Page 257 of 400

255
Gevarendriehoek
Deze veiligheidsuitrusting vormt een aanvulling
op de alarmknipperlichten.
Elke auto moet zijn voorzien van een
gevarendriehoek.
Op de weg plaatsen van de
gevarendriehoek
Voordat u uit de auto stapt om de
gevarendriehoek uit te vouwen en te plaatsen
moet u de alarmknipperlichten inschakelen en
uw reflecterende veiligheidsvest aantrekken.
Raadpleeg voor het uit- en invouwen van de
gevarendriehoek de gebruiksaanwijzing van de
fabrikant.
De gevarendriehoek is als accessoire leverbaar.
Neem hier voor contact op met het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.Brandstoftank leeg
(diesel)
Bij auto's met dieselmotor is het in het geval
van een lege brandstoftank noodzakelijk om
het brandstofsysteem te ontluchten.
Raadpleeg voor alle uitvoeringen, uitgezonderd
die met een BlueHDi-motor, de afbeelding van
de desbetreffende motorruimte.Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de tankbeveiliging
(diesel).
Als de motor niet direct aanslaat, beëindig
dan uw startpoging en herhaal de
procedure.
BlueHDi-motoren
F Vul de brandstoftank met minimaal 5 liter
diesel.
F
Z
et het contact aan (zonder de motor te
st a r te n).
F
W
acht ongeveer 6 seconden en zet het
contact af.
F
H
erhaal de handelingen 10
keer.
F
B
edien de startmotor om de motor te
starten.
F
P
laats de gevarendriehoek achter de auto
en houd u aan de ter plaatse geldende
wettelijke voorschriften.
8
Storingen verhelpen
Page 258 of 400

256
Overige motoren
F Vul de brandstoftank met minimaal 5 liter
diesel.
F
O
pen de motorkap.
F
M
aak indien nodig de sierkap los om de
handopvoerpomp te kunnen bereiken.
F
B
edien de handopvoerpomp totdat u
weerstand voelt (de eerste keer indrukken
kan zwaar zijn).
F
B
edien de startmotor om de motor te starten
(als de motor niet gelijk aanslaat, wacht dan
ongeveer 15
seconden en start de motor
opnieuw).
F
A
ls de motor na meerdere pogingen niet
aanslaat, bedien dan de handopvoerpomp
en ver volgens de startmotor opnieuw.
F
B
reng de sierkap van de motor aan en klem
deze vast.
F
S
luit de motorkap.
Gereedschapskist
To e g a n g
De gereedschapskist bevindt zich onder de
linker voorstoel.De stangen 1
e
n 2
z
orgen er voor dat de
gereedschapskist niet uit zijn behuizing kan
komen als deze niet goed is vastgezet.
Verwijderen
F Druk op de grendels A en schuif deze naar
binnen om de gereedschapskist te ontgrendelen.
F
B
eweeg de gereedschapskist om hem langs
de stang 1
t
e halen iets omhoog en trek hem er
vervolgens helemaal langs.
F Beweeg ver volgens de gereedschapskist omhoog om hem langs de stang 2 te halen.
Storingen verhelpen
Page 259 of 400

257
Openen
Terugplaatsen
F Breng het deksel weer aan op de gereedschapskist en maak de haakjes B vast.
F
H
oud de gereedschapskist met de voorzijde
schuin omhoog.
F
O
m de gereedschapskist langs de
stang 2
te bewegen: duw de kist naar
achteren en omlaag. F
O
m de gereedschapskist langs de stang 1
t
e
bewegen: breng de gereedschapskist iets
omhoog en dan helemaal naar achteren.
F
A
ls de gereedschapskist zich helemaal
in
zijn behuizing bevindt, duw deze dan tegen
de vloerbekleding en schuif ver volgens de
grendels A naar buiten om de kist vast te
zetten.Trek aan de gereedschapskist om te controleren
of hij goed in zijn behuizing is vastgezet.
Met bandenreparatieset
F Maak de haakjes B van het deksel los en open het deksel om bij het gereedschap te
kunnen komen. 1.12V-compressor.
De compressor bevat een patroon met
afdichtingsproduct voor het tijdelijk
repareren van een band en kan ook
gebruikt worden voor het aanpassen van
de bandenspanning.
2. Sleepoog
8
Storingen verhelpen
Page 260 of 400

