Page 209 of 430

209
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Automatische transmissie
Automatische versnellingsbak met zes of acht versnellingen die de keus biedt tussen comfortabel automatisch schakelen en handmatig schakelen. Deze transmissie heeft dus twee gebruiksmogelijkheden:- automatisch schakelen: het schakelen wordt elektronisch aangestuurd,- handmatig schakelen: deze stand maakt het zelf schakelen met de selectiehendel mogelijk.
Selectiehendel
P. Parkeerstand.F Houd het rempedaal ingetrapt en draai de selectiehendel in deze stand om de auto te parkeren of om de motor te kunnen starten.R. Achteruitversnelling.F Draai de selectiehendel in deze stand.N. Neutraalstand.F Draai de selectiehendel in deze stand om de motor te kunnen starten.D. Automatische werking.F Draai de selectiehendel in deze stand.M. Handmatige bediening, waarbij de bestuurder zelf sequentieel kan schakelen.F Druk met de selectiehendel in de stand D op deze toets of schakel met de flippers aan de stuurkolom.
Flippers aan de stuurkolom
Met de flippers is het niet mogelijk de neutraalstand en de achteruitversnelling in te schakelen of uit de achteruitversnelling te schakelen.
Bij de automatische bediening blijft het altijd mogelijk om zelf te schakelen met behulp van de flippers aan de stuurkolom, bijvoorbeeld om even snel in te halen.
De stand N kunt u gebruiken in een file of bij het wassen van de auto in een automatische wasstraat.
F Trek de rechter flipper "+" naar u toe om op te schakelen.F Trek de linker flipper "-" naar u toe om terug te schakelen.
Bij het bedienen van de selectiehendel is het om veiligheidsredenen raadzaam om het rempedaal ingetrapt te houden.
6
Rijden
Page 210 of 430

210
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Wanneer u de stand van de selectiehendel verandert of op de toets M drukt, verschijnt het desbetreffende pictogram op het instrumentenpaneel.P. Parking (parkeerstand)R. Reverse (achteruitversnelling)N. Neutral (neutraalstand)D. Drive (automatisch schakelen)M. Manual1 tot 6/8. Ingeschakelde versnelling- Ongeldige waarde
Weergave op het instrumentenpaneel
F Trap het rempedaal in en selecteer de stand P.Als de motor stationair draait, het rempedaal is losgelaten en de stand R, D of M is geselecteerd, zet de auto zich zelfs al in beweging als het gaspedaal niet is ingetrapt.Laat daarom geen kinderen alleen in de auto achter.Verlaat om veiligheidsredenen de auto nooit, zelfs niet voor een korte tijd, zonder de sleutel of afstandsbediening
mee te nemen.Trek de parkeerrem aan en selecteer de stand P indien er onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd bij draaiende motor.
Wanneer u met een zwaar beladen auto moet wegrijden op een steile helling, houd dan het rempedaal ingetrapt, selecteer de stand D, zet de parkeerrem vrij en laat ver volgens het rempedaal weer los.
F Start de motor.Als niet aan de bovenstaande voor waarden wordt voldaan, klinkt een geluidssignaal en verschijnt een melding op het display van het instrumentenpaneel.F Zet de parkeerrem vrij.F Selecteer de stand R, N of D.
F Laat het rempedaal geleidelijk los.De auto begint te rijden.
F Als op het instrumentenpaneel de melding "Trap het rempedaal in" wordt weergegeven, moet u het rempedaal volledig intrappen.
Wegrijden
Als de aanduiding P wordt weergegeven op het instrumentenpaneel ter wijl de selectiehendel in een andere stand staat, dient u de selectiehendel in de stand P te zetten om te kunnen starten.Als tijdens het rijden per ongeluk de stand N wordt geselecteerd, laat het motortoerental dan zakken tot stationair toerental, zet de selectiehendel in de stand D en trap het gaspedaal weer in.
Rijden
Page 211 of 430

