Page 65 of 384
63
DS3_nl_Chap03_ouvertures_ed01-2014
Starten van de motor
F Steek de sleutel in het contactslot. Het systeem herkent de code van de
startblokkering.
F
D
raai de sleutel van u af in de stand
3
(Star ten) .
F
L
aat zodra de motor draait de sleutel los. F
Z et de auto stil.
F D raai de sleutel linksom in de stand
1
(Stop).
F
V
er wijder de sleutel uit het contactslot.
Afzetten van de motor
bevestig geen zware objecten aan de
sleutel waardoor deze - als hij in het
contact steekt - naar beneden wordt
getrokken, waardoor storingen kunnen
ontstaan.
Waarschuwingssignaal sleutel
Als het bestuurdersportier wordt
geopend ter wijl de sleutel nog in het
contact zit, klinkt er een geluidssignaal.
Toegang tot de auto
Page 66 of 384

DS3_nl_Chap03_ouvertures_ed01-2014
na het losnemen en weer aansluiten van de
accukabels, het vervangen van de batterij
van de afstandsbediening of een storing in de
afstandsbediening kan de auto niet meer met
de afstandsbediening ontgrendeld, vergrendeld
en gelokaliseerd worden.
F o
n
tgrendel of vergrendel de auto eerst met
de sleutel in het slot.
F
S
ynchroniseer vervolgens de
afstandsbediening.
ra
adpleeg zo snel mogelijk het
CI
t
ro
Ën-
netwerk als de storing niet is verholpen.
Storing afstandsbediening
Synchroniseren
F Zet het contact af.
F Z et de sleutel in de stand 2 (Contact).
F
D
ruk zo snel mogelijk gedurende enkele
seconden op de vergrendelknop (gesloten
hangslot) van de afstandsbediening.
F
Z
et het contact af en ver wijder de sleutel
uit het contactslot.
De afstandsbediening werkt nu weer.
Batterij vervangen
batterij ref.: Cr1 620 / 3 V.
F W ip het huis los door een muntstuk in de
opening te steken en dit vervolgens te
verdraaien.
F
V
erwijder de lege batterij.
F
S
chuif de nieuwe batterij in de juiste
richting op zijn plaats.
F
k
l
ik eerst het huis vast en daarna het
verchroomde deel.
F
S
ynchroniseer de afstandsbediening.
Als de batterij van de afstandsbediening
leeg is, wordt u gewaarschuwd door
dit waarschuwingslampje op het
dashboard, een geluidssignaal, en een melding op
het multifunctionele display.
F klap de sleutel uit.
F
on tgrendel het verchroomde deel door op
het nokje A te drukken.
F
H
oud het nokje A ingedrukt en schuif het
verchroomde deel 45° uit.
Page 67 of 384

65
DS3_nl_Chap03_ouvertures_ed01-2014
Gooi de lege batterijen van de
afstandsbediening niet weg: ze
bevatten metalen die schadelijk zijn
voor het milieu.
Lever lege batterijen in bij een speciaal
verzamelpunt.Sleutels verloren
Ga met het kentekenbewijs van de auto, uw legitimatiebewijs en indien mogelijk de sticker
met de sleutelcode naar het CItroËn- netwerk.
Het CI
t
ro
Ën-
netwerk kan de speciale code van de sleutel en de transponder opzoeken
en voor nieuwe sleutels zorgen.
Afstandsbediening
De radiografische afstandsbediening is een systeem met een groot bereik. Het is raadzaam
om niet met de knop van de afstandsbediening te spelen, om te voorkomen dat de portieren
per ongeluk ontgrendeld worden.
Druk nooit op de knoppen van uw afstandsbediening buiten het bereik en het zicht van uw
auto. De afstandsbediening kan dan onbruikbaar worden en moet in dat geval opnieuw
worden gesynchroniseerd.
Geen enkele afstandsbediening kan functioneren als de sleutel in het contactslot zit, zelfs
als het contact uitstaat, behalve voor het synchroniseren.
Vergrendelen van de auto
Het rijden met vergrendelde portieren kan in geval van nood de toegang tot het interieur
belemmeren.
Laat uit veiligheidsoverwegingen geen kinderen alleen achter in de auto.
ne
em in alle gevallen de sleutel mee als u de auto verlaat.
Diefstalbeveiliging
breng geen wijzigingen aan in de elektronische startblokkering; dit kan tot storingen leiden.
Bij het aanschaffen van een gebruikte auto
Laat door het CIt roËn- netwerk controleren of alle in uw bezit zijnde sleutels met uw auto zijn gelinkt, zodat
u er zeker van kunt zijn dat deze sleutels de enige zijn waarmee uw auto ontgrendeld en gestart kan worden.
Toegang tot de auto
Page 68 of 384

