Page 273 of 314

Vervangen
Gloeilamp 21 watt, PY 21W.1.Motorkap openen, zie pagina 2582.Draai de afdekking tegen de klok in en
neem hem voorzichtig weg.
De lamp is op de afdekking bevestigd.3.Draai de lamp met de klok mee om hem te
verwijderen.4.Voor het plaatsen van de nieuwe lamp en
het aanbrengen van de afdekking omge‐
keerd te werk gaan.
Knipperlicht in de buitenspiegel
De knipperlichten in de buitenspiegels maken
gebruik van LED-techniek. Bij een defect con‐
tact opnemen met de Service Partner van de
fabrikant of een andere gekwalificeerde Ser‐
vice Partner of specialist.
Mistlamp
Opmerking
Algemene aanwijzingen in acht nemen, zie pa‐
gina 269.
Vervangen
Gloeilamp 35 watt, H8.1.Schroevendraaier uit het boordgereed‐
schap met de vlakke zijde op de klem ge‐
leiden, pijl 1.2.Draai de schroevendraaier 90°, zie pijl 2.3.Mistlamp naar voren wegnemen.4.Stekker losmaken.5.Lamphouder draaien en verwijderen.6.Lamp verwijderen en vervangen.7.Ga in omgekeerde volgorde te werk voor
het plaatsen van de mistlamp. Let daarbij
op de geleiderails.Seite 273Vervangen van onderdelenMobiliteit273
Online Edition for Part no. 01 40 2 969 785 - II/16
Page 274 of 314

LED-mistlamp
De mistlampen zijn van LED-techniek voor‐
zien. Bij een defect contact opnemen met de
Service Partner van de fabrikant of een andere
gekwalificeerde Service Partner of specialist.
Dynamic Light Spot
De lampen maken gebruik van LED-techniek.
Bij een defect contact opnemen met de Ser‐
vice Partner van de fabrikant of een andere ge‐
kwalificeerde Service Partner of specialist.
Achterlichten, lamp vervangen
LED-achterlichten De achterlichten maken gebruik van LED-tech‐
niek. Bij een defect contact opnemen met de
Service Partner van de fabrikant of een andere
gekwalificeerde Service Partner of specialist.
Wielen vervangen
Algemeen
Bij runflat-banden of het gebruik van plakmid‐
delen is het niet noodzakelijk om het wiel direct
te wisselen bij spanningsverlies in het geval
van pech.
Zo nodig vindt u het juiste gereedschap voor
het verwisselen van wielen als toebehoren bij
een Service Partner van de fabrikant of een an‐
dere gekwalificeerde Service Partner of speci‐
alist.Kriksteunpunten
De kriksteunpunten bevinden zich op de aan‐
gegeven posities.
Reservewiel
Veiligheidsmaatregelen
▷De auto zo ver mogelijk uit de buurt van de
verkeersstroom en op een vaste onder‐
grond parkeren. Alarmknipperlichten in‐
schakelen.▷Parkeerrem bedienen en de keuzehendel‐
stand P inschakelen.▷Alle inzittenden laten uitstappen en buiten
het gevarengebied brengen, bijv. achter de
vangrails.▷Eventueel gevarendriehoek of waarschu‐
wingsknipperlichten op de betreffende af‐
stand neerzetten.▷Het wiel alleen verwisselen op een effen,
vaste en slipvrije ondergrond. Op een
zachte of gladde ondergrond, bijv. sneeuw,
ijs, tegels enz. kan de auto of de autokrik
naar de zijkant wegglijden.▷Geen houtblokken e.d. onder de autokrik
leggen, anders kan de krik haar draagver‐
mogen niet bereiken wegens de beperkte
hoogte.▷Wanneer de auto opgetild is, niet hieronder
gaan liggen en de motor niet starten, an‐
ders bestaat er levensgevaar.Seite 274MobiliteitVervangen van onderdelen274
Online Edition for Part no. 01 40 2 969 785 - II/16
Page 275 of 314