258
Dit gereedschap is specifiek voor uw auto
en is afhankelijk van de uitrusting. Gebruik
het niet voor andere doeleinden.
1.
Wielsleutel.
Hiermee kunnen de wielbouten worden verwijderd
en kan de krik worden uit- en ingedraaid.
2.
Krik.
Hiermee kan de auto worden opgekrikt.
3. Gereedschap voor het ver wijderen van
sier-/naafdoppen.
Hiermee kunnen, indien aanwezig, de
sierdoppen van de wielbouten van een
lichtmetalen velg of het sierdeel van een
stalen velg worden verwijderd.
4. Dop voor slotbouten.Hiermee kunnen
met behulp van de wielsleutel de speciale
slotbouten worden verwijderd.
5. Sleepoog.
Bandenreparatieset
Deze set bestaat uit een compressor en een
flacon met afdichtmiddel.
Hiermee kunt u de band tijdelijk repareren .
U kunt ver volgens naar de dichtstbijzijnde
garage rijden.
Met deze reparatieset kunnen de meeste lekke
banden worden gerepareerd, als het lek zich in
het loopvlak of de hiel van de band bevindt.
Met de compressor kunt u de bandenspanning
controleren en aanpassen.
Toegang tot de set
Raadpleeg de desbetreffende
rubriek voor meer informatie over de
gereedschapskist .
Overzicht van het gereedschap
Dit gereedschap is specifiek voor uw auto en
kan, afhankelijk van de uitvoering van uw auto,
verschillend zijn. Het gereedschap niet voor
andere doeleinden gebruiken.
Deze set bevindt zich in een gereedschapskist. 1.
12V-compressor.
De compressor bevat een patroon met
afdichtingsproduct voor het tijdelijk repareren
van een band en kan ook gebruikt worden
voor het aanpassen van de bandenspanning.
2.
Sleepoog.
Zie de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over slepen .
Uitvoeringen met een reservewiel
Storingen verhelpen
Page 261 of 400

259
De elektrische installatie van de auto biedt de
mogelijkheid een compressor aan te sluiten
en te gebruiken voor de duur die nodig is om
een gerepareerde lekke band op spanning te
brengen.
Gebruik alleen de twee 12V-aansluitingen
voorin voor het aansluiten van de compressor.
B.Aan/uit schakelaar I/O.
C. Knop voor leeg laten lopen.
D. Manometer (bar en psi).
E. Opbergvak met een kabel + adapter voor
een 12V-aansluiting.
F. Flacon met afdichtmiddel.
G. Witte slang met dop voor de reparatie en
het op spanning brengen.
H. Sticker met snelheidslimiet.
U dient de sticker met de snelheidslimiet
op het stuur wiel te plakken om u eraan
te herinneren dat u rijdt met een tijdelijk
gerepareerde band.
Rijd na het repareren van een band met
de bandenreparatieset niet sneller dan
80
km/u.Reparatiemethode
1. Afdichtmiddel
F Zet de schakelaar A in de stand "Reparatie".
F
C
ontroleer of schakelaar B in de
stand O staat.
Ver wijder niet het voor werp dat de
lekkage heeft veroorzaakt uit de band.
Op deze sticker staat de bandenspanning
aangegeven.
F
Z
et het contact af.
A. Schakelaar stand "Reparatie" of "Op
spanning brengen".
8
Storingen verhelpen
Page 262 of 400

