Page 137 of 294

29. Weergave Elektronisch
voertuiginformatiecentrum (EVIC) — indien
aanwezig
Als de juiste voorwaarden aanwezig zijn, geeft
dit scherm de berichten weer van het EVIC.
Raadpleeg voor meer informatieElektronisch
voertuiginformatiecentrum (EVIC).
30. Controlelampje mistlampen achter
Dit lampje gaat branden wanneer de
mistlichten achter aan zijn. Raad-
pleeg voor meer informatieVerlich-
tinginLeren over de functies van
uw voertuig.
31. Voorgloeilampje — alleen dieselmotor
Het voorgloeilampje gaat branden
wanneer u de eerste keer het contact
aanzet. Wacht tot het lampje uitgaat
voordat u de motor start.
KOMPAS EN MINIRITCOMPUTER
(CMTC) — INDIEN AANWEZIG
OPMERKING:
•Het autokompas wordt automatisch geijkt
zodat het niet nodig is om het kompas
handmatig te ijken.•Als de auto is voorzien van een Chrysler
GPS-systeem (navigatieradio), verzorgt
het navigatiesysteem de kompasrichting
en zijn de menu’s voor kompasafwijking
en kalibratie niet beschikbaar. Het kom-
pas is zeer nauwkeurig, omdat het werkt
op basis van GPS-signalen en niet op het
magnetisch veld van de aarde.
Het kompas met miniritcomputer bevindt zich
op het instrumentenpaneel en heeft een inter-
actief scherm (toont informatie over buitentem-
peratuur, kompasrichting en ritinformatie).
OPMERKING:
Bij het starten geeft het systeem de laatst
bekende buitentemperatuur weer. Het sys-
teem heeft mogelijk meerdere minuten rijtijd
nodig voordat de werkelijke buitentempera-
tuur weergegeven wordt. De temperatuur
van de motor kan van invloed zijn op de
weergave van de buitentemperatuur,
daarom wordt de weergegeven temperatuur
niet geüpdate wanneer het voertuig stil
staat.
Bedieningsknoppen
Toets STEP
Druk op de STEP toets op het stuur om door
submenu’s te lopen (bijvoorbeeld temperatuur,
ritfuncties: Kilometerteller, Trip A (Rit A), Trip B
(Rit B)).
Kompas Mini-Trip bedieningsknoppen
133
Page 138 of 294

RESET-toets
Om het weergegeven display terug te stellen,
zet u de contactsleutel in de stand ON; vervol-
gens houdt u de RESET-toets op het stuur
ingedrukt.
De volgende displays kunnen worden terugge-
steld of gewijzigd:
•Kompas/Temperatuur
•Trip A (Rit A)
•Trip B (Rit B)
Ritteller (ODO)
Geeft de afgelegde afstand aan sinds deze
functie het laatst op nul is teruggesteld. Druk
de STEP-toets op het instrumentenpaneel in en
laat weer los om tussen de kilometerteller, Trip
A (rit A) of Trip B (rit B) schakelen.
Trip A (Rit A)
Toont de totale afstand voor Trip A die werd
afgelegd sinds de laatste reset.
Trip B (Rit B)
Toont de totale afstand voor Trip B die werd
afgelegd sinds de laatste reset.Kompas/temperatuur display
OPMERKING:
Als de auto is voorzien van een Chrysler
Uconnect™ GPS-systeem (navigatieradio),
verzorgt het navigatiesysteem de kompas-
richting en zijn de menu’s voor kompasaf-
wijking en kalibratie niet beschikbaar. Het
kompas is zeer nauwkeurig, omdat het werkt
op basis van GPS-signalen en niet op het
magnetisch veld van de aarde.
Kompasafwijking
De kompasafwijking is het verschil tussen het
magnetische noorden en het geografische
noorden. Ter compensatie van de verschillen
moet de kompasafwijking aan de hand van de
zonekaart worden ingesteld voor de zone
waarin de auto wordt gebruikt. Nadat u het
kompas correct hebt ingesteld, worden de ver-
schillen automatisch gecompenseerd, zodat
de nauwkeurigheid van de kompasrichting op-
timaal is.OPMERKING:
•Voor juiste ijking is een vlak wegdek en
een omgeving zonder grote metalen voor-
werpen zoals gebouwen, bruggen, onder-
grondse kabels, spoorrails etc. vereist.
•Magnetische stoffen mogen niet op het
instrumentenpaneel worden gelegd. Daar
bevindt zich de kompassensor.
134
Page 139 of 294
Kaart kompasafwijking
135
Page 140 of 294

