Page 9 of 476

9
1
Handleiding Supra 1-1. AANWIJZINGEN
AANWIJZINGEN
Door verkeerd uitgevoerde werkzaam-
heden aan het lakwerk van de auto
werken onderdelen, zoals de radarsen-
soren, mogelijk niet goed of kunnen ze
defect raken, waardoor de veiligheid in
het geding komt.
Toyota raadt aan om onderdelen en
accessoires te gebruiken die speciaal
voor dat doel door Toyota zijn goedge-
keurd.
U wordt geadviseerd om Toyota te
raadplegen voor advies over originele
onderdelen en accesso
ires van Toyota,
andere door Toyota goedgekeurde pro-
ducten en voor deskundig advies over
alle aanverwante zaken.
De veiligheid en compatibiliteit van
deze producten in combinatie met
auto's van Toyota zijn door Toyota
gecontroleerd.
Toyota accepteert productverantwoor-
delijkheid voor originele onderdelen en
accessoires van Toyota. Toyota kan
geen aansprakelijkheid aanvaarden
voor onderdelen of accessoires van
welke aard dan ook die niet zijn goed-
gekeurd.
Toyota kan niet van elk afzonderlijk pro-
duct van andere origine beoordelen of
het zonder veiligheidsrisico's kan worden
gebruikt op auto's van Toyota. Evenmin
kan geschiktheid voor gebruik worden
verzekerd als daarvoor een officiële ver-
gunning is afgegeven in een specifiek
land. Tests die voor dergelijke vergunnin-
gen worden uitgevoerd, kunnen niet
altijd alle bedrijfscondities voor auto's van Toyota omvatten, en sommige daar-
van zijn daarom onvoldoende.
Uw auto is voorzien van een aantal
elektronische regelsystemen. Elektroni-
sche regelsystemen verwerken gege-
vens die zij bijvoorbeeld ontvangen van
de sensoren in de auto, die zij zelf
genereren of die ze met elkaar uitwis-
selen. Sommige regelsystemen zijn
nodig om de auto veilig te laten functio-
neren of om assistentie te verlenen tij-
dens het rijden, bijvoorbeeld
rijassistentiesystem
en. Bovendien faci-
literen regelsystemen de comfort- en
infotainmentfuncties.
Informatie, bijvoorbeeld in een aparte
brochure, over de opgeslagen of uitge-
wisselde gegevens kan worden opge-
vraagd bij de autofabrikant.
Onderdelen en accessoires
Eurasian Compliance EAC
Gegevensopslag
Algemeen
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page
9 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 10 of 476

10
Handleiding Supra1-1. AANWIJZINGEN
Elke auto heeft een uniek voertuigiden-
tificatienummer. Afhankelijk van het
land kan een auto-eigenaar worden
geïdentificeerd aan de hand van het
voertuigidentificatienummer, de kente-
kenplaat en de relevante autoriteiten.
Er zijn ook andere manieren om de in
de auto verzamelde gegevens te herlei-
den tot de bestuurder of auto-eigenaar,
bijvoorbeeld via het gebruikte Toyota
Supra Connect-account.
Volgens de geldende wetgeving inzake
gegevensbescherming hebben autoge-
bruikers bepaalde rechten die zij kun-
nen doen gelden tegen de
autofabrikant of bedrijven die hun per-
soonsgegevens verzamelen of verwer-
ken.
Autogebruikers hebben een onbeperkt
recht om gratis informatie te verkrijgen
van instanties die hun persoonsgege-
vens opslaan.
Deze instanties kunnen zijn:
• De autofabrikant.
• Een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur.
• Een andere naar behoren gekwalifi- ceerde en uitgeruste deskundige.
• Serviceproviders.
Autogebruikers kunnen informatie
opvragen over welke persoonsgege-
vens zijn opgeslagen, waar deze voor
worden gebruikt en waar ze vandaan
komen. Een bewijs van eigendom of
gebruik is vereist om deze informatie te
verkrijgen. Het recht op informatie omvat ook infor-
matie over gegevens die zijn overge-
dragen aan andere bedrijven of
instanties.
Raadpleeg de website van de autofa-
brikant voor het van toepassing zijnde
privacybeleid voor gegevens. Dit priva-
cybeleid voor gegevens bevat informa-
tie over het recht om gegevens te laten
verwijderen of corrigeren. Op de web-
site van de autofabrikant staan ook zijn
contactgegevens en die van de functio-
naris voor gegevensbescherming.