OpmerkingWAARSCHUWING
De krik is alleen voor het omhoogbren‐
gen van de auto en voor de kriksteunpunten
van de auto bedoeld. Er bestaat kans op letsel.
Geen andere auto of andere lading met de krik
omhoogbrengen.◀
Overzicht
Het reservewiel en het gereedschap bevinden
zich onder de bodem van de bagageruimte.1Reservewiel2Autokrik3Krikzwengel4Wielboutsleutel
Reservewiel verwijderen
1.Gereedschaphouder uitnemen.2.Vleugelbout 1 losdraaien.3.Schijf 2 langs de zijkant uitnemen.4.Reservewiel verwijderen.Verwisselen van het wiel voorbereiden1.De veiligheidsaanwijzingen, zie pagina 274,
in acht nemen.2.De wielbouten een halve omwenteling los‐
draaien.
Wielbouten met slot, zie pagina 276.
Voertuig optillen
1.Krik onder het krikpunt plaatsen dat zich
het dichtste bij het wiel bevindt, zodat de
krikvoet loodrecht en vlak onder het krik‐
punt staat.2.De krikkop omhoog zwengelen en de kop
in de rechthoekige inkeping van het krik‐
punt schuiven.3.Zo ver omhoog zwengelen tot het wiel van
de bodem loskomt.
Montage van het wiel
Slechts één reservewiel monteren.
1.De wielbouten losdraaien en het wiel ver‐
wijderen.2.Het nieuwe wiel of thuiskomertje opzetten
en minstens twee bouten kruiselings in‐
draaien.
Indien geen originele lichtmetalen velgen
van BMW gemonteerd worden, moeten
evt. ook de bijbehorende wielbouten wor‐
den gebruikt.3.De overige wielbouten indraaien en alle
bouten kruiselings goed aandraaien.4.De auto laten zakken en de autokrik verwij‐
deren.Seite 275Vervangen van onderdelenMobiliteit275
Online Edition for Part no. 01 40 2 969 785 - II/16
Page 276 of 314

Na het verwisselen van een wiel1.De wielbouten kruiselings vastdraaien. Het
aanhaalmoment bedraagt 140 Nm.2.Het defecte wiel opbergen in de bagage‐
ruimte.
Het defecte wiel is te groot om bewaard te
kunnen worden onder de bagageruimtebo‐
dem.3.De bandenspanning bij de volgende gele‐
genheid controleren en zo nodig corrige‐
ren.4.Bandenpechwaarschuwing opnieuw initia‐
liseren.
Reset van de bandenspanningscontrole
uitvoeren.5.Het vastzitten van de wielbouten laten con‐
troleren met een gekalibreerde moments‐
leutel.6.De beschadigde banden zo snel mogelijk
vervangen.
Rijden met reservewiel
WAARSCHUWING
Het reservewiel heeft speciale afmetin‐
gen. Bij het rijden met een reservewiel kunnen
bij hogere snelheden gewijzigde rij-eigen‐
schappen optreden zoals verminderde koers‐
stabiliteit bij het remmen, langere remweg en
verandering van het stuurgedrag in het grens‐
bereik. Er bestaat gevaar voor ongevallen.
Rustig rijden en een snelheid van max. 80 km/h
niet overschrijden.◀
Wielbouten met slot De adapter van de wielbouten met slot bevindt
zich in het boordgereedschap of in een op‐
bergvak bij het boordgereedschap.
▷Wielbout, pijl 1.▷Adapter, pijl 2.
Verwijderen
1.Adapter op de wielbout plaatsen.2.Wielbout losschroeven.
Na het vastschroeven de adapter weer verwij‐
deren.
Accu Onderhoud De accu is onderhoudsvrij.
Het zuur waarmee de accu gevuld is volstaat
voor de volledige levensduur van de accu.
Specifieke informatie over de accu kan bij een
Service Partner van de fabrikant of een andere
gekwalificeerde Service Partner of specialist
worden opgevraagd.
Vervangen van de accu ATTENTIE
Accu's die als ongeschikt zijn bevonden
kunnen systemen beschadigen of ertoe leiden
dat functies niet meer kunnen worden uitge‐ voerd. Er bestaat gevaar voor schade. Alleen
accu's gebruiken die door de fabrikant van de
auto als geschikt zijn aangemerkt.◀
De fabrikant van uw auto adviseert om de voer‐
tuigaccu na het vervangen door een Service
Partner van de fabrikant of een andere gekwa‐
lificeerde Service Partner of specialist bij de
Seite 276MobiliteitVervangen van onderdelen276
Online Edition for Part no. 01 40 2 969 785 - II/16
Page 277 of 314