211
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Automatisch
schakelprogramma
Zet de selectiehendel nooit in de stand N als de auto rijdt.Zet de selectiehendel nooit in de stand P of R als de auto niet volledig stilstaat.
Kruipfunctie (rijden
zonder gasgeven)Dankzij deze functie verloopt het rijden op lage snelheid soepeler (inparkeren, filerijden, ...).Als de motor draait, de parkeerrem is vrijgezet en de stand D, M of R is geselecteerd, zet de auto zich langzaam in beweging zodra u het rempedaal loslaat (zelfs zonder dat u het gaspedaal bedient).
Verlaat om veiligheidsredenen (kinderen in de auto) de auto nooit bij draaiende motor.
De versnellingsbak werkt dan in de auto-adaptieve stand, zonder dat u zelf hoeft te schakelen. De versnellingsbak kiest voortdurend de meest geschikte versnelling, afhankelijk van de rijstijl, het profiel van de weg en de belading van de auto.Voor een maximale acceleratie zonder de stand van de selectiehendel te wijzigen, moet het gaspedaal volledig worden
ingetrapt (kickdown). De versnellingsbak schakelt automatisch terug of handhaaft de ingeschakelde versnelling totdat de motor het maximumtoerental bereikt.Bij het remmen schakelt de versnellingsbak automatisch terug om sterker op de motor af te remmen.
Om de veiligheid te verbeteren schakelt de versnellingbak niet naar een hogere versnelling als u het gaspedaal plotseling loslaat.
F Selecteer stand D voor het automatisch schakelen van de zes/acht versnellingen.
U kunt tijdelijk het schakelen van de transmissie overnemen met de flippers "+" en "-" aan de stuurkolom. Als het motortoerental het toelaat, kunt u op deze manier op- of terugschakelen.Met deze functie kunt u anticiperen op bepaalde rijsituaties, zoals het inhalen van een voorligger of het naderen van een bocht.Als de flippers enige tijd niet meer zijn gebruikt, gaat de transmissie weer over op de
automatische stand.
Handmatig schakelen
6
Rijden
Page 212 of 430

212
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Bij handmatig schakelen is het niet noodzakelijk om bij het schakelen het gaspedaal los te laten.F Druk, ter wijl de selectiehendel in stand D staat op knop M voor het sequentieel schakelen van de zes/acht versnellingen.
Op het instrumentenpaneel verschijnt de aanduiding M en verschijnen achtereenvolgens de ingeschakelde versnellingen.
F U kunt op elk moment terugkeren naar automatisch schakelen door nogmaals op de toets M te drukken.
Het schakelen naar een andere versnelling kan alleen als de snelheid van de auto en het toerental van de motor dit toestaan.
Handmatig schakelen
Als het motortoerental te laag of te hoog is, knippert de geselecteerde versnelling enkele seconden en vervolgens wordt de werkelijk ingeschakelde versnelling weergegeven.Als de auto stopt of langzaam rijdt, kiest de automatische transmissie automatisch de stand M1.
In een steile en/of lange afdaling is het om de remmen te ontzien raadzaam om af te remmen op de motor (schakel terug of blijf in een lage versnelling rijden).Voortdurend remmen kan leiden tot over verhitting van de remmen waardoor het remsysteem beschadigd of buiten werking kan raken.Rem alleen als dit noodzakelijk is om snelheid te minderen of te stoppen.
Het lampje van de toets gaat branden.
F Bedien de flipper "+" of "-" aan de stuurkolom.
Het lampje van de toets gaat dan weer uit.
Op wegen met steile hellingen (bijvoorbeeld een bergweg) is het raadzaam handmatig te schakelen.Het automatische schakelprogramma werkt onder zulke omstandigheden niet optimaal en biedt geen mogelijkheid om op de motor af te remmen.
Onjuiste waarde bij handmatige bediening
Dit symbool verschijnt als een versnelling niet goed is ingeschakeld (de selectiehendel bevindt zich tussen twee standen in).
F Zet de selectiehendel "goed" in de gewenste stand.
Rijden
Page 213 of 430

213
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Bij aangezet contact wordt een melding op het display van het instrumentenpaneel weergegeven die duidt op een storing in de transmissie.
Storing
In dit geval werkt de transmissie met een noodprogramma en blijft de 3e versnelling ingeschakeld. U kunt dan een hevige schok waarnemen bij het selecteren van R vanuit de stand P, of R vanuit de stand N. Dit is niet gevaarlijk voor de transmissie.Rijd niet harder dan 100 km/h (afhankelijk van de geldende snelheidslimiet).Laat het nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
De automatische transmissie kan beschadigd raken:- als u het gaspedaal en het rempedaal gelijktijdig intrapt (bedien deze pedalen uitsluitend met uw rechter voet),- als u, indien de accu geen stroom levert, de selectiehendel vanuit de stand P geforceerd naar een andere stand schakelt.
Zet, om het brandstofverbruik tijdens langdurig stilstaan met draaiende motor (file...) te beperken, de selectiehendel in de stand N en trek de parkeerrem aan.
Parkeren van de auto
U kunt bij het selecteren van de stand P een zwaar punt voelen.Als de selectiehendel niet in de stand P staat, klinkt bij het openen van het bestuurdersportier of na ongeveer 45 seconden een geluidssignaal en verschijnt een melding op het display.F Zet de selectiehendel in de stand P; het geluidssignaal stopt en de melding verdwijnt.
Selecteer voordat u de motor afzet de stand P en trek ver volgens de parkeerrem aan om de auto te blokkeren.
Controleer voordat u uitstapt altijd of de selectiehendel in de stand P staat.
Wanneer de auto zwaar beladen is en u deze op een steile helling parkeert, houd dan het rempedaal ingetrapt, selecteer de stand P, trek de parkeerrem aan en laat ver volgens het rempedaal weer los.
6
Rijden
Page 214 of 430

