Page 49 of 760

491-1. Voor een veilig gebruik
1
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
De belangrijkste onderdelen van het airbagsysteem zijn hierboven
afgebeeld. Het SRS-airbagsysteem wordt aangestuurd door de air-
bag-ECU. Bij het activeren van de airbags zorgt een chemische reac-
tie in de ontstekingsmechanismen ervoor dat de airbags snel gevuld
worden met niet-giftig gas om de beweging van de inzittenden te hel-
pen beperken.
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen airbags
Neem met betrekking tot de airbags de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan resulteren in ern-
stig letsel.
●Alle inzittenden dienen hun veiligheidsgordel op de juiste manier te dra-
gen.
De SRS-airbags zijn aanvullende middelen die samen met de veiligheids-
gordels gebruikt moeten worden.
●De bestuurdersairbag wordt met een aanzienlijke kracht geactiveerd,
waardoor ernstig letsel kan ontstaan, vooral wanneer de bestuurder zich
dicht bij de airbag bevindt.
Het gevaarlijkst bij de activering van de airbag zijn de eerste 50 - 75 mm;
door een afstand van minimaal 250 mm tot het stuurwiel aan te houden,
hanteert u een veilige marge. Dit is de afstand gemeten vanaf het midden
van het stuurwiel tot aan uw borstbeen. Als u nu minder dan 250 mm van
de airbag zit, kunt u uw zitpositie op verschillende manieren wijzigen:
• Plaats uw stoel zo ver mogelijk naar achteren terwijl de pedalen nog
goed kunnen worden bediend.
• Zet de rugleuning iets achterover. Hoewel auto's verschillen, verkrijgen
veel bestuurders, zelfs met de bestuurdersstoel helemaal naar voren,
de afstand van 250 mm door simpelweg de rugleuning iets achterover
te zetten. Als u door het achterover zetten van uw stoel de weg niet
goed meer kunt zien, kunt u een stevig, niet-glad kussen gebruiken om
hoger te zitten, of uw stoel hoger zetten wanneer uw auto deze moge-
lijkheid biedt.
• Als het stuurwiel verstelbaar is, kantel het dan naar beneden. Hierdoor
wijst de airbag naar uw borst in plaats van uw hoofd en nek.
De stoel dient te worden afgesteld zoals hierboven aanbevolen, terwijl de
auto nog steeds goed bediend kan worden.
Page 50 of 760

501-1. Voor een veilig gebruik
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen airbags
●De voorpassagiersairbag wordt ook met een aanzienlijke kracht opgebla-
zen waardoor ernstig letsel kan ontstaan, vooral wanneer de voorpassa-
gier zich dicht bij de airbag bevindt. De voorpassagiersstoel dient zo ver
mogelijk van de airbag af te staan, met de rugleuning rechtop.
●Kinderen die niet (goed) op de stoel zitten en/of geen gordel dragen of de
gordel niet op de juiste manier dragen, kunnen letsel oplopen door een in
werking tredende airbag. Gebruik de veiligheidsgordels nooit voor baby's
of kleine kinderen. Gebruik hiervoor speciale baby- of kinderzitjes. Toyota
beveelt ten zeerste aan dat alle op de achterstoelen plaatsnemen en de
veiligheidsgordels altijd op de juiste manier dragen. Op de achterstoelen
zitten kinderen veiliger dan op de voorpassagiersstoel. (Blz. 63)
●Ga niet op het puntje van de stoel zitten
en leun niet op het dashboard.
●Laat een kind niet op de voorpassa-
giersstoel staan of bij een voorpassa-
gier op schoot zitten.
●Sta niet toe dat voorpassagiers voor-
werpen op hun knieën vasthouden.
Page 51 of 760
511-1. Voor een veilig gebruik
1
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen airbags
●Leun niet tegen het portier, de dakzijrail
of de voor-, midden- of achterstijl.
●Laat niemand knielen op de passagiers-
stoel in de richting van het portier of
hoofd en handen buiten de auto steken.
●Bevestig niets aan en laat niets rusten
tegen componenten als het dashboard,
het stuurwielkussen of het onderste
deel van het dashboard.
Dergelijke voorwerpen kunnen als een
projectiel worden gelanceerd als de
bestuurdersairbag, de voorpassagiers-
airbag en de knie-airbag worden geacti-
veerd.
Page 52 of 760