DS3_nl_Chap03_ouvertures_ed01-2014
1. Schakelaar ruitbediening bestuurderszijde.
2.
S
chakelaar ruitbediening
passagierszijde.
ruitbedieningu kunt de ruiten handmatig of automatisch volledig openen en sluiten. De ruit aan bestuurderszijde is voorzien van een klembeveiliging.
D e schakelaars van de ruitbediening
kunnen na het afzetten van het contact
nog gedurende ongeveer 45
seconden
of totdat een van de portieren
geopend wordt, worden bediend. Als
u gedurende deze 45
seconden een
portier opent terwijl de ruitbediening
actief is, zal de ruit stoppen. Pas na het
opnieuw aanzetten van het contact kunt
u de ruit opnieuw bedienen. F
D
ruk op of trek aan de
schakelaar. De ruit stopt zodra u
de schakelaar loslaat.
Elektrische ruitbediening
aan passagierszijde
u hebt twee mogelijkheden:
Eentraps elektrische ruitbediening
aan bestuurderszijde
- handmatige bediening F D uw of trek de schakelaar tot het zware
punt. De ruit stopt zodra u de schakelaar
loslaat.
-
a
utomatische bediening
F
D
uw of trek de schakelaar voorbij het
zware punt. Als u de schakelaar hebt
losgelaten, opent of sluit de ruit volledig.
F
b
e
dien de schakelaar opnieuw om het
openen of sluiten te stoppen.
Page 69 of 384

67
DS3_nl_Chap03_ouvertures_ed01-2014
Als de ruit bijvoorbeeld bij vorst niet wil
sluiten:
F
d
ruk dan op de schakelaar tot
voorbij het zware punt en laat de
schakelaar weer los om de ruit
helemaal te openen,
F
t
rek de schakelaar omhoog tot aan
het zware punt tot de ruit volledig is
gesloten,
F
h
oud de schakelaar na het sluiten
nog ongeveer 1
seconde vast.
Tijdens deze handelingen is de
antiklemvoorziening uitgeschakeld.
Antiklemvoorziening
De eentraps elektrische ruitbediening
aan bestuurderszijde is voorzien van een
antiklemvoorziening.
Als de ruit wordt gesloten en tegen een
obstakel stuit, stopt de ruit en gaat deze
gedeeltelijk weer open.
Resetten
neem bij het verlaten van de auto, zelfs
voor een korte periode, altijd de sleutel
uit het contact.
Wanneer tijdens het bedienen van de
ruit iets tussen de ruit en de sponning
bekneld raakt, moet de ruit weer
worden geopend. Druk daarvoor op de
desbetreffende schakelaar.
Wanneer de bestuurder de ruit aan
passagierszijde bedient, moet deze ervan
verzekerd zijn dat geen van de inzittenden
het correcte sluiten van de ruit hindert.
Let er vooral op dat kinderen zich
tijdens het bedienen van de ruit niet
kunnen bezeren.na e
en storing moet de ruitbediening worden
gereset:
F
l
aat de schakelaar los en trek hem opnieuw
omhoog totdat de ruit volledig is gesloten,
F
h
oud de schakelaar na het sluiten nog
ongeveer 1
seconde vast,
F
d
ruk op de schakelaar om de ruit
automatisch te openen.
Tijdens deze handelingen is de
antiklemvoorziening uitgeschakeld.
Toegang tot de auto
Page 70 of 384
DS3_nl_Chap03_ouvertures_ed01-2014
Portieren
Openen
Van buitenaf
F ontgrendel de auto met de afstandsbediening of de sleutel en trek aan
de portiergreep.
Van binnenuit
F trek aan de portiergreep van het portier om het te openen; de auto wordt dan
volledig ontgrendeld.
Sluiten
Als een portier niet goed is gesloten:
-
b
ij draaiende motor gaat dit
lampje branden in combinatie
met een melding die enkele
seconden op het multifunctionele
display verschijnt,
-
ti
jdens het rijden (snelheid hoger
dan 10
km/h) gaat dit lampje branden in
combinatie met een geluidssignaal en een
melding die gedurende enkele seconden
op het multifunctionele display verschijnt.
Page 71 of 384

