1062. Instrumentenpaneel
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
*1: Deze lampjes gaan branden als het contact AAN wordt gezet om aan te
geven dat er een systeemcontrole wordt uitgevoerd. Ze doven nadat de
motor is aangeslagen of nadat er enkele seconden verstreken zijn. Er kan
een storing in een systeem aanwezig zijn als een lampje niet gaat branden
of niet uitgaat. Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
*2: Het lampje knippert om aan te geven dat het systeem in werking is.
*3: Om aan te geven dat het systeem werkt, gaan de BSM-indicatoren in de
buitenspiegels in de volgende situaties branden:
• Wanneer het contact AAN wordt gezet terwijl de hoofdschakelaar BSM in
de stand ON staat.
• Wanneer de hoofdschakelaar BSM in de stand ON wordt gezet terwijl het
contact AAN staat.
Wanneer het systeem correct werkt, gaan de BSM-indicatoren in de buiten-
spiegels na enkele seconden uit.
Wanneer de BSM-indicatoren in de buitenspiegels niet gaan branden of
niet uitgaan, kan er een storing in het systeem zijn opgetreden. Als dit
gebeurt, laat de auto dan controleren door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
(indien
aanwezig)
Controlelampje
ECO MODE
(Blz. 246)*1Controlelampje
PASSENGER
AIR BAG
(Blz. 59)
*1
(indien
aanwezig)
Schakeladviesindicator
(, Blz. 256269)
2464-2. Rijprocedures
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
De volgende standen kunnen afhankelijk van de rijomstandigheden
geselecteerd worden.
■ECO-modus
Gebruik de ECO-modus voor een laag brandstofverbruik tijdens rit-
ten waarbij vaak wordt geaccelereerd.
Druk voor gebruik van de ECO-
modus op de toets ECO
MODE.
Het controlelampje ECO MODE
gaat branden.
Druk de toets nogmaals in om
de ECO-modus uit te schakelen.
■
Sportmodus
Gebruik de sportmodus voor sportief rijden en het rijden in de ber-
gen.
Druk op de toets SPORT om de
sportmodus te selecteren.
Het controlelampje SPORT gaat
branden.
Druk de toets nogmaals in om
de sportmodus uit te schakelen.
Selecteren van de rijmodus
2484-2. Rijprocedures
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
■S-modus
●Als het schakelbereik 4 of lager is en de selectiehendel naar + wordt bewo-
gen, wordt het schakelbereik 6.
●Om te voorkomen dat de motor met een te hoog toerental gaat draaien, kan
opschakelen automatisch gebeuren.
●Om de automatische transmissie te beschermen, kan automatisch een
hoger schakelbereik worden geselecteerd als de vloeistoftemperatuur te
hoog wordt.
■Waarschuwingszoemer bij beperking terugschakelmogelijkheid
Uit veiligheidsoverwegingen en om het rijgedrag niet in negatieve zin te beïn-
vloeden, kan er onder bepaalde omstandigheden beperkt worden terugge-
schakeld. In sommige omstandigheden kan er helemaal niet worden
teruggeschakeld met de selectiehendel. (Er klinkt tweemaal een zoemer.)
■Werking van de airconditioning in de ECO-modus
De ECO-modus regelt het verwarmen/koelen en de aanjagersnelheid
* van
de airconditioning om brandstof te besparen (, Blz. 372382). Regel de aan-
jagersnelheid
* of schakel de ECO-modus uit om de prestaties van de aircon-
ditioning te verbeteren.
*: Alleen bij auto's met automatische airconditioning
■Uitschakelen van de rijmodus
●De ECO-modus wordt niet uitgeschakeld totdat u op de toets ECO MODE
drukt, ook niet als het contact UIT is gezet na het rijden in de ECO-modus.
●De sportmodus wordt uitgeschakeld als de motor na het rijden in de sport-
modus wordt uitgezet.
■Bij het rijden met ingeschakelde cruise control (indien aanwezig)
Ook wanneer de volgende handelingen worden uitgevoerd met als doel op de
motor af te remmen, wordt er niet op de motor afgeremd omdat de cruise
control niet wordt uitgeschakeld.
●Als er tijdens het rijden in stand S wordt teruggeschakeld naar stand 5 of 4.
(Blz. 247)
●Als de sportmodus wordt ingeschakeld tijdens het rijden in stand D.
