Page 73 of 246
72
SENSOREN
Voor een nauwkeurige controle van
de bedrijfsparameters van de kli-
maatregeling is het systeem, naast een
buiten- en interieurtemperatuursen-
sor, voorzien van een zonlichtsensor;
deze sensor kan de hoeveelheid zon-
licht doorgeven aan de regeleenheid,
zodat de temperaturen van de ge-
scheiden temperatuurregeling opti-
maal geregeld kunnen worden.
De zonlichtsensor bevindt zich in het
midden van het dashboard; de bui-
tentemperatuursensor bevindt zich op
de buitenspiegel aan passagierszijde.
fig. 82
L0B0066b
BEDIENINGSORGANEN (fig. 82)
066-134 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:29 Pagina 72
Page 74 of 246

73
Legenda (fig. 82)
A– Knop voor temperatuurregeling
bestuurderszijde
B– Knop voor automatische wer-
king „AUTO”
C– Display
D– Knop REAR voor in-/uitscha-
kelen bedieningsorganen extra aanja-
gers achter
E– Knop voor temperatuurregeling
passagierszijde
F– Knop voor in-/uitschakelen ach-
terruitverwarming
G– Knop voor in-/uitschakelen maxi-
maal ontwasemen/ontdooien van voor-
ruit/zijruiten voor, achterruitverwar-
ming en buitenspiegelverwarming
(MAX-DEF-functie)
H– Knop voor regeling luchtstroom
uit middelste uitstroomopeningenI– Knop voor regeling luchtstroom
uit onderste uitstroomopeningen
L– Draaiknop voor regeling lucht-
opbrengst (aanjager)
M– Knop voor regeling luchtstroom
uit bovenste uitstroomopeningen
N– Knop voor in-/uitschakelen air-
cocompressor
O– Knop voor in-/uitschakelen re-
circulatie
SYSTEEM INSCHAKELEN (fig. 82)
Het systeem kan op verschillende
manieren worden ingeschakeld:
– door de draaischakelaar (L) van
de aanjager rechtsom te draaien;
– of door op knop A(+/–) of E(+/–)
te drukken;
– of door een van de knoppen (H,I,
M) in te drukken.
In deze drie gevallen herstelt het sys-
teem automatisch de opgeslagen wer-
king van voor het uitschakelen.
– of door een van de knoppen (B,D,
N) in te drukken; in dit geval scha-
kelt het systeem de automatische
werking in;
– of door knop (G) in te drukken; in
dat geval schakelt het systeem de
MAX-DEF-functie in.
066-134 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:29 Pagina 73
Page 75 of 246

74
Het systeem slaat automatisch de si-
tuatie van vlak voor het uitschakelen
op, maar houdt ook rekening met de
tijd die de auto stilstaat en andere ex-
terne factoren:
– als de motor tot 20 minuten uitge-
schakeld blijft en de interieurtempe-
ratuur blijft vrijwel gelijk, dan scha-
kelt het systeem in met dezelfde
instellingen. Als de temperatuur tij-
dens deze periode sterk wijzigt, scha-
kelt het systeem de automatische wer-
king in, waardoor de voor het
uitschakelen ingestelde temperatuur
wordt bereikt;
– als de motor langer dan 20 minu-
ten uitgeschakeld blijft, dan schakelt
het systeem altijd de automatische
werking in, ook als tijdens het stil-
staan van de auto de temperatuur niet
is gewijzigd.INSTELLINGEN EN KEUZES
(fig. 82)
De keuzes die door de gebruiker
kunnen worden gemaakt zijn:
•instellen van de gewenste tem-
peratuur: druk hiervoor op de knop
A(+/–) of E(+/–) en controleer de op
het display (C) weergegeven tempe-
ratuur. Als de gescheiden tempera-
tuurregeling wordt gebruikt, kunnen
de bestuurder en voorpassagier ver-
schillende temperaturen instellen: het
maximaal door het systeem toegestane
verschil is 5 °C.
Verhoging of verlaging van de tem-
peratuur vindt in stappen van 1 °C
plaats tussen 14 °C en 18 °C en tussen
24 °C en 28 °C en in stappen van 0,5 °C
tussen 18 °C en 24 °C; dit wordt op het
display weergegeven.
•„geheel koud”: dit vindt automa-
tisch plaats als knop A(–) of E(–)
wordt ingedrukt en ingedrukt wordt
gehouden totdat een temperatuur van
14 °C is ingesteld bij een buitentem-
peratuur waarbij het systeem de
maximale prestaties moet leveren.
Door deze instelling wordt de ge-
scheiden temperatuurregeling opge-
heven en worden door het systeem de
volgende handelingen uitgevoerd:
– temperatuur op geheel koud;
– luchtverdeling op ventilatie;
– luchtopbrengst maximaal;
– inschakelen compressor;
– automatische recirculatie; de re-
circulatie kan op buitenluchttoevoer
worden gezet, waarbij de gewenste
functie ingeschakeld blijft.
066-134 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:29 Pagina 74
Page 76 of 246

75
•„geheel warm”: dit vindt plaats
als de knop A(+) of E(+) wordt in-
gedrukt en ingedrukt wordt gehou-
den, totdat een temperatuur van
28 °C is ingesteld, waardoor het sys-
teem de maximale prestaties moet le-
veren. Door deze instelling worden
door het systeem de volgende hande-
lingen uitgevoerd:
– temperatuur op geheel warm;
– luchtverdeling naar de voorruit/
beenruimte of de beenruimte, afhan-
kelijk van de buitentemperatuur;
– luchtopbrengst maximaal;
– werking van de compressor vol-
gens de werking van het systeem;
– automatische recirculatie; de re-
circulatie kan op buitenluchttoevoer
worden gezet, waarbij de gewenste
functie ingeschakeld blijft.•aanjagersnelheid: dit vindt
plaats als draaiknop (L) wordt ver-
draaid; op het display wordt de ge-
wenste aanjagersnelheid weergegeven
door het zwart worden van de schoe-
pen van het aanjagersymbool op het
display (C).
BELANGRIJKAls wordt gestart bij
een zeer lage buitentemperatuur en
het systeem werkt automatisch
(AUTO), wordt de aanjager niet in-
geschakeld; dit is geen storing; het
systeem herstelt de normale automa-
tische werking, zodra de tempera-
tuurdrempel van het systeem wordt
bereikt.
•luchtverdeling: dit vindt plaats
door de knoppen (H,I,M) in de mid-
delste cirkel (L) in te drukken en te
combineren.Er zijn vijf mogelijke verdelingen:
ventilatie (voorzijde), bilevel (voor-
zijde/beenruimte), beenruimte, voor-
ruit/beenruimte, voorruit (MAX-DEF).
Om de gewenste verdeling te selec-
teren moet de betreffende knop wor-
den ingedrukt en moeten de andere
eventueel ingeschakelde verdelingen
worden uitgeschakeld. Het branden
van de bijbehorende led(‘s) en het do-
ven van de andere bevestigen de ge-
selecteerde keuze.
Tijdens de automatische werking
(AUTO) wordt de luchtverdeling ge-
regeld door het systeem en zijn alle
led’s uit.
•compressor in-/uitschakelen:
als op knop (N) wordt gedrukt bij
brandende led, wordt de compressor
uitgeschakeld en dooft de led; als de-
zelfde knop wordt ingedrukt als de led
is gedoofd, wordt de automatische
compressorregeling ingeschakeld (de
compressor kan door het systeem
worden in-/uitgeschakeld).
066-134 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:29 Pagina 75
Page 77 of 246

