automatische versnellingsbak verver-
sen en filter(s) vervangen bij 96.000 km of 48 maanden
als u met de auto onder een van de volgende omstan-
digheden rijdt: rijden in stadsverkeer, herhaaldelijke
korte ritten (minder dan 7-8 km), of regelmatig trekken
van aanhangwagen of caravan.
Periodieke controles
Na elke1.000 km of voorafgaand aan lange ritten het
volgende controleren en eventueel bijvullen:
koelvloeistof;
remvloeistof;
ruitensproeiervloeistof;
bandenspanning en staat van de banden;
werking van verlichting (koplampen, richtingaanwij- zers, waarschuwingsknipperlichten, enz.);
werking van ruitenwissers/-sproeiers, stand en slij- tage van voor- en achterwisserbladen.
Na elke 3.000 km het motoroliepeil controleren en
indien nodig bijvullen.
Gebruik van auto onder zware
omstandigheden
Als de auto hoofdzakelijk onder een van de volgende
omstandigheden wordt gebruikt:
trekken van aanhangwagen of caravan; stoffige wegen;
herhaaldelijke korte ritten (minder dan 7-8 km) bij
temperaturen onder het vriespunt;
motor draait vaak stationair, rijden van lange afstan- den met lage snelheden of langere perioden zonder
gebruik.
U dient de volgende inspecties vaker uit te voeren dan
is aangegeven in het onderhoudsschema:
remblokken vóór op conditie en slijtage contoleren;
controleren of sloten van motorkap en scharnieren schoon en voldoende gesmeerd zijn;
visuele controle uitvoeren van conditie van: motor, versnellingsbak, pijpen en leidingen (uitlaat - brand-
stofsysteem - remmen) en rubberdelen (hoezen -
manchetten - bussen - enz.);
accustatus en het accuvloeistofniveau (elektrolyt) controleren;
visuele controle uitvoeren van de conditie van de hulpaandrijfriemen;
motorolie controleren en indien nodig verversen en oliefilter vervangen;
pollenfilter controleren en indien nodig vervangen;
luchtfilter controleren en indien nodig vervangen.
290
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
* Ongeacht het aantal gereden kilometers moet de
distributieriem elke 4 jaar vervangen worden bij ge-
bruik in bijzonder zware omstandigheden (koud kli-
maat, stadsverkeer, langdurig stationair draaien) en ten
minste elke 5 jaar.
(**) Als er minder dan 10.000 km per jaar met de auto
wordt gereden, moet om de 12 maanden de motorolie
worden ververst en het oliefilterelement worden ver-vangen.
(***) Het feitelijke interval voor verversing van de
motorolie en vervanging van het oliefilterelement is
afhankelijk van de gebruiksomstandigheden van de
auto. Dit interval wordt aangegeven door een meter of
via een bericht (indien aanwezig) op het dashboard, en
mag maximaal 24 maanden bedragen.
Als het vereiste onderhoud achterwege
wordt gelaten, kan uw auto hierdoor
schade oplopen.Periodieke controles
Na elke 1.000 km of voorafgaand aan lange ritten het
volgende controleren en eventueel bijvullen:
koelvloeistof, remvloeistof, ruitensproeiervloeistof
en stuurbekrachtigingsvloeistof;
bandenspanning en bandenconditie;
werking verlichting (koplampen, richtingaanwijzers, waarschuwingsknipperlichten, enz.);
werking ruitenwissers/-sproeiers, wisserbladenstand en slijtage aan voor- en achterwisserbladen;
Controleer het motoroliepeil en vul zo nodig olie aan na elke 3.000 km.
Gebruik van de auto onder zware
omstandigheden
Als u de auto voornamelijk onder een van de volgende
omstandigheden gebruikt:
trekken van aanhangwagen of caravan;
stoffige wegen;
korte (minder dan 7-8 km) en herhaalde ritten bij temperaturen onder het vriespunt;
regelmatig stationair draaien, lange afstanden rijden met lage snelheden, langdurig niet gebruiken van de
auto; moet u de volgende controles regelmatiger
uitvoeren dan wordt aangegeven in het onderhouds-schema:
controleer remblokken voor op conditie en slijtage;
293
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
WAARSCHUWING!
Gebruik voor uw airco uitsluitend
door de fabrikant goedgekeurde com-
pressorsmeermiddelen en koelmiddelen. Som-
mige niet-goedgekeurde koelmiddelen zijn ont-
vlambaar, kunnen ontploffen en ernstig letsel
veroorzaken. Andere niet-goedgekeurde koel-
middelen of smeermiddelen kunnen de werking
verstoren en hoge reparatiekosten veroorzaken.
Het aircosysteem bevat een koelvloeistof on-
der hoge druk. Om persoonlijk letsel of schade
aan het systeem te voorkomen mag het bijvullen
van koelmiddel, of andere reparaties waarbij lei-
dingen moeten worden losgekoppeld, alleen wor-
den uitgevoerd door een vakbekwame en speci-
aal opgeleide monteur.
