Page 217 of 257

Het is de taak van de eigenaar van de
auto om de concentratie van de koel-
vloeistof aan te passen aan de buiten-
temperatuur.
OPMERKING:
Het mengen van verschillende ty-
pen motorkoelvloeistof (antivries)
verkort de levensduur van de koel-
vloeistof (antivries) en leidt tot
kortere verversingsintervallen.
Vuldop van het koelsysteem
Draai de vuldop goed vast, zodat
wordt voorkomen dat er koelvloeistof
(antivries) wordt gemorst en de koel-
vloeistof (antivries) terugloopt naar
de radiateur via het koelvloeistofre-
servoir.
Controleer de vuldop en reinig deze
grondig wanneer er afzettingen zicht-
baar zijn op het sluitvlak.
WAARSCHUWING!
Als waarschuwing is de tekst "DONOT OPEN HOT" (NIET OPE-
NEN, HEET) op de vuldop van
het koelsysteem aangebracht. Vul
nooit koelvloeistof (antivries) bij
als de motor oververhit is. Draai
nooit de vuldop los om een over-
verhitte motor te laten afkoelen.
Door de hitte komt het koelsys-
teem onder druk te staan. Om
brandwonden en ander letsel te
voorkomen, mag u nooit de vul-
dop verwijderen van een koelcir-
cuit dat heet is of onder druk
staat.
Gebruik geen andere vuldop dan
de voorgeschreven vuldop voor
uw auto. Dit kan leiden tot per-
soonlijk letsel of motorschade.
Afvoeren van afgewerkte
koelvloeistof
Afgewerkte koelvloeistof (antivries)
op basis van ethyleenglycol is een af-
valstof die conform de milieuvoor-
schriften moet worden afgevoerd.
Raadpleeg de gemeentelijke instanties
over de juiste wijze van afvoeren. Om inslikken door kinderen of dieren te
voorkomen, dient u koelvloeistof (an-
tivries) met ethyleenglycol nooit in
open reservoirs te bewaren. Laat de
vloeistof ook nooit in plassen op de
grond terechtkomen. Schakel onmid-
dellijk medische hulp in als een kind
of huisdier koelvloeistof heeft inge-
slikt. Verwijder gemorste vloeistof on-
middellijk.
Koelvloeistofpeil
Viercilindermotoren –
aan het koel-
vloeistofreservoir kunt u snel en dui-
delijk zien of er voldoende koelvloei-
stof (antivries) in het koelsysteem
aanwezig is. Bij stationair toerental en
warme motor moet het koelvloeistof-
peil (antivries) in het reservoir tussen
de lijnen "ADD" en "FULL" op het
reservoir staan.
Omdat de radiateur normaal gespro-
ken volledig gevuld blijft, is het niet
nodig de radiateurdop te verwijderen,
tenzij u de koelvloeistof (antivries)
wilt controleren op vriespunt of wilt
verversen. Maak uw monteur hierop
attent. Zolang de bedrijfstemperatuur
van de motor in orde is, hoeft u het
koelvloeistofreservoir slechts eenmaal
210
Page 218 of 257

per maand te controleren. Als de koel-
vloeistof (antivries) moet worden bij-
gevuld, doet u dit via de vulopening
van het koelvloeistofreservoir. Vul
nooit te veel vloeistof bij.
Belangrijk
OPMERKING:
Wanneer u na enkele kilometers
de auto tot stilstand brengt, ziet u
mogelijk waterdamp opstijgen
vanuit de voorzijde van het motor-
compartiment. Dit is meestal het
gevolg van een hoge luchtvochtig-
heid, of van regen of sneeuw die op
de radiator is achtergebleven en
verdampt wanneer de thermo-
staatklep opengaat, zodat er hete
koelvloeistof (antivries) in de radi-
ator kan stromen.
Wanneer bij een inspectie van het mo-
torcompartiment blijkt dat de radi-
ateur en de slangen geen defecten ver-
tonen, kunt u gerust met de auto gaan
rijden. De damp zal snel verdwijnen.