Om de afwijking in te stellen
Start de motor en laat de keuzehendel in de
stand PARK (Parkeren) staan. Houd de RESET
toets op het stuur (ongeveer tien seconden)
ingedrukt tot het cijfer van de huidige afwij-
kingszone wordt weergegeven. Om van zone
te veranderen drukt u de STEP toets in om de
afwijking in kleine stappen te wijzigen. Herhaal
indien nodig tot de gewenste afwijking is be-
reikt.
OPMERKING:
In de fabriek is Zone 8 ingesteld. Tijdens het
programmeren zal de waarde van de zone 15
tot zone 1 doorlopen.
Handmatige kompasijking
Als het kompas zich grillig, onjuist of abnor-
maal lijkt te gedragen, kunt u het kompas ijken.
Controleer voordat u het kompas ijkt of de juiste
zone is geselecteerd.1. Start de motor en laat de keuzehendel in de
stand P (Parkeren) staan.
2. Houd de RESET toets (ongeveer tien secon-
den) ingedrukt tot het cijfer van de huidige
afwijkingszone wordt weergegeven.
3. Laat de RESET toets los en houdt deze
vervolgens nogmaals ongeveer tien seconden
ingedrukt tot de richting wordt weergegeven
waarbij het indicatielampje “CAL” voortdurend
wordt weergegeven.
4. Om de ijking van het kompas te voltooien,
moet u met de auto één of meer complete
cirkels van 360 graden rijden met een snelheid
van minder dan 8 km/h, in een gebied zonder
elektriciteitsleidingen of grote metalen voorwer-
pen, totdat de CAL-indicator uitgaat. Het kom-
pas werkt nu normaal.ELEKTRONISCH
VOERTUIGINFORMATIECENTRUM
(EVIC) — INDIEN AANWEZIG
Het EVIC-systeem kent een interactieve display
voor de bestuurder. Het bevindt zich in de
instrumentengroep. Het EVIC bevat de vol-
gende onderdelen:
•Systeemstatus
•Beeldschermweergaven voor waarschu-
wingsmeldingen
ELEKTRONISCH
VOERTUIGINFORMATIECENTRUM (EVIC)
136
Page 141 of 294

•Persoonlijke instellingen (door de klant te
programmeren functies)
•Kompaskoers
•Aanduiding omgevingstemperatuur
•Boordcomputerfuncties
•Audiostand
•Bandenspanningsmeter (TPM)
Onder de juiste omstandigheden geeft het
EVIC de volgende berichten weer:
•Turn Signal On (Richtingaanwijzer aan) (met
een ononderbroken geluidssignaal als de
auto langer dan 1,6 km rijdt met ingescha-
kelde richtingaanwijzers)
•Left Front Turn Signal Lamp Out (Richting-
aanwijzerlamp defect linksvoor) (met één
geluidssignaal)
•Left Rear Turn Signal Lamp Out (Richting-
aanwijzerlamp defect linksachter) (met één
geluidssignaal)
•Right Front Turn Signal Lamp Out (Richting-
aanwijzerlamp defect rechtsvoor) (met één
geluidssignaal)•Right Rear Turn Signal Lamp Out (Richting-
aanwijzerlamp defect rechtsachter) (met één
geluidssignaal)
•RKE Battery Low (RKE-accu bijna leeg) (met
één geluidssignaal)
•Personal Settings Not Available (Persoonlijke
instellingen niet beschikbaar) – Vehicle Not
in Park (Voertuig niet in parkeerstand) (auto-
matische versnellingsbak) of Vehicle Is In
Motion (Voertuig in beweging) (handgescha-
kelde versnellingsbak).
•Left/Right Front Door Ajar (Linker-/
rechtervoorportier open) (een of meer, met
één geluidssignaal als de snelheid hoger is
dan 1,5 km/h)
•Left/Right Rear Door Ajar (Linker-
/rechterachterportier open) (een of meer,
met één geluidssignaal als de snelheid ho-
ger is dan 1,5 km/h)
•Door (S) Ajar (Portier(en) open) (met één
geluidssignaal als de auto rijdt)
•Gate Ajar (Achterklep open) (met één ge-
luidssignaal)•Headlamps On (Koplampen aan)
•Key In Ignition (Sleutel in contactslot)
•Check TPM System (Controleer TPM-
systeem)
•Oil Change Required (oliebeurt vereist) —
indien aanwezig
Met dit systeem kan de bestuurder informatie
selecteren door op de volgende knoppen op
het stuurwiel te drukken:
Stuurwieltoetsen voor EVIC
137
Page 142 of 294