Koelmiddel terugwinnen en hergebruiken
Het airconditioningsysteem van uw auto bevat R-134a,
een koelmiddel dat de ozonlaag in de bovenste atmo-
sfeer niet aantast. De fabrikant adviseert om het on-
derhoud aan het airconditioningsysteem te laten uit-
voeren door een erkende dealer of een bedrijf dat
beschikt over een installatie om het koelmiddel op te
vangen en te recycleren. OPMERKING: Gebruik alleen vloeibare afdichtings-
middelen voor aircosystemen, producten voor het
stoppen van lekken, afdichtingsconditioners, compres- sorolie of koelmiddelen die goedgekeurd zijn door defabrikant.
A/C-LUCHTFILTER (voor bepaalde
uitvoeringen/markten)
Raadpleeg "Onderhoudsschema" voor de juiste onder-
houdsintervallen.
WAARSCHUWING!
Het luchtfilter van het aircosysteem niet
verwijderen als de aanjager aanstaat ,
anders kan persoonlijk letsel het gevolg zijn.
Het luchtfilter van het aircosysteem bevindt zich in de
luchtinlaat achter het handschoenenkastje. Volg de
onderstaande stappen om het filter te vervangen:
1. Open het handschoenenkastje en neem alle voor- werpen eruit.
2. Druk het lipje aan weerszijden van het handschoe- nenkastje naar binnen en trek tegelijkertijd zachtjes
aan het klepje van het handschoenenkastje tot beide
lipjes vrijkomen en het klepje opengaat op het
instrumentenpaneel. (afb. 179)
3. Klap het handschoenenkastje naar beneden.
4. De twee houders waarmee het filterdeksel aan de ventilatiebehuizing is bevestigd losmaken en het
deksel verwijderen. (afb. 180)
5. Verwijder het luchtfilter van de airco door het recht uit de behuizing te trekken.
301
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
6. Installeer het luchtfilter van de airco met de pijl ophet filter naar beneden wijzend. Bij het terugplaat- sen van het filterdeksel zorgen dat het deksel goed
in de houders klikt en vast wordt gezet.
Het luchtfilter van de airco is voorzien
van een pijl die de richting van de lucht-
stroom door het filter aangeeft . Als het
filter niet op de juiste wijze wordt geïnstalleerd,
moet het wellicht vaker worden vervangen.
7. Plaats het klepje van het handschoenenkastje weer terug. Zorg dat de scharnieren volledig op hun
plaats zitten als u het klepje omhoog doet. Anders
klikt het veerslot niet goed dicht.
SMEREN VAN CARROSSERIEDELEN
De sloten en alle scharnierpunten aan de carrosserie,
zoals de stoelrails, portierscharnieren en -rollers, kof-
ferbakdeksel, achterklep, schuifdeuren en motorkap-
scharnieren, moeten voor een stille en soepele werking
en bescherming tegen corrosie en slijtage regelmatig
worden gesmeerd met een vet op lithiumbasis. Voordat
carrosseriedelen worden gesmeerd moeten de desbe-
treffende punten goed worden gereinigd. Verwijder na
het smeren overtollig vet of olie. Let vooral op onder-
delen voor vergrendeling van de motorkap, om een
correcte werking te verzekeren. Als u werkzaamheden
onder de motorkap verricht, moet u eerst de motor-
kapvergrendeling reinigen en indien nodig smeren.
Smeer de buitenste portierslotcilinders twee keer per
jaar, bij voorkeur in het voorjaar en in het najaar. Breng
(afb. 179) Handschoenenkastje verwijderen(afb. 180)
Vervanging luchtfilter airconditioning
302
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
INHOUD VLOEISTOFFEN
Metrisch
Brandstof (ongeveer) 77,6 liter
Motorolie met filter
3,6l-motor 5,6 liter
2,0-liter dieselmotor 5,2 liter
Motorkoelsysteem*
3,6L dieselmotor en airconditioning met één of twee klimaatzones 12,4 liter
3,6L motor en airconditioning met drie klimaatzones 13,7 liter
2,0L dieselmotor en airconditioning met één of twee klimaatzones 9,1 liter
2,0L dieselmotor en airconditioning met drie klimaatzones 9,9 liter
* Inclusief verwarming en koelvloeistofreservoir gevuld tot aan MAX-peil.