(Blz. 262)
■Als de selectiehendel niet in een andere stand dan P gezet kan worden
Blz. 679
2534-2. Rijprocedures
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
De volgende standen kunnen afhankelijk van de rijomstandigheden
geselecteerd worden.
■ECO-modus
Gebruik de ECO-modus voor een laag brandstofverbruik tijdens rit-
ten waarbij vaak wordt geaccelereerd.
Druk voor gebruik van de ECO-
modus op de toets ECO
MODE.
Het controlelampje ECO MODE
gaat branden.
Druk de toets nogmaals in om
de ECO-modus uit te schakelen.
■
Sportmodus
Gebruik de sportmodus voor sportief rijden en het rijden in de ber-
gen.
Druk op de toets SPORT om de
sportmodus te selecteren.
Het controlelampje SPORT gaat
branden.
Druk de toets nogmaals in om
de sportmodus uit te schakelen.
Selecteren van de rijmodus
2574-2. Rijprocedures
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)●Automatische blokkering van de selectie van het schakelbereik in
stand D
De selectie van het schakelbereik in stand D wordt geblokkeerd in de vol-
gende gevallen:
• Paddle shift-schakelaar + wordt gedurende een bepaalde periode inge-
drukt
• Als in schakelbereik 5 de paddle shift-schakelaar “+” wordt bediend
• Als de auto tot stilstand komt
• Als in een schakelprogramma het gaspedaal gedurende langer dan een
bepaalde tijd wordt ingetrapt
• Als de selectiehendel in een andere stand dan D wordt gezet
■Waarschuwingszoemer bij beperking terugschakelmogelijkheid
Uit veiligheidsoverwegingen en om het rijgedrag niet in negatieve zin te beïn-
vloeden, kan er onder bepaalde omstandigheden beperkt worden terugge-
schakeld. In sommige omstandigheden kan er helemaal niet worden
teruggeschakeld met de selectiehendel of de paddle shift-schakelaar (indien
aanwezig). (Er klinkt tweemaal een zoemer.)
■Werking van de airconditioning in de ECO-modus
De ECO-modus regelt het verwarmen/koelen en de aanjagersnelheid
* van
de airconditioning om brandstof te besparen (Blz. 372, 382). Regel de aan-
jagersnelheid
* of schakel de ECO-modus uit om de prestaties van de aircon-
ditioning te verbeteren.
*: Alleen bij auto's met automatische airconditioning
■Uitschakelen van de rijmodus
●De ECO-modus wordt niet uitgeschakeld totdat u op de toets ECO MODE
drukt, ook niet als het contact UIT is gezet na het rijden in de ECO-modus.
●De sportmodus wordt uitgeschakeld als de motor na het rijden in de sport-
modus wordt uitgezet.
■Bij het rijden met ingeschakelde cruise control (indien aanwezig)
Ook wanneer de volgende handelingen worden uitgevoerd met als doel op de
motor af te remmen, wordt er niet op de motor afgeremd omdat de cruise
control niet wordt uitgeschakeld.
●Als er tijdens het rijden in stand M wordt teruggeschakeld naar stand 5 of 4.
(Blz. 255)
●Als er tijdens het rijden in stand D wordt teruggeschakeld naar stand 5 of 4.
(Alleen auto's met paddle shift-schakelaars: Blz. 254)
●Als de sportmodus wordt ingeschakeld tijdens het rijden in stand D.
(Blz. 253)
2624-2. Rijprocedures
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
De volgende standen kunnen afhankelijk van de rijomstandigheden
geselecteerd worden.
■ECO-modus
Gebruik de ECO-modus voor een laag brandstofverbruik tijdens rit-
ten waarbij vaak wordt geaccelereerd.
Druk voor gebruik van de ECO-
modus op de toets ECO
MODE.
Het controlelampje ECO MODE
gaat branden.
Druk de toets nogmaals in om
de ECO-modus uit te schakelen.
■
Sportmodus
Gebruik de sportmodus voor sportief rijden en het rijden in de ber-
gen.
Druk op de toets SPORT om de
sportmodus te selecteren.
Het controlelampje SPORT gaat
branden.
Druk de toets nogmaals in om
de sportmodus uit te schakelen.
Selecteren van de rijmodus
2654-2. Rijprocedures
4
Rijden
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
■Automatisch uitschakelen van schakelstapselectie in stand D (auto's
met paddle shift-schakelaars)
De schakelstapselectie in stand D wordt in de volgende gevallen uitgescha-
keld:
●Als de auto tot stilstand komt
●Als het gaspedaal in één versnelling langer dan een bepaalde periode wordt
ingedrukt
●Als de selectiehendel in een andere stand dan D wordt gezet
●Wanneer de paddle shift-schakelaar + gedurende een bepaalde periode
wordt ingedrukt
■Automatische selectie van versnelling als de auto tot stilstand is
gebracht na rijden met de selectiehendel in stand M.