De auto-eigenaar kan de in de auto
opgeslagen gegevens indien van toe-
passing tegen betaling van een vergoe-
ding laten uitlezen door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
De wettelijk vereiste OBD-aansluiting
van het diagnosesysteem in de auto
wordt gebruikt om de autogegevens uit
te lezen.
De autofabrikant is verplicht om, in
overeenstemming met de geldende
wetgeving, de gegevens die hij heeft
opgeslagen aan de autoriteiten te ver-
strekken. De vereiste gegevens worden
alleen verstrekt voor een specifiek
geval, bijvoorbeeld om een strafbaar
feit te onderzoeken.
Overheidsinstanties zijn gemachtigd
om, in overeenstemming met de gel-
dende wetgeving, voor een specifiek
geval zelf de gegevens van de auto uit
te lezen. De informatie van de airbag-
Persoonlijke identificatie
Wetgeving inzake
gegevensbescherming
Wettelijke eisen
met betrekking
tot gegevensverstrekking
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 10 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 11 of 476

11
1
Handleiding Supra 1-1. AANWIJZINGEN
AANWIJZINGEN
module kan bijvoorbeeld worden uitge-
lezen om licht te werpen op de
omstandigheden van een ongeval.
Regelsystemen verwerken gegevens
om de auto te bedienen.
Deze gegevens omvatten bijvoorbeeld:
• Statusmeldingen van de auto en de
afzonderlijke onderdelen, bijvoor-
beeld het toerental van de wielen, de
wielsnelheid, de deceleratie, de zij-
delingse versnelling en het controle-
lampje voor de veiligheidsgordels.
• Omgevingsomstandigheden, bijvoor- beeld de temperatuur en de regen-
sensorsignalen.
De gegevens worden alleen in de auto
zelf verwerkt en zijn meestal tijdelijk. De
gegevens worden niet opgeslagen
nadat het contact UIT is gezet.
Elektronische onderdelen, bijvoorbeeld
regelsystemen en auto sleutels, bevat-
ten onderdelen voor het opslaan van
technische informatie. Informatie over
de voertuigconditie, belasting van
onderdelen, onderhoudsvereisten,
gebeurtenissen of fouten kunnen tijde-
lijk of permanent worden opgeslagen.
Deze informatie documenteert over het
algemeen de toestand van een onder-
deel, een modu le, een systeem of zijn
omgeving, bijvoorbeeld:
• Bedrijfstoestanden van systeemon- derdelen, bijvoorbeeld vulniveaus,
bandenspanning en accustatus.
• Storingen en defecten in belangrijke systeemonderdelen, bijvoorbeeld
verlichting en remmen. • Reacties van de auto op bepaalde
rijsituaties, bijvoorbeeld de active-
ring van een airbag of de activering
van de rijstabili teitsregelsystemen.
• Informatie over gebeurtenissen
waarbij de auto beschadigd is
geraakt.
De gegevens zijn nodig zodat de modu-
les hun functies kunnen uitvoeren. De
gegevens worden ook gebruikt voor het
opsporen en verhelpen van storingen
en helpen de autofabrikant om de func-
ties van de auto te optimaliseren.
Het merendeel van deze gegevens is
tijdelijk en wordt alleen in de auto zelf
verwerkt. Slechts een klein deel van de
gegevens wordt opgeslagen in gebeur-
tenis- of foutgeheugens als reactie op
specifieke omstandigheden.
Wanneer werkzaamheden worden uit-
gevoerd, zoals reparaties, servicewerk-
zaamheden, garantiewerkzaamheden
en kwaliteitswaarborgingsmaatregelen,
kan deze technische informatie teza-
men met het voertuigidentificatienum-
mer worden uitgelezen.
Een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige kan de informatie uitlezen.
De wettelijk vereiste OBD-aansluiting
van het diagnosesysteem in de auto
wordt gebruikt om de gegevens uit te
lezen.
De gegevens worden verzameld, ver-
werkt en gebruikt door de relevante
organisaties in het servicenetwerk. De
gegevens documenteren de technische
omstandigheden van de auto en helpen
bij het lokaliseren van fouten, het vol-
Bedieningsgegevens in de auto
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page
11 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 12 of 476

12
Handleiding Supra1-1. AANWIJZINGEN
doen aan garantieverplichtingen en het
verbeteren van de kwaliteit.
Bovendien heeft de fabrikant de ver-
plichting om aan productbewaking te
doen overeenkomstig de wetgeving
inzake productaansprakelijkheid. Om
aan deze verplichtingen te voldoen,
heeft de autofabrikant technische gege-
vens van de auto nodig. Gegevens van
de auto kunnen ook worden gebruikt
om garantieclaims van klanten te con-
troleren.
