Page 265 of 710

Kenmerken van uw auto
166
4
Hoeveelheid koudemiddel en
compressorolie controleren
Als er te weinig koudemiddel in het
systeem zit, neemt de koelcapaciteit van
de airconditioning af. Een teveel aan
koudemiddel heeft ook nadelige effecten
op de werking van de airconditioning.
Daarom adviseren we u het systeem te laten controleren door een officiële
HYUNDAI-dealer als het systeem niet
normaal werkt.
*: Het aircosysteem in uw auto is gevuldmet koudemiddel van het type R-134a
of R- 1234yf, in overeenstemming met
de wetgeving in uw land ten tijde van
de productie.
WAARSCHUWING
- Auto's met R-1234yf*
Omdat het koudemiddel
licht ontvlambaar is en
onder zeer hoge druk
staat, mag onderhoud
aan het aircondi
-tioningssysteem alleen
worden uitgevoerd door
geschoolde en
gecertificeerde technici.
Het is belangrijk dat het juiste type
en de juiste hoeveelheid olie en
koudemiddel worden gebruikt.
Anders kan schade aan de auto en
persoonlijk letsel ontstaan.
WAARSCHUWING - Auto's met R-134a*
Omdat het koudemiddel
onder zeer hoge druk
staat, mag onderhoud
aan het aircondi-tioningssysteem alleen
worden uitgevoerd door
geschoolde en gecertificeerde
technici. Het is belangrijk dat het
juiste type en de juiste hoeveelheid
olie en koudemiddel worden
gebruikt.
Anders kan schade aan de auto en
persoonlijk letsel ontstaan.
Page 266 of 710

4167
Kenmerken van uw auto
AUTOMATISCH VERWARMINGS- EN VENTILATIESYSTEEM (INDIEN VAN TOEPASSING)
■■Verwarmings- en ventilatiesysteem voor
(Type A) ■■
Verwarmings- en ventilatiesysteem voor
(Type B)
■■ Verwarmings- en ventilatiesysteem 3 e
zitrij (Type A en Type B)
1. Toets voorruitontwaseming
2. Toets achterruitverwarming
3. Weergave
4. Toets A/C*
5. Luchtcirculatietoets
6. Toets gescheiden temperatuurregeling
7. Toets temperatuurregeling
bestuurderszijde
8. Knop voor regeling aanjagersnelheid vóór
9. Toets AUTO (automatische regeling)
10. Toets OFF voorste aanjager
11. Luchttoevoertoets* of toets RECIRCULATIE*
12. Toets verwarmings- en ventilatiesysteem 3 e
zitrij AAN/UIT
(voorin bediend)
13. Toets temperatuurregeling passagierszijde
14. Aanjagerknop 3 e
zitrij
15. Toets aanjager 3 e
zitrij AAN/UIT
16. Luchtcirculatietoets 3 e
zitrij
17. Temperatuurregelknop 3 e
zitrij
18. Selectietoets informatiescherm verwarmings- en ventilatiesysteem*
*: indien van toepassing
ONCNCL2006/ONCNCL2009/ONCNCL2002
Page 267 of 710
Kenmerken van uw auto
168
4
ODMECL2010/OANNMM2002
■■
Verwarmings- en ventilatiesysteem voor (Type C)
■■Verwarmings- en ventilatiesysteem voor (Type D)
1. Toets voorruitontwaseming
2. Toets achterruitverwarming
3. Weergave
4. Toets A/C*
5. Luchtcirculatietoets
6. Toets gescheiden temperatuurregeling
7. Toets temperatuurregeling
bestuurderszijde
8. Knop voor regeling aanjagersnelheid vóór
9. Toets AUTO (automatische regeling)
10. Toets aanjager OFF
11. Luchttoevoertoets* of toets RECIRCULATIE*
12. Toets temperatuurregeling passagierszijde
13. Selectietoets informatiescherm verwarmings- en ventilatiesysteem
*: indien van toepassing
OPMERKING
Wanneer de aanjager wordt bediend terwijl het contact in standON staat, kan de accu ontladenraken. Bedien de aanjager wanneer
de motor draait.
Page 268 of 710

4169
Kenmerken van uw auto
Automatische verwarming en
airconditioning
1. Druk op toets AUTO.
De te gebruiken uitstroomopeningen, de aanjagersnelheid, de luchtinlaat en de
airconditioning worden automatisch
geregeld op basis van de gekozen
temperatuur.2. Stel de temperatuurregeltoets voor de
bestuurderszijde in op de gewenste
temperatuur.✽✽AANWIJZING
Schakel de automatische werking uit door op een willekeurige toets of
schakelaar van het volgende te
drukken:
- Luchtcirculatietoets
- Toets A/C
- Toets voorruitontwaseming (Drukde toets nogmaals in om de
voorruitverwarmingsfunctie te
deselecteren. Het teken AUTO wordt
nogmaals op het informatiescherm
weergegeven.)
- Luchttoevoertoets
- Aanjagerschakelaar
De geselecteerde functie wordt
handmatig bediend terwijl de andere
functies automatisch werken.
Voor uw gemak en om de effectiviteit van het verwarmings- en
ventilatiesysteem te verbeteren kunt u
de toets AUTO gebruiken en de
temperatuur instellen op 22°C/71°F.
ODM042287
ODM042290
Page 269 of 710