MENU-toets
Druk kort op de MENU-toets om
door de hoofdmenu’s te lopen
(Brandstofverbruik, Waarschuwin-
gen, Timer, Units, Systeem, Per-
soonlijke instellingen) of subme-
nu’s te verlaten.
Toets COMPASS (KOMPAS)
Druk kort op de Compass-toets
om één van de acht windrichtin-
gen en de buitentemperatuur te
weer te geven of om submenu’s te
verlaten.
ToetsSELECTEREN
Druk de toetsSELECTERENen
laat deze weer los voor toegang tot
hoofdmenu’s, submenu’s of per-
soonlijke instellingen in het menu
Instellingen.
ToetsOMLAAG
Druk kort op deOMLAAGtoets
om omlaag te bladeren door de
submenu’s.IndicatiesysteemMotorolie
verversen— indien aanwezig
Olieverversing vereist
Uw voertuig is uitgerust met een oliebeurt-
indicatielampje. De volgende geplande oliever-
versing wordt aangeduid door de melding “Oil
Change Required” (Olie verversen), die onge-
veer vijf seconden lang knippert op het EVIC-
display nadat er een geluidsignaal heeft ge-
klonken. Het indicatiesysteem voor motorolie
verversen is gebaseerd op de duty cycle. Dit
betekent dat de frequentie van het verversen
van de motorolie afhankelijk is van uw persoon-
lijke rijstijl.
Tenzij dit bericht opnieuw wordt ingesteld, ver-
schijnt het iedere keer als u de contactsleutel
inschakelt. Om de melding tijdelijk af te zetten,
drukt u de dagtellerknop op de instrumenten-
groep kort in. Om het oliebeurt-indicatielampje
(na het periodieke onderhoud) opnieuw in te
stellen, volgt u de volgende stappen:
1. Draai de contactsleutel in de ON-stand.Start de motor niet.
2. Trap binnen 10 seconden drie keer lang-
zaam het gaspedaal volledig in.
3. Draai de contactsleutel in de stand OFF/
LOCK.
OPMERKING:
Als het indicatiebericht aangaat wanneer u
de motor start, is het oliebeurt-
indicatielampje niet opnieuw afgesteld. Her-
haal deze procedure zonodig.
Compass/Temperature/Audio
(Kompas/Temperatuur/Audio)
Druk kort op de COMPASS toets om een van de
acht kompasweergaven weer te geven om de
huidige rijrichting, de buitentemperatuur en het
huidige radiostation aan te geven.
Zie voor meer informatie over het kompas de
paragraaf Persoonlijke instellingen (door de
klant te programmeren functies).
138
Page 143 of 294

Average Fuel Economy (Gemiddeld
brandstofverbruik)
Geeft het gemiddelde brandstofverbruik weer
sinds de laatste reset. Wanneer het brandstof-
verbruik opnieuw wordt ingesteld, worden op
het scherm gedurende twee seconden RESET
of streepjes weergegeven. De historische ge-
gevens worden dan gewist en het nieuwe ge-
middelde wordt berekend op basis van het
laatste gemiddelde brandstofverbruik van voor
de reset.
Distance To Empty (Afstand tot lege
tank) (DTE)
Toont de geschatte afstand die nog kan worden
afgelegd met de brandstof die in de tank
aanwezig is. Deze geschatte afstand wordt
bepaald door een gewogen gemiddelde van
het onmiddellijke en gemiddelde brandstofge-
bruik volgens het huidige tankpeil. Deze af-
stand kan niet opnieuw worden ingesteld.
OPMERKING:
Aanmerkelijke veranderingen in de rijstijl of
de belading van de auto zullen een groot
effect hebben op de afstand die de auto kan
rijden, ongeacht de getoonde DTE-waarde.Als de DTE waarde minder dan 48 km ge-
schatte rij-afstand is, verandert het DTE
scherm naar de tekstLOW FUEL. Dit wordt
continu getoond totdat de auto geen benzine
meer heeft. Als u een belangrijke hoeveelheid
brandstof tankt, verdwijnt deLOW FUELtekst
en een nieuwe DTE-waarde wordt getoond,
gebaseerd op de huidige waarden in de DTE-
berekening en het huidige niveau in de brand-
stoftank.
Bandenspanningsmeter (TPM)ZieStarten en rijden,Bandenspanningscon-
trolesysteem(TPMS) voor de werking van het
systeem.
Elapsed Time (Verstreken tijd)Toont de totale reistijd die is verstreken sinds
de laatste reset, wanneer het contactslot in de
stand ACC staat. De verstreken tijd wordt aan-
gepast wanneer het contactslot in de stand ON
of START staat.
Persoonlijke instellingen (door de
klant te programmeren functies)
Deze functies bieden de bestuurder de moge-
lijkheid om functies in te stellen en op te roepen
als de transmissie in PARK (automatische ver-snellingsbak) staat of de auto stilstaat (hand-
geschakelde versnellingsbak).
Druk kort op de OMHOOG of OMLAAG toets
tot “Personal Settings” (persoonlijke instellin-
gen) wordt weergegeven in de EVIC en druk op
de SELECT toets.
Gebruik de SELECT toets om een van de
volgende opties weer te geven:
Taal
In dit display kunt u verschillende talen selec-
teren voor alle displayfuncties, inclusief de rit-
tellerfuncties. Door in dit display op de EVIC-
knop te drukken kunt u kiezen uit Engels,
Spaans, Duits, Italiaans, Frans of Nederlands,
afhankelijk van de beschikbaarheid. Als u
verdergaat, wordt de displayinformatie ge-
toond in de gekozen taal.
Auto Lock Doors at 15 mph (24 km/h)
(Portieren automatisch vergrendelen bij
24 km/u).
Als ON is geselecteerd, worden automatisch
alle portieren vergrendeld zodra de rijsnelheid
ongeveer 24 km/u bedraagt. Houd de toets
SELECT ingedrukt in dit display totdat “ON” of
“OFF” verschijnt om uw keuze te maken.
139
Page 144 of 294