Vul niet te veel vloeistof bij in hetkoelvloeistofreservoir.
Controleer het vriespunt van de koelvloeistof (antivries) in de radi- ateur en in het koelvloeistofreser-
voir. Als de koelvloeistof (antivries)
moet worden bijgevuld, moet ook
de inhoud van het expansiereser-
voir worden beschermd tegen be-
vriezing.
Als u regelmatig koelvloeistof (an- tivries) moet bijvullen of het vloei-
stofpeil in het koelvloeistofreservoir
niet daalt wanneer de motor af-
koelt, moet het koelsysteem door
middel van een druktest op lekkage
worden gecontroleerd.
Zorg altijd voor een concentratie van minimaal 50% motorkoelvloei-
stof (antivries) en gedistilleerd wa-
ter, voor optimale corrosiebescher-
ming van de aluminium onderdelen
van uw motor.
Zorg ervoor dat de overloopslangen van de radiateur en het koelvloei-
stofreservoir niet geknikt of geblok-
keerd zijn.
Houd de voorzijde van de radiateur schoon. Als uw auto is uitgerust met
airconditioning, houd dan de voor-
zijde van de condensor schoon. Vervang nooit de thermostaat door
een zomer- of wintertype. Wanneer
vervanging noodzakelijk is, mag
UITSLUITEND het voorgeschre-
ven type thermostaat worden inge-
bouwd. Andere modellen kunnen
onvoldoende koelprestaties leveren
en een hoger brandstofverbruik en
hogere emissiewaarden teweeg-
brengen.
REMSYSTEEM
Om altijd optimale remprestaties te
waarborgen, moeten alle onderdelen
van het remsysteem regelmatig wor-
den gecontroleerd. Raadpleeg het
hoofdstuk "Onderhoudsschema"
voor de juiste onderhoudsintervallen.
WAARSCHUWING!Rijden met uw voet op het rempedaal
is gevaarlijk en kan leiden tot een
aanrijding. Rijden met uw voet op het
rempedaal veroorzaakt abnormaal
hoge remtemperaturen, verhoogt de
slijtage van de remvoering en kan
leiden tot schade aan het remsys-
teem. U beschikt dan in noodgevallen
niet over het volledige remvermogen.
211
Page 219 of 257

LET OP!
Laat het onderhoud van uw auto
over aan een LANCIA-dealer. Voor
routine-onderhoud en klein onder-
houd dat u zelf wilt uitvoeren, raden
wij u aan om het juiste gereedschap,
originele reserveonderdelen van
LANCIA en de vereiste vloeistoffen
te gebruiken. Voer geen onderhoud
uit als u geen ervaring hebt.
Hoofdremcilinder – controle van
remvloeistofpeil
Controleer onmiddellijk het vloeistof-
peil in de hoofdremcilinder als het
waarschuwingslampje voor het rem-
systeem gaat branden.
Controleer het vloeistofpeil telkens
wanneer u werkzaamheden onder de
motorkap uitvoert.
Maak de bovenzijde van de hoofd-
remcilinder schoon voordat u de dop
verwijdert. Vul indien nodig vloeistof
bij tot aan het vereiste merkteken op
het remoliereservoir.Overvullen van remvloeistof moet wor-
den voorkomen, omdat de vloeistof dan
naar het remsysteem kan weglekken. Het vloeistofpeil daalt naarmate de
remblokken slijten. Controleer het rem-
vloeistofpeil wanneer de remblokken
worden vervangen. Een laag vloeistof-
peil kan echter ook worden veroorzaakt
door lekkage en controle kan noodza-
kelijk zijn.
Gebruik uitsluitend door de fabrikant
aanbevolen remvloeistof. Raadpleeg de
paragraaf "Vloeistoffen, smeermidde-
len en originele onderdelen" in "Onder-
houd van uw auto" voor meer informa-
tie hierover.
WAARSCHUWING!
Gebruik door de fabrikant aanbevo-
len remvloeistof of een gelijkwaar-
dig product. Raadpleeg de para-
graaf "Vloeistoffen, smeermiddelen
en originele onderdelen" in "Onder-
houd van uw auto" voor meer infor-
matie hierover. Gebruik van de ver-
keerde remvloeistof kan ernstige
schade veroorzaken aan uw remsys-
teem en/of de werking ervan nadelig
beïnvloeden.
(Vervolgd)
WAARSCHUWING!
(Vervolgd)
Om vervuiling te voorkomen door
materiaal of vocht van buitenaf,
dient u uitsluitend nieuwe rem-
vloeistof te gebruiken, of remvloei-
stof uit een hermetisch afgesloten
reservoir. Zorg ervoor dat de dop
van het reservoir van de hoofdrem-
cilinder altijd is vastgedraaid.
Remvloeistof in een open reservoir
neemt vocht op uit de lucht, waar-
door de remvloeistof een lager
kookpunt krijgt. De remvloeistof
kan hierdoor gaan koken tijdens
stevig of langdurig remmen, waar-
door de kans bestaat dat de rem-
men plotseling niet meer werken.
Dit kan een aanrijding tot gevolg
hebben.
(Vervolgd)
212
Page 220 of 257

WAARSCHUWING!(Vervolgd)
Het bijvullen van het vloeistofre-
servoir met te veel remvloeistof
kan leiden tot het morsen van
vloeistof op hete motoronderde-
len, waardoor de remvloeistof
vlam kan vatten. Remvloeistof
kan ook schade toebrengen aan
gelakte oppervlakken en vinyl.
Let er daarom op dat er geen rem-
vloeistof op deze oppervlakken te-
recht komt.
Zorg dat er geen vloeistof op basis
van aardolie in de remvloeistof te-
rechtkomt. De afdichtingen van het
remsysteem kunnen hierdoor wor-
den aangetast, waardoor de rem-
men hun werking gedeeltelijk of ge-
heel kunnen verliezen. Dit kan een
aanrijding tot gevolg hebben.
AUTOMATISCHE
VERSNELLINGSBAK
De automatische versnellingsbak en
de differentieeleenheid bevinden zich
in een enkele behuizing.
Het vloeistofpeil in de automatische
versnellingsbak moet bij elke onder-
houdsbeurt worden gecontroleerd.
Wanneer met een te laag vloeistofni-
veau wordt gereden, kan de levens-
duur van de vernsnellingsbak en de
vloeistof sterk afnemen.
Keuze van smeermiddel
Het is belangrijk het juiste smeermid-
del voor de versnellingsbak te kiezen,
om een optimale werking van de ver-
snellingsbak te garanderen. Gebruik
door de fabrikant aanbevolen trans-
missievloeistof of een gelijkwaardig
product. Raadpleeg de paragraaf
"Vloeistoffen, smeermiddelen en ori-
ginele onderdelen" in "Onderhoud
van uw auto" voor meer informatie
hierover. Het is belangrijk dat de
transmissievloeistof het vereiste peil
heeft en dat u de aanbevolen vloeistof
gebruikt.
LET OP!
Wanneer u een andere transmissie-
vloeistof gebruikt dan aanbevolen
door de fabrikant of een gelijkwaar-
dige vloeistof, kan daardoor de scha-
kelwerking van de versnellingsbak
achteruitgaan en/of grijpt de kop-
pelomvormer schokkend aan. Wan-
neer u een andere transmissievloei-
stof gebruikt dan aanbevolen door
de fabrikant of een gelijkwaardige
vloeistof, zullen de vloeistof en het
filter vaker moeten worden vervan-
gen. Raadpleeg de paragraaf "Vloei-
stoffen, smeermiddelen en originele
onderdelen" in "Onderhoud van uw
auto" voor meer informatie hierover.
Speciale additieven
Automatische transmissievloeistof
(ATF) is een geavanceerd en hoog-
waardig product waarvan de presta-
ties door additieven nadelig kunnen
worden beïnvloed. Daarom raden we
u aan geen additieven aan de trans-
missievloeistof toe te voegen. De enige
uitzondering op deze regel vormt het
toevoegen van speciale kleurstof om
lekkage op te sporen. Gebruik ook
213
Page 221 of 257

geen vloeibare afdichtmiddelen, aan-
gezien deze juist schade aan afdich-
tingen kunnen toebrengen.LET OP!
Spoel de versnellingsbak niet met
chemicaliën, omdat deze de versnel-
lingsbak kunnen beschadigen. Der-
gelijke schade wordt niet gedekt
door de standaardgarantie.
Vloeistofpeil controleren
Het is niet nodig om het vloeistofpeil
regelmatig te controleren, en om die
reden is geen peilstok aanwezig. Uw
erkende dealer kan het vloeistofpeil in
uw automatische transmissie contro-
leren met behulp van een speciale
peilstok.
Als u merkt dat er sprake is van vloei-
stoflekkage of een defect in de ver-
snellingsbak, neemt u onmiddellijk
contact op met een erkende dealer om
het transmissievloeistofpeil te laten
controleren. Als het voertuig wordt
gebruikt met een verkeerd vloeistof-
peil, kan ernstige schade aan de auto-
matische versnellingsbak worden toe-
gebracht. Transmissievloeistof verversen en
filter vervangen
Raadpleeg het hoofdstuk "Onder-
houdsschema" voor de juiste onder-
houdsintervallen.
Ververs de vloeistof en vervang het
filter ook als de versnellingsbak om
welke reden dan ook wordt gedemon-
teerd.
LET OP!
Laat het onderhoud van uw auto
over aan een LANCIA-dealer. Voor
routine-onderhoud en klein onder-
houd dat u zelf wilt uitvoeren, raden
wij u aan om het juiste gereedschap,
originele reserveonderdelen van
LANCIA en de vereiste vloeistoffen
te gebruiken. Voer geen onderhoud
uit als u geen ervaring hebt.
VERZORGING VAN DE
AUTO EN BESCHERMING
TEGEN ROEST
Carrosserie en lak beschermen
tegen roest
De aandacht die aan de carrosserie
moet worden besteed is sterk afhan-
kelijk van de weersinvloeden en het gebruik van de auto. Strooizout in de
winter en chemische producten die in
andere seizoenen op bomen en in weg-
bermen gespoten worden, hebben een
sterk corrosieve invloed op de carros-
serie. Buiten parkeren en blootstelling
aan schadelijke stoffen in de atmo-
sfeer en op de wegen, extreem warm
of koud weer en andere extreme om-
standigheden kunnen de lak, de sier-
lijsten en de beschermende laag aan
de onderzijde van de auto aantasten.
De onderstaande onderhoudsadvie-
zen helpen om de carrosserie van uw
auto gedurende lange tijd in optimale
conditie te houden.
Oorzaken van corrosie
Corrosie ontstaat als de lak en be-
schermende coatings op uw auto zijn
aangetast of loslaten.
De meest voorkomende oorzaken zijn:
Strooizout, vuil en achterblijven
van vocht.
Steenslag.
Insectenresten, boomvocht en teer.
Zilte lucht in kuststreken.
214
Page 222 of 257

Zure regen en industriële vervui-ling.
Wassen
Was uw auto regelmatig. Was uw auto altijd in de schaduw en ge-
bruik een milde autoshampoo.
Spoel de auto zorgvuldig af met
schoon water.
Gebruik een hoogwaardige was om olieaanslag en vlekken te verwijde-
ren en de laklaag te beschermen.
Zorg dat u geen krassen maakt op
de lak.
Gebruik geen schurende producten en polijstmiddelen die de glans of
de dikte van de laklaag kunnen
aantasten.LET OP!
Gebruik nooit schurende of sterke
reinigingsmiddelen zoals staalwol of
schuurpoeder. Deze veroorzaken
krassen op het metaal en de lak.
Speciale verzorging
Spuit de onderzijde van de auto regelmatig schoon (minstens één keer per maand) wanneer u op be-
pekelde of stoffige wegen of in kust-
streken rijdt.