329
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUDTECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
INHOUD
Aanhangergewicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 237
Aanhangwagen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 234 Bedrading . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 240
Gewicht trailer en dissel . . . . . . . . . . . . . . . . . . 237
Minimumvereisten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 238
Tips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 242
Tips voor koeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 243
Trekhaak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 243
ABS (antiblokkeersysteem) . . . . . . . . . . . . 122,123,251
Accu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 299 Locatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 299
Waarschuwing voor gassen . . . . . . . . . . . . . . . . 300
Achteraandrijfsysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 312
Achteras (differentieel) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 312
Achterklep . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 113
Achterlichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 275
Achtermistlamp . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 252,274
Achterruit, onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 86
Achterruitontdooiing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 87
Achterste mistlampen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 252
Achterste ruitenwisser/sproeier . . . . . . . . . . . . . . . 86
Achteruitkijkspiegels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62
Achteruitkijkspiegels, elektrisch bediend . . . . . . . . . . 63
Achteruitrijlampen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 275
Additieven, brandstof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 327
Afkoelen, Turbo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 218
Afstandsbediening autoradio . . . . . . . . . . . . . . . . . 148
Afstandsbediening autoradio op stuurwiel . . . . . . . . 148
Afstandsbediening deurslot, programmering . . . . . . . 12
Afstandsbediening deurslot, vervanging . . . . . . . . . . . 11
Afstellen, koplampen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 82 Afvalverwijdering
Antivries (motorkoelvloeistof ) . . . . . . . . . . . . . . 309
Motorolie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 299
Airbag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 198,205
Airbag-waarschuwingslampje . . . . . . . . 204,208,211,247
Airbag, onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 207
Airbag, ontplooien van . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 206
Airbag, raam (zijgordijn) . . . . . . . . . . . . . . 200,203,205
Airco achterin . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72
Airco, achterin . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72
Airco, gebruikstips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77
Airco, koelvloeistof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 300,301
Airco, onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 300
Aircofilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76,301
Aircosysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71,300
Alarm (beveiliging) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16,252
Alarminstallatie van het voertuig (beveiliging) . . . . . . . 16
Alarmknipperlichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93
Alarmsysteem (beveiliging) . . . . . . . . . . . . . . . . . 16,18
Alarmsysteem (diefstalbeveiliging) . . . . . . . . . . . 16,252
Algemene informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12,15,139
Anti-slingerinrichting aanhanger (TSC) . . . . . . . . . . 129
Antiblokkeersysteem (ABS) . . . . . . . . . . . . . . . 122,123
Antiblokkeersysteem,
waarschuwingslampje . . . . . . . . . . . . . . . . 123,124,251
Antidiefstalalarm (diefstalbeveiliging) . . . . . . . . . . . . 16
Antidiefstalsysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 252
Antivries (motorkoeling) . . . . . . . . . . . 306,307,308,329 Afvalverwijdering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 309
Automatisch controlelampje Olie verversen . . . . . . . 25
Automatisch dimmen van de spiegel . . . . . . . . . . . . . 62
335
UW AUTO VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Automatisch ontgrendelen, portieren . . . . . . . . . . . 106
Automatisch openen van de ruiten . . . . . . . . . . . . . 111
Automatische koplampen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78
Automatische portiervergrendelingen . . . . . . . . 105,106
Automatische temperatuurregeling (ATC) . . . . . . . . . 71
Automatische transmissie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 223Bereik van de versnellingen . . . . . . . . . . . . . . . . 225
Vloeistof toevoegen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 312
Vloeistofpeil controleren . . . . . . . . . . . . . . . . . 312
Automatische versnellingsbak . . . . . . . . . . . . . . . . 311
Filter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 312
Keuze van de smeervloeistof . . . . . . . . . . . . . . . 331
Speciale additieven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 311
Vloeistof en filter vervangen . . . . . . . . . . . . . . . 312
Vloeistof toevoegen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 331
Bagage (belading) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 115
Bagage laden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93,233
Bagagemanagementsysteem . . . . . . . . . . . . . . . . . 115 Driedelige laadvloer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 115
Rolafdekking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 117
Bagagerek (dakdrager) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 120
Bagageruimte, voorzieningen . . . . . . . . . . . . . . . . . 114
Banden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 213,319 Algemene informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 319
Bandenspanning . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 319
Controlesysteem voor bandenspanning . . . . . . . . 132
Hoge snelheden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 320
Levensduur van de banden . . . . . . . . . . . . . . . . 323
Opkrikken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 256
Radiaalbanden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 321
Reservewiel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 256
Rotatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 317 Slijtagemarkeringen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 323
Spanning . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 319
Spinnen, doordraaien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 323
Thuiskomertje, noodreservewiel . . . . . . . . . . . . 321
Trekken van aanhangwagen . . . . . . . . . . . . . . . . 239
Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 319
Veroudering (levensduur van de banden) . . . . . . . 323
Vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 256,324
Bandenslijtage, slijtagemarkeringen . . . . . . . . . . . . . 323
Bandenspanning . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 249,319
Batterij van de afstandsbediening vervangen . . . . . . . 14
Bedrijfshandboek (instructieboekje) . . . . . . . . . . . . . . 4
Bekerhouder achterin . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100
Bekerhouders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100,316
Benzine (brandstof ) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 326 Besparend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Benzine, schone lucht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 327
Benzinemeter (brandstofmeter) . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Bergvakje zonnebrillen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
Beslagen ruiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
Bevrijden van vastgereden voertuig . . . . . . . . . . . . 282
Bijkomende veiligheidssystemen - Airbag . . . . . . . . . 198
Binnenspiegel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62
Bougies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 330
Brandstof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 326,328 Additieven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 327
Benzine . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 326
Benzinedop (gasdop) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 169
Besparend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Besparend functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Diesel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 328,330
Ethanol . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 326
Meter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
336
UW AUTO
VEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD