Page 169 of 340

Vervoeren en praktische uitrustingen
● Br en
g de h
aken weer omhoog nadat u ze
niet meer gebruikt. ATTENTIE
Gebruik de haken nooit voor het vastmaken
van v
oorwerpen. Als u bruusk remt of een on-
geval krijgt, kunnen deze onverwacht los-
schieten. VOORZICHTIG
De haken kunnen maximaal 2,5 kg (5 pond)
drag en. Bagagenet*
Afb. 173
In de bagageruimte: ingehaakte ba-
g ag
enet
. Het bagagenet voorkomt dat lichte bagage
g
aat
s
chuiven. Bagagenet in vloer van bagageruimte vast-
maken
● M
aak het bagagenet aan de bevestigings-
ogen ››
› afb. 173 1 en
2 vast.
B ag
ag
enet uitbouwen
Het vastgemaakte bagagenet staat onder
spanning ››› .
● Maak de haken van het bagagenet voor-
z ic
htig lo
s van de bevestigingsogen ››› afb.
173 1 .
● Maak de haken van het bagagenet voor-
z ic
htig lo
s van de bevestigingsogen ››› afb.
173 2 .
ATTENTIE
Het elastische bagagenet moet uitgerekt wor-
den wanneer het aan de bev
estigingsogen in
de bagageruimte wordt vastgemaakt. Het
vastgemaakte bagagenet staat onder span-
ning. De haken van het bagagenet kunnen
letsel veroorzaken als het bagagenet op de
verkeerde wijze wordt vast- of losgemaakt.
● Maak de haken van het bagagenet altijd
vas
t zodat ze bij het vast- of losmaken niet
van de bevestigingsogen schieten.
● Bescherm uw ogen en gezicht om letsel te
voorkomen a
ls de haak tijdens het vast- of
losmaken losschiet.
● Maak de haken altijd in de beschreven
vol
gorde vast. Als een van de haken van het bagagenet terugkaatst, neemt het risico op
ver
w
ondingen toe. Dakdragersysteem*
Inl eidin
g tot thema Het dak van de wagen is ontwikkeld voor een
optimal
e aer
odynamica. Conventionele dak-
dragersystemen kunnen daarom niet meer in
de openingen in het dak worden vastge-
maakt.
Aangezien de watergoot om aerodynamische
redenen in het dak zijn geïntegreerd, kunnen
alleen de basisdragers of door SEAT goedge-
keurde dakdragersystemen gebruikt worden.
Wanneer moet het dakdragersysteem uitge-
bouwd worden?
● Wanneer het niet meer gebruikt wordt.
● Wanneer u de wagen in een wasstraat wilt
gaan w a
ssen.
● Wanneer de hoogte van de wagen de toe-
laatb
are doorgangshoogte overschrijdt (bij-
voorbeeld in een garage). ATTENTIE
Bij het vervoeren van zware voorwerpen of
voor w
erpen met een groot oppervlak op het » 167
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 170 of 340

Bedienen
dakdragersysteem veranderen de rijeigen-
sc
h
appen door de verandering van het zwaar-
tepunt resp. door het vergrote oppervlak dat
aan wind onderhevig is.
● Maak de lading altijd op de juiste wijze met
onbesc
hadigde geschikte touwen of bevesti-
gingsbanden vast.
● Grote, zware, lange of platte ladingen heb-
ben een negatiev
e invloed op de aerodynami-
ca en het zwaartepunt van de wagen, en het
rijgedrag.
● Voorkom bruuske manoeuvres en plotse-
ling remmen.
● P
as de snelheid en de rijstijl aan het zicht,
het we
gdek, het verkeer en de weersomstan-
digheden aan. VOORZICHTIG
● Bouw het d
akdragersysteem altijd uit voor-
dat u de wagen een wasstraat inrijdt.
● De hoogte van uw wagen verandert door de
montage
van de dakdragers en de daarop be-
vestigde lading. Vergelijk de hoogte van de
wagen met de beschikbare doorrijdhoogtes,
bijvoorbeeld ondergrondse doorgangen of
garagedeuren.
● De antenne op het dak, de looprichting van
het panor
amaschuifdak en de achterklep mo-
gen niet beïnvloed worden door het dakdra-
gersysteem en de lading die getransporteerd
wordt.
● Let erop dat de achterklep tijdens het ope-
nen niet te
gen de lading op het dak stoot. Milieu-aanwijzing
Als het dakdragersysteem ingebouwd is, ver-
bruikt de w ag
en meer brandstof als gevolg
van meer luchtweerstand. Basisdragers en dakdragersysteem
va
s
tmaken Afb. 174
Bevestigingspunten van basisdra-
g er
s
en dakdragersysteem. De basisdragers zijn de basis voor een com-
p
l
eet
dakdragersysteem. Voor het vervoer
van koffers, fietsen, surfplanken, ski's, boten
enz. zijn om veiligheidsredenen extra steu-
nen nodig. Alle componenten van het sys-
teem zijn bij de Technische Dienst verkrijg-
baar. Basisdragers en dakdragersysteem vastma-
ken
De b
asisdragers en het dakdragersysteem
moeten altijd correct worden vastgemaakt.
Neem de instructies in de bijgeleverde mon-
tagehandleiding van het dakdragersysteem
in acht.
De positioneringsopeningen bevinden zich
aan de binnenzijde van de de zijdragers van
het dak ››› afb. 174. ATTENTIE
Als de basisdragers en het dakdragersysteem
niet c orr
ect vastgemaakt en verkeerd ge-
bruikt worden, kan het hele systeem los-
schieten en letsel en ongevallen veroorzaken.
● Neem altijd de montage-instructies van de
fabrikant
in acht.
● Gebruik alleen basisdragers en een dakdra-
gersy
steem dat niet beschadigd is en die cor-
rect ingebouwd zijn.
● De basisdragers mogen alleen op de in de
illu
stratie aangeduide punten worden vastge-
maakt ››› afb. 174.
● Bouw de basisdragers en het dakdragersys-
teem corr
ect in.
● Controleer de schroeven en bevestigingen
voord
at u gaat rijden en nadat u een kort stuk
gereden heeft. Controleer tijdens lange reizen
de bevestigingen op elke tussenstop.
● Bouw dakdragersystemen voor wielen,
ski's, sur
fplanken e.d. altijd correct in.168
Page 171 of 340

Vervoeren en praktische uitrustingen
●
Pa s
de basisdragers of het dakdragersys-
teem nooit aan of repareer ze nooit. Let op
Lees de bij het ingebouwde dakdragersys-
t eem de mee g
eleverde instructies aandachtig
door en neem ze in acht. Neem ze altijd mee
in de wagen. Dakdragersysteem met lading
De lading kan alleen op een veilige manier
w
or
den
vastgemaakt als het dakdragersys-
teem correct ingebouwd is ››› .
M ax
im
aal toelaatbare lading op dak
De maximaal toelaatbare lading op het dak is
100 kg (220 pond). De lading op het dak be-
staat uit het gewicht van het dakdragersys-
teem en de op het dakdragersysteem ge-
transporteerde lading ››› .
Z or
g altijd d
at u weet wat het gewicht van het
dakdragersysteem en de te transporteren la-
ding is, en weeg de lading indien nodig.
Overschrijd de maximum toelaatbare lading
op het dak nooit.
Bij het gebruik van dakdragersystemen met
een geringer draagvermogen kan de toelaat-
bare dakbelasting niet worden benut. In dit
geval mag het dakdragersysteem alleen tot de gewichtsgrens worden belast die in de
montage-in
structie is aangegeven.
Last verdelen
Verdeel de lading gelijkmatig en maak de
last op de juiste wijze vast ››› .
B ev
e
stigingspunten controleren
U moet nadat u de basisdragers en het dak-
dragersysteem heeft ingebouwd, na een kor-
te afstand en daarna met regelmatige inter-
vallen de bevestigingspunten controleren. ATTENTIE
Als de maximum toelaatbare lading op het
dak o
verschreden wordt, kan dit leiden tot
ongevallen en schade aan de wagen.
● Respecteer altijd het toelaatbare gewicht
voor het d
ak, de toelaatbare belasting op as-
sen en het toelaatbare totaalgewicht van de
wagen.
● Overschrijd de capaciteit van het dakdra-
gersy
steem niet, ook al bereikt u de maxi-
mum toelaatbare lading niet.
● Altijd de zwaarste voorwerpen vooraan be-
ves
tigen en de lading in het algemeen gelijk-
matig verdelen. ATTENTIE
Losse lading en niet correct vastgemaakte la-
ding k an
van het dakdragersysteem vallen en
ongevallen en letsel veroorzaken. ●
Gebruik a
ltijd geschikte of onbeschadigde
touwen of spanbanden.
● Maak de lading op de juiste wijze vast. Opbergvakken
Inl eidin
g tot thema De opbergvakken mogen alleen gebruikt wor-
den om licht
e of
kleine voorwerpen op te ber-
gen.
In het vak voorin in de middenarmsteun be-
vinden zich de ingangen voor de verbindin-
gen USB/AUX-IN, gemonteerd af fabriek.
In het linkeropbergvak in de bagageruimte
bevindt zich de Cd-wisselaar af fabriek. ATTENTIE
Bij bruusk remmen of plotselinge manoeu-
vre s, k
unnen losse voorwerpen door het inte-
rieur geslingerd worden. Dit kan ernstig let-
sel veroorzaken bij de inzittenden en leiden
tot het verlies van de controle over de wagen.
● Geen dieren vervoeren noch harde, zware of
scherpe
voorwerpen in het interieur van de
wagen plaatsen in: open opbergvakken,
dashboard, hoedenplank, kleding of tassen.
● Zorg ervoor dat tijdens het rijden de op-
bergv
akken altijd gesloten blijven. » 169
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 172 of 340

Bedienen
ATTENTIE
Het plaatsen van voorwerpen in de voeten-
ruimte v
an de bestuurder kan het bedienen
van de pedalen belemmeren. Dit kan leiden
tot het verlies van de controle over de wagen
en zo het risico op een ernstig ongeval verho-
gen.
● Zorg ervoor dat de pedalen op elk moment
bediend kunnen w
orden en dat er geen voor-
werpen onder kunnen rollen.
● De vloermat moet altijd vast liggen.
● Plaats nooit andere vloermatten of vloerbe-
dekking
en op de af fabriek gemonteerde
vloermat.
● Zorg ervoor dat geen enkel voorwerp in de
voetenruimt
e van de bestuurder kan vallen
onder het rijden. VOORZICHTIG
● De v
erwarmingsdraden van de achterruit
kunnen door schurende voorwerpen op de
hoedenplank beschadigd raken.
● Bewaar geen voorwerpen, voedsel of medi-
cijnen in de wag
en die gevoelig zijn voor
warmte. Hoge of lage temperaturen kunnen
deze beschadigen of onbruikbaar maken.
● Doorzichtige voorwerpen die in de wagen
gele
gd worden, zoals brillen, vergrootglazen
of doorzichtige zuignappen op de ruiten kun-
nen de zonnestralen bundelen en schade ver-
oorzaken aan de wagen. Let op
Om lucht uit de wagen te kunnen laten ont-
sn ap
pen, mag de ontluchtingsgleuf tussen de
achterruit en de hoedenplank niet worden af-
gedekt. Brillenhouder in de dakconsole
Afb. 175
In de dakconsole: brillenvak. Om te open
en, drukt u kort op de knop
› ›
› afb. 175 (pijl).
Om te sluiten, duwt u de klep naar boven tot
hij vastklikt.
Om de werking van de interieurbewaking te
garanderen, moet de brillenhouder gesloten
zijn wanneer de wagen vergrendeld wordt
››› pag. 122. Vak in de dakconsole
Afb. 176
In de dakconsole: opbergvak. Om te open
en, kort op de knop
›
›
› afb. 176
drukken.
Om te sluiten, het opbergvak naar boven
drukken tot het vastklikt.