Het is belangrijk dat de afvoerope- ningen onder in de portieren, in de
dorpellijsten en in de bagageruimte
open worden gehouden.
Als u steenslag of krassen in de lak bespeurt, werk dergelijke plekken
dan meteen bij. Voor de kosten van
dergelijke reparaties is de eigenaar
van de auto verantwoordelijk.
Wanneer de auto door bijvoorbeeld een ongeval schade heeft opgelopen
aan de lak en de beschermende coa-
ting, moet u deze zo spoedig moge-
lijk laten repareren. Voor de kosten
van dergelijke reparaties is de eige-
naar van de auto verantwoordelijk.
Wanneer u speciale ladingen met chemicaliën, kunstmest, zout, enz.,
vervoert, let dan goed op of alles
goed is verpakt en afgesloten.
Wanneer u vaak op grindwegen rijdt, raden wij u aan spatlappen bij
ieder wiel te laten aanbrengen. Gebruik Touch Up Paint of een ge-
lijkwaardig product om krassen zo
snel mogelijk bij te werken. Uw er-
kende dealer heeft de lakstift die
overeenkomt bij uw lakkleur.
Verzorging van velgen en
wieldoppen
Alle wielen en wieldoppen moeten re-
gelmatig worden gereinigd met milde
zeep en water om corrosie tegen te
gaan. Dit geldt vooral wanneer een
coating van aluminium of chroom is
aangebracht. Gebruik een niet-
schurend en zuurvrij reinigingsmid-
del om hardnekkige modder en/of
overvloedige remstof te verwijderen.
Gebruik geen schuursponsen, staal-
wol, een harde borstel of metaalpoets.
Gebruik geen ovenreiniger. Maak
geen gebruik van automatische was-
straten waarin bijtende reinigingspro-
ducten of harde borstels worden ge-
bruikt. Deze kunnen de
beschermende coating van de velgen
beschadigen.
215
Page 223 of 257

Verzorging van het interieur
Gebruik een vochtige doek voor het
reinigen van de interieurbekleding.
Gebruik geen bijtende reinigingspro-
ducten.
De kwaliteit van lederen bekleding
blijft het best behouden door deze te
reinigen met een zachte, vochtige
doek. Stofdeeltjes of vuil kunnen een
schurend effect hebben en de lederen
bekleding beschadigen. Verwijder
deze daarom direct met een vochtige
doek. Hardnekkige vlekken kunt u
gemakkelijk verwijderen met een
zachte doek en de juiste producten.
Voorkom dat lederen bekleding wordt
doordrenkt met welke vloeistof dan
ook. Reinig uw lederen bekleding
nooit met polish, olie, reinigingsvloei-
stoffen, oplosmiddelen, afwasmidde-
len of schoonmaakmiddelen op am-
moniakbasis. Het gebruik van
speciale onderhoudsmiddelen voor le-
der is niet vereist om de originele kwa-
liteit te behouden.
WAARSCHUWING!
Gebruik nooit vluchtige oplosmid-
delen om te reinigen. Dergelijke stof-
fen zijn vaak brandbaar en kunnen
bij gebruik in afgesloten ruimten
ademhalingsproblemen veroorza-
ken.
Koplampen reinigen
Uw auto is uitgerust met kunststof
koplamplenzen die lichter en minder
gevoelig voor steenslag zijn dan gla-
zen koplamplenzen.
Kunststof is minder krasbestendig
dan glas. Ga daarom anders te werk
bij het reinigen van de koplamplens.
Om krassen tot een minimum te be-
perken en de lichtopbrengst maxi-
maal te houden, mogen de koplamp-
lenzen niet met een droge doek
worden schoongemaakt. Verwijder
vuil met een milde zeepoplossing en
spoel goed na.