260
Let op: dit product is schadelijk bij inname
en irriterend voor de ogen.
Houd het middel buiten het bereik van
kinderen.
De uiterste gebruiksdatum van het middel
is op de flacon vermeld.
Gooi de flacon na gebruik niet weg, maar
lever deze in bij het CITROËN-netwerk of
een officieel inzamelpunt.
Vergeet niet om bij het CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats een
nieuwe flacon met afdichtmiddel te kopen.Schakel de compressor niet in voordat de
witte slang is aangesloten op het ventiel
van de band: het afdichtmiddel wordt
anders buiten de band gespoten.
Als na 5
tot 7 minuten de gewenste
bandenspanning niet is bereikt, is de band
niet te repareren met de bandenreparatieset;
neem contact op met het CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats om u
verder te helpen.
F
V
er wijder de set en draai de dop van de
witte slang vast. Zorg er voor dat restanten
van de vloeistof niet op of in de auto
terecht kunnen komen. Houd de set binnen
handbereik.
F
R
ol de witte slang G volledig uit.
F
D
raai de dop van de witte slang los.
F
S
luit de witte slang aan op het ventiel van
de lekke band. F
S
luit de stekker van de compressor aan op
de 12V-aansluiting van de auto.
F
S
tart de motor en laat de motor draaien.
F
S
chakel de compressor in door de
schakelaar B in de stand I te zetten tot de
bandenspanning is opgelopen tot 2,0 bar.
Het afdichtmiddel wordt onder druk in de
band gespoten; maak de slang niet los van
het ventiel tijdens deze handeling (kans op
wegspuiten van het middel).
Storingen verhelpen
Page 263 of 400

261
2. Op spanning brengen
F Zet de schakelaar A in de stand "Op spanning brengen". F
R
ol de witte slang G volledig uit.
F
S
luit de witte slang aan op het ventiel van
de gerepareerde band.
Ga zo snel mogelijk naar een ser vicepunt
van het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Vergeet niet de technicus te vertellen dat u
de set hebt gebruikt. Na nadere inspectie
kan de technicus u vertellen of de band
gerepareerd kan worden of moet worden
vervangen.
F
R
ijd onmiddellijk ongeveer vijf kilometer met
een lage snelheid (tussen 20 en 60 km/h)
om het gat te dichten.
F
Z
et de auto stil en controleer de reparatie
en de bandenspanning met de set.
F
S
luit de stekker van de compressor weer
aan op de 12V-aansluiting in de auto.
F
S
tart de motor opnieuw en laat de motor
draaien. F
B
reng de band met behulp van de
compressor op de voorgeschreven
spanning (spanning verhogen:
schakelaar B in stand I; spanning
verlagen: schakelaar B in stand O
en knop C indrukken), zoals vermeld
op de bandenspanningssticker in de
portieropening aan bestuurderszijde.
A
ls de bandenspanning sterk daalt, is
het lek niet goed gedicht; neem contact
op met het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om u verder te
helpen.
F
V
er wijder de set en berg deze op.
F
R
ijd niet harder dan 80 km/h en niet verder
dan 200 km.
8
Storingen verhelpen
Page 264 of 400

262
Verwijderen van de slang
en de flacon
Let op dat er geen vloeistof uit de flacon
stroomt.
De uiterste gebruiksdatum staat op de
patroon vermeld.
De patroon met afdichtmiddel kan slechts
één keer gebruikt worden en moet daarna
worden ver vangen, ook als hij niet leeg is.
Werp de patroon na gebruik niet weg,
maar lever deze in bij een CITROËN-
dealer of een officieel inzamelpunt.
Vergeet niet om bij een CITROËN-dealer
of een gekwalificeerde werkplaats een
nieuwe flacon met afdichtmiddel te kopen.
Bandenspanning
controleren/aanpassen
F Beweeg de slang 2 naar links tot deze
contact maakt met de behuizing.
F
M
aak aansluiting 1 van de flacon los door
hem een kwartslag linksom te draaien.
F
T
rek de middelste slang 2 voorzichtig
naar buiten en koppel aansluiting 3
van
de luchtinlaatslang los door deze een
kwartslag linksom te draaien. F
V
erwijder slang 2
.
F
H
oud de compressor verticaal.
F
D
raai de flacon 4 aan de onderzijde los.
Voer deze handelingen in omgekeerde
volgorde uit om de nieuwe flacon en de nieuwe
slang te plaatsen.
F
Ze
t de schakelaar A in de stand
"Reparatie".
F
R
ol de witte slang G volledig uit.
F
S
luit de witte slang aan op het
ventiel van de band.
U kunt de compressor, zonder inspuiting
van het afdichtmiddel, ook gebruiken om de
bandenspanning te controleren of de banden
op spanning te brengen.
Storingen verhelpen