Page 129 of 730

1282-1. Instrumentenpaneel
Koelvloeistoftemperatuurmeter
Geeft de koelvloeistoftemperatuur weer
Weergave kilometerteller, dagteller en display regeling verlichting instrumenten-
paneel
Kilometerteller:
Geeft de totale afstand weer die met de auto is gereden
Dagteller:
Geeft de afstand weer die met de auto gereden is sinds de telle r de laatste keer op nul is
gezet. Dagteller A en B kunnen onafhankelijk van elkaar worden gebruikt en verschillende
afstanden weergeven.
Regeling verlichting instrumentenpaneel:
Geeft de helderheid van de verl ichting van het instrumentenpane el weer die kan worden inge-
steld.
Buitentemperatuur ( Blz. 128)
Multi-informatiedisplay
Geeft de bestuurder een aantal gegevens met betrekking tot het rijden (Blz. 131)
Geeft waarschuwingsmeldingen weer als er zich een storing voord oet (Blz. 640)
Controlelampje stand selectiehendel en schakelbereik/schakelsta p
Geeft de geselecteerde schakelstand of het geselecteerde schake lbereik/de geselecteerde
schakelstap weer ( Blz. 304, 308)
■Tellers en display worden verlicht als
Het contact staat AAN.
■Bij het wijzigen van de rijmodus
●De kleur van de snel heidsmeter wijzigt
overeenkomstig de geselecteerde rijmo-
dus. ( Blz. 449)
●AWD-uitvoeringen: De kleur van de snel-
heidsmeter wijzigt overeenkomstig de
geselecteerde rijmodus of modus van de
Multi-terrain Select. ( Blz. 449, 451)
■Indien de meeteenheden van de snel-
heidsmeter kunnen worden gewijzigd
(indien aanwezig)
De andere meeteenheid wordt ook weerge-
geven, zoals aangegeven in de afbeeldingen.
Analoge snelheidsmeter
Digitale snelheidsmeter
■Weergave buitentemperatuur
●Onder de volgende omstandigheden wordt
mogelijk niet de juiste buitentemperatuur
E
F
G
H
I
A
B
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book Page 128 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 130 of 730

129
2
2-1. Instrumentenpaneel
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
weergegeven of duurt het langer voordat
de weergave wordt gewijzigd.
• Wanneer de auto stilstaat of met lage snel- heid rijdt (lager dan 20 km/h)
• Wanneer de buitentemperatuur plotseling verandert (bijvoorbeeld bij het in- of uitrij-
den van een garage of tunnel)
●Wanneer -- of E wordt weergegeven, zit er
mogelijk een storing in het systeem.
Laat de auto nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
●Geeft de buitentemperatuur aan binnen
het bereik -40°C tot 50°C.
●Wanneer de buitentemperatuur ongeveer
3°C of lager is, gaat het controlelampje
gedurende 10 seconden knipperen en
blijft daarna branden.
■LCD-scherm
Blz. 132
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijvoorbeeld de weergave
van het instrumentenpaneel) kunnen worden
gewijzigd op het scherm van het multi-
informatiedisplay. ( Blz. 136)
Wanneer u op de toets ODO/TRIP
drukt, wordt geschakeld tussen de
onderwerpen op het display van de
kilometerteller, dagteller A, dagteller B
en de helderheid van de verlichting van
het instrumentenpaneel.
Als de dagteller wordt weergegeven,
wordt deze gereset als de toets inge-
drukt wordt gehouden.
Wanneer het display van de regeling
van de verlichting van het instrumen-
tenpaneel wordt weergegeven, kunt u
de helderheid van de verlichting van
het instrumentenpaneel afstellen door
de toets ingedrukt te houden.
■Afstellen helderheid instrumentenpaneel
De helderheid van de verlichting van het
instrumentenpaneel kan afzonderlijk worden
WAARSCHUWING
■Informatiedisplay bij lage temperatu-
ren
Laat het interieur van de auto op tempera-
tuur komen alvorens het informatiedisplay
te gebruiken. Bij extreem lage temperatu-
ren kan het display trager reageren en
worden wijzigingen mogelijk met enige
vertraging weergegeven.
Zo kan er bijvoorbeeld een vertraging ont-
staan tussen het schakelen door de
bestuurder en de weergave van de inge-
schakelde versnelling op het display. Deze
vertraging kan de bestuurder doen beslui-
ten nogmaals terug te schakelen, waar-
door er snel en te sterk op de motor wordt
afgeremd en er een aanrijding kan ont-
staan, mogelijk met ernstig letsel tot
gevolg.
OPMERKING
■Voorkomen van schade aan de motor
en onderdelen ervan
●Laat de naald van de toerenteller niet in
het rode gebied komen dat het maxi-
mumtoerental aangeeft.
●Als de naald van de koelvloeistoftempe-
ratuurmeter in het rode gebied (H) staat,
kan de motor oververhit zijn. Breng in
dat geval de auto zo snel mogelijk op
een veilige plaats tot stilstand en contro-
leer de motor nadat deze volledig is
afgekoeld. ( Blz. 673)
Gebruik van de toets ODO TRIP
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 129 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 131 of 730

1302-1. Instrumentenpaneel
aangepast wanneer de achterlichten branden
en wanneer de achterlichten uit zijn. Wan-
neer de omgeving echter licht is (bijvoorbeeld
overdag), wordt de helderheid van de verlich-
ting van het instrumentenpaneel niet aange-
past wanneer de achterlichten worden
ingeschakeld.
De klokken kunnen worden ingesteld
via het multi-informa tiedisplay of het
navigatie-/multimediasysteem.
Auto's zonder navigatiesysteem of
multimediasysteem
Door het scherm “Clo ck :00” (klok :00)
weer te geven via het scherm op
het multi-informatiedisplay, kunt u de
volgende instellingen met betrekking tot
de klok wijzigen.
Resetten van de weergave van de
minuten
Wijzigen van de klok tussen 12-uurs-
en 24-uursweergave.
Instellen van de tijd
■Resetten van de weergave van de
minuten
1 Druk op of van de bedie-
ningstoetsen van het instrumenten-
paneel op het stuurwiel en selecteer
.
2 Druk op of van de bedie-
ningstoetsen van het instrumenten-
paneel op het stuurwiel en selecteer
“Clock :00” (klok :00).
Door op van de bedieningstoetsen
van het instrumentenpaneel op het
scherm “Clock :00” (klok :00) te druk-
ken, kunt u de “Mi nutes” (minuten)
instellen op 00.
Minuten van 0 to t 29 worden naar
beneden afgerond.
(Bijvoorbeeld, van 1:00 tot 1:29 wordt weer-
gegeven als 1:00)
Minuten van 30 to t 59 worden naar
boven afgerond.
(Bijvoorbeeld, van 1:30 tot 1:59 wordt weer-
gegeven als 2:00)
■Instellen van de tijd
1 Druk op of van de bedie-
ningstoetsen van het instrumenten-
paneel op het stuurwiel en selecteer
.
2 Druk op of van de bedie-
ningstoetsen van het instrumenten-
paneel op het stuurwiel en selecteer
“Clock :00” (klok :00).
3 Houd op het scherm “Clock :00”
(klok :00) van de bedie-
ningstoetsen van het instrumenten-
paneel ingedrukt.
4 Selecteer “12H/24H” (12 uur/24
uur), “Time” (tij d) of “Minutes”
(minuten) door of van de
bedieningstoetsen van het instru-
mentenpaneel te bedienen.
5 Druk op of van de bedie-
ningstoetsen van het instrumenten-
paneel om de w eergave op het
display te wijzigen.
Druk als het instellen is voltooid op om
terug te keren naar het vorige scherm.
Auto's met navig atiesysteem of mul-
timediasysteem
Raadpleeg de handleiding voor het
navigatie- en multimediasysteem of de
handleiding voor het multimediasys-
teem.
Afstellen van de klok
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 130 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 132 of 730

131
2
2-1. Instrumentenpaneel
Voertuigstatusinformatie en controlelampjes
De onderstaande informatie wordt op het
multi-informatiedisplay weergegeven.
■Auto's met 4,2 inch display
Informatie ondersteunend systeem
Geeft herkende verkeer sborden weer terwijl
het RSA-systeem (indien aanwezig) in wer-
king is. ( Blz. 372)
Geeft een afbeelding weer wanneer de
onderstaande systemen in werking zijn en
een ander menu-icoon dan wordt
geselecteerd:
• LTA (Lane Tracing Assist) (indien aanwe- zig) ( Blz. 355)
• LDA (Lane Departure Alert met stuurrege-
ling) (indien aanwezig) ( Blz. 364)
• Dynamic Radar Cruise Control met volle- dig snelheidsbereik (indien aanwezig)
( Blz. 376) • Dynamic Radar Cruise Control (indien
aanwezig) ( Blz. 388)
• Cruise control (indien aanwezig)
( Blz. 399)
• Snelheidsbegrenzer (indien aanwezig) ( Blz. 402)
Menu-iconen ( Blz. 132)
Informatiedisplayzone
Er kunnen verschillende soorten informatie
worden weergegeven door een menu-icoon
te selecteren.
Daarnaast kunnen in bepaalde situaties
pop-updisplays met waarschuwingen of sug-
gesties/tips worden weergegeven.
■Auto's met 7 inch display
Informatie ondersteunend systeem
Geeft herkende verkeersborden weer terwijl
het RSA-systeem (indien aanwezig) in wer-
king is. ( Blz. 372)
Geeft een afbeelding weer wanneer de
onderstaande systemen in werking zijn en
een ander menu-icoon dan wordt
geselecteerd:
• LTA (Lane Tracing Assist) (indien aanwe- zig) ( Blz. 355)
• LDA (Lane Departure Alert met stuurrege-
ling) (indien aanwezig) ( Blz. 364)
• Dynamic Radar Cruise Control met volle- dig snelheidsbereik (indien aanwezig)
( Blz. 376)
• Dynamic Radar Cruise Control (indien aanwezig) ( Blz. 388)
Multi-infor matiedisplay
Het multi-informatiedisplay wordt
gebruikt om informatie met betrek-
king tot het brandstofverbruik en
verschillende soorten rijgerela-
teerde informati e weer te geven.
Het multi-informatiedisplay kan
ook worden gebruikt voor het wij-
zigen van de display-instellingen
en andere instellingen.
Informatie op display
A
B
C
A
pM_RAV4_OM_OM42C76E_(EE).book P age 131 Monday, October 7, 2019 3:26 PM
Page 133 of 730

1322-1. Instrumentenpaneel
• Cruise control (indien aanwezig) (
Blz. 399)
• Snelheidsbegrenzer (indien aanwezig)
( Blz. 402)
Informatiedisplayzone
Er kunnen verschillende soorten informatie
worden weergegeven door een menu-icoon
te selecteren.
Daarnaast kunnen in bepaalde situaties
pop-updisplays met waarschuwingen of sug-
gesties/tips worden weergegeven.
Menu-iconen ( Blz. 132)
■Het multi-informatiedisplay wordt weer-
gegeven wanneer
Het contact staat AAN.
■Bij het wijzigen van de rijmodus
●De achtergrondkleur van het multi-informa-
tiedisplay wijzigt overeenkomstig de gese-
lecteerde rijmodus. ( Blz. 449)
●AWD-uitvoeringen: De achtergrondkleur
van het multi-informatiedisplay wijzigt over-
eenkomstig de geselecteerde rijmodus of
modus van de Multi-terrain Select.
( Blz. 449, 451)
■LCD-scherm
Op het scherm kunnen kleine vlekjes of lichte
puntjes verschijnen. Dit verschijnsel is ken-
merkend voor LCD-schermen en u kunt het
scherm zonder problemen blijven gebruiken.
Het multi-informatiedisplay wordt
bediend met de bedi eningstoetsen van
het instrumentenpaneel. Scrol door het scherm
*/wijzig het
scherm
*/beweeg de cursor
Indrukken: Enter/instellen
Ingedrukt houden: Resetten/weer-
geven van de aan de persoonlijke
voorkeur aanpasbare items
Terugkeren naar het vorige scherm
Weergeven van verzonden/ontvan-
gen oproepen en oproepge-
schiedenis (indien aanwezig)
Wanneer het handsfree-systeem is
aangesloten, worden de verzonden
en ontvangen oproepen weergege-
ven. Raadpleeg de handleiding voor
het navigatie- en multimediasys-
teem of de handleiding voor het
multimediasysteem voor meer infor-
matie over het handsfree-systeem.
*: Op schermen waar doorheen kan worden gescrold en waarvan de weergave kan
worden veranderd, wordt een scrollbar of
een rond icoon met het aantal geregis-
treerde schermen weergegeven.
Informatie met betrekking tot elk icoon
kan worden weergegeven door met de
bedieningstoetsen van het instrumen-
tenpaneel het icoon te selecteren.
Wijzigen van de weergave
B
C
: $ $ 5 6 &