Om de werking van de interieurbewaking te
garanderen, moeten de opbergvakken geslo-
ten zijn wanneer de wagen wordt vergrendeld
››› pag. 122.
170
Page 173 of 340

Vervoeren en praktische uitrustingen
Vak in het dashboard* Afb. 177
Opbergvak in het dashboard. Het opbergvak van het dashboard kan voor-
z
ien
z
ijn van een klep.
Om te openen, drukt u op de knop van de
klep ››› afb. 177 (pijl).
Om te sluiten, duwt u de klep naar onderen
tot hij vastklikt. Vak in de middenconsole voorin Afb. 178
Vak voorin in de middenconsole. Voorin in de middenconsole bevindt zich een
open
v
ak
››› afb. 178 waarin een 12 V stop-
contact kan zitten ››› pag. 177.
Vak voorin in de middenarmsteun Afb. 179
Opbergvak voorin in de middenarm-
s t
eu
n. Om te open
en, tilt u de middenarmsteun vol-
l edig op
, in de richting van de pijl ››› afb.
179.
Om te sluiten, beweegt u de middenarm-
steun omlaag. ATTENTIE
De middenarmsteun kan de bewegingsvrij-
heid v an de arm
van de bestuurder beperken
en daardoor een ernstig ongeval veroorzaken.
● Tijdens het rijden moeten de vakken van de
middenarms
teun steeds gesloten blijven. ATTENTIE
De middenarmsteun is niet bestemd voor het
ver v
oeren van kinderen! Vak voor kaarten*
Afb. 180
Onderaan middenconsole: vak voor
k aar
t
en. » 171
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 174 of 340

Bedienen
Aan de onderzijde van de middenconsole be-
v indt
zich een vak ››› afb. 180 1 voor het op-
ber g
en
van munten, kaarten, parkeerbewij-
zen en dergelijke. Let op
Om diefstal of gebruik door derden te vermij-
den, mag het
vak niet gebruikt worden om
creditcards, bankpasjes enz. te bewaren. Dashboardkastje
Afb. 181
Dashboardkastje. Afb. 182
Geopend dashboardkastje. Dashboardkastje openen en sluiten
Z
o nodig het
d
ashboardkastje ontgrendelen.
Wanneer de gleuf van het slot in verticale po-
sitie staat, is het dashboardkastje gesloten.
Trek aan de hendel om te openen ››› afb. 181.
Duw de klep naar boven om te sluiten.
Opbergvak voor wagendocumentatie
Het dashboardkastje is tevens geschikt om
de wagendocumentatie in op te bergen.
De wagendocumentatie moet altijd in dit op-
bergvak worden bewaard. Leg de documen-
tatie dwars in het dashboardkastje.
Dashboardkastje afkoelen
In het achterpaneel bevindt zich een lucht-
rooster ››› afb. 182 A om verse lucht van de
air c
onditionin
g (indien die ingeschakeld is)
in het dashboardkastje te laten stromen. Het luchtrooster wordt geopend en gesloten door
het te dr
aaien. ATTENTIE
Wanneer het dashboardkastje open staat,
verhoog t
het risico op ernstig letsel bij een
ongeval, bruusk remmen of plotselinge ma-
noeuvres.
● Tijdens het rijden moet het dashboardkas-
tje st
eeds gesloten blijven. VOORZICHTIG
Om constructieredenen zijn in een aantal ver-
sie s
van het model openingen voorzien in het
dashboardkastje waardoor kleine voorwerpen
achter de bekleding kunnen vallen. Dit kan
vreemde geluiden en schade aan de wagen
veroorzaken. Daarom wordt aanbevolen geen
bijzonder kleine voorwerpen te bewaren in
het dashboardkastje. 172
Page 175 of 340

Vervoeren en praktische uitrustingen
Vakken in de voetenruimte achterin* Afb. 183
Vakken in de voetenruimte van de
tw eede
z
itrij. Naast de vloermat (indien aanwezig).
Om t
e
open
en, trekt u de klep achteraan in
het midden naar boven ›››
afb. 183 (pijl).