521-1. Voor een veilig gebruik
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen airbags
●Hang geen kleerhangers of andere harde voorwerpen aan de kleding-
haakjes. Dergelijke voorwerpen kunnen als een projectiel gelanceerd wor-
den en ernstig letsel veroorzaken wanneer de curtain airbags geactiveerd
worden.
●Zorg ervoor dat het gedeelte waar de knie-airbag wordt geactiveerd niet
door iets wordt afgedekt.
●Gebruik geen accessoires op de stoelen die het gedeelte van de stoel
waarin de side airbags geactiveerd worden, afdekken omdat dat het acti-
veren van de airbags negatief kan beïnvloeden. Dergelijke accessoires
kunnen tot resultaat hebben dat de side airbags niet op de juiste wijze
geactiveerd worden, helemaal niet geactiveerd worden of per ongeluk
geactiveerd worden, waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
●Bevestig geen voorwerpen aan onder-
delen van de auto, zoals het portier, de
voorruit, de portierruit, de voor- of ach-
terstijl, de dakstijl en de handgreep.
(Behalve het label voor de snelheidsbe-
perking Blz. 667)
●Auto's zonder Smart entry-systeem en
startknop: Bevestig geen zware,
scherpe of harde voorwerpen zoals
sleutels of accessoires aan de contact-
sleutel. De voorwerpen kunnen het
opblazen van de knie-airbag hinderen,
of weggeslingerd worden door de
kracht waarmee de airbag wordt geacti-
veerd en gevaar opleveren.
Page 53 of 760

531-1. Voor een veilig gebruik
1
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen airbags
●Sla niet, en oefen ook geen overmatige kracht uit, op onderdelen waarin
airbags aanwezig zijn.
Als dat wel gebeurt, kunnen er storingen aan de SRS-airbags ontstaan.
●Raak onderdelen van het airbagsysteem niet aan direct nadat de SRS-air-
bags geactiveerd zijn omdat deze heet kunnen zijn.
●Als u na het activeren van de SRS-airbags moeilijkheden met de ademha-
ling ondervindt, open dan een portier of ruit om frisse lucht binnen te laten
of verlaat de auto als u dat op een veilige manier kunt doen. Als er poeder-
deeltjes op uw huid zijn terechtgekomen, was deze er dan zo snel moge-
lijk af om huidirritatie te voorkomen.
●Als de delen van de auto waarin airbags ondergebracht zijn, zoals het
stuurwielkussen en de bekleding van de voorstijl en achterstijl, beschadigd
of gescheurd zijn, laat deze dan vervangen door een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
■Componenten van het SRS-airbagsysteem wijzigen of verwijderen
Voer uw auto niet af en voer geen van onderstaande veranderingen uit zon-
der eerst een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige te raadplegen. De
airbags kunnen defect raken of per ongeluk worden geactiveerd (opgebla-
zen), waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
●Plaatsing, verwijdering, demontage en reparatie van de airbags
●Reparaties, wijzigingen, verwijderen of vervangen van het stuurwiel,
instrumentenpaneel, dashboard, stoelen of stoelbekleding, voor-, midden-
en achterstijlen en het dak
●Reparaties of wijzigingen aan het voorspatbord, de voorbumper of de zij-
kant van het passagierscompartiment
●Plaatsen van een bullbar, sneeuwploeg of lier
●Wijzigingen aan de wielophanging van de auto
●Plaatsen van elektronische apparatuur als een mobiele tweewegradio
(zend-/ontvanginstallatie) of CD-speler
●Aanpassing van uw auto ten behoeve van een mindervalide persoon
Page 54 of 760