Fout- en gebeurtenisgeheugens in de
auto kunnen worden gereset wanneer
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige reparatie- of onderhouds-
werkzaamheden uitvoert.
Afhankelijk van de uitrusting van de
auto kunnen de volgende comfort- en
individuele instellingen in de auto wor-
den opgeslagen en op elk moment wor-
den gewijzigd of gereset.
Deze omvatten bijvoorbeeld:
• Instellingen voor de stoelpositie.
• Instellingen voor de wielophanging
en klimaatregeling.
Gegevens kunnen indien nodig in het
entertainment- en communicatiesys-
teem van de auto worden geïmpor-
teerd, bijvoorbeeld via een smartphone.
Afhankelijk van de uitrusting van de
auto omvatten deze gegevens: • Multimediagegevens zoals muziek,
video's of foto's voor weergave in
een geïntegreerd multimediasys-
teem.
• Adresboekgegevens voor gebruik in
combinatie met een geïntegreerd
handsfree-systeem of een geïnte-
greerd navigatiesysteem.
• Ingevoerde navigatiebestemmingen.
• Gegevens over het gebruik van internetdiensten.
Deze gegevens kunnen lokaal in de
auto worden opgeslagen of staan op
een apparaat dat in de auto is aange-
sloten, bijvoorbeeld een smartphone,
USB-stick of MP3-speler. Als deze
gegevens in de auto worden opgesla-
gen, kunnen ze op elk gewenst
moment worden gewist.
Deze gegevens worden alleen doorge-
geven aan derden als hier tijdens het
gebruik van online diensten uitdrukke-
lijk om is gevraagd. De overdracht is
afhankelijk van de geselecteerde instel-
lingen voor het gebruik van de dien-
sten.
Afhankelijk van de uitrusting kunnen
mobiele apparaten die in de auto zijn
aangesloten, bijvoorbeeld smartpho-
nes, worden bediend via de bedie-
ningselementen van de auto.
Geluid en afbeeldingen van het mobiele
apparaat kunnen worden afgespeeld en
weergegeven via he t multimediasys-
teem. Tegelijkertijd wordt bepaalde
informatie naar het mobiele apparaat
verzonden. Afhankelijk van het type
integratie omvat deze bijvoorbeeld
positiegegevens en andere algemene
Gegevensinvoer en
gegevensoverdracht in de auto
Algemeen
Integratie van mobiele apparaten
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 12 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 13 of 476

13
1
Handleiding Supra 1-1. AANWIJZINGEN
AANWIJZINGEN
voertuiginformatie. Dit optimaliseert de
manier waarop geselecteerde apps, bij-
voorbeeld navigatie of weergave van
muziek, werken.
Er is geen verdere interactie tussen het
mobiele apparaat en de auto, bijvoor-
beeld actieve toegang tot voertuiggege-
vens.
Hoe de gegevens verder worden ver-
werkt, wordt bepaald door de aanbieder
van de specifieke app die wordt
gebruikt. De reeks mogelijke instellin-
gen hangt af van de desbetreffende
app en het
besturingssysteem van het
mobiele apparaat.
Als de auto een draadloze netwerkver-
binding heeft, kunnen gegevens wor-
den uitgewisseld tussen de auto en
andere systemen. De draadloze net-
werkverbinding wordt tot stand
gebracht via een zender- en ontvanger-
module in de auto of via persoonlijke
mobiele apparaten die in de auto wor-
den meegenomen, bijvoorbeeld smart-
phones. Met deze draadloze
netwerkverbinding kunnen online func-
ties worden gebruikt. Hieronder vallen
online diensten en apps die worden
geleverd door de autofabrikant of door
andere aanbieders. Voor wat betreft online diensten van de
autofabrikant worden de relevante
functies op de daarvoor geschikte
plaats beschreven, bijvoorbeeld in de
handleiding of op de website van de
fabrikant. De relevante juridische infor-
matie met betrekking tot gegevensbe-
scherming wordt ook verstrekt.
Persoonsgegevens kunnen worden
gebruikt om online diensten uit te voe-
ren. De gegevens worden uitgewisseld
via een beveiligde verbinding, bijvoor-
beeld met de IT-systemen van de auto-
fabrikant die voor dit doel zijn bestemd.
Elke verzameling en verwerking en elk
gebruik van persoonsgegevens die ver-
der gaat dan wat nodig is om de dien-
sten te leveren, moet altijd gebaseerd
zijn op (wettelijke) toestemming of een
contractuele afspraak. Het is ook
mogelijk om de gegevensverbinding als
geheel te activeren of te deactiveren.