76
Als het systeem in de automatisch
werking staat, wordt de compressor
geregeld en werkt het systeem afhan-
kelijk van de buitentemperatuur.
Als de compressor wordt uitgescha-
keld bij gedoofde led, blijft de recircu-
latiefunctie op dezelfde wijze werken
als voor het uitschakelen (interieur- of
buitenlucht) en kan de toevoer van
buitenlucht worden ingeschakeld. Ook
als de toevoer van interieurlucht is in-
gesteld, wordt altijd een deel van de
lucht niet behandeld, afhankelijk van
de aanjagerinstelling en de snelheid
van de auto, waardoor wordt voorko-
men dat onder normale klimatologi-
sche omstandigheden (lente – zomer)
de ruiten beslaan.
•automatische werking (AUTO):
dit vindt plaats als knop (B) wordt in-
gedrukt; het systeem werkt geheel au-
tomatisch; op het display verschijnen
AUTOen het symbool ò(ijs); het sys-
teem kan de temperatuur, de luchtver-
deling en de aanjagersnelheid regelen.
Als tijdens de automatische werking
op knop (N) wordt gedrukt, wordt de
compressor uitgeschakeld en daarmee
de toevoer van koude lucht, de be-
treffende led dooft, het systeem blijft in
de automatische stand werken en op
het display verdwijnt het symbool ò
(ijs).
•MAX-DEF: deze functie wordt au-
tomatisch ingeschakeld als knop (G)
wordt ingedrukt, waardoor de voorruit
zo snel mogelijk worden ontwasemd.
Druk nogmaals op knop (G) om
deze functie uit te schakelen. De func-
tie kan ook worden uitgeschakeld
door een van de knoppen (A,B,D,E,
H,I,M,O) in te drukken.
•achterruitverwarming: deze func-
tie wordt ingeschakeld als op knop (F)
wordt gedrukt, de bijbehorende led
gaat branden. Met de knop worden de
elektrische weerstandsdraden op de
achterruit ingeschakeld en wordt de
ruit verwarmd, gedroogd en ontwa-
semd. Om de functie te onderbreken
moet opnieuw op de knop worden ge-
drukt. Controleer of de bijbehorende
led dooft. De achterruitverwarming
werkt met een tijdregeling; als de tijd
verstreken is, wordt het systeem auto-
matisch uitgeschakeld.
Let er tijdens het reinigen
van de achterruit aan de
binnenzijde op dat de weer-
standsdraden van de achterruitver-
warming niet worden beschadigd.
066-134 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:29 Pagina 76
Page 78 of 246

77
•recirculatie: met deze functie kan
door het indrukken van knop (O)
worden gekozen voor geforceerde cir-
culatie (bijbehorende led brandt), toe-
voer van buitenlucht (led uit) of au-
tomatische werking (led altijd uit, ook
als recirculatie is ingeschakeld door
het systeem).Het verdient aanbeveling
om de recirculatiefunctie
tijdens het rijden in een
file of in een tunnel in te schake-
len, zodat wordt voorkomen dat
vervuilde buitenlucht het interieur
kan bereiken. De functie mag niet
langdurig ingeschakeld blijven als
zich meerdere personen in het in-
terieur bevinden; in deze situatie
zouden de ruiten aan de binnen-
zijde kunnen beslaan.
•inschakelen regeling luchtop-
brengst bij de zitplaatsen achter
(REAR): dit vindt plaats als knop (D)
wordt ingedrukt; op deze wijze kun-
nen de passagiers op de tweede rij de
luchtopbrengst van de extra aanjagers
m.b.v. draaischakelaar A(fig. 83) re-
gelen; op het display (C) wordt het
symbool van de achterste aanjager
weergegeven.het effect van de extra aanjagers is
afhankelijk van de stand van draai-
schakelaarA:
0= minimum opbrengst extra aan-
jager;
–= extra aanjager met een luchtop-
brengst van 50% van de aanjager
voor op hetzelfde moment;
AUTO= extra aanjager heeft de-
zelfde opbrengst als de aanjager voor;
+= extra aanjager met een op-
brengst van 70% van de aanjager
voor op hetzelfde moment.
Met de recirculatiefunctie
kunnen, zowel bij verwar-
men als bij koelen, snel de
gewenste omstandigheden worden
bereikt. Het wordt afgeraden om
deze functie handmatig in te scha-
kelen op regenachtige of koude
dagen omdat dan de ruiten sneller
kunnen beslaan, vooral als de
compressor niet is ingeschakeld.
fig. 83
L0B0102b
066-134 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:29 Pagina 77
Page 79 of 246

