Page 369 of 760
3695-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
5
Voorzieningen in het interieur
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Draai de knop voor de uit-
stroomopening in stand
.
Zet, als de recirculatiemodus is
ingeschakeld, de luchttoevoer-
toets in de buitenluchtmodus.
Voer dienovereenkomstig de volgende handelingen uit:
●Draai aan de knop voor de aanjagersnelheid om de aanjager-
snelheid aan te passen.
●Draai de draaiknop voor de temperatuurregeling om de tempera-
tuur te wijzigen.
●Als de ontvochtigingsfunctie niet werkt, druk dan op om
de ontvochtigingsfunctie in te schakelen.
Verhoog de aanjagersnelheid en de temperatuur om de voorruit en zijrui-
ten sneller te ontwasemen.
Bovenlichaam
Ontwasemen van de voorruit
11
Uitstroomopeningen en luchtstroom
2
Page 370 of 760
3705-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Bovenlichaam en voeten
Vo e t e n
Voeten en voorruit
Druk op .
Iedere keer als op wordt gedrukt, schakelt de luchttoevoer tussen
buitenluchtmodus (controlelampje uit) en recirculatiemodus (controle-
lampje aan).
Schakelen tussen buitenluchtmodus en recirculatiemodus
Page 371 of 760
3715-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
5
Voorzieningen in het interieur
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)■
Uitstroomopeningen midden voor
Directe luchtstroom naar
links of rechts, boven of
beneden.
Draai aan de knoppen om de
uitstroomopeningen te ope-
nen of te sluiten.
Draai aan de knop om de uit-
stroomopening voor de
passagiers op de achter-
bank te openen of te sluiten.
■Uitstroomopeningen voor
Directe luchtstroom naar links
of rechts, boven of beneden.
Openen van de uitstroom-
opening.
Sluiten van de uitstroomope-
ning.
De stand van de uitstroomopeningen afstellen en deze openen
en sluiten
1
2
3
1
2
Page 372 of 760

3725-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
■Werking van de airconditioning in de ECO-modus
In de ECO-rijstand wordt de airconditioning bediend voor een laag brandstof-
verbruik. Hierbij worden het motortoerental en de compressorwerking afgere-
geld om zo de capaciteit van de verwarming/koeling te beperken.
Schakel de ECO-modus uit om de prestaties van de airconditioning te verbe-
teren. (Blz. 246, 253, 262)
■Beslaan van de ruiten
●Wanneer de luchtvochtigheid in de auto hoog is, zullen de ruiten gemakke-
lijk beslaan. Wanneer wordt ingeschakeld, wordt de lucht die via de
uitstroomopeningen stroomt, ontvochtigd en wordt de voorruit efficiënt ont-
wasemd.
●Als u uitschakelt, zullen de ruiten mogelijk sneller beslaan.
●De ruiten zullen mogelijk beslaan als de recirculatiemodus is ingeschakeld.
■Buitenlucht-/recirculatiemodus
Zet bij het rijden op stoffige wegen, zoals in tunnels, of in druk verkeer de
luchttoevoertoets in de recirculatiemodus. Zo wordt voorkomen dat er buiten-
lucht de auto in stroomt. Wanneer tijdens het koelen de recirculatiemodus
wordt ingeschakeld, wordt ook het interieur van de auto effectief gekoeld.
■Als de buitentemperatuur ongeveer 0C is
De airconditioning wordt mogelijk niet ingeschakeld, ook niet als wordt
ingedrukt.
■Geuren ventilatie en airconditioning
●Zet de airconditioning in de buitenluchtmodus om frisse lucht binnen te
laten.
●Tijdens het gebruik kunnen verschillende geuren van binnen en buiten de
auto in het airconditioningsysteem terechtkomen. Dit kan tot gevolg hebben
dat de lucht die uit de uitstroomopeningen komt niet lekker ruikt.
●Het voorkomen van mogelijke geuren:
We raden u aan de airconditioning in de buitenluchtmodus te zetten voordat
u de motor uitschakelt.
Page 373 of 760