Uitgesloten hiervan zijn functies en
diensten die wettelijk verplicht zijn, bij-
voorbeeld noodoproepsystemen.
Online diensten van andere aanbieders
die worden gebruikt vallen onder de
verantwoordelijkheid van de desbetref-
fende aanbieder en zijn onderworpen
aan hun privacyvoorwaarden voor
gegevens en gebruiksvoorwaarden. De
autofabrikant heeft geen controle over
de inhoud die bij het gebruik van deze
diensten wordt uitgewisseld. Informatie
over de manier waarop persoonsgege-
vens worden verzameld en gebruikt
met betrekking tot diensten van derden,
Diensten
AlgemeenDiensten van de autofabrikant
Diensten van andere aanbieders
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 13 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 14 of 476

14
Handleiding Supra1-1. AANWIJZINGEN
de reikwijdte van dergelijke gegevens
en het doel ervan, kan worden verkre-
gen bij de desbetreffende dienstverle-
ner.
Dankzij het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem kunnen bij-
voorbeeld bij ongevallen handmatige of
automatische noodoproepen worden
verzonden.
De noodoproepen worden beantwoord
door de centrale meldkamer van de
hulpdiensten.
Zie voor meer informatie over het wet-
telijk vereiste
eCall-noodoproepsys-
teem in de auto, dat is gebaseerd op
112-noodoproepen, en de werking en
functies ervan blz. 354.
De op 112-noodoproepen gebaseerde
eCall-dienst is een openbare dienst van
algemeen belang en is gratis beschik-
baar.
Als zich een ernstig ongeval voordoet,
wordt het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem standaard
automatisch geactiveerd door sensoren
in de auto. Het word t ook automatisch
geactiveerd als de auto is uitgerust met
een intelligent noodoproepsysteem dat
in het geval van een ernstig ongeval
niet werkt. Het wettelijk vereiste eCall-noodoproe-
psysteem kan indien nodig ook hand-
matig worden geactiveerd.
Als zich een ernstige systeemstoring
voordoet die het wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem buiten wer-
king zou stellen, ontvangen de inzitten-
den een waarschuwing, zie blz. 355.
Het wettelijk vereiste eCall-noodoproe-
psysteem verwerkt persoonsgegevens
in overeenstemming met de volgende
voorschriften:
• Bescherming van persoonsgege-
vens: Verordening 2016/679/EU van
het Europees Parlement en de
Raad.
• Bescherming van persoonsgege-
vens: Richtlijn 2002/58/EG van het
Europees Parlement en de Raad.
Persoonsgegevens worden uitsluitend
verwerkt met het oog op het verzenden
van eCall-noodoproepen naar het
gestandaardiseerde Europese alarm-
nummer 112.
Het wettelijk vereiste eCall-noodoproe-
psysteem werkt via mobiele communi-
catie door middel van de simkaart die in
de auto is geïnstalleerd. De simkaart is
niet permanent verbonden met het
mobiele telefoonnetwerk, maar blijft
alleen verbonden zolang de
noodoproep actief is.
Wettelijk vereist
noodoproepsysteem
Principe
Algemeen
Informatie over gegevensverwerking
Simkaart
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 14 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 15 of 476

15
1
Handleiding Supra 1-1. AANWIJZINGEN
AANWIJZINGEN
Het wettelijk vereiste eCall-noodoproe-
psysteem mag uitsluitend de volgende
gegevens verzamelen en verwerken:
• Het voertuigidentificatienummer voor
het snel identificeren van de auto,
bijvoorbeeld het model.
• Voertuigtype, bijvoorbeeld auto.
• Type voertuigaandrijving, bijvoor-
beeld benzine of diesel, voor het
beoordelen van de risico's bij de
hulpverlening, zoals het risico op
brand veroorzaakt door brandstof.
• De positie van de auto ten tijde van het ongeval, de laatste drie locaties
en de rijrichting om de auto sneller te
kunnen lokaliseren op bijvoorbeeld
zeer complexe baanvakken.
• Logbestand voor automatische sys- teemactivering en het tijdstempel.
• Besturingsinformatie, die de hulp-
diensten vertelt of de noodoproep
bijvoorbeeld automatisch of hand-
matig is geactiveerd.
• Een tijdstempel voor het bepalen van het tijdstip van het ongeval om
de inzet van de hulpdiensten te opti-
maliseren.