Gebruik nooit schurende reinigings-
middelen, oplosmiddelen, staalwol of
andere bijtende stoffen om de lenzen
te reinigen. Ruitoppervlakken
Alle ruiten behoren regelmatig met
een normale glasreiniger te worden
gereinigd. Gebruik nooit schurende
reinigingsmiddelen. Wees voorzichtig
bij het reinigen van de binnenkant
van de achterruit, die is voorzien van
achterruitverwarming of de achterzij-
ruit aan de rechterkant die is voorzien
van een radioantenne. Gebruik geen
schrapers of andere scherpe voorwer-
pen die krassen kunnen maken op de
elementen.
Wanneer u de binnenspiegel schoon-
maakt, moet u reinigingsmiddel op de
gebruikte doek spuiten. Spuit de rei-
nigingsvloeistof niet rechtstreeks op
de spiegel.
Kunststoflenzen van
instrumentengroep reinigen
De lenzen voor de instrumenten in
deze auto zijn gemaakt van doorzich-
tige kunststof. Wees bij het reinigen
van deze lenzen extra voorzichtig om
krassen te voorkomen.
1. Reinig met een vochtige, zachte
doek. Eventueel kan een zachte zeep-
oplossing worden gebruikt, maar ge-
216
Page 224 of 257

bruik in geen geval reinigingsalcohol
of bijtende of schurende reinigings-
middelen. Verwijder de zeep met een
schone, vochtige doek.
2. Drogen met een zachte doek.
Verzorging van autogordels
Bleek of verf de gordels nooit en reinig
ze niet met chemische oplosmiddelen
of schurende reinigingsmiddelen. De
gordelband kan hierdoor worden aan-
getast. Ook zonnestraling kan de stof
aantasten.
Als u de gordels moet reinigen, ge-
bruik dan een lauw sopje van zachte
zeep. Verwijder de gordels hiertoe niet
uit de auto. Drogen met een zachte
doek.
Laat de gordels vervangen wanneer ze
rafels of slijtplekken vertonen of wan-
neer de gespsluitingen niet goed func-
tioneren.
BEKERHOUDERS IN DE
MIDDENCONSOLE
REINIGEN
Verwijderen
Pak het rubberen deel van de beker-
houder vast en trek hem omhoog.Reiniging
Leg de rubberen voering van de be-
kerhouder in een sopje van warm
kraanwater en een theelepel mild
vloeibaar vaatwasmiddel. Laat het
rubber ongeveer een uur weken. Haal
het rubber na een uur uit het water en
dompel het vervolgens nog een keer of
zes onder. Nog achtergebleven vuil zal
zo gemakkelijk loslaten. Spoel de voe-
ring grondig af onder warm stromend
water. Schud achtergebleven drup-
pels af en droog de buitenkant met
een schone en zachte doek.
Aanbrengen
Breng de voering in lijn met de beker-
houder en druk hem stevig naar bene-
den.
VERZORGING VAN
CABRIOLETDAK
LET OP!
Het negeren van de volgende waar-
schuwingen kan leiden tot water-
schade, vlekken of schimmel op het
materiaal van het dak:
(Vervolgd)
LET OP!(Vervolgd)
Vermijd wasstraten waar auto's
onder hoge druk worden gewas-
sen om beschadiging van het ma-
teriaal van het dak te voorkomen.
Bovendien kan bij een hoge water-
druk water de auto binnendringen
via de afdichtstrippen.
Voordat u het dak opent, moet u
eerst eventuele waterplassen op
het dak verwijderen en het dak
droogmaken. Als u het dak be-
dient of een portier of raam opent
terwijl het dak nat is, kan er water
in uw auto komen.
Was de auto altijd voorzichtig. Bij
waterdruk op de afdichtstrippen
kan er water de auto binnendrin-
gen.
Wij raden u aan om eventueel vuil
altijd zo snel mogelijk te verwijderen.
Als u het dak regelmatig schoon-
maakt, gaat het langer mee, blijft het
mooier en houdt u het makkelijker
schoon. Laat het dak niet te warm
worden. Zuig het dak en de opberg-
ruimte regelmatig schoon met een
stofzuiger.
217