541-1. Voor een veilig gebruik
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
■Als de SRS-airbags worden geactiveerd
●Het contact met een geactiveerde SRS-airbag kan leiden tot kneuzingen en
schaafwonden.
●Er is een luide knal hoorbaar en er komt wit poeder vrij.
●Gedurende enkele minuten na het activeren van de airbags kunnen de
onderdelen van de airbagmodule (stuurwielnaaf, afdekkap airbag en ontste-
kingsmechanisme) evenals de voorstoelen, delen van de voor- en achter-
stijlen en het dak nog heet zijn. De airbag zelf kan ook heet zijn.
●De voorruit kan barsten.
■Voorwaarden voor activering van de SRS-airbags (SRS-airbags voor)
●De airbags vóór worden geactiveerd als een bepaalde drempelwaarde
wordt overschreden (vergelijkbaar met een frontale aanrijding met een snel-
heid van ongeveer 20 - 30 km/h tegen een voorwerp dat niet kan bewegen
of vervormen).
De drempelwaarde voor snelheid kan in de volgende situaties echter veel
hoger liggen:
• Wanneer de auto iets raakt dat kan bewegen en/of vervormen, zoals een
geparkeerde auto of lantaarnpaal
• Wanneer de auto betrokken raakt bij een ongeval waarbij de neus van de
auto onder een vrachtwagen terechtkomt
●Afhankelijk van het type aanrijding is het mogelijk dat alleen de gordelspan-
ners worden geactiveerd.
■Voorwaarden voor activering airbag (side airbags en curtain airbags)
●De SRS-side airbags en curtain airbags worden geactiveerd als een
bepaalde drempelwaarde wordt overschreden (vergelijkbaar met ter plaatse
van het passagierscompartiment aangereden worden met een snelheid van
ongeveer 20 - 30 km/h door een ongeveer 1.500 kg wegend voertuig,
komend vanuit een richting die haaks staat op de positie van de auto).
●De curtain airbags worden mogelijk ook geactiveerd bij een ernstige frontale
aanrijding.
Page 55 of 760
551-1. Voor een veilig gebruik
1
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
■Omstandigheden waarbij de airbags geactiveerd kunnen worden, anders
dan bij een aanrijding
De airbags voor en de curtain airbags kunnen ook geactiveerd worden bij
zware stoten tegen de onderkant van de auto. Zie de afbeelding voor een
aantal voorbeelden.
■Soorten aanrijdingen waarbij de airbags soms niet geactiveerd worden
(airbags voor)
Het airbagsysteem vóór treedt over het algemeen niet in werking bij aanrijdin-
gen van opzij of van achteren, als de auto over de kop slaat of bij een frontale
aanrijding op lage snelheid. Maar wanneer een aanrijding voldoende voor-
waartse deceleratie veroorzaakt, wordt de airbag mogelijk geactiveerd. ●Raken van een stoeprand of een ander
hard voorwerp
●In of over een diepe kuil rijden
●Hard neerkomen
●Aanrijding van opzij
●Aanrijding van achteren
●Over de kop slaan
Page 56 of 760

561-1. Voor een veilig gebruik
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)■Soorten aanrijdingen waarbij de side airbags en de curtain airbags soms
niet geactiveerd worden
De side airbags en curtain airbags treden mogelijk niet in werking bij aanrij-
dingen van opzij onder een bepaalde hoek of bij aanrijdingen van opzij waar-
bij het passagierscompartiment niet wordt geraakt.
De side airbags treden over het algemeen niet in werking bij aanrijdingen van
voren of van achteren, als de auto over de kop slaat of bij een aanrijding van
opzij op lage snelheid.
De curtain airbags zijn in principe niet ontworpen om in werking te treden bij
een aanrijding van achteren, een koprol van de auto in de lengterichting, een
aanrijding van opzij met lage snelheid of een frontale aanrijding met lage
snelheid. ●Aanrijding van opzij waarbij het passa-
gierscompartiment niet wordt geraakt
●Aanrijding van opzij onder een hoek
●Aanrijding van voren
●Aanrijding van achteren
●Over de kop slaan
●Aanrijding van achteren
●Over de kop slaan