• De rijrichting om bijvoorbeeld te bepalen om welke zijde van de weg
het gaat.
De autoriteiten van het land op wiens
grondgebied de noodoproep van het
eCall-systeem plaatsvindt, bepalen
welke centrale meldkamers voor
noodoproepen de noodoproep zullen
ontvangen en verwerken. Het wettelijk vereiste eCall-noodoproe-
psysteem zorgt ervoor
dat de gegevens
in het systeemgeheugen niet buiten het
systeem kunnen worden ingezien voor-
dat een noodoproep wordt geactiveerd.
De verzamelde gegevens voor het wet-
telijk vereiste eCall-noodoproepsys-
teem worden alleen in de auto
opgeslagen en naar de centrale meld-
kamer gestuurd wanneer een
noodoproep wordt geactiveerd.
Het wettelijk vereiste eCall-noodoproe-
psysteem zorgt ervoor dat de gegevens
niet kunnen worden getraceerd en de
gegevens tijdens normaal gebruik niet
permanent worden nagetrokken.
Het wettelijk vereiste eCall-noodoproe-
psysteem zorgt ervoor dat de gegevens
in het interne systeemgeheugen auto-
matisch en continu worden gewist.
Gegevens met betrekking tot de locatie
van de auto worden continu overschre-
ven in het interne systeemgeheugen,
zodat alleen laatste drie locaties van de
auto die nodig zijn voor het normaal
functioneren van het systeem altijd
beschikbaar zijn.
Het activiteitengegevenslog van het
wettelijk vereiste eCall-noodoproepsys-
teem wordt niet langer bewaard dan
nodig is voor de afhandeling van de
eCall-noodoproep en in geen geval lan-
ger dan 13 uur nadat de
eCall-noodoproep werd geactiveerd.
Gegevenstypen en hun ontvangers
Configuratie van gegevensverwerking
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page
15 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM
Page 16 of 476

16
Handleiding Supra1-1. AANWIJZINGEN
De persoon wiens gegevens worden
verwerkt, bijvoorbeeld de auto-eige-
naar, heeft het recht op inzage in de
gegevens en kan verzoeken dat gege-
vens die met betrekking tot hem of haar
niet in overeenstemming met de wette-
lijke voorschriften zijn verwerkt, wor-
den gecorrigeerd, verwijderd of
geblokkeerd voor zover van toepas-
sing. Telkens wanneer gegevens wor-
den gecorrigeerd, verwijderd of
geblokkeerd in overeenstemming met
deze voorschriften, moeten de derden
aan wie de gegevens zijn overgedra-
gen, worden geïnformeerd, op voor-
waarde dat dit tegen een redelijke prijs
kan worden gedaan.
De persoon wiens gegevens worden
verwerkt, heeft het recht om een klacht
in te dienen bij de desbetreffende
instantie voor gegevensbescherming
als hij of zij van mening is dat zijn of
haar rechten zijn geschonden door ver-
werking van die persoonsgegevens.
Neem voor kwesties met betrekking tot
het recht op inzage contact op met een
erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Met het automatische noodoproepsys-
teem kunnen bijvoorbeeld bij ongeval-
len handmatige of automatische
noodoproepen worden verzonden.
De noodoproepen worden beantwoord
door een alarmcentrale die door de
autofabrikant is aangewezen.
Naast het automatische noodoproe-
psysteem is de auto voorzien van het
wettelijk vereiste eCall-noodoproepsys-
teem. Of dit systeem actief is, is afhan-
kelijk van de situatie.
De auto-eigenaar heeft het recht om
hetzij het automatische noodoproe-
psysteem, hetzij het
wettelijk vereiste
eCall-noodoproepsysteem te gebrui-
ken.
Zie voor informatie over het gebruik van
het automatische noodoproepsysteem
en zijn functies blz. 354.
Het automatische noodoproepsysteem
verwerkt persoonsgegevens in over-
eenstemming met de volgende voor-
schriften:
• Bescherming van persoonsgege- vens: Richtlijn 95/46/EG van het
Europees Parlement en de Raad.
• Bescherming van persoonsgege- vens: Richtlijn 2002/58/EG van het
Europees Parlement en de Raad.
Het contract met Toyota Supra Connect
dat voor deze functie is afgesloten,
evenals de relevante wetten, verorde-
Rechten van personen van wie gege-
vens worden verwerkt
Automatisch
noodoproepsysteem
Principe
Wettelijke grondslag
Supra_OM_General_OM99V80E_1_1911.book Page 16 Thursday, October 31, 2019 2:57 PM