Page 337 of 760

3374-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)■Geluid EPS
Wanneer het stuurwiel bediend wordt, kan het geluid van een elektromotor
(zoemend geluid) hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
■Automatisch opnieuw inschakelen van de TRC- en VSC-systemen
Als de TRC- en VSC-systemen zijn uitgeschakeld, worden deze automatisch
opnieuw ingeschakeld in de volgende situaties:
●Als het contact UIT wordt gezet.
●Als alleen het TRC-systeem wordt uitgeschakeld, wordt de TRC weer inge-
schakeld zodra de rijsnelheid toeneemt.
Als zowel het TRC- als het VSC-systeem is uitgeschakeld, worden deze niet
automatisch weer ingeschakeld als de rijsnelheid toeneemt.
■Beperkte bekrachtiging door EPS-systeem
De mate van bekrachtiging door het EPS-systeem wordt gereduceerd om het
systeem tegen oververhitting te beschermen als er gedurende langere tijd
veel stuurbewegingen worden uitgevoerd. Hierdoor kan de besturing zwaar
aanvoelen. Probeer als dat het geval is minder frequent te sturen of breng de
auto tot stilstand en zet de motor UIT. Het EPS-systeem moet binnen 10
minuten weer normaal werken.
WAARSCHUWING
■Het ABS werkt niet effectief als
●De maximale grip van de banden overschreden wordt (bijvoorbeeld ver-
sleten banden op een weg die bedekt is met sneeuw).
●Er sprake is van aquaplaning bij hoge snelheid op een nat of glad wegdek.
■De remweg met ABS in werking kan langer zijn dan onder normale
omstandigheden
Het ABS is niet ontworpen om de remweg van de auto te verkorten. Houd
altijd voldoende afstand tot uw voorligger, met name in de volgende geval-
len:
●Als wordt gereden op wegen met grind, zand en dergelijke, of op
besneeuwde wegen
●Als wordt gereden met sneeuwkettingen
●Als wordt gereden op slechte wegen
●Als wordt gereden over wegen met diepe gaten of andere grote oneffen-
heden
Page 338 of 760

3384-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
WAARSCHUWING
■De Traction Control werkt niet effectief als
Het insturen van de juiste richting en het overbrengen van de aandrijfkracht
op de weg niet onder alle omstandigheden gerealiseerd kan worden, zelfs
niet als de TRC in werking is.
Rijd voorzichtig met de auto onder omstandigheden waarbij de stabiliteit en
de aandrijfkracht verloren kunnen gaan.
■Als het Vehicle Stability Control-systeem (VSC) geactiveerd is
Het controlelampje Traction Control knippert. Rijd altijd voorzichtig. Roeke-
loos rijgedrag kan leiden tot ongevallen. Wees bijzonder voorzichtig als het
controlelampje knippert.
■Als het TRC/VSC-systeem is uitgeschakeld
Wees zeer voorzichtig en pas uw snelheid aan de conditie van het wegdek
aan. Schakel de TRC en de VSC alleen in geval van nood uit, aangezien
deze systemen zorgdragen voor de voertuigstabiliteit en het aandrijfvermo-
gen.
■Vervangen van banden
Controleer of alle banden dezelfde maat hebben, van hetzelfde merk zijn en
hetzelfde profiel en draagvermogen hebben. Controleer verder of alle ban-
den de aanbevolen spanning hebben.
Het ABS-, TRC- en VSC-systeem werken niet goed als er verschillende
banden onder de auto gemonteerd zijn.
Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige voor
meer informatie over het vervangen van de wielen of banden.
■Omgaan met banden en wielophanging
Problemen met de banden of wijzigingen aan de wielophanging hebben
een negatief effect op de ondersteunende systemen en kunnen een storing
veroorzaken.
Page 339 of 760

339
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Hill Star t Assist Control
Schakel de Hill Start Assist Con-
trol in door het rempedaal hele-
maal in te trappen wanneer de
auto volledig stilstaat.
Er klinkt eenmaal een zoemer om
aan te geven dat het systeem is
ingeschakeld. Ook gaat het contro-
lelampje Traction Control knippe-
ren.
■Voorwaarden voor werking Hill Start Assist Control
●Het systeem werkt onder de volgende omstandigheden:
• De selectiehendel staat in een andere stand dan stand P (auto's met
automatische transmissie of Multidrive CVT).
• De parkeerrem is niet geactiveerd.
• Het gaspedaal wordt niet ingetrapt.
●De Hill Start Assist Control werkt niet wanneer het controlelampje van de
Traction Control brandt.
■Hill Start Assist Control
●Wanneer de Hill Start Assist Control in werking is, blijven de remmen auto-
matisch geactiveerd nadat de bestuurder het rempedaal heeft losgelaten.
De remlichten en het derde remlicht gaan branden.
●De Hill Start Assist Control werkt gedurende ongeveer 2 seconden nadat
het rempedaal is losgelaten.
●Als het controlelampje Traction Control niet gaat knipperen en de zoemer
niet klinkt wanneer het rempedaal volledig wordt ingetrapt, verminder dan
licht de druk op het rempedaal (laat de auto niet achteruitrollen) en trap het
vervolgens weer stevig in. Als het systeem dan nog niet werkt, controleer
dan of aan de hiervoor behandelde voorwaarden voor werking is voldaan.
Assisteert bij het wegrijden en houdt zelfs na het loslaten van
het rempedaal kort de remdruk vast bij het wegrijden op een
(gladde) helling.
Page 340 of 760