Kenmerken van uw auto
170
4
✽✽
AANWIJZING
Bedek de sensor op het dashboard nooit,
zodat een optimale werking van het
verwarmings- en airconditionings
-systeem gegarandeerd blijft.
Handmatig bediende verwarming
en airconditioning
Het verwarmings- en airconditioningssysteem kan ook
handmatig geregeld worden met
drukknoppen of met andere toetsen dan
de toets AUTO. In deze stand werkt het
systeem sequentieel, afhankelijk van de
gekozen toetsen of knoppen.
1. Start de motor.
2. Zet de luchtcirculatietoets in de gewenste stand.
Voor een effectieve verwarming en koeling:
- Verwarmen :
- Koelen :
3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde.
4. Schakel de stand BUITENLUCHT in met de luchttoevoertoets.
5. Zet de aanjager op de gewenste snelheid.
6. Als u de uitstromende lucht gekoeld wilt hebben, kunt u het
airconditioningssysteem aanzetten.
Druk op toets AUTO om weer over te
schakelen naar de volledig automatischeregeling.Luchtcirculatie
De luchtcirculatietoets regelt de circulatie
van de lucht door het ventilatiesysteem.
De lucht wordt op de volgende manier
over de uitstroomopeningen verdeeld: Zie de afbeelding in "Handbediend
verwarmings- en ventilatiesysteem".
ODM042336
ODM042288
Page 270 of 710
4171
Kenmerken van uw auto
Stand FACE
De lucht stroomt naar de romp en naar
het hoofd. Daarnaast kan iedere
uitstroomopening versteld worden om de
richting van de luchtstroom te wijzigen.
Stand BI-LEVEL
De lucht stroomt naar het hoofd en naar
de voetenruimte. Stand FLOOR
De meeste lucht stroomt naar de
voetenruimte en een klein gedeelte
stroomt naar de voorruit en de
zijruitontwaseming.
Stand FLOOR/DEFROST
De meeste lucht stroomt naar de
voetenruimte en de voorruit en een kleingedeelte stroomt door de
zijruitontwaseming. Stand DEFROST
De meeste lucht stroomt naar de voorruit en een klein gedeelte stroomt door de
zijruitontwaseming
ODM042289
■
Type A ■Type B
Page 271 of 710

Kenmerken van uw auto
172
4
Uitstroomopeningen dashboard De uitstroomopeningen kunnen
afzonderlijk worden geopend of gesloten
met het wieltje.
Met de hendel in de ventilatieroosters
kunt u de richting van de luchtstroom uit
deze ventilatieroosters afstellen, zoals in
de afbeelding is aangegeven.
Temperatuurregeltoets
Als op de toets wordt gedrukt, neemt
de temperatuur maximaal (HIGH) toe.
Als op de toets wordt gedrukt, neemt
de temperatuur minimaal (LOW) af.
De temperatuur wordt telkens met 0,5°C
verhoogd of verlaagd. Als de laagste
temperatuur is ingesteld, zal de
airconditioning continu werken. De temperatuur afzonderlijk instellen
voor bestuurder en passagier
1. Druk op toets DUAL om de tempera-
tuur afzonderlijk te kunnen regelen
voor de bestuurderszijde en de
passagierszijde. Bovendien zal, als de
temperatuurregeltoets voor de
passagierszijde wordt ingedrukt,
automatisch de stand DUAL worden
ingeschakeld.
2. Bedien de temperatuurregeltoetsen voor de bestuurderszijde om de
temperatuur aan bestuurderszijde in
te stellen. Bedien de
temperatuurregel-toetsen voor de
passagierszijde om de temperatuuraan passagierszijde in te stellen.
ODMECL2003
■
Bestuurderszijde
■Passagierszijde
ODM042291
■
Type A
■Type BODM042279
Page 272 of 710

4173
Kenmerken van uw auto
Wanneer de temperatuur voor de bestuurderszijde in de hoogste (HIGH) of
laagste (LOW) stand wordt gezet, wordt
de DUAL mode uitgeschakeld om
maximaal te verwarmen of te koelen.De temperatuur gelijk instellen voor
bestuurder en passagier
1. Druk nogmaals op de toets DUAL om
de DUAL mode uit te schakelen. De
temperatuur aan passagierszijde wordt
hetzelfde ingesteld als aan
bestuurderszijde.
2. Bedien de temperatuurregeltoetsen voor de bestuurderszijde. De tempera-
tuur wordt voor bestuurder enpassagier gelijk ingesteld.
Temperatuuraanduiding wijzigen
U kunt de temperatuur als volgt
overschakelen van graden Celsius naar
graden Fahrenheit:
Houd, terwijl u op de toets OFF drukt, de
toets AUTO ten minste 3 seconden
ingedrukt.
De temperatuuraanduiding verandert
van graden Celsius in graden Fahrenheitof andersom.Luchttoevoertoets
De luchttoevoer wordt gebruikt om de
stand BUITENLUCHT of de stand
RECIRCULATIE te kiezen.
Druk op de desbetreffende toets om de
stand van de luchttoevoer te wijzigen.
ODMECL2004
■
Type A
■Type B