3735-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
5
Voorzieningen in het interieur
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)■De airconditioning blijft in werking als de motor is uitgezet door het Stop
& Start-systeem (auto's met Stop & Start-systeem)
Als de motor wordt afgezet doordat het Stop & Start-systeem in werking is,
worden de koel-, verwarmings- en ontvochtigingsfuncties uitgeschakeld en
blaast het systeem alleen lucht die op de omgevingstemperatuur is. Druk op
de uitschakeltoets van het Stop & Start-systeem en gebruik het Stop & Start-
systeem niet om te voorkomen dat de airconditioning wordt uitgeschakeld.
■Als de voorruit beslagen is en de motor is uitgezet door het Stop & Start-
systeem (auto's met Stop & Start-systeem)
Herstart de motor door het koppelingspedaal in te trappen (Blz. 326) of
door op de uitschakeltoets van het Stop & Start-systeem te drukken en de
draaiknop voor de keuze van de uitstroomopening in de stand te zet-
ten. (Blz. 369)
Druk als de voorruit blijft beslaan op de uitschakeltoets van het Stop & Start-
systeem om het systeem uit te schakelen.
■Wanneer er een geur vrijkomt uit de airconditioning als de motor is uit-
gezet door het Stop & Start-systeem (auto's met Stop & Start-systeem)
Druk op de uitschakeltoets van het Stop & Start-systeem om de motor weer te
starten.
■Interieurfilter
Blz. 568
Page 374 of 760
3745-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
WAARSCHUWING
■Voorkomen dat de voorruit beslaat
Zet de draaiknop voor het selecteren van de uitstroomopening niet in de
stand in combinatie met koele lucht bij extreem vochtig weer. Het
verschil tussen de buitentemperatuur en de temperatuur van de voorruit
zorgt ervoor dat de buitenkant van de voorruit beslaat, waardoor het zicht
wordt belemmerd.
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de accu
Laat de airconditioning niet langer ingeschakeld dan noodzakelijk is als de
motor niet draait.
Page 375 of 760

375
5
5-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Voorzieningen in het interieur
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Automatische airconditioning
: Indien aanwezig
De uitstroomopeningen waaruit de lucht komt en de aanjager-
snelheid worden automatisch geregeld op basis van de gekozen
temperatuur.
Onderstaande afbeelding heeft betrekking op auto's met linkse
besturing. Voor uitvoeringen met rechtse besturing is de positie
van de knoppen omgekeerd.
Draaiknop temperatuurrege-
ling bestuurderszijde
Toets AUTO
Voorkeurstoets aanjager
Weergave ingestelde tempe-
ratuur bestuurderszijde
Voorkeursweergave aanjager
Weergave aanjagersnelheid
Weergave uitstroomopening
Weergave ingestelde tempe-
ratuur passagierszijdeToets voorruitverwarming
Toets gemeenschappelijke
bediening
Draaiknop temperatuurrege-
ling passagierszijde
Toets koel- en ontvochtigings-
functie aan/uit
Toets keuze uitstroomope-
ningen
Toets aanjagersnelheid
Toets buitenlucht- of recircula-
tiemodus
To e t s O F F1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
Page 376 of 760

3765-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Druk op .
De ontvochtigingsfunctie wordt ingeschakeld. De uitstroomopeningen
waaruit de lucht komt en de aanjagersnelheid worden automatisch gere-
geld op basis van de gekozen temperatuur en de luchtvochtigheid.
Draai rechtsom om de temperatuur te verhogen en draai
linksom om de temperatuur aan de bestuurderszijde te
verlagen.
De functies van de toetsen van de airconditioning wijzigen van gescheiden
naar gemeenschappelijke bediening en omgekeerd als wordt inge-
drukt.
Gemeenschappelijke bediening (het controlelampje op is aan):
De draaiknop voor de temperatuurregeling aan de bestuurderszijde kan
worden gebruikt om de temperatuur aan de bestuurders- en passagiers-
zijde in te stellen. Bedien de draaiknop voor de temperatuurregeling aan
de passagierszijde om de gescheiden bediening te activeren.
Gescheiden bediening (het controlelampje op is uit):
De temperatuur aan de bestuurders- en passagierszijde kan afzonderlijk
worden ingesteld.
■
Controlelampje automatische modus
Als de instelling van de aanjagersnelheid of de luchtcirculatiemodi worden
bediend, dooft het controlelampje van de automatische modus. De auto-
matische modus blijft echter ingeschakeld voor de andere functies dan die
worden bediend.
Gebruik van de automatische airconditioning
1
2