214
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Elektronisch gestuurde versnellingsbak
R. Achteruit.F Draai de selectiehendel in deze stand.N. Neutraalstand.F Houd het rempedaal ingetrapt en draai de selectiehendel in deze stand om te kunnen starten.A. Automatische bediening.F Draai de selectiehendel in deze stand.M. Handmatige bediening om sequentieel te schakelen.F Draai de selectiehendel in deze stand en schakel ver volgens met behulp van de flippers aan de stuurkolom.
Selectiehendel
F Trek de rechter flipper "+" naar u toe om op te schakelen.F Trek de linker flipper "-" naar u toe om terug te schakelen.
Flippers aan de stuurkolomBij deze elektronisch gestuurde versnellingsbak kunt u kiezen tussen het comfort van de automatische bediening en handmatig schakelen.Deze transmissie heeft twee gebruiksmogelijkheden:- automatische bediening, waarbij het op- en terugschakelen volledig automatisch wordt geregeld, zonder dat de bestuurder iets hoeft te doen,- handmatige bediening, waarbij de bestuurder zelf sequentieel kan schakelen met de flippers aan het stuur wiel.Tijdens de automatische bediening kunt u op elk gewenst moment tijdelijk zelf schakelen.
Het is niet mogelijk om de neutraalstand of de achteruitversnelling met behulp van de flippers te selecteren.
Bij het bedienen van de selectiehendel is het om veiligheidsredenen raadzaam om het rempedaal ingetrapt te houden.
Rijden
Page 215 of 430

215
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Automatisch
schakelprogramma
F Selecteer bij draaiende motor de stand A om het automatische schakelprogramma in te schakelen.
De versnellingsbak werkt automatisch, zonder dat u zelf hoeft te schakelen. De versnellingsbak kiest voortdurend de meest geschikte versnelling, afhankelijk van de volgende parameters:- rijstijl.- profiel van de weg.
Op het instrumentenpaneel worden de aanduiding AUTO en de ingeschakelde
versnelling weergegeven.
Trap voor optimale acceleratie, bijvoorbeeld bij het inhalen van een ander voertuig, het gaspedaal volledig in.
Weergave op het instrumentenpaneel
Wanneer u de stand van de selectiehendel verandert, verschijnt het desbetreffende pictogram op het instrumentenpaneel.
Starten van de auto
Als op het instrumentenpaneel het pictogram Voet op het rempedaal brandt in combinatie met een geluidssignaal en de melding " Voet op rempedaal", houd het rempedaal dan steviger ingetrapt.
R. Reverse (achteruitversnelling)N. Neutral (neutraalstand)AUTO of A. Automatische bedieningM. Manual (handmatige bediening)1 tot 6/8. Ingeschakelde versnelling- Ongeldige waarde
Als de motor niet kan worden gestar t:Als de aanduiding N op het display knippert in combinatie met een geluidssignaal en een melding, verplaats de selectiehendel dan naar de stand A en zet hem ver volgens in de stand N.
F Selecteer de automatische bediening (stand A), de handmatige bediening (stand M) of de achteruitversnelling (stand R).F Zet de parkeerrem vrij.F Laat het rempedaal geleidelijk los, de auto zet zich direct in beweging.
Op het display van het instrumentenpaneel verschijnt de aanduiding N.
F Selecteer de stand N.F Houd het rempedaal ingetrapt.F Start de motor.
6
Rijden
Page 216 of 430

216
Proace_nl_Chap06_conduite_ed01-2019
Zelf schakelen (tijdelijk)
U kunt tijdelijk zelf schakelen met de flippers "+" en "-". Als het motortoerental het toestaat, wordt de gevraagde versnelling ingeschakeld.Met deze functie kunt u anticiperen op bepaalde rijsituaties, zoals het inhalen van een auto of een bocht in de weg.Als de flippers enige tijd niet meer gebruikt worden, gaat de versnellingsbak weer over op
de automatische stand.
Handmatig schakelen
De aanduiding AUTO verdwijnt en de ingeschakelde versnellingen worden achtereenvolgens op het instrumentenpaneel weergegeven.
F Selecteer bij draaiende motor de stand M om handmatig te schakelen.
Het schakelen naar een andere versnelling kan alleen als de snelheid van de auto en het toerental van de motor dit toestaan, anders wordt er
tijdelijk overgegaan op de automatische bediening.
F Bedien de flipper "+" of "-" aan de stuurkolom.
Het is niet noodzakelijk om bij het schakelen het gaspedaal los te laten.Bij het remmen of het verminderen van de snelheid schakelt de versnellingsbak automatisch terug, zodat de juiste versnelling is geselecteerd op het moment dat u het gaspedaal weer intrapt.
Bij krachtig accelereren wordt de hoogste versnelling niet ingeschakeld als de bestuurder de flippers achter het stuur niet bedient.Selecteer de neutraalstand N nooit tijdens het rijden.Zet de selectiehendel alleen in de stand R (achteruit) als de auto volledig stilstaat en het rempedaal is ingetrapt.
Rijden