auto laten aanmelden, zodat alle comfortfunc‐
ties onbeperkt beschikbaar zijn en evt. Check-
Control-meldingen voor deze comfortfuncties
niet meer worden weergegeven.
Accu opladen
Algemeen
Erop letten dat de accu voldoende opgeladen
is, om de volle levensduur van de accu te ga‐
randeren.
In de volgende gevallen kan het opladen van
de accu noodzakelijk zijn:▷Bij frequente korte trajecten.▷Bij standtijden van meer dan een maand.
Aanwijzingen
ATTENTIE
Bij acculaders voor de voertuigaccu kun‐
nen hoge spanningen en stromen optreden,
waardoor het 12V-boordnet overbelast of be‐
schadigd kan raken. Er bestaat gevaar voor
schade. Acculaders voor de voertuigaccu al‐
leen op de starthulp-aanklempunten in de mo‐
torruimte aansluiten.◀
Aanklempunten starthulp Alleen met afgezette motor via de starthulp-
aanklempunten, zie pagina 281, in de motor‐
ruimte laden.
Acculader
Speciaal voor de auto ontwikkelde en op het
boordnet afgestemde acculaders zijn verkrijg‐
baar bij een Service Partner van de fabrikant of
een andere gekwalificeerde Service Partner of
specialist.
Stroomonderbreking
Na een tijdelijke stroomonderbreking moeten
sommige uitrustingen opnieuw worden geïni‐
tialiseerd of individuele instellingen worden ge‐
actualiseerd, bijv.:
▷Stoel-, spiegel- en stuurkolomgeheugen:
posities opnieuw opslaan.▷Tijd: instellen.▷Datum: instellen.▷Glazen dak: systeem initialiseren, zie pa‐
gina 50.
Oude accu verwerken
Oude accu's door een Service Partner
van de fabrikant of een andere gekwali‐
ficeerde Service Partner of specialist
laten afvoeren of op een verzamelpunt afge‐
ven.
Gevulde accu's moeten tijdens het vervoer en
de opslag rechtop staan. Tijdens het transport
tegen omvallen beveiligen.
Zekeringen Opmerking WAARSCHUWING
Door verkeerde of gerepareerde zekerin‐
gen kunnen elektrische kabels en onderdelen
overbelast worden. Er bestaat brandgevaar.
Doorgebrande zekeringen niet repareren of
door een zekering met een andere kleur of am‐
perage vervangen.◀
Een kunststofpincet en gegevens betreffende
de zekeringtoewijzing vindt u bij de zekeringen
in de bagageruimte.
Seite 277Vervangen van onderdelenMobiliteit277
Online Edition for Part no. 01 40 2 969 785 - II/16
Page 278 of 314
In het interieur
Bevestigingen losmaken, pijlen, en afdekking
openen.
In de bagageruimte
Afdekking van de rechter zijbekleding open‐
klappen, pijl.
Gegevens betreffende het zekeringenoverzicht
vindt u op een afzonderlijk vouwblad.
Seite 278MobiliteitVervangen van onderdelen278
Online Edition for Part no. 01 40 2 969 785 - II/16
Page 279 of 314