Auto Unlock On Exit - Automatisch
ontgrendelen bij verlaten auto
Als ON is geselecteerd, worden alle portieren
van de auto ontgrendeld wanneer het bestuur-
dersportier wordt geopend nadat de auto tot
stilstand is gekomen (handgeschakelde ver-
snellingsbak) of de auto tot stilstand is geko-
men met de versnellingsbak in de stand PARK
of NEUTRAL (automatische versnellingsbak).
Houd de toets SELECT ingedrukt in dit display
totdat “ON” of “OFF” verschijnt om uw keuze te
maken.
RKE Unlock Driver’s Door 1st (Eerst
bestuurdersportier op afstand
ontgrendelen)
Als Driver’s Door 1st is geselecteerd, ontgren-
delt alleen het bestuurdersportier bij de eerste
druk op de ontgrendelknop van de afstandsbe-
diening; een tweede keer indrukken is nodig
om de overige vergrendelde portieren te ont-
grendelen. Als Remote Unlock All Doors wordt
geselecteerd, ontgrendelen alle portieren bij
de eerste keer indrukken van de ontgrendel-
knop op de afstandsbediening. Houd de toetsSELECT op dit scherm ingedrukt totdatDri-
ver’s Door 1stofAll Doorsverschijnt om uw
keuze te maken.
Flash Lights with Lock - Lichten knipperen
bij vergrendelen
Als u ON selecteert, knipperen de richtingaan-
wijzers voor en achter wanneer u de portieren
vergrendelt of ontgrendelt met de afstandsbe-
diening. Deze functie kan worden geselecteerd
met of zonder claxonsignaal bij vergrendelen.
Houd de toets SELECT ingedrukt in dit display
totdat “ON” of “OFF” verschijnt om uw keuze te
maken.
Headlamp Off Delay - Vertraagd uitgaan
koplampen
Als deze functie is geselecteerd, kan de be-
stuurder kiezen of bij uitstappen de koplampen
nog 30, 60 of 90 seconden blijven branden of
direct doven. Houd de toets SELECT ingedrukt
in dit display totdat 0, 30, 60 of 90 verschijnt om
uw keuze te maken.Key Off Power Delay - Stroom blijft aan na
uitschakelen contact
Als deze functie is ingeschakeld, blijven de
schakelaars voor de elektrische raambedie-
ning, de radio, de Uconnect™ Phone, de elek-
trische schuifdakbediening en de aansluitcon-
tacten voor accessoires nog 10 minuten lang
werkzaam nadat het contact is uitgezet. Door
het openen van een voorportier wordt deze
functie uitgeschakeld. Houd de toets SELECT
ingedrukt in dit display totdat “OFF”, “45 sec.”,
“5 min.” of “10 min.” verschijnt om uw keuze te
maken.
Turn headlights on with Remote Key
Unlock (Koplampen aan bij automatisch
ontgrendelen)
Als deze functie is geselecteerd, gaan de kop-
lampen maximaal 90 seconden branden wan-
neer de portieren worden ontgrendeld met de
afstandsbediening. Houd de toets SELECT in-
gedrukt in dit display totdat “OFF”, “30 sec.”,
“60 sec.” of “90 sec.” verschijnt om uw keuze te
maken.
140