3404-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)■Zoemer Hill Start Assist Control
●Wanneer de Hill Start Assist Control wordt geactiveerd, klinkt de zoemer
eenmaal.
●In de volgende situaties wordt de Hill Start Assist Control uitgeschakeld en
klinkt de zoemer tweemaal.
• Er wordt binnen ongeveer 2 seconden nadat het rempedaal is losgelaten
niet weggereden.
• De selectiehendel wordt in stand P gezet (auto's met automatische trans-
missie of Multidrive CVT).
• De parkeerrem wordt geactiveerd.
• Het rempedaal wordt weer ingetrapt.
• Het rempedaal werd gedurende ten minste 3 minuten ingetrapt.
■Als het controlelampje Traction Control gaat branden
Dit kan duiden op een storing in het systeem. Neem contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
WAARSCHUWING
■Hill Start Assist Control
●Vertrouw niet uitsluitend op de Hill Start Assist Control. De Hill Start Assist
Control werkt mogelijk niet effectief op steile hellingen en op met ijs
bedekte wegen.
●In tegenstelling tot de parkeerrem is de Hill Start Assist Control niet
bedoeld om de auto gedurende langere tijd op zijn plaats te houden.
Gebruik de Hill Start Assist Control niet om de auto op een helling op zijn
plaats te houden omdat dat kan leiden tot een ongeval.
Page 341 of 760
341
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Downhill Assist Control
Druk de schakelaar DAC naar
AAN. Het controlelampje van de
Downhill Assist Control gaat bran-
den en het systeem treedt in wer-
king.
Wanneer het systeem in werking
is, gaat het controlelampje Traction
Control knipperen en gaan de rem-
lichten branden.
Druk de schakelaar DAC naar UIT terwijl het systeem in werking is.
Het controlelampje van de Downhill Assist Control gaat knipperen ter-
wijl het systeem geleidelijk wordt uitgeschakeld, en dooft wanneer het
systeem volledig is uitgeschakeld.
Druk op de schakelaar DAC terwijl het controlelampje van het Down-
hill Assist Control knippert om het systeem opnieuw in te schakelen.
: Indien aanwezig
De Downhill Assist Control helpt te hoge snelheden op steile
neerwaartse hellingen te voorkomen.
Het systeem wordt ingeschakeld als de rijsnelheid lager is dan
25 km/h.
Bediening systeem
Uitschakelen van het systeem
Page 342 of 760

3424-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
■Bedieningstips
Het systeem werkt als de selectiehendel in een andere stand dan stand P
staat, maar is het effectiefst als de selectiehendel in een lager schakelbereik
staat.
■Wanneer de Downhill Assist Control continu wordt gebruikt
Hierdoor kan de hydraulische regeleenheid oververhit raken. In dat geval
stopt de werking van de Downhill Assist Control, er klinkt een zoemer, het
controlelampje Downhill Assist Control gaat knipperen en TRC OFF wordt
weergegeven op het multi-informatiedisplay. Gebruik het systeem niet voor-
dat het controlelampje Downhill Assist Control blijft branden en de melding
verdwijnt. (Gedurende deze periode kan normaal met de auto worden gere-
den.)
■Bijgeluiden en trillingen die worden veroorzaakt door de Downhill Assist
Control
●Tijdens het starten of kort nadat de auto begint te rijden kan in de motor-
ruimte een geluid worden gehoord. Dit duidt niet op een storing in de Down-
hill Assist Control.
●Elk van de onderstaande omstandigheden treedt mogelijk op wanneer de
Downhill Assist Control in werking is. Geen van deze verschijnselen duidt
op een storing.
• Er kunnen trillingen gevoeld worden in de carrosserie en de stuurinrich-
ting.
• Nadat de auto tot stilstand is gekomen, kan het geluid van een elektro-
motor hoorbaar zijn.
■Systeemstoring
●Het controlelampje Downhill Assist Control brandt niet als het contact AAN
wordt gezet (auto's met en zonder Smart entry-systeem en startknop).
●Het controlelampje Downhill Assist Control gaat niet branden wanneer de
schakelaar DAC wordt ingedrukt.
●Het controlelampje Traction Control gaat branden.
Laat in bovenstaande gevallen uw auto controleren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
Page 343 of 760
3434-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
WAARSCHUWING
■Bij gebruik van Downhill Assist Control
Vertrouw niet uitsluitend op de Downhill Assist Control. Met deze functie
worden de fysieke grenzen van de auto niet verlegd. Controleer altijd zorg-
vuldig de conditie van de weg en rijd veilig.
■Mogelijk werkt het systeem niet op de onderstaande ondergronden. Dit
kan leiden tot een ongeval met ernstig letsel tot gevolg
●Gladde ondergronden, zoals een natte of met modder bedekte weg
●Een gladde weg
●Onverharde wegen
Page 344 of 760
3444-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
BSM (Blind Spot Monitor)
De Blind Spot Monitor is een systeem met 2 functies;
●De Blind Spot Monitor-functie
Helpt de bestuurder bij het nemen van de beslissing wanneer van
rijstrook te wisselen
●De Rear Crossing Traffic Alert-functie
Helpt de bestuurder bij het achteruitrijden
Deze functies maken gebruik van dezelfde sensoren.
Auto's met linkse besturing
: Indien aanwezig
Overzicht van de Blind Spot Monitor