78
SYSTEEM UITSCHAKELEN
Het systeem wordt uitgeschakeld als
de draaischakelaar (L) voor de aan-
jagersnelheid linksom wordt gedraaid,
totdat op het display de omtrek van
de auto zonder de aanjagers wordt
afgebeeld.
Als het systeem wordt uitgeschakeld,
dan:
– wordt de werking van vlak voor
het uitschakelen opgeslagen;
– gaat het symbool op display (C)
uit, behalve de omtrek van de auto;
– wordt de recirculatie uitgeschakeld
(toevoer van buitenlucht);
– wordt de compressor uitgescha-
keld;
– wordt de aanjager uitgeschakeld;
– wordt de luchtverdeling geheel op
de voorruit gericht;
– wordt de temperatuur op geheel
koud gezet.SIGNALERING VAN STORINGEN
Bij een storing (vastzittende knoppen,
storing van sensoren, elektrische sto-
ringen enz.) schakelt het systeem au-
tomatisch de „recovery”-functie in;
deze situatie wordt aangegeven door
het knipperen van de punten die de cij-
fers van de temperatuur op het display
(C) scheiden. Wend u in dit geval zo
snel mogelijk tot de Lancia-dealer.
Recovery
Als de recovery-functie is ingescha-
keld:
–temperaturen bestuurders- en
passagierszijde: worden tegelijker-
tijd en op dezelfde manier geregeld;
als de knoppen (AofE) geblokkeerd
zijn, wordt door het systeem een tem-
peratuur van 21 °C ingesteld;
–aanjager, verdeling, compressor,
recirculatie: de betreffende functie
wordt automatisch (AUTO) geregeld;–AUTO: dit is een vastliggende func-
tie: recirculatie, compressor, luchtver-
deling en aanjager worden automa-
tisch geregeld en het indrukken van de
knoppen heeft geen effect;
–MAX-DEF: het systeem schakelt
de luchtverdeling naar de voorruit in,
het indrukken van de knoppen voor
de luchtverdeling, compressor, AUTO
en recirculatie heeft geen effect en de
functies van de aanjager en de tem-
peratuur blijven ingeschakeld;
–REAR: extra aanjagers kunnen
niet worden ingeschakeld;
–achterruitverwarming: kan niet
worden ingeschakeld.
HULPVERWARMING
Om het comfort te verhogen, kun-
nen de auto’s met een JTD-motor uit-
gerust zijn met een hulpverwarming.
Als de motor is uitgeschakeld of bij
met stationair toerental draaiende
motor kan de hulpverwarming inge-
schakeld blijven, waarbij een fluittoon
hoorbaar is en rook en geur vrijkomt.
066-134 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:29 Pagina 78
Page 80 of 246

79
HENDELS AAN
HET STUUR
HENDEL LINKS
Met de linker hendel bedient u de
meeste onderdelen van de buitenver-
lichting. Als de contactsleutel is ver-
wijderd, wordt met een geluidssignaal
aangegeven dat de buitenverlichting
is ingeschakeld.
De buitenverlichting werkt als het
contactslot in stand Mstaat.
Parkeerlichten (fig. 84)
Deze worden ingeschakeld als de
draaischakelaarAvan stand 0in
stand
6wordt gezet.Dimlichten (fig. 85)
Deze worden ingeschakeld als de
draaischakelaarAvan stand
6in
stand
21wordt gedraaid.
Op het instrumentenpaneel gaat het
lampje
2branden.Follow me home (fig. 86)
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Met deze functie wordt een bepaalde
periode ingesteld (45 seconden) waarin
de ruimte voor de auto wordt verlicht;
de functie worden ingeschakeld door
bij contactslot in stand Sof verwij-
derde sleutel de linker hendel in de
richting van het dashboard te drukken.
Deze functie wordt ingesteld door de
hendel binnen 2 minuten na het uit-
schakelen van de motor te bedienen.
Als de auto is voorzien van automa-
tische inschakeling van de parkeer- en
dimlichten, dan wordt de „follow me
home”-functie automatisch ingescha-
keld als de portieren worden geopend.
fig. 84
L0B0416b
fig. 85
L0B0417b
fig. 86
L0B0418b
066-134 Phedra LUM NL 17-11-2009 9:29 Pagina 79