Om te sluiten, duwt u de klep naar onderen. ATTENTIE
Kinderen die niet beveiligd of niet correct
va s
tgemaakt zijn, lopen het risico op ernstig
of zelfs dodelijk letsel tijdens de rit.
● Als u een kinderzitje met basis of voet ge-
bruikt, dan moet u er a
ltijd voor zorgen dat
deze basis of voet correct en veilig inge-
bouwd is.
● Als de wagen een opbergvak heeft in de
voetruimte
van de laatste zitrij, dan kan dit vak tijdelijk niet gebruikt worden. Het vak
moet op
g
evuld worden met een speciaal ac-
cessoire zodat de plaat of voet correct kan
steunen op het gesloten opbergvak en correc-
te bevestiging van het kinderzitje mogelijk is.
Als u een kinderzitje met basis of voet ge-
bruikt en dit opbergvak niet goed vastmaakt,
kan het opbergvak tijdens een ongeval bre-
ken en wordt het kind uit het stoeltje gelan-
ceerd. Dit kan leiden tot ernstig letsel.
● Lees de gebruiksaanwijzingen van de fabri-
kant
van het kinderzitje en volg ze op. Schuifladen*
Afb. 184
Opberglade onder de voorstoel. Onder de voorstoelen kan zich een lade be-
v
inden. D
e l
ade openen en sluiten
Om te open
en, drukt u op de knop in het
handvat van de lade en trekt u aan de lade.
Om te sluiten, duwt u de lade onder de stoel
tot ze vastklikt. ATTENTIE
Indien de lade open staat, kan ze de bedie-
ning v
an de pedalen belemmeren. Dit kan
ernstige ongevallen tot gevolg hebben.
● Tijdens het rijden moeten de lades steeds
ges
loten blijven. Anders kunnen de lade en
voorwerpen die eruit vallen in de voetenruim-
te van de bestuurder terechtkomen en de pe-
dalen blokkeren. Uitklapbaar tafelblad*
Afb. 185
Uitklapbaar tafelblad aan de voor-
s t
oel
. » 173
Technische gegevens
Aanwijzingen
Bedienen
Noodgevallen
Veiligheid
Page 176 of 340

Bedienen
Uitklappen v an het
t afelblad door ze naar bo-
ven te trekken ››› afb. 185 (pijl).
Het tafelblad bevat tevens een blikjeshouder
››› pag. 175.
Om het tafelblad in te klappen, duwt u het zo
ver mogelijk naar onderen ››› afb. 185. ATTENTIE
Tijdens het rijden moet het uitklapbaar tafel-
bl a
d steeds opgeborgen zijn om elk risico op
letsel te vermijden. Uitneembaar prullenbakje*
Afb. 186
Bekleding van de linkse schuifdeur:
uit neemb
aar pru
llenbakje. Het uitneembare prullenbakje kan in de fles-
senhouder
v
an de bek
leding van de linkse
schuifdeur geplaatst worden. ATTENTIE
Om elk risico op brand te vermijden, mag het
uitneemb ar
e prullenbakje niet gebruikt wor-
den als asbak. Overige opbergvakken
Afb. 187
In de bagageruimte: zijopbergvak. Afb. 188
Bijkomende vakken in de kofferruim-
tevloer . Zijvakken van de kofferruimte
Aan de
z
ijk
ant van de kofferruimte zijn er bij-
komende vakken ››› afb. 187 1 en
2 . Draai
de s luitin
g r
echtsom om het vak 1 te ope-
nen. Ti
l
het deksel op om het vak 2 te ope-
nen. In het
v
ak 1 kan zich de
Cd-w
i sselaar
af fabriek bevinden. In het deksel van het vak 1 kunt u op een veilige manier de deksels
v an de hoedenp
l
ank bewaren.
Vakken in de kofferruimtevloer
In de vloer van de kofferruimte kunnen zich
nog vakken bevinden voor het opbergen van
voorwerpen.
FunctieNodige handelingen
Het vak achterin ope-
nen ››› afb. 188 4:
De achterzijde van de koffer-
ruimtevloer met het handvat
optillen. 174