●Als de auto tot stilstand is gekomen, schakelt de transmissie automatisch
terug naar stap 1.
●Stand 1 wordt automatisch geselecteerd wanneer de auto weer gaat rijden.
●De versnelling blijft bij stilstaande auto in stand 1 staan.
■Waarschuwingszoemer bij beperking terugschakelmogelijkheid
Uit veiligheidsoverwegingen en om het rijgedrag niet in negatieve zin te beïn-
vloeden, kan er onder bepaalde omstandigheden beperkt worden terugge-
schakeld. In sommige omstandigheden kan er helemaal niet worden
teruggeschakeld met de selectiehendel of de paddle shift-schakelaar (indien
aanwezig). (Er klinkt tweemaal een zoemer.)
■Werking van de airconditioning in de ECO-modus
De ECO-modus regelt het verwarmen/koelen en de aanjagersnelheid
* van
de airconditioning om brandstof te besparen (, Blz. 372382). Regel de aan-
jagersnelheid
* of schakel de ECO-modus uit om de prestaties van de aircon-
ditioning te verbeteren.
*: Alleen bij auto's met automatische airconditioning
■Uitschakelen van de rijmodus
●De ECO-modus wordt niet uitgeschakeld totdat u op de toets ECO MODE
drukt, ook niet als het contact UIT is gezet na het rijden in de ECO-modus.
●De sportmodus wordt uitgeschakeld als de motor na het rijden in de sport-
modus wordt uitgezet.
755Alfabetische index
RAV4_OM_OM42A21E_(EE)
Toets
ECO MODE ....... 246, 253, 262
Toets
SPORT ....... 246, 253, 262, 269
Toetsen voor afstands-
bediening audiosysteem ..... 442
Toyota Parking Assist-
sensor ................................. 319
Uitschakeltoets Stop & Start-
systeem .............................. 327
Schakeladviesindicator ... 256, 269
Schakelblokkeersysteem ........ 679
Schoonmaken .................. 510, 515
Exterieur................................ 510
Interieur ................................. 515
Lichtmetalen velgen .............. 511
Veiligheidsgordels ................. 516
Schuifdak.................................. 198
Klembeveiliging ..................... 199
Waarschuwingsmeldingen .... 631
Werking ................................. 198
Selectiehendel
Als de selectiehendel niet in
een andere stand dan P
gezet kan worden ............... 679
Automatische
transmissie ................. 244, 251
Handgeschakelde
transmissie ......................... 268
Multidrive CVT ...................... 260
Sensor
Automatisch
koplampsysteem................. 283
Binnenspiegel ....................... 190
LDA (Lane Departure Alert) .. 311
Ruitenwissers met
regensensor........................ 298
Toyota Parking Assist-
sensor ................................. 319
Side airbags ............................... 46Slepen/trekken
Rijden met een
aanhangwagen ................... 220
Sleepoog............................... 611
Slepen in een noodgeval ...... 611
Sleutels ..................................... 122
Afstandsbediening ................ 148
Als de elektronische sleutel
niet goed werkt ................... 680
Als u uw sleutels verliest....... 124
Batterij vervangen ................. 570
Contactslot .................... 232, 236
Elektronische sleutel ............. 122
Energiebesparende functie ... 132
Keyless entry ................ 126, 148
Plaatje met sleutelnummer ... 122
Sleutels ................................. 122
Waarschuwingszoemer ........ 131
Smart entry-systeem met
startknop ................................ 126
Instapfuncties........................ 126
Plaats van antenne ............... 129
Starten van de motor ............ 236
Waarschuwings-
melding ....................... 630, 636
Sneeuwkettingen ..................... 357
Snelheidsmeter ........................ 108
Specificaties............................. 698
Spiegels
Binnenspiegel ....................... 188
Buitenspiegels ...................... 191
Buitenspiegelverwarming...... 385
Make-upspiegels................... 499
Sportmodus ..... 246, 253, 262, 269
Spraakcommandosysteem
*
Spraaktoets*
Startblokkering .......................... 87
*: Raadpleeg de handleiding voor het navigatie- en multimediasysteem.