69
DS3_nl_Chap03_ouvertures_ed01-2014
Deze functie biedt de mogelijkheid de portieren
en de achterklep van binnenuit handmatig en
volledig te vergrendelen of te ontgrendelen.
Handmatige centrale
vergrendeling
Vergrendelen
F Druk op de knop A om de auto te vergrendelen.
Het rode lampje van de knop gaat branden.
Ontgrendelen
F Druk nogmaals op de knop A om de auto te ontgrendelen.
Het rode lampje van de knop gaat uit.
Als een van de portieren is geopend,
werkt de centrale vergrendeling van het
interieur niet. Als de auto van buitenaf is vergrendeld,
knippert het rode lampje en is de knop
A inactief.
F
G
ebruik in dat geval de
afstandsbediening of de sleutel om
de auto te ontgrendelen.
Automatische centrale
vergrendeling
Deze functie zorgt ervoor dat de portieren en
de achterklep tijdens het rijden automatisch en
volledig worden vergrendeld.
u
kunt de functie desgewenst inschakelen of
uitschakelen.
Vergrendelen
Zodra sneller wordt gereden dan 10 km/ h,
w orden de portieren en de achterklep
automatisch vergrendeld.
Ontgrendelen
F Druk als sneller wordt gereden dan 10 km/ h op de knop A om de portieren en
de achterklep tijdelijk te ontgrendelen. De automatische centrale
vergrendeling werkt niet als een van de
portieren is geopend.
Als de achterklep is geopend, is de
automatische centrale vergrendeling
van de portieren actief.
Het rijden met vergrendelde portieren
kan in geval van nood de toegang tot
het interieur bemoeilijken.
Toegang tot de auto
Page 72 of 384

DS3_nl_Chap03_ouvertures_ed01-2014
Inschakelen
F Druk langer dan 2 seconden op de knop A .op h
et multifunctionele display verschijnt een
melding ter bevestiging, in combinatie met een
geluidssignaal.
Uitschakelen
F Druk nogmaals langer dan 2 seconden op
de knop A .
op h
et multifunctionele display verschijnt een
melding ter bevestiging, in combinatie met een
geluidssignaal. Hiermee kunt u de portieren mechanisch
vergrendelen en ontgrendelen in het geval van
een storing in de centrale vergrendeling of van
de accu.
Noodbediening
Vergrendelen van het
bestuurdersportier
F Steek de sleutel in het slot en draai deze
rechtsom.
Ontgrendelen van het
bestuurdersportier
F Steek de sleutel in het slot en draai deze linksom.
Vergrendelen van het
passagiersportier
F Ver wijder de zwarte dop aan de zijkant van het portier, met behulp van de sleutel.
F
S
teek de sleutel in de uitholling en draai de
sleutel tot de aanslag.
F
V
er wijder de sleutel en plaats de dop.
Ontgrendelen van het
passagiersportier
F trek aan de portiergreep aan de binnenzijde.
bi
j een storing in de centrale
vergrendeling moet u de accukabels
losnemen om de auto volledig, inclusief
de achterklep, te kunnen vergrendelen.
Het rijden met vergrendelde portieren
kan in geval van nood de toegang tot
het interieur bemoeilijken.