Hulp in geval van pechUitrusting van de autoIn dit hoofdstuk worden alle standaard, lands‐
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er
worden daarom ook uitrustingen beschreven
die in een auto, bijv. vanwege de landspeci‐
fieke of gekozen speciale uitrusting niet be‐
schikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsre‐
levante functies en systemen. Bij gebruik van
deze functies en systemen moeten de in het
land geldende voorschriften worden nage‐
leefd.
Waarschuwingsknipperlicht
De toets bevindt zich in de middenconsole.
Intelligente noodoproep
Principe Via dit systeem kan in noodsituaties een nood‐
oproep worden verzonden.
Algemeen
SOS-toets uitsluitend bij noodgevallen gebrui‐
ken.
Ook als er geen noodoproep via BMW mogelijk
is, kan het zijn dat een noodoproep naar een
openbaar alarmnummer tot stand wordt ge‐
bracht. Dit is onder andere afhankelijk van het
mobiele netwerk en de nationale wetgeving.
De noodoproep kan om technische redenen
onder ongunstige omstandigheden niet wor‐
den gegarandeerd.
Overzicht
SOS-toets in de dakhemel
Voorwaarden
▷In de auto geïntegreerde SIM-kaart is ge‐
activeerd.▷Standby-modus van de radio is ingescha‐
keld.▷Noodoproepsysteem is bedrijfsklaar.
Noodoproep versturen
1.Voor het openen licht op afsluitklep druk‐
ken.2.De SOS-toets indrukken tot LED in de
toets groen brandt.▷LED brandt groen: noodoproep geacti‐
veerd.
Als een onderbrekingsvraag op het display
wordt weergegeven, kan de noodoproep
worden afgebroken.
Indien de omstandigheden dit toelaten, in
de auto wachten tot de spraakverbinding
tot stand is gekomen.Seite 279Hulp in geval van pechMobiliteit279
Online Edition for Part no. 01 40 2 969 785 - II/16
Page 280 of 314

▷LED knippert groen als de verbinding met
het alarmnummer tot stand is gebracht.
Bij een noodoproep via BMW worden ge‐
gevens aan de alarmcentrale gestuurd, die
dienen voor het bepalen van de vereiste
reddingsmaatregelen. Bijv. de actuele po‐
sitie van de auto, wanneer deze kan wor‐
den bepaald. Als wedervragen van de
noodoproepcentrale onbeantwoord blijven
worden automatisch reddingsmaatregelen
genomen.▷Wanneer de LED groen knippert maar de
alarmcentrale niet meer te horen is via de
luidsprekers, kunt u echter voor de alarm‐
centrale toch nog te horen zijn.
Noodoproep automatisch activeren
Als aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan,
wordt onmiddellijk na een zwaar ongeval auto‐
matisch een noodoproep verstuurd. De auto‐
matische noodoproep wordt niet beïnvloed
door het drukken op de SOS-toets.
Mobile Service
Hulp
De Mobile Service is in veel landen 24 uur per
dag telefonisch bereikbaar. In geval van pech
krijgt u daar ondersteuning.
WegenhulpVoor de pechhulp kan via iDrive het telefoon‐
nummer worden getoond of kan direct een
verbinding met de Mobile Service worden op‐
gebouwd.
Gevarendriehoek1.Afdekking van de linker zijbekleding open‐
klappen.2.De waarschuwingsdriehoek voorzichtig op‐
tillen en in de richting van het interieur eruit
trekken.
EHBO-tas
Opmerking De houdbaarheid van enkele artikelen is be‐
perkt.
Houdbaarheidsdatum van de inhoud regelma‐
tig controleren en evt. aflopende artikelen tijdig
vervangen.
Seite 280MobiliteitHulp in geval van pech280
Online Edition for Part no. 01 